Organisatie | Heerhugowaard |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit Bedragen Wmo en Jeugdhulp 2016 |
Citeertitel | Besluit Bedragen Wmo en Jeugdhulp 2016 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | nadere regels | |
Geen. |
Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, Verordening Wmo Heerhugowaard 2015, Jeugdwet, Verordening Jeugdhulp Heerhugowaard 2015
1.Geen. |
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-01-2016 | 01-01-2016 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 22-12-2015 Publicatie via Officiele bekendmakingen.nl d.d. 7 januari 2015 en Heerhugowaards nieuwsblad d.d. 29 december 2015 | BW15-0568 |
De inkomens- en vermogensbedragen en de percentages die gelden voor de berekening van de eigen bijdrage zijn gelijk aan die genoemd in artikel 3.1, eerste lid van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015. (Stb.2014 nr. 420). Het Uitvoeringsbesluit wordt jaarlijks aangepast door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.
1.2Omvang van de eigen bijdragen voor maatschappelijke ondersteuningzoals opgenomen in het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, Stb.2014 nr. 420, artikel 3.8.
a.De eigen bijdrage van ongehuwde personen die de pensioengerechtigde leeftijd nog niet hebben
bereikt, bedraagt € 19,40 per vier weken.
Bij een verzamelinkomen (bedoeld in artikel 2.18 van de Wet inkomstenbelasting 2001) in het
peiljaar meer dan € 22.486,- wordt het bedrag van € 19,40 verhoogd met een dertiende deel van
15% van het verschil tussen zijn verzamelinkomen in het peiljaar en € 22.486,-.
b.De eigen bijdrage van ongehuwde personen die de pensioengerechtigde leeftijd hebben
bereikt, bedraagt € 19,40 per vier weken.
Bij een verzamelinkomen (bedoeld in artikel 2.18 van de Wet inkomstenbelasting 2001) in het
peiljaar meer dan € 16.887,- wordt het bedrag van € 19,40 verhoogd met een dertiende deel van
15% van het verschil tussen zijn verzamelinkomen in het peiljaar en € 16.887,-.
c.De eigen bijdrage van gehuwde personen, waarvan één van beiden of beiden de
pensioengerechtigde leeftijd nog niet hebben bereikt, bedraagt € 27,80 per vier weken.
Bij een gezamenlijk verzamelinkomen (bedoeld in artikel 2.18 van de Wet inkomstenbelasting
2001) in het peiljaar meer dan € 28.177,- wordt het bedrag van € 27,80 verhoogd met een
dertiende deel van 15% van het verschil tussen hun gezamenlijk verzamelinkomen in het peiljaar
d.De eigen bijdrage van gehuwde personen, waarvan beiden de pensioengerechtigde leeftijd
hebben bereikt, bedraagt € 27,80 per vier weken.
Bij een gezamenlijk verzamelinkomen (bedoeld in artikel 2.18 van de Wet inkomstenbelasting
2001) in het peiljaar meer dan € 23.374,- wordt het bedrag van € 27,80 verhoogd met een
dertiende deel van 15% van het verschil tussen hun gezamenlijk verzamelinkomen in het peiljaar
1.3 Wanneer is er sprake van eigen bijdrage binnen de Wmo
1.Conform artikel 12 van de Verordening Wmo is bij het verstrekken van een voorziening t.a.v. alle
resultaten een eigen bijdrage verschuldigd.
2.De eigen bijdrage is niet verschuldigd:
3.Een eigen bijdrage voor bruikleenvoorzieningen is verschuldigd zolang de voorziening in bruikleen
4.Een eigen bijdrage voor koopvoorzieningen is verschuldigd zolang de voorziening in gebruik is,
totdat de volledige kostprijs van de voorziening is bereikt.
5.Bij een persoonsgebonden budget voor voorzieningen verstrekt vóór 1 januari 2012 is geen eigen
6.Voor eigen bijdragen opgelegd vóór 1 januari 2014 geldt het oude regiem;
2. Bedragen voor Persoonsgebonden budget (PGB) en Jeugdhulp
2.1 PGB voor voorzieningen (Wmo)
Het persoonsgebonden budget voor een woonvoorzieningen wordt vastgesteld als tegenwaarde van het bedrag zoals vermeld in de door het college van burgemeester en wethouders geaccepteerde offerte.
Het persoonsgebonden budget voor een vervoersvoorziening wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde van de huurprijs van de voorziening inclusief onderhoud en reparatie zoals dat door het college van burgemeester en wethouders aan de gecontracteerde aanbieder wordt betaald.
Het persoonsgebonden budget voor een rolstoel wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde van de huurprijs van de voorziening inclusief onderhoud en reparatie zoals die door het college van burgemeester en wethouders aan de gecontracteerde aanbieder wordt betaald.
De vaststelling van een persoonsgebonden budget voor ondersteuning vindt als volgt plaats: het bedrag dat beschikbaar wordt gesteld, wordt berekend op basis van de indicatie. De indicatie wordt gesteld in uren aan de hand van het Protocol hulp bij het huishouden Wmo Heerhugowaard en het protocol gebruikelijke zorg van het CIZ.
JeugdBegeleiding, Persoonlijke Verzorging en (Kortdurend-) Verblijf
*Op basis van het producten- en dienstencatalogus jeugdhulp 2016 kan de categorie indeling nog nader worden toegespitst.