Organisatie | Grootegast |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Wet Taaleis 2016 |
Citeertitel | Beleidsregels Wet Taaleis 2016 gemeente Grootegast |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen.
Participatiewet, art. 18b
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 01-01-2021 | nieuwe regeling | 22-12-2015 Streekkrant 5 januari 2016 en digitaal gemeenteblad 6-1-2016 | Onbekend. |
Beleidsregels Wet Taaleis 2016
Betreffende de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de Algemene wet bestuursrecht.
De taaltoets, bedoeld in artikel 2 sub b, wordt uitgevoerd door een Regionaal Opleidingen Centrum, waarmee in de regio een contract is gesloten in het kader van de wet educatie.
Geen taaltoets wordt afgenomen indien:
Als tijdens een vorige uitkeringsperiode, al een toets is afgenomen en is vastgesteld dat belanghebbende de Nederlandse taal onvoldoende beheerst, maar ook is vastgesteld dat door in de persoon gelegen factoren belanghebbende niet is staat is om de Nederlandse taal op voldoende niveau machtig te worden.
Artikel 8. Het volgen van de voortgang van het taaltraject
Van de aanbieder van het taaltraject wordt door de gemeenten een halfjaarlijkse voortgangsrapportage gevraagd, en een eindrapport na afloop van het traject.
Op basis van de voortgangsrapportages wordt belanghebbende halfjaarlijks gemonitord en zo nodig gesproken.
Als uit de aanwezigheidsrapportages blijkt dat belanghebbende regelmatig afwezig is wordt er eerder met belanghebbende gesproken.
Artikel 9. Het ontbreken van elke vorm van verwijtbaarheid
Elke vorm van verwijtbaarheid ontbreekt als er:
Artikel 10 Relatie met Wet inburgering
Wanneer belanghebbende begonnen is met een leertraject in het kader van de Wet inburgering, kan dit worden aangemerkt als ‘voldoende inspanning’ van de kant van belanghebbende, zoals bedoeld is in de Wet taaleis.
Artikel 11. Relatie met de Wet educatie
Wanneer belanghebbende voor de ingangsdatum van de Wet taaleis begonnen is met een taaltraject in het kader van de Wet educatie en dit traject loopt nog bij ROC de Leijgraaf, kan dit aangemerkt worden als ‘voldoende inspanning’ van de kant van belanghebbende, zoals bedoeld is in de Wet taaleis.
Artikel 12. Gevallen waarin de beleidsregels niet voorzien en afwijking
Inzake de onderwerpen die vallen onder de discretionaire bevoegdheid van het college, waarin deze beleidsregels niet voorzien, beslist het college.
Het college kan gemotiveerd van deze beleidsregels afwijken.
Toelichting op de beleidsregels wet taaleis 2016
De wet taaleis gaat uit van een referentieniveau 1F, dit staat gelijk aan het niveau eind basisonderwijs. Voor het functioneren in de maatschappij is een taalniveau op het niveau 2F noodzakelijk, dit staat gelijk aan het niveau eind vmbo en tot dit niveau wordt men laaggeletterd genoemd. Aanpak van laaggeletterdheid is een belangrijk doel van de Wet educatie.
In de beleidsregels hebben wij geprobeerd dit vorm te geven door te spreken van een ‘voldoende niveau’. Daaronder verstaan wij dan het niveau 2F. Uitkeringsgerechtigden in onze gemeente krijgen daarom een taalmeter op 2F niveau aangeboden. Uit de taaltoets blijkt vervolgens het daadwerkelijke taalniveau. Inwoners die de taalmeter niet hebben gehaald, zijn daarmee ‘binnen’ bij het Regionaal Opleidingen Centrum. Daarmee willen wij hen stimuleren minimaal een taalniveau 2F te behalen.
De verplichtingen van de taaleis geldt tot het niveau van 1F. In artikel 3 is daarom neergelegd dat inwoners die geen taalmeter of taaltoets willen invullen, de mogelijkheid hebben aan te tonen dat zij de Nederlandse taal op dit niveau beheersen. Indien nodig kan het verbeteren van de Nederlandse taal vervolgens wel als onderdeel van de reïntegratie in het trajectplan worden opgenomen.