Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zevenaar

nr 13.05 Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZevenaar
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingnr 13.05 Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid
CiteertitelVerordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Zevenaar
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerponderwijs
Eigen onderwerponderwijs

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening komt in de plaats van:

verordening procedure huisvesting onderwijs gemeente Zevenaar.

verordening procedure huisvesting onderwijs gemeente Angerlo.

Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid 1998

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet op het basisonderwijs, artikel 76 lid 5, en
  2. Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs, artikel 84 lid 5
  3. Wet op het voortgezet onderwijs artikel 76m lid 5.
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-11-200701-01-2010Nieuwe regeling

29-11-2006

Zevenaar Post, 27-10-2007

06-111
27-01-2005nieuwe regeling bij gemeentelijke herindeling

03-01-2005

Zevenaar Post, 19-1-2005

05-003

Tekst van de regeling

Intitulé

nr 13.05 Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid

 

De raad van de gemeente Zevenaar;

Overwegende dat het noodzakelijk is een aangepaste regeling vast te stellen voor het overleg tussen de gemeente en de schoolbesturen over het lokaal onderwijsbeleid;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 oktober 2006 , nr. 06-111;

gezien de behandeling van het voorstel van de Raadscommissie Samenleving van 14 november 2006;

gezien het gevoerde op overeenstemming gerichte overleg met de vertegenwoordigers van de

schoolbesturen op 26 oktober 2006;

b e s l u i t :

vast te stellen de Verordening Overleg Lokaal Onderwijsbeleid.

 

 

HOOFDSTUK 1 begripsbepalingen.
Artikel 1 begripsbepalingen.

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.schoolbestuur: het bevoegd gezag van een volgens de Wet op het primair onderwijs bekostigde

openbare of bijzondere school voor basisonderwijs, speciaal basisonderwijs of voortgezet onderwijs die

gelegen is op het grondgebied van de gemeente.

b.Advies: het advies van de Onderwijsraad als bedoel in de Wet op het primair onderwijs of als bedoeld in

de Wet op het voortgezet onderwijs;

c.Het college: het college van burgemeester en wethouders.

HOOFDSTUK 2
Paragraag 2.1 Overlegorgaan lokaal onderwijsbeleid.
Artikel 2 Functie overlegorgaan.

-Er is een overlegorgaan lokaal onderwijsbeleid waarin het college met de vertegenwoordigers van alle

schoolbesturen overleg voert over de voorbereiding en uitvoering van het lokaal onderwijsbeleid.

  • -

    In het overlegorgaan komen aan de orde:

    • a.

      de onderwerpen waarop het op overeenstemming gericht overleg van toepassing is als

bedoeld in de Wet op het primair onderwijs en de Wet op het voortzet onderwijs.

  • b.

    Overige onderwerpen van overleg aangaande het lokaal onderwijsbeleid.

    • -

      Op de onderwerpen, als genoemd in het tweede lid onder b, is artikel 9 niet van toepassing.

2/1

Artikel 3 Samenstelling overlegorgaan.

1.De schoolbesturen kunnen zich laten vertegenwoordigen in het overlegorgaan. Een schoolbestuur

wijst daartoe maximaal twee vertegenwoordigers aan, die namens dit schoolbestuur het overleg

voeren.

2.Schoolbesturen kunnen zich gezamenlijk laten vertegenwoordigen in het overlegorgaan. Ze wijzen

daartoe maximaal twee vertegenwoordigers aan.

3.De portefeuillehouder onderwijs vertegenwoordigt het college in het overlegorgaan. De

portefeuillehouder onderwijs fungeert als voorzitter van het overlegorgaan.

Artikel 4 Derden.

Derden kunnen, indien de voorzitter van het overlegorgaan dit wenst of een vertegenwoordiger van

schoolbesturen , genoemd in artikel 3, dit wenst, deelnemen aan een overleg.

Paragraaf 2.2 Voorbereiding overleg.
Artikel 5 Uitnodiging.

1.Alvorens het college besluit over een onderwerp, zendt het de voorgenomen inhoud van het

betreffende voorstel met de toelichting daarop en de inventarisatie, als bedoeld in artikel 7, toe aan

alle schoolbesturen.

2.De toezending geschiedt onder bekendmaking van de plaats, de datum en het tijdstip waarop het

overleg hierover zal aanvangen. Tussen de datum van de toezending van het voorstel en de datum

van het overleg liggen tenminste twee weken.

3.De schoolbesturen die niet deelnemen aan het overleg kunnen voor de datum van dit overleg hun

zienswijzen schriftelijk kenbaar maken aan het college. Het college stelt de deelnemers aan dit

overleg hiervan in kennis.

Artikel 6 Secretariaat.

Het college voert het secretariaat van het overlegorgaan.

Artikel 7 Voorbereiding.

Het college kan een voorbereidend overleg tussen vertegenwoordigers van de schoolbesturen en het college

instellen dat voorafgaat aan het overleg in het overlegorgaan. Dit voorbereidend overleg wordt afgerond met

een inventarisatie van de onderwerpen waarover al dan niet overeenstemming is bereikt. Per onderwerp

wordt aangegeven of het gaat om een onderwerp als bedoeld in artikel 2, tweede lid onder a.

Artikel 8 Agendaoverleg.

1.Het college kan een agendaoverleg instellen. Hierin wordt nagegaan welke onderwerpen op welk

tijdstip in het overlegorgaan aan de orde kunnen komen. Op grond hiervan stelt het college de

agenda op.

2.Aan het agendaoverleg dienen naast de portefeuillehouder onderwijs ook één of meer

vertegenwoordigers van de schoolbesturen deel te nemen.

3/1

Paragraaf 2.3 Uitvoering overleg.
Artikel 9 Advies Onderwijsraad.

1.Indien een of meer schoolbesturen of het college een advies wensen over een onderwerp waarop het

op overeenstemming gericht overleg van toepassing is, maken ze dit uiterlijk kenbaar in het overleg

waarin het onderwerp in finale zin aan de orde is. Dit gebeurt aan de hand van een schriftelijk

gemotiveerde omschrijving van het onderwerp waarover het advies wordt verwacht. Hierbij wordt

tevens het verband aangegeven tussen het onderwerp en de vrijheid van richting en de vrijheid van

inrichting van het onderwijs.

2.Alle vertegenwoordigers krijgen in het overleg de gelegenheid hun zienswijzen naar voren te

brengen over het verzoek om advies.

3.Het college is belast met de indiening van een verzoek om advies. Zij doen dit uiterlijk vier weken

na afloop van het overleg. Daarbij informeren zij tevens de Onderwijsraad over de in het tweede lid

bedoelde zienswijzen.

4.De wettelijke termijn voor het uitbrengen van het advies wordt opgeschort met ingang van de dag

waarop de Onderwijsraad het college uitnodigt het verzoek voor het uitbrengen van het advies aan te

vullen met de gegevens die hij nodig heeft voor een goede vervulling van zijn taak, tot de dag

waarop het verzoek is aangevuld.

5.Het college neemt gedurende de termijn voor het uitbrengen van het advies geen besluit over het

onderwerp waarover advies is gevraagd.

6.Het college zendt zo spoedig mogelijk een afschrift van het uitgebrachte advies toe aan alle

schoolbesturen. Indien het geheel of gedeeltelijk opvolgen van het advies zou leiden to een of meer

inhoudelijke bijstellingen van het voorstel over een onderwerp waarover advies is gevraagd, worden

de schoolbesturen bij de toezending van het afschrift van het advies uitgenodigd voor nader

overleg. In alle andere gevallen beoordeelt het college of nader overleg over het advies wenselijk is.

Zij geven dit aan bij de toezending van het afschrift van het advies.

7.Het overleg, als bedoel in het vorige lid, vindt binnen vier weken plaats nadat het advies is

uitgebracht.

Artikel 10 Verslaglegging.
  • 1.

    Het college maakt een verslag van het overleg.

  • 2.

    Het verslag bevat een overzicht van de besproken onderwerpen, waarbij per onderwerp wordt

aangegeven:

  • a.

    of het bepaalde in artikel 2, tweede lid, onder a en b van toepassing is;

  • b.

    of volledige, geen volledige of geen overeenstemming is bereikt;

  • c.

    de in het overleg door de deelnemers naar voren gebrachte zienswijzen en - indien van

toepassing - de zienswijzen als bedoeld in artikel 5, derde lid;

d.de door de portefeuillehouder onderwijs in het overleg toegezegde wijzigingen in het

oorspronkelijke voorstel. Indien artikel 9, eerste lid van toepassing is, wordt hiervan

eveneens een weergave opgenomen in het verslag.

3.Het overlegorgaan stelt het verslag vast. In afwijking hiervan kan het college spoedheidshalve het

verslag ter commentaar toezenden aan de schoolbesturen. Binnen 10 dagen na de dag waarop het

conceptverslag is toegezonden, maken de schoolbesturen die deel hebben genomen aan het overleg

schriftelijk hun opmerkingen over het concept van het verslag kenbaar. Het college stelt het verslag

vast met inachtneming van de opmerkingen.

4/1

HOOFDSTUK 3 Slotbepalingen.
Artikel 11 Beslissing van het college in gevallen waarin de verordening niet voorziet.

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college, gehoord de vertegenwoordigers van

de schoolbesturen in het overleg.

Artikel 12 intrekking oude verordeningen.

Met de vaststelling van de Verordening Overleg Lokaal Onderwijsbeleid worden de navolgende oude

Verordeningen ingetrokken:

  • -

    Verordening procedure overleg huisvesting onderwijs gemeente Angerlo;

  • -

    Verordening procedure overleg huisvesting onderwijs gemeente Zevenaar;

  • -

    Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid 1998.

Artikel 13 Citeertitel; inwerkingtreding.

1.De verordening kan worden aangehaald als Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente

Zevenaar.

De verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2007.

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Zevenaar

in zijn openbare vergadering van 29 november 2006

De griffier, De burgemeester,