Organisatie | Bronckhorst |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening toeristenbelasting Bronckhorst 2016 |
Citeertitel | Verordening toeristenbelasting Bronckhorst 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 01-01-2017 | Nieuwe regeling | 17-12-2015 GVOP, 31 december 2015 | Z73534 RD15-00079 |
Behorende bij raadsvoorstel met nummer: Z73534\Raad-00079/8.3.5
De raad van de gemeente Bronckhorst;
gelezen het voorstel van het college van b. en w. van 17 november 2015;
gelet op de bespreking van de raadscommissie van 10 december 2015;
gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;
vast te stellen de volgende verordening:
‘Verordening op de heffing en de invordering van toeristenbelasting Bronckhorst 2016’
Onder de naam 'toeristenbelasting' wordt een directe belasting geheven ter zake van het houden van verblijf met overnachten binnen de gemeente tegen vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven.
De belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voorzover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.
Artikel 5 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing
Voor de toepassing van dit artikel wordt verstaan onder:
verhuurde ruimten: woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd dan wel te huur aangeboden;
vaste jaarplaats: een gehuurd terrein of terreingedeelte, gelegen op een kampeerterrein of een ligplaats in een haven, dat bestemd is voor het gedurende een jaar hebben van een zelfde kampeermiddel, dat doorgaans na afloop van het jaar niet wordt verwijderd, voor het gebruik door de huurders voor toeristische of recreatieve doeleinden gedurende de totale huurperiode;
vaste seizoenplaats: een gehuurd terrein of terreingedeelte, gelegen op een kampeerterrein of een ligplaats in een haven, dat bestemd is voor het gedurende een seizoen hebben van een zelfde kampeermiddel, dat doorgaans na afloop van het seizoen niet wordt verwijderd en waarin het gedurende de winterperiode niet toegestaan is om te overnachten, voor het gebruik door de huurders voor toeristische of recreatieve doeleinden gedurende de totale huurperiode;
seizoenplaats: een gehuurd terrein of terreingedeelte, gelegen op een kampeerterrein of een ligplaats in een haven, waar gedurende het seizoen een zelfde mobiel kampeermiddel is geplaatst, en dat na afloop van het seizoen van de plaats wordt verwijderd, voor het gebruik door de huurders voor toeristische of recreatieve doeleinden gedurende de totale huurperiode;
groepsaccommodatie: woningen en andere verblijven met meer dan acht slaapplaatsen, in hoofdzaak bestemd voor en gebezigd als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden, en geheel of nagenoeg geheel in gebruik voor het in georganiseerd verband gezamenlijk en in eenzelfde periode verblijf houden door personen;
Voor de groepsaccommodaties, mobiele kampeeronderkomens en stacaravans op vaste standplaatsen, mobiele kampeeronderkomens en stacaravans op niet-vaste standplaatsen op campings en mini-campings, vaartuigen op vaste ligplaatsen, pensions, bed & breakfast en hotels wordt op een bij de aangifte gedaan verzoek van de belastingplichtige de heffingsgrondslag forfaitair vastgesteld.
In afwijking van het tweede tot en met achtste lid wordt het forfait niet toegepast op verblijf in mobiele kampeeronderkomens en stacaravans op vaste standplaatsen, mobiele kampeeronderkomens en stacaravans op niet-vaste standplaatsen op campings en mini-campings, vaartuigen op vaste ligplaatsen die niet door dezelfde persoon of personen worden gehuurd voor de gehele jaar-, seizoens- of ligplaatsen, doch steeds worden gehuurd door wisselende verblijfhoudenden voor een korte periode.
1.Het tarief bedraagt per overnachting € 1,20
In afwijking van het eerste lid bedraagt het tarief per overnachting in:
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de voorlopige aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede vijf maanden later;
met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990 met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag;
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.
De belastingplichtige bedoeld in artikel 2, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders, bedoeld in artikel 231 tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.
De belastingplichtige is gehouden per belastingjaar verblijfhoudenden te registreren in een
vanwege de heffingsambtenaar kosteloos ter beschikking gesteld nachtverblijfregister;
De 'Verordening toeristenbelasting Bronckhorst 2015' vastgesteld door de
gemeenteraad op 11 december 2014 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 16, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.