Organisatie | Winterswijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels individuele studietoeslag Participatiewet 2015 |
Citeertitel | Beleidsregels individuele studietoeslag Participatiewet 2015 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | Nieuwe regeling | 01-12-2015 | 101486 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Winterswijk,
besluit vast te stellen de ‘Beleidsregels individuele studietoeslag Participatiewet 2015’.
De beleidsregels individuele studietoeslag Participatiewet geven uitvoering aan artikel 36b van de Participatiewet en de verordening individuele studietoeslag Participatiewet 2015 van de gemeente Winterswijk.
Wettelijk kader individuele studietoeslag
Op een daartoe strekkend verzoek van een persoon als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a van de Participatiewet, kan het college, gelet op de omstandigheden van die persoon, een individuele studietoeslag verlenen indien hij op de datum van de aanvraag:
recht heeft op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000 of recht heeft op een tegemoetkoming op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten;
De artikelen 12, 43, 49 en 52 van de Participatiewet zijn op dit artikel niet van toepassing.
De doelgroep als omschreven in artikel 7, eerste lid, onderdeel a van de Participatiewet omvat de volgende personen:
personen als bedoeld in de artikel 34a, vijfde lid, onderdelen b en c, van de WIA, artikel 35, vierde lid onderdelen b en c, van de WIA en artikel 36, derde lid, onderdelen b en c, van de WIA tot het moment dat het inkomen uit arbeid in dienstbetrekking gedurende twee aaneengesloten jaren ten minste het minimumloon bedraagt en ten behoeve van die persoon in die twee jaren geen loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d van de Participatiewet is verleend;
personen als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van de Participatiewet;
personen met een nabestaanden- of wezenuitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet;
personen met een uitkering op grond van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;
personen met een uitkering op grond van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen; en
Beleidsregels individuele studietoeslag
Het college stelt vast dat een verzoek om individuele studietoeslag moet worden ingediend via het aanvraagformulier individuele studietoeslag en het inlichtingenformulier individuele studietoeslag.
Het college stelt op grond van artikel 36b, lid 1, onderdelen a t/m d vast of een persoon recht heeft op individuele studietoeslag. Onder d wordt verstaan dat een persoon alleen recht heeft op individuele studietoeslag indien is vastgesteld dat hij met voltijdse arbeid niet in staat is tot het verdienen van het wettelijk minimumloon. Het college oordeelt dat alle personen die behoren tot de doelgroep loonkostensubsidie niet in staat zijn met voltijdse arbeid het wettelijk minimumloon te verdienen, doch wel mogelijkheden tot arbeidsparticipatie hebben. Op grond hiervan oordeelt het college dat de personen als bedoeld in onderstaande opsomming behoren tot de doelgroep individuele studietoeslag:
In afwijkende gevallen beslist het college of een persoon recht heeft op individuele studietoeslag.