Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen |
| | |
2.1.1 | Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: | |
2.1.1.1 | aanlegkosten: | |
| de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de | |
| Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van | |
| technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of | |
| voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet | |
| inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door | |
| zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: | |
| de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald | |
| voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft; | |
| | |
2.1.1.2 | bouwkosten: | |
| de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de | |
| Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische | |
| installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze | |
| ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten | |
| behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzet- | |
| belasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt, | |
| wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch | |
| verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop | |
| de aanvraag betrekking heeft. | |
| | |
2.1.1.3 | Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. | |
| | |
2.1.2 | In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde | |
| betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. | |
| | |
2.1.3 | In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die | |
| betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een andere wettelijk | |
| voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift | |
| bedoeld. | |
| | |
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag (principeverzoek) | |
| | |
2.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag (principeverzoek): | |
| tot het houden van vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een | |
| voorgenomen project of plan in het kader van de Wabo vergunbaar is of tot het | |
| beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning: 25% van de leges | |
| berekend op basis van de bouw- en/of realisatiekosten met een minimum van € 144,00 | |
| en een maximum van € 1.000,00. | |
| | |
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning |
| | |
2.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een | |
| omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de | |
| verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk | |
| bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor | |
| de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend | |
| naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van | |
| deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere | |
| grondslag een legesbedrag worden gevorderd. | |
| | |
2.3.1 | Bouwactiviteiten | |
2.3.1.1*) | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouw- | |
| activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het | |
| tarief: | € 144,00 |
| vermeerderd met 2,3% van de bouwkosten met een maximum legesbedrag | |
| van € 1.000.000,00 | |
| | |
2.3.1.2 | Welstandstoets | |
2.3.1.2.1 | Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien | |
| een welstandstoets noodzakelijk is: | |
| bij vastgestelde bouwkosten van: | |
2.3.1.2.1.a | € 0,00 tot € 25.000,00 | € 45,00 |
2.3.1.2.1.b | € 25.000,00 en hoger | 1,8‰ |
| van de bouwkosten met een maximum legesbedrag van | € 2.250,00 |
| | |
| De op grond van 2.3.1.2.1.a en 2.3.1.2.1.b berekende bedragen worden naar boven | |
| afgerond op € 5,00. | |
| | |
2.3.1.2.2 | Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.2.1 bedraagt het tarief voor extra | |
| werkzaamheden (kwaliteitsteam, locatiebezoek, etc) per uur: | € 96,00 |
| | |
2.3.1.2.3 | Onverminderd het bepaalde in de subonderdelen 2.3.1.1 en 2.3.1.2.1 t/m 2.3.1.2.2 wordt | |
| het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan, | |
| de ruimtelijke activiteit of de gebruiksverandering en daarvoor een nieuwe | |
| welstandstoets noodzakelijk is, verhoogd met de tarieven genoemd in subonderdeel | |
| 2.3.1.2.1 t/m 2.3.1.2.2. | |
| | |
| Verplicht advies agrarische commissie | |
2.3.1.3 | Onverminderd het bepaalde in de subonderdelen 2.3.1.1 en 2.3.1.2 bedraagt het tarief, indien | |
| krachtens wettelijk voorschrift voor de in die subonderdelen bedoelde aanvraag een advies | |
| van de agrarische commissie wordt gevraagd: | € 592,90 |
| | |
2.3.2 | Aanlegactiviteiten | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanleg- | |
| activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief | |
2.3.2.1 | bij vastgestelde aanlegkosten t/m € 10.000,00: | € 288,00 |
2.3.2.2 | bij vastgestelde aanlegkosten hoger dan € 10.000,00: vermeerderd met 1% van de aanlegkosten | |
| met een maximum legesbedrag van € 100.000,00 | |
| | |
2.3.3 | Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een | |
| activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van | |
| een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het | |
| tarief, onverminderd het bepaalde in ondereel 2.3.1: | |
| | |
2.3.3.1 | Binnenplanse afwijking | |
| indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast: | € 144,00 |
| | |
2.3.3.2 | Buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking | |
| indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast: | € 396,00 |
| | |
2.3.3.3 | Buitenplanse afwijking | |
| Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast: | |
2.3.3.3.1 | bij vastgestelde bouwkosten t/m € 100.000,00 : | € 2.880,00 |
2.3.3.3.2 | bij vastgestelde bouwkosten hoger dan € 100.000,00 : | |
| vermeerderd met 1% van de vastgestelde bouwkosten | |
| met een maximum legesbedrag van € 6.000,00 | |
| | |
2.3.3.4 | Afwijking van het exploitatieplan | |
| indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast: | € 468,00 |
| | |
2.3.3.5 | Afwijking van provinciale wetgeving | |
| indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is | |
| met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet Ruimtelijke | |
| ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast: | € 720,00 |
| | |
2.3.3.6 | Afwijking van nationale wetgeving | |
| indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is | |
| met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke | |
| ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast: | € 720,00 |
| | |
2.3.3.7 | Afwijking van voorbereidingsbesluit | |
| indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast: | € 468,00 |
| | |
2.3.4 | Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een | |
| activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is | |
| van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, | |
| bedraagt het tarief: | |
| | |
2.3.4.1 | Binnenplanse afwijking | |
| indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast: | € 144,00 |
| | |
2.3.4.2 | Buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking | |
| indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast: | € 396,00 |
| | |
2.3.4.3 | Buitenplanse afwijking | |
| indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast | € 2.880,00 |
| | |
2.3.4.4 | Afwijking exploitatieplan | |
| indien artikel 2.12, eerste lid, onder b van de Wabo wordt toegepast: | € 720,00 |
| | |
2.3.4.5 | Afwijking provinciale regelgeving | |
| indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is | |
| met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke | |
| ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast: | € 720,00 |
| | |
2.3.4.6 | Afwijking van nationale wetgeving | |
| indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is | |
| met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke | |
| ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast: | € 720,00 |
| | |
2.3.4.7 | Afwijking voorbereidingsbesluit | |
| indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast: | € 720,00 |
| | |
2.3.4.a | Vaststellen bestemmingsplan (postzegelbestemmingsplan) | |
| Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vast- | |
| stellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de | |
| Wet ruimtelijke ordening: | € 4.320,00 |
| | |
2.3.5 | In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid | |
2.3.5.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit | |
| als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
| bij een gebruiksoppervlakte van: | |
2.3.5.1.a | 0 t/m 100 m²: | € 432,00 |
2.3.5.1.b | 101 t/m 500 m²: | € 720,00 |
2.3.5.1.c | meer dan 500 m²: | € 1.080,00 |
| vermeerderd met € 0,07 per m² met een maximum van € 1.224,00. | |
| | |
2.3.5.2 | Wijziging dan wel uitbreiding van een vergunning | |
| Indien de aanvraag om een vergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.5.1 betrekking heeft | |
| op een vergunning tot wijziging, danwel uitbreiding van een vergunning, bedraagt | |
| het legestarief, indien het gaat om: | |
2.3.5.2.1 | uitbreiding van het bouwwerk, het legestarief vermeld in onderdeel 2.3.5.1 met dien | |
| verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de | |
| uitbreiding; | |
2.3.5.2.2 | herindeling, interne verbouwing of gewijzigd gebruik van het gehele bouwwerk, dan- | |
| wel een deel van het bouwwerk, 50% van het legestarief vermeld onder onderdeel 2.3.5.1 | |
| met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de | |
| oppervlakte van de herindeling, interne verbouwing of gewijzigd gebruik. | |
| | |
2.3.5.3 | Tijdelijke omgevingsvergunning | |
| Indien een aanvraag om een vergunning als bedoeld in onderdeel 2.3.5.1 betrekking | |
| heeft op het tijdelijk gebruik voor maximaal vier weken, bedraagt het tarief | |
| indien de gebruiksoppervlakte is: | |
2.3.5.3.1 | minder dan 500 m²: | € 144,00 |
2.3.5.3.2 | 500 m² of meer: | € 288,00 |
| | |
2.3.5.4 | Herhalingsaanvraag | |
| Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een herhalingsaanvraag | |
| tot het verstrekken van een tijdelijke omgevingsvergunning als bedoeld in | |
| onderdeel 2.3.5.1 waarin een gebruiksoppervlakte wordt gebruikt van: | |
2.3.5.4.1 | minder dan 500 m²: | € 126,00 |
2.3.5.4.2 | 500 m² of meer: | € 252,00 |
| | |
2.3.5.5 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het | |
| overschrijven van een verleende omgevingsvergunning op naam van een ander: | € 36,00 |
| | |
2.3.6 | Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten (nvt) | |
| | |
2.3.7 | Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van | |
| een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of | |
| voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g. van de Wabo | |
| bedraagt het tarief: | € 324,00 |
| | |
2.3.8 | Aanleggen of veranderen weg | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen | |
| van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor | |
| ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.7 van de | |
| Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld | |
| in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 126,00 |
| | |
2.3.9 | Uitweg/inrit | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, | |
| veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een | |
| bepaling in een provinciale verordening of een bepaling in de Algemeen Plaatselijke | |
| Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel | |
| 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 144,00 |
| | |
2.3.10 | Kappen | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen van | |
| doen vellen van houtopstand, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale | |
| verordening of artikel 2 van de Bomenverordening Lisse 2015 een | |
| vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en | |
| onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 112,00 |
| | |
2.3.11 | Opslag van roerende zaken | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag | |
| van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, | |
| waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:29 | |
| van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, | |
| bedraagt het tarief: | |
2.3.11.1 | indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in | |
| artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo: | € 112,00 |
2.3.11.2 | indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van | |
| van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden | |
| opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo: | € 126,00 |
| | |
2.3.12 | Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 | |
2.3.12.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen | |
| in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, | |
| de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in | |
| artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: | € 592,90 |
| | |
2.3.12.2 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren | |
| van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitas en soorten in een | |
| door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied | |
| als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998: | € 592,90 |
| | |
2.3.13 | Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling | |
| waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing | |
| nodig is, bedraagt het tarief: | € 592,90 |
| | |
2.3.14 | Andere activiteiten | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten | |
| van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit | |
| hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: | |
2.3.14.1 | behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten | |
| die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, | |
| eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € 324,00 |
2.3.14.2 | behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschaps- | |
| verordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de | |
| fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt | |
| het tarief: | |
2.3.14.2.1 | als het een gemeentelijke verordening betreft: | € 324,00 |
2.3.14.2.2 | als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de | |
| voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevings- | |
| vergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door | |
| het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als | |
| bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen | |
| op de tiende werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis | |
| is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
| | |
2.3.15 | Omgevingsvergunning in twee fasen | |
2.3.15.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen | |
| plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
| voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking | |
| tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven | |
| in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase | |
| betrekking heeft; | |
2.3.15.2 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking | |
| tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven | |
| in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase | |
| betrekking heeft. | |
| | |
2.3.16 | Beoordeling bodemrapport | |
| Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens | |
| wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport | |
| wordt beoordeeld: | |
2.3.16.1 | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport: | € 144,00 |
2.3.16.2 | voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport: | € 144,00 |
| | |
2.3.17 | Advies | |
2.3.17.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt | |
| het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of | |
| gemeentelijk verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies | |
| moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag | |
| om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: | |
| het bedrag van de (voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag | |
| om een omgevingsvergunning) aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een | |
| begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | |
2.3.17.2 | Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in | |
| behandeling genomen op de tiende werkdag na de dag waarop de begroting | |
| aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag | |
| schriftelijk is ingetrokken. | |
| | |
2.3.18 | Verklaring van geen bedenkingen | |
2.3.18.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt | |
| het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen | |
| bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de | |
| omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, | |
| van de Wabo: | |
2.3.18.1.1 | indien een ander bestuursorgaan dan de gemeenteraad een verklaring van geen | |
| bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling | |
| nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager mee- | |
| gedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en | |
| wethouders is opgesteld. | |
2.3.18.2 | Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.18.1.1 is uitgebracht, wordt een | |
| aanvraag in behandeling genomen op de tiende werkdag na de dag waarop de begroting | |
| aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze tiende werkdag | |
| schriftelijk is ingetrokken. | |
| | |
Hoofdstuk 4 Vermindering |
| | |
2.4.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag | |
| om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag (principeverzoek) als bedoeld | |
| in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake | |
| van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges, in | |
| mindering gebracht op de kosten voor het in behandeling nemen van de aanvraag | |
| om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3, mits de aanvraag om de | |
| omgevingsververgunning is ingediend binnen een jaar na de datum van beslissing op | |
| de aanvraag om vooroverleg of beoordeling van de conceptaanvraag (principeverzoek). | |
| | |
2.4.2 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf | |
| activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het | |
| legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld | |
| in de onderdelen 2.3.16, 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering beloopt: | |
2.4.2.1 | bij 5 tot 10 activiteiten: 2% van de voor die activiteiten verschuldigde leges; | |
2.4.2.2 | bij 10 tot 15 activiteiten: 3% van de voor die activiteiten verschuldigde leges; | |
2.4.2.3 | bij 15 of meer activiteiten: 5% van de voor die activiteiten verschuldigde leges. | |
| | |
Hoofdstuk 5 Teruggaaf |
| | |
2.5.1 | Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, | |
| aanleg- of sloopactiviteiten | |
| Als een aanvrager zijn, in behandeling genomen, aanvraag om een omgevingsver- | |
| gunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of | |
| sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.7, intrekt, binnen | |
| 12 maanden na het indienen van de aanvraag, bestaat er aanspraak op teruggaaf | |
| van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 75% van de op grond van die | |
| onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. | |
| | |
| | |
2.5.2 | Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, | |
| aanleg- of sloopactiviteiten | |
| Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel | |
| of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld | |
| in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder | |
| houder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze | |
| aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de | |
| vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt 25% van de op grond van | |
| die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. | |
| | |
2.5.3 | Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, | |
| aanleg- of sloopactiviteiten | |
| Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk | |
| bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen | |
| 2.3.1, 2.3.2 en 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel | |
| van de leges. De teruggaaf bedraagt 25% van de op grond van die onderdelen voor de | |
| betreffende activiteit verschuldigde leges. | |
| | |
2.5.4 | Minimumbedrag voor teruggaaf | |
| Een bedrag minder dan € 5,00 wordt niet teruggeven. | |
| | |
| | |
2.5.5 | Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen | |
| Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.1.2, 2.3.1.3, 2.3.16, | |
| 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend. | |
| | |
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning |
| | |
2.6 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of | |
| gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede | |
| lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: | € 72,00 |
| | |
| | |
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
| | |
2.7 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging | |
| van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden be- | |
| oordeeld, geringe wijziging in het project: | € 144,00 |
| | |
Hoofdstuk 8 In deze titel niet genoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking | |
| | |
2.8.1 | Overige in deze titel niet genoemde beschikking | |
| Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een | |
| andere, in deze titel niet benoemde beschikking: | € 324,00 |
| | |
2.8.2 | Overschrijving | |
| Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het | |
| wijzigen van de tenaamstelling van de omgevingsvergunning: | € 72,00 |
| | |
2.8.3 | Definitief buiten behandeling laten | |
| Het tarief bedraagt indien een aanvraag omgevingsvergunning definitief buiten | |
| behandeling wordt gelaten vanwege het niet voldoen aan de indieningsvereisten | |
| zoals aangegeven in de Ministriële regeling Omgevings Recht (MOR). | € 126,00 |
| | |
2.8.4 | Vergunningvrije bouwwerken | |
| Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het ver- | |
| strekken van een schriftelijke verklaring met betrekking tot de vraag of een bepaald | |
| bouwplan of gebruik al dan niet omgevingsvergunningvrij is: | € 126,00 |
| | |
Hoofdstuk 9 Woonschepen |
| | |
2.9 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen | |
| van een vergunning tot het innemen van een ligplaats, het overschrijven van een ligplaats- | |
| vergunning op de naam van een nieuwe rechtsverkrijger, of het wijzigen van de | |
| ligplaatsvergunning: | € 128,00 |