Organisatie | Zoeterwoude |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats Zoeterwoude 2016 |
Citeertitel | Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Zoeterwoude 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Beheersverordening algemene gemeentelijke begraafplaats Zoeterwoude 1999
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-01-2016 | nieuwe regeling | 17-12-2015 Gemeenteblad, 2015, 0748 | Onbekend. |
Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats Zoeterwoude 2016.
De raad van de gemeente Zoeterwoude,
gelezen het voorstel van het college van 5 november 2015, nr. Z15-10147;
gelet op artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging, het besluit op de lijkbezorging en artikel 149 van de Gemeentewet ;
gelezen het reglement op het gebruik en beheer van de begraafplaats van de R.K. Parochie St. Jan’s Onthoofding te Zoeterwoude-dorp;
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats Zoeterwoude 2016.
HOOFDSTUK 2. OPENSTELLING, ORDE EN RUST OP DE BEGRAAFPLAATS
Herdenkingsbijeenkomsten, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats kunnen slechts plaatsvinden nadat deze ten minste zes werkdagen tevoren zijn gemeld aan de beheerder. Datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop deze zal plaatsvinden worden in overleg met de aanvrager door de beheerder vastgesteld.
HOOFDSTUK 3. VOORSCHRIFTEN VOOR LIJKBEZORGING
Artikel 6. Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf
Degene die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan uiterlijk om 12.00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan de beheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.
Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door het personeel van de begraafplaats op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder. De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.
Artikel 12. Verwijdering grafbedekking na verstrijken van de termijn
Het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking maakt het college ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd per brief aan de belanghebbende bekend. Wanneer het adres van de belanghebbende niet bekend is, maakt het college het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats bekend.
HOOFDSTUK 6. RUIMING VAN GRAVEN, URNENGRAVEN EN URNENNISSEN
Artikel 13. Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
Het voornemen van het college om een graf te ruimen wordt ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden per brief aan de belanghebbende bekend gemaakt. Wanneer het adres van de belanghebbende niet bekend is maakt het college het voornemen tot ruiming van het graf gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip van ruiming door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend.
Nabestaanden van een overledene die begraven is in een algemeen graf kunnen gedurende de in het eerste lid bedoelde termijn bij de beheerder een aanvraag indienen om bij ruiming de menselijke resten, indien mogelijk, bijeen te doen brengen voor crematie of voor herbegraving elders. Nabestaanden van een overledene waarvan een asbus al of niet met een urn is bijgezet in een algemeen graf kunnen bij de beheerder een aanvraag indienen om deze ter beschikking te houden voor herbegraving of verstrooiing elders.
Artikel 15. Intrekking oude regeling
De Beheersverordening algemene gemeentelijke begraafplaats Zoeterwoude 1999, vastgesteld op 17 december 1998, wordt ingetrokken.
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 17 december 2015.
De griffier,
G.J. Schouten-Buijs
De voorzitter,
E.G.E.M. Bloemen
TOELICHTING BEHEERSVERORDENING BEGRAAFPLAATS ZOETERWOUDE
De beheersverordening begraafplaatsen dient aangepast te worden aan nieuwe wet- en regelgeving, zoals de Wet dualisering gemeentebestuur, de wijziging van de Wet op de lijkbezorging van 12 juni 2009 en de Europese Dienstenrichtlijn. Ook om andere redenen is een herziening gewenst, zoals deregulering en een eenvoudiger taalgebruik.
De gemeente Zoeterwoude maakt gebruik van een gedeelte van de begraafplaats van de Parochie St. Jan’s Onthoofding aan de Zuidbuurtseweg, Zoeterwoude-dorp.
Overeenkomst Parochie St. Jan’s Onthoofding te Zoeterwoude
Op 25 juni 1987 tekenden de gemeente Zoeterwoude en het Parochiebestuur van de Parochie St. Jan’s Onthoofding een overeenkomst, waarbij o.a. een aaneengesloten gedeelte van ca. 50 begraafplaatsen aangewezen werden als algemeen gedeelte, voor het begraven van inwoners van Zoeterwoude of daarmee gelijkgestelden. Hiermee voldeed de gemeente aan de verplichting, genoemd in artikel 33 van de Wet op de lijkbezorging tot het hebben van ten minste één begraafplaats.
Op 25 juni 1987 tekenden het college van burgemeester en wethouders en het parochiebestuur een convenant, waarin alle zaken ten aanzien van het beheer en onderhoud van de gemeentelijke algemene graven is geregeld.
De gemeente beschikt uitsluitend over algemene begraven, die vanaf 1988 gebruikt mochten worden voor een periode van 10 of 20 jaar. Vanwege het beperkte aantal algemene graven en ten behoeve van de uniformiteit kan vanaf 2016 slechts voor een periode van 10 jaar gebruik worden gemaakt van de algemene graven. Deze periode is de zelfde als die in artikel 12 van het Reglement op het gebruik van beheer van de begraafplaats van de R.K. Parochie St. Jan’s Onthoofding.
De beheerder moet rekening houden met de bepalingen, die in het besluit op de lijkbezorging zijn opgenomen. Er is aandacht gevraagd voor lid 4 van dit besluit, waarin bepaald wordt dat een graf zich boven het grondwater moet bevinden.
Artikel 5 besluit op de lijkbezorging:
Ten hoogste drie lijken mogen boven elkaar worden begraven, mits boven elke kist of ander omhulsel een laag grond van ten minste dertig centimeter dikte wordt aangebracht, die bij een volgende begraving niet mag worden geroerd. Ten aanzien van de bovenste kist of het bovenste omhulsel is het tweede lid van toepassing.
In artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet is bepaald dat gemeentelijke verordeningen door de raad worden vastgesteld voor zover de bevoegdheid daartoe niet bij de wet of door de raad krachtens de wet aan het college of burgemeester is toegekend. Ingevolge artikel 149 van de Gemeentewet maakt de raad de verordening die de raad in het belang van de gemeente nodig acht. Sinds de inwerkingtreding van de Wet dualisering gemeentebestuur op 7 maart 2002 zijn in de gemeente de bevoegdheden van de raad en het college ontvlecht. In het kader hiervan zijn de bestuursbevoegdheden van de Gemeentewet geconcentreerd bij het college en zijn de kaderstellende en controlerende bevoegdheden van de raad versterkt.
De grondslag voor de verordenende bevoegdheid voor begraafplaatsen berust op artikel 149 van de Gemeentewet. Daarnaast moet worden genoemd artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging dat een verordening eist voor de dagen en uren dat de gemeente gelegenheid moet geven tot begraven.
Gemeentelijk begraafplaatsenbeleid
Gemeenten kunnen verschillende regels hanteren voor de instandhouding van en de dienstverlening op de gemeentelijke begraafplaats.
De burgers hebben vaak een emotionele betrokkenheid met de begraafplaatsen en alles wat zich daarop afspeelt. Daarbij stelt de dienstverlening hen voor financiële lasten. Dit maakt het nodig om de rechten en verplichtingen duidelijk vast te leggen. Er is naar gestreefd om overbodige regelgeving te voorkomen en procedures kort te houden. De beheerder van de begraafplaats kan worden aangewezen voor contacten met de burgers, bijvoorbeeld voor het in ontvangst nemen van diverse aanvragen.
De verantwoordelijkheid van de gemeente voor de begraafplaats kan worden vergeleken met de verantwoordelijkheid die zij heeft bij de zorg voor andere collectieve voorzieningen zoals wandelgebieden en fietspaden. De verschillende aspecten van de begraafplaatsen vragen in bestuurlijk opzicht om een speciale aanpak.
De Wet op de lijkbezorging is op 12 juni 2009 gewijzigd. De wijziging werd van kracht op 1 januari 2010. Deze wijziging heeft gevolgen voor de beheersverordening begraafplaats van de gemeente Zoeterwoude.
Vermindering administratieve lasten
Vele zaken kunnen geregeld worden door middel van een meldingsplicht aan de beheerder, zoals het houden van plechtigheden, het doen begraven en het doen bijzetten of doen verstrooien van as en het door de nabestaanden zelf openen en sluiten van een graf. Een melding genereert weinig administratieve lasten.
Voor het hebben van een grafbedekking (art. 10) op een algemeen graf moet toestemming gevraagd worden. Deze vergunning moet volgens artikel 10 worden aangevraagd bij de beheerder, dus bij de RK Parochie. De R.K. Parochie brengt de kosten voor de grafbedekking rechtstreeks bij de nabestaanden in rekening.