Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Wijdemeren

Verordening op de heffing en de invordering van forensenbelasting 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWijdemeren
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en de invordering van forensenbelasting 2016
CiteertitelVerordening forensenbelasting 2016
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016. Deze verordening vervangt per 1 januari de Verordening forensenbelasting 2015.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet art. 223

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-12-201501-01-2017Nieuwe regeling

17-12-2015

gmb-2015-129038

Onbekend.

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van forensenbelasting 2016

De raad der gemeente Wijdemeren;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2015;

 

gelet op artikel 223 van de Gemeentewet;

 

B E S L U I T

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de heffing en de invordering van forensenbelasting 2016

(Verordening forensenbelasting 2016)

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.

Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1.

    Onder de naam ‘forensenbelasting’ wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een woning binnen de gemeente beschikbaar houden.

  • 2.

    Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

  • 3.

    Indien er samenloop is tussen de belastingplicht van de forensenbelasting en die van de toeristenbelasting of de watertoeristenbelasting, wordt er uitsluitend forensenbelasting geheven.

Artikel 3 Vrijstellingen

Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een algemeen vertegenwoordigend lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    Indien de woning deel uitmaakt van een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16 van de Wet WOZ en waarvoor op grond van hoofdstuk IV van die Wet voor die onroerende zaak een waarde is vastgesteld, wordt de belasting geheven naar de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen, zoals die voor het belasting­object geldt voor het tijdvak waarover de forensenbelasting wordt geheven.

  • 2.

    De belasting als bedoeld in het eerste lid bedraagt, indien de waarde in het economische verkeer:

    a.

    niet meer is dan € 150.000,--

    258,75

    b.

    meer is dan € 150.000,-- doch niet meer is dan € 300.000,--

    429,00

    c.

    meer is dan € 300.000,--

    575,00

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid wordt de belasting geheven naar een vast bedrag per woning, indien:

    • a.

      de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen waarvan de woning deel uitmaakt voor het belastingjaar is vastgesteld onder toepassing van artikel 16, onderdeel e, van de Wet WOZ of

    • b.

      de woning geen deel uitmaakt van een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16 van de Wet WOZ of

    • c.

      geen heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen is of wordt vastgesteld.

  • 4.

    Het vaste bedrag als bedoeld in het derde lid bedraagt € 258,75

Artikel 5 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 6 Wijze van heffing

De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990, moeten de aanslagen worden betaald binnen twee maanden na dagtekening van de aanslag.

  • 2.

    In afwijking van het gestelde in het eerste lid geldt voor een particulier huishouden, in geval de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald volgens het incasso reglement.

  • 3.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en tweede lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van forensenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De Verordening forensenbelasting 2015, vastgesteld bij raadsbesluit van 18 december 2014, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid van dit artikel genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening forensenbelasting 2016.

 

Aldus besloten in de openbare vergadering van

17 december 2015.

G.J. Schutte-van der Schans

de griffier

De raad voornoemd

M.E. Smit

de voorzitter

De raad voornoemd