Organisatie | Edam-Volendam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | REGLEMENT VAN ORDE VAN DE RAAD 2016 |
Citeertitel | REGLEMENT VAN ORDE VAN DE RAAD 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, art. 16
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-01-2016 | 01-01-2016 | Nieuwe regeling | 04-01-2016 | 5-2016 A, no. 9 |
1.Bij elke benoeming van nieuwe leden stelt de raad een commissie in bestaande uit drie
leden van de raad. De commissie onderzoekt de geloofsbrieven, de daarop betrekking hebbende stukken van nieuw benoemde leden, daarin begrepen de overgelegde verklaring omtrent gedrag en het proces-verbaal van het centraal stembureau.
Indien boven de kandidatenlijst een aanduiding was geplaatst, voert de fractie in de raad deze aanduiding als naam. Indien geen aanduiding boven de kandidatenlijst was geplaatst, deelt de fractie in de eerste vergadering van de raad aan de voorzitter mee welke naam deze fractie in de raad wil voeren.
artikel 25, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet bedoelde stukken worden tegelijkertijd met de oproep aan de leden van de raad verzonden.
3.Ingevolge het papierloos werken door de raad geschiedt verzending van de oproep en de voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken enkel op elektronische wijze aan de leden van de raad. Dit tenzij digitale verzending als gevolg van een storing of calamiteit aan de zijde van de gemeente niet mogelijk is.
1.In spoedeisende gevallen kan de voorzitter na het verzenden van de oproep
tot uiterlijk 48 uur voor de aanvang van een vergadering een aanvullende agenda
opstellen. Deze wordt met de daarbij behorende stukken ingevolge het papierloos werken door de raad enkel op elektronische wijze aan de leden van de raad verzonden en openbaar gemaakt.
acht, kan hij het onderwerp verwijzen naar een bespreekronde van het Raadsplein of aan het college nadere inlichtingen of advies vragen.
De agendacommissie/het presidium kan een of meer wethouders uitnodigen in de vergadering aanwezig te zijn en aan de beraadslagingen deel te nemen.
Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen en voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke/digitale oproep - ingevolge het papierloos werken door de raad enkel op elektronische wijze ter beschikking gesteld aan de raadsleden en openbaar gepubliceerd op de gemeentelijke website. Indien ná het elektronisch verzenden van de schriftelijke/digitale oproep aanvullende stukken ter beschikking worden gesteld, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de raad en wordt de digitale nazending in principe openbaar gepubliceerd op de gemeentelijke website.
Indien omtrent stukken op grond van artikel 25 (opleggen geheimhouding door de raad), 55 (opleggen geheimhouding door het college) of 86 (opleggen geheimhouding door raadscommissie)van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, worden deze stukken in afwijking van het eerste lid via een afgeschermde omgeving digitaal verstrekt aan uitsluitend raadsleden.
1.De vergadering wordt door aankondiging in de plaatselijke media of op de voor afkondigingen in
de gemeente gebruikelijke wijze en door plaatsing op de gemeentelijke website openbaar
3 De voorlopige agenda en de daarbij behorende stukken worden indien digitaal beschikbaar op de website van de gemeente geplaatst.
1 Bij binnenkomst voorafgaand aan de raadsvergadering in de vergaderzaal tekent ieder lid van de raad de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de griffier door ondertekening vastgesteld.
2.De leden, die voor het beëindigen de vergadering verlaten, geven daarvan tevoren kennis aan de voorzitter.
3 De voorzitter draagt zorg voor een zitplaats voor de wethouders, secretaris en overige
1.De griffier draagt zorg voor het bijhouden van een presentielijst, een verslag en de besluitenlijst van de vergadering
2 Het conceptverslag van de voorgaande vergadering wordt ,zo mogelijk, aan de leden van de raad toegezonden met de oproep. Het concept verslag wordt gelijktijdig aan de overige personen die het woord gevoerd hebben, toegezonden.
3 De leden, de voorzitter, de wethouders, de griffier en de secretaris hebben het recht een voorstel tot verandering aan de raad te doen, indien het conceptverslag onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft hetgeen gezegd of besloten is. Een voorstel tot verandering dient uiterlijk drie dagen voor het vaststellen van het verslag in betreffende vergadering bij de griffier te zijn ingediend.
een overzicht van het verloop van elke stemming, met vermelding bij hoofdelijke stemming van de namen van de leden die voor of tegen stemden, onder aantekening van de namen van de leden die zich overeenkomstig de Gemeentewet van stemming hebben onthouden of zich bij het uitbrengen van hun stem hebben vergist.
6 Aan de hand van het verslag wordt een besluitenlijst opgesteld. Voor zover de aard en de inhoud van de besluitvorming zich daartegen niet verzet, wordt de besluitenlijst zo spoedig mogelijk na de vergadering openbaar gemaakt door plaatsing in de in artikel 14 genoemde media en door plaatsing op de gemeentelijke website. Jaarlijks wordt tweemaal een overzicht van de besluitenlijsten gepubliceerd.
1.Een lid voert slechts het woord na het aan de voorzitter gevraagd en van hem verkregen te hebben.
2 De volgorde van de sprekers kan worden gewijzigd, wanneer een lid het woord vraagt over
3 Anderen dan raadsleden voeren slechts het woord na daartoe door de voorzitter in de gelegenheid
4.Een lid van de raad of de voorzitter kan een voorstel doen over de spreektijd van de leden en de overige aanwezigen
Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de desbetreffende spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
Op verzoek van een lid van de raad of op voorstel van de voorzitter kan de raad besluiten de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad.
De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
Na het sluiten van de beraadslaging en voordat de raad tot stemming overgaat, heeft ieder lid het recht zijn stemgedrag te motiveren.
4 Indien door een of meer leden stemming wordt gevraagd, doet de voorzitter daarvan mededeling.
5 Stemming kan plaatsvinden door middel van handopsteking of door middel van hoofdelijke
stemming als bedoeld in lid 6 van dit artikel.
6.Indien hoofdelijke stemming wordt verlangd, deelt de voorzitter mede bij welk lid van de raad, de hoofdelijke stemming zal plaatsvinden. Daartoe wordt bij loting een volgnummer van de
presentielijst aangewezen; bij het daar genoemde lid begint de hoofdelijke stemming.
Heeft een lid zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, dan kan hij deze vergissing nog
herstellen voordat het volgende lid gestemd heeft. Bemerkt het lid zijn vergissing pas later, kan hij
nadat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt wel aantekening
vragen dat hij zich heeft vergist; in de uitslag van de stemming brengt dit echter geen verandering.
ingediend, bepaalt de voorzitter de volgorde waarin hierover zal worden gestemd. Daarbij geldt de
regel, dat het meest verstrekkende amendement of sub- amendement het eerst in stemming wordt
4.Indien aangaande een aanhangig voorstel een motie is ingediend, wordt eerst over het
Het stembureau onderzoekt of het aantal ingeleverde stembriefjes gelijk is aan het aantal leden dat ingevolge het tweede lid verplicht is een stembriefje in te leveren. Wanneer de aantallen niet gelijk zijn worden de stembriefjes vernietigd zonder deze te openen en wordt een nieuwe stemming gehouden.
1.Wanneer bij de eerste stemming niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, wordt
tot een tweede stemming overgegaan.
Wanneer ook bij deze tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een derde stemming plaats tussen twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben.
Ieder lid van de raad kan tot het sluiten van de beraadslagingen amendementen indienen. Een amendement kan het voorstel inhouden om een geagendeerd voorstel in één of meer onderdelen te splitsen, waarover afzonderlijke besluitvorming zal plaatsvinden. Alleen beraadslaagd kan worden over amendementen die ingediend zijn door leden, die de presentielijst getekend hebben en in de vergadering aanwezig zijn.
5 Intrekking, door de indiener(s) van de motie is mogelijk totdat besluitvorming door de raad heeft plaatsgevonden.
De voorzitter plaatst het voorstel op de agenda van de de eerstvolgende vergadering tenzij de oproep hiervoor reeds verzonden is. In dit laatste geval wordt het voorstel op de agenda van de daaropvolgende vergadering geplaatst. Bij vaststelling van de agenda wordt het agenderen van het initiatiefvoorstel in stemming gebracht.
Het verzoek tot het houden van een interpellatie wordt, behoudens in naar het oordeel van de voorzitter spoedeisende gevallen, ten minste 48 uur voor de aanvang van de vergadering per e-mail via de griffie bij de voorzitter ingediend. Het verzoek bevat een duidelijke omschrijving van het onderwerp waarover inlichtingen worden verlangd alsmede de te stellen vragen.
De voorzitter brengt de inhoud van het verzoek zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige leden van de raad en de wethouders. Bij de vaststelling van de agenda van de eerstvolgende vergadering na indiening van het verzoek wordt het verzoek in stemming gebracht. De raad bepaalt op welk tijdstip tijdens de vergadering de interpellatie zal worden gehouden.
Een digitale beantwoording vindt zo spoedig mogelijk plaats, in beginsel binnen 14 dagen doch in ieder geval binnen dertig dagen nadat de vragen zijn binnengekomen. Mondelinge beantwoording vindt plaats in de eerstvolgende raadsvergadering. Indien beantwoording niet binnen deze termijnen kan plaatsvinden, stelt het verantwoordelijk lid van het college of de burgemeester de vragensteller hiervan gemotiveerd in kennis, waarbij de termijn aangegeven wordt, waarbinnen beantwoording zal plaatsvinden. Dit bericht wordt behandeld als een antwoord.
De vragensteller kan, bij digitale beantwoording in de eerstvolgende raadsvergadering en bij mondelinge beantwoording in dezelfde raadsvergadering, na de behandeling van de op de agenda voorkomende onderwerpen nadere inlichtingen vragen omtrent het door de burgemeester of door burgemeester en wethouders gegeven antwoord, tenzij de raad anders beslist.
Bij de aanvang van iedere vergadering van de raad, is er voor de leden gelegenheid om vragen te stellen over spoedeisende zaken die de bevoegdheid van de raad betreffen. In bijzondere gevallen kan het presidium bepalen dat het vragenuur op een ander tijdstip wordt gehouden. De voorzitter bepaalt op welk tijdstip het vragenuur eindigt.
Het lid van de raad dat tijdens het vragenuur vragen wil stellen, meldt dit onder aanduiding van het onderwerp en de te stellen vragen met een korte toelichting de dag voorafgaande aan de raadsvergadering via de griffier bij de voorzitter om uiterlijk 12.00 uur ´s middags. De voorzitter kan zo mogelijk na overleg met het presidium weigeren een onderwerp tijdens het vragenuur aan de orde te stellen indien hij het onderwerp niet voldoende nauwkeurig acht aangegeven of indien het onderwerp in de raadsvergadering op diezelfde dag aan de orde komt.
Per onderwerp wordt aan de vragensteller in een eerste termijn van ten hoogste twee minuten het woord verleend om één of meerdere vragen aan het college of de burgemeester te stellen en een toelichting daarop te geven. Vervolgens krijgt het college of de burgemeester drie minuten de gelegenheid deze vragen te beantwoorden. Vervolgens krijgt de vragensteller desgewenst een tweede termijn om aanvullende vragen te stellen, waarna het college of de burgemeester over twee minuten beschikt om de aanvullende vragen te beantwoorden.
Indien een lid over een onderwerp inlichtingen als bedoeld in de artikelen 169, derde lid en 180, derde lid van de Gemeentewet verlangt, wordt een verzoek daartoe, door tussenkomst van de griffier per e-mail ingediend bij het college of de burgemeester onder vermelding van het onderwerp en de te stellen vragen.
Onverminderd het bepaalde in de Gemeentewet geschiedt de voorbereiding, het onderzoek, de behandeling en de vaststelling van de begroting volgens een procedure die de raad, op voorstel van presidium vaststelt.
Onverminderd het bepaalde in de Gemeentewet geschiedt de voorbereiding en het onderzoek van de jaarrekening en het jaarverslag, alsmede de vaststelling van de jaarrekening en van een eventueel indemniteitsbesluit volgens een procedure die de raad, op voorstel van het presidium vaststelt.
Een lid van de raad, een wethouder, de burgemeester of de secretaris, die door de gemeenteraad is aangewezen tot lid van het algemeen bestuur van een openbaar lichaam of van een ander gemeenschappelijk orgaan, ingesteld op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen, heeft het recht (om in aansluiting op de behandeling van de lijst van ingekomen stukken òf voor het sluiten van de vergadering) verslag te doen over zaken die in het algemeen bestuur als bedoeld aan de orde zijn. Door de raad gewenste bespreking van dit verslag kan de voorzitter verwijzen naar de desbetreffende bespreekronde.
Wanneer een lid van de raad een persoon als bedoeld in het eerste lid ter verantwoording wenst te roepen over zijn wijze van functioneren als zodanig, besluit de raad over het toestaan daarvan. De regels voor het vragen van inlichtingen, vastgesteld in artikel 41, zijn van overeenkomstige toepassing.
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Indien de raad op grond van het gestelde in artikel 25, derde en vierde lid, of artikel 55, tweede en derde lid, of artikel 86, tweede en derde lid, van de Gemeentewet voornemens is geheimhouding op te heffen wordt, indien daarom wordt verzocht door het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd, in een besloten vergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd.
Diegenen die in de vergaderzaal tijdens een openbare raadsvergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat zij de vrijheid van pers aantasten.
In de gevallen waarin dit reglement niet voorziet of bij twijfel omtrent de toepassing van het reglement, beslist de raad op voorstel van de voorzitter.
Dit reglement treedt in werking op de dag volgende op die van zijn bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2016. Het Reglement van orde van de raad 2014 Edam-Volendam, alsmede het Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de gemeenteraad Zeevang 2009 komt daarmee te vervallen.