Organisatie | Noordenveld |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Het preventie- en handhavingsplan alcohol 2015-2016 |
Citeertitel | Het preventie- en handhavingsplan alcohol 2015-2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Drank- en Horecawet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
31-12-2015 | Nieuw beleid | 02-12-2015 Gemeenteblad, www.overheid.nl, 23-12-2015 | Onbekend |
1. DE GEMEENTE EN DE DRANK-EN HORECAWET
De DHW verplicht de gemeente een preventie-en handhavingsplan op te stellen. Ten aanzien van alcoholpreventie en -handhaving wordt bepaald dat dit plan een drietal onderdelen bevat:
1. De hoofdzaken van het preventiebeleid en handhavingsbeleid alcohol,
2. De doelstellingen van het preventie- en handhavingsbeleid
3. Welke acties worden ondernomen
Voor u ligt het preventie-en handhavingsplan alcohol voor de periode 2015-2016. De Drank- en Horecawet (verder te noemen DHW) is de belangrijkste bijzondere wet die de alcoholverstrekking reguleert.
De DHW geeft nieuwe bevoegdheden, taken en verantwoordelijkheden. De bevoegdheid ligt bij de burgemeester (art. 3 en 11 DHW) maar daarnaast is er een belangrijke rol weggelegd voor de raad en het college.
Het onderwerp raakt diverse beleidsterreinen zoals gezondheidsbeleid, jeugdbeleid, handhavingsbeleid en openbare orde en veiligheid. De DHW leent zich dan ook uitstekend voor een integrale benadering vanuit deze beleidsvelden.
Bestaand beleid en overlegstructuren
De DHW geeft nieuwe bevoegdheden, taken en verantwoordelijkheden. Hoe de gemeente omgaat met preventie en handhaving moet in voorliggend plan beschreven worden. Op het gebied van gezondheidsbeleid, jeugdbeleid, openbare orde en veiligheid gebeurt echter al veel op het gebied van preventie en handhaving, ook gericht op jongeren. Veel van de genoemde acties in dit plan zijn dan ook niet nieuw. Daarnaast zijn er diverse bestaande overlegstructuren die een bijdrage kunnen leveren aan de doelstellingen opgesteld in dit plan. Zo is er structureel horeca- overleg, veiligheidsoverleg met de politie en zijn er nauwe contacten met het CJG.
De DHW verplicht gemeenten om voor 1 juli 2014 voor de eerste maal een preventie-en handhavingsplan alcohol vast te stellen. Onderhavig plan vervangt de eerste versie die op 3 september 2014 is vastgesteld door de Raad.
Dit preventie-en handhavingsplan heeft ook raakvlakken op het gebied van gezondheid. Dit voor u liggende plan heeft een doorlooptijd tot 2016 om dan te worden herzien en aan te sluiten op de nieuwe WMO-visie. Dit geeft ons tevens de tijd ervaringen op te doen met de keuzes die we maken in dit preventie-en handhavingsplan.
De belangrijkste redenen voor de aanpassing van de DHW
- Het effectiever tegengaan van schadelijk alcoholgebruik onder jongeren
Door de leeftijdgrens voor het verkopen alcohol te verhogen van 16 naar 18 en door vergunningverlenende en toezichthoudende taken neer te leggen bij de gemeente wordt getracht het alcoholgebruik onder jongeren terug te dringen. De gemeente kan door middel van handhavingsinstrumenten en preventieve instrumenten een samenhangend beleid voeren voor het oplossen van problemen rond het gebruik van alcohol door jongeren.
- Het terugdringen van administratieve lasten
De aanpassing van het vergunningstelsel in de nieuwe DHW leidt tot vereenvoudiging van de aanvraag met als gevolg dat de administratieve lasten voor drankverstrekkers en bestuurslasten voor de gemeente verminderen. De vergunning staat op naam van een rechtspersoon en heeft een inrichtinggebonden deel. Bij wijziging van de leidinggevende is een melding aan de burgemeester voldoende, voorheen ging dit via een aanvraag om een nieuwe vergunning. Deze aanpassing van de vergunning zal leiden tot aanzienlijk minder vergunningsaanvragen.
- Het terugdringen van alcohol gerelateerde overlast en verstoringen van de openbare orde
De gemeente krijgt meer mogelijkheden om in beleid en regelgeving aanvullende regels te stellen om alcohol gerelateerde overlast en verstoringen van de openbare orde te verminderen.
- Het tegengaan van oneerlijke mededinging
De gemeente dient in een algemene plaatselijke verordening regels op te nemen ter voorkoming van oneerlijke mededinging door paracommerciële instellingen.
De DWH stelt ons in staat om lokaal beleid te ontwikkelen en uit te voeren dat aansluit op de situatie en problematiek van drankverstrekking en –gebruik in Noordenveld. De instrumenten uit DHW ondersteunen en versterken een preventieve aanpak. Door een passende invulling en uitvoering van deze wet hebben wij de mogelijkheid om te sturen op het terugdringen van de negatieve effecten van alcoholgebruik.
In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op de doelstellingen die de gemeente heeft ten aanzien van preventie en handhaving. Hoofdstuk 3 beschrijft hoe de gemeente wil omgaan met paracommercie. Hoofdstuk 4 beschrijft de regelgevende activiteiten. Tot slot gaat hoofdstuk 5 in op de uitvoeringsparagraaf, de evaluatie en de financiën.
2. DOELSTELLING GEMEENTE NOORDENVELD
Het primaire doel van de DHW is het verminderen van alcoholgebruik onder jongeren en alcohol gerelateerde verstoringen in de openbare ruimte aanpakken. Preventie, handhaving van de DHW en de gemeentelijke verordening moeten daaraan bijdragen. Belangrijk is dat de ouders betrokken worden bij de doelstelling om alcoholgebruik bij jongeren onder de 18 tegen te gaan.
Doelstelling gemeente Noordenveld De gemeente stelt zich als doel alcoholgebruik bij jongeren onder de 18 tegen te gaan en daarboven te ontmoedigen. |
Deze basisdoelstelling wordt binnen de gemeente breed gedragen door de betrokken partijen.
Om deze doelstelling te halen en te handhaven is samenwerken en het gebruik van preventiemaatregelen en van handhavingsinstrumenten nodig. Ten aanzien van preventie en handhaving zijn meer concrete doelstellingen opgenomen voor de periode 2015-2016.
In het uitvoeringsprogramma (zie hoofdstuk 5) worden acties voor de jaren 2015 en 2016 opgenomen om deze doelstellingen te halen.
De ambitie die gemeente nastreeft binnen het preventie-en handhavingsplan alcohol is dat jongeren (12-24 jarigen) gezond en veilig kunnen opgroeien. Dit is primair een verantwoordelijkheid van ouders/opvoeders. Wanneer dit niet mogelijk is moet de overheid kunnen ingrijpen omdat kinderen en jeugd een bijzondere bescherming verdienen. Dit sluit aan op het Beleidsplan Jeugd(hulp) Noordenveld 2015-2016.
De doelstelling die de gemeente Noordenveld wil verwezenlijken omvat de pijlers educatie, regelgeving en handhaving. Dit betekent dat er vanuit verschillende beleidsvlakken wordt gekeken naar de aanpak van de alcoholproblematiek.
Als uitgangspunt voor integraal alcoholbeleid hanteren we het preventiemodel van Reynolds (2003) dat ook de basis vormt van de Handreiking Gezonde Gemeenten van de RIVM.
De pijlers educatie, regelgeving en handhaving staan deels op zichzelf maar overlappen elkaar ook. In die overlap wordt het integrale preventiebeleid duidelijk. Het preventiemodel van Reynolds is gebaseerd op de systeemtheorie van Holder die duidelijke maakt dat alcoholgebruik altijd een resultaat is van een combinatie van factoren. De persoon, zijn sociale omgeving, het aanbod van drank en het overheidsbeleid vormen samen een systeem dat uiteindelijk de keuze van de gebruiker bepaalt. Holder laat daarmee zien dat alcoholpreventie nooit alleen op het individu gericht kan zijn.
Het meest succesvol zijn strategieën die vooral de omgeving van de drinker beïnvloeden. En in die omgeving van de jonge drinker spelen alcoholverstrekkers, scholen en ouders een belangrijke rol.
De gemeente Noordenveld wil met haar doelstelling het accent leggen op de doelgroep 12-18 jarigen (pijlers educatie en handhaving) en de groep 18-24 jarigen(pijlers handhaving en regelgeving).
Hoofdzaken van het preventiebeleid alcohol
De gemeentelijke doelstelling is alcoholgebruik bij jongeren onder de 18 tegen te gaan en daarboven te ontmoedigen. De nadruk van het preventiebeleid ligt op de educatie en handhaving bij jongeren onder de 18 en op handhaving en regelgeving bij de groep 18-24 jarigen.
De aanpak alcoholmatiging is een continu proces. De gemeente zal en moet continu draagvlak zoeken en creëren in onze samenleving. Dit kan zijn alleen door integraal het preventiebeleid op te pakken en met alle partners een afspraak te maken. Binnen de gemeente Noordenveld zijn met verschillende partners overleggen zoals met de horeca, politie, CJG en het jongerenwerk. In overleg met de beleidsmedewerker Jeugd van de vakgroep Welzijn, Onderwijs & Sport en het Centrum van Jeugd en Gezin (CJG) is de volgende doelstelling geformuleerd:
De vindplaatsen in de gemeente Noordenveld zijn evenementen zoals de Rodermarkt, Peizerjaarmarkt, Lus van Roden en feestvierdaagse Norg, het voortgezet onderwijs in de gemeente en de horecagelegenheden.
Het is van belang dat alcoholverstrekkers binnen de gemeente Noordenveld weten wat voor rol zij spelen op het gebied van preventie zodat het beleid breed wordt gedragen binnen de gemeente. Het wordt verwacht van alcoholverstrekkers dat ze:
- De leeftijdgrens voor de verstrekking van alcohol kennen en naleven
- Het verbod op doorschenken bij dronkenschap kennen en naleven
- Verbod op toelaten van personen in kennelijke staat van dronkenschap in een horecaonderneming of verenigingsgebouw/kantine kennen en naleven.
Plan van aanpak horecagebied Roden
In de periode dat het eindconcept preventie- en handhavingsplan alcohol ter inzage lag is door het college van B&W het Plan van aanpak horecagebied Roden vastgesteld.
Dit plan van aanpak is opgesteld naar aanleiding van enkele ernstige incidenten in het uitgaansleven van Roden. In het plan van aanpak wordt op een integrale manier samengewerkt. Daarmee is het een prima voorbeeld in hetgeen de DHW nastreeft. De acties benoemd in dit plan van aanpak dragen bij aan de doelstelling voor preventie. Het plan van aanpak loopt tot en met juli 2015. Acties zijn daarom niet opgenomen in het voorliggend preventie- en handhavingsplan alcohol.
Het plan van aanpak horecagebied Roden is als bijlage 5 opgenomen in dit plan.
Hoofdzaken van het handhavingsbeleid:
Het handhavingsbeleid is zowel bij de groep jeugdigen onder de 18 als bij de groep 18-24 jarigen van belang en daarnaast vooral gericht op de verkopende instanties zoals horeca, supermarkten en paracommerciële instellingen.
De regels in de Drank- en Horecawet staan toe dat niet alleen alcoholverstrekkers kunnen worden beboet door de bijzondere opsporingsambtenaren maar ook verbiedt de DHW jongeren onder de 18 jaar om alcoholhoudende drank bij zich te hebben op voor publieke toegankelijke plaatsen. De gemeente heeft de bevoegdheid om handhavend op te treden en deze jongeren te beboeten.
Omdat handhaving een wezenlijk deel uitmaakt van het preventiebeleid én een boete een preventieve werking kan hebben stelt de gemeente, in overleg met de Veiligheidsregio Noord en de collega’s betrokken bij de vakgroep Handhaving, voor ook jeugdigen onder en boven de 18 te beboeten. Een boete kan voor een jeugdige een goede preventieve maatregel zijn.
De evenementen zijn in eerste instantie De Rodermarkt, de scholenfeesten, Peizerjaarmarkt en feestvierdaagse Norg. Op basis van het contract welke de gemeente Noordenveld heeft met de Veiligheidsregio Noord kunnen dit meer of minder evenementen worden waar de Boa’s handhavend optreden tegen jongeren en verstrekkers van alcohol.
Ten aanzien van handhaving ligt de prioriteit bij de jongeren. De Boa’s van de Veiligheidsregio zullen met name ingezet worden bij evenementen zodat de doelstellingen voor preventie en handhaving gehaald worden.
Daarmee verwacht de gemeente dat alcoholverstrekkers zoals horeca, paracommerciële instellingen en supermarkten/slijterijen zelf hun verantwoordelijkheid nemen ten aanzien van de regels uit de DHW en de gemeentelijke verordening betreffende de alcoholverstrekking (zie ook de paragraaf Preventie) en paracommercie.
Wanneer signalen vanuit het horeca overleg of veiligheidsoverleg met politie of jongerenwerk daar toe aanleiding geven zullen de BOA’s, mits passend binnen het urencontract, stringenter optreden tegen alcoholverstrekkers zoals horeca, paracommerciële instellingen en supermarkten/slijterijen die in overtreding zijn.
Als gemeente Noordenveld vinden wij het belangrijk dat er geen oneerlijke concurrentie plaatsvindt tussen de horeca en de paracommerciële instellingen.
Het is tijdens de overleggen met zowel horeca als paracommerciële instellingen gebleken dat er geen gezamenlijk standpunt is ten aanzien van de uitvoering omtrent paracommercie.
De gemeente Noordenveld wil echter lokaal maatwerk kunnen verrichten in de gemeentelijke verordening.
Voorgesteld wordt dat de gemeente de ruimte geeft aan paracommerciële rechtspersonen, niet zijnde een sportvereniging, dat zij alcoholhoudende drank kan verstrekken tijdens ten hoogste tien bijeenkomsten van persoonlijke aard per jaar. Deze bijeenkomsten zijn wel aangevuld met specifieke schenktijden. In hoofdstuk 4 is weergegeven hoe dit in de Algemeen Plaatselijke Verordening wordt beschreven.
Gekozen is voor een maximering van dit soort bijeenkomsten. Wanneer er gekeken wordt naar de Noordenveldse omstandigheden tast dit ons inzien de oneerlijke mededinging niet aan. Wanneer er geen mogelijkheid wordt geboden om bijeenkomsten van persoonlijke aard, die gericht zijn op personen die rechtstreeks bij activiteiten van desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn, te organiseren vindt er veelal geen uitwijking naar commerciële horeca plaats en vindt er dus geen aantasting van eerlijke mededinging plaats.
De gemeente verwacht dat alcoholverstrekkers zoals horeca, paracommerciële instellingen en supermarkten/slijterijen zelf hun verantwoordelijkheid nemen ten aanzien van de regels uit de DHW en de gemeentelijke verordening betreffende de alcoholverstrekking en paracommercie.
Wanneer signalen vanuit het horeca overleg of veiligheidsoverleg met politie of jongerenwerk daar toe aanleiding geven zullen de BOA’s, mits passend binnen het urencontract, stringenter optreden tegen alcoholverstrekkers zoals horeca, paracommerciële instellingen en supermarkten/slijterijen die in overtreding zijn.
Daarnaast zullen, wanneer signalen daar toe aanleiding geven, eind 2016 in overleg met de paracommerciële instellingen en de horeca het voorliggend voorstel voor maximalisering van bijeenkomsten van persoonlijke aard tegen het licht worden gehouden.
De Drank- en Horecawet geeft de gemeente Noordenveld met betrekking tot alcoholverstrekking verschillende verordende bevoegdheden. In de DHW wordt onderscheid gemaakt in wettelijk verplichte en facultatieve bepalingen.
De facultatieve bepalingen zijn:
- Koppeling tussen toegangsleeftijd en sluitingstijd
- Het beperken van schenktijden en bijeenkomsten bij para- commerciële inrichtingen
Vastgesteld is dat er in de gemeente Noordenveld geen aanleiding is om bij verordening nadere regels te stellen ten aanzien van de eerste drie facultatieve bepalingen van de Drank- en Horecawet.
De laatste verordende bevoegdheid is van invloed op de paracommercie. In Hoofdstuk 3 heeft de gemeente aangegeven hoe zij om wil gaan met paracommercie. Om dit mogelijk maken dient de algemeen plaatselijke verordening te worden aangepast.
Algemeen Plaatselijke Verordening
De huidige geldige algemene plaatselijke verordening ziet er als volgt uit:
AFDELING 8A BIJZONDERE BEPALINGEN OVER HORECABEDRIJVEN ALS BEDOELD IN DE DRANKEN
In deze afdeling wordt verstaan onder:
- para commerciële rechtspersoon,
dat wat daaronder wordt verstaan in de Drank- en Horecawet.
Artikel 2:34b Regulering para commerciële rechtspersonen
1.Para commerciële rechtspersonen verstrekken uitsluitend alcoholhoudende drank tijdens en twee uur na of één uur voor en één uur na de activiteiten die passen binnen de statutaire doelomschrijving van de desbetreffende para commerciële rechtspersoon.
2. Para commerciële rechtspersonen verstrekken geen alcoholhoudende drank tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn.
Voorstel gewijzigde algemene plaatselijke verordening
Voorgesteld wordt dat de gemeente de ruimte geeft aan paracommerciële rechtspersonen, niet zijnde een sportvereniging, dat zij alcoholhoudende drank kan verstrekken tijdens ten hoogste tien bijeenkomsten van persoonlijke aard per jaar. Daarvoor wordt de APV gewijzigd zoals onderstaand wordt weergegeven.
AFDELING 8A BIJZONDERE BEPALINGEN OVER HORECABEDRIJVEN ALS BEDOELD IN DE DRANKEN
In deze afdeling wordt verstaan onder:
- paracommerciële rechtspersoon,
dat wat daaronder wordt verstaan in de Drank- en Horecawet.
Artikel 2:34b Regulering paracommerciële rechtspersonen
1.Paracommerciële rechtspersonen verstrekken uitsluitend alcoholhoudende drank tijdens en twee uur na of één uur voor en één uur na de activiteiten die passen binnen de statutaire doelomschrijving van de desbetreffende
paracommerciële rechtspersoon.
2. Para commerciële rechtspersonen, verstrekken geen alcoholhoudende drank tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn.
Artikel 2:34c Bijeenkomsten van persoonlijke aard
1.In afwijking van het bepaalde in artikel 2:34b lid 2 kan een paracommerciële rechtspersoon, niet zijnde een sportvereniging, per kalenderjaar alcoholhoudende drank verstrekken tijdens ten hoogste 10 bijeenkomsten van persoonlijke aard, die gericht zijn op personen die rechtstreeks bij activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn.
2. Een paracommerciële rechtspersoon kan, in afwijking van het bepaalde in artikel 2:34b lid 1, tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard als bedoeld in lid 1, alcoholhoudende drank uitsluitend verstrekken op:
a. maandag tot en met zaterdag vanaf 19.00 uur tot 24.00 uur;
b. zondag vanaf 14.00 uur tot 20.00 uur.
3. Een paracommerciële rechtspersoon doet na afloop van het kalenderjaar, uiterlijk op 1 maart van het daarop volgende jaar, opgave van het aantal bijeenkomsten als bedoeld in het eerste lid aan de burgemeester.
5. UITVOERINGSPROGRAMMA, FINANCIEN EN EVALUATIE
In dit hoofdstuk gaat de gemeente in op de acties die vanuit de hoofdstukken 2 en 3 ontstaan. Daarnaast vindt u hier de financiële paragraaf en wordt aangegeven hoe de evaluatie wordt vormgegeven.
In het voorliggend preventie- en handhavingsplan zijn twee doelstellingen opgenomen, ontstaan vanuit de hoofddoelstelling die de gemeente Noordenveld nastreeft.
Doelstelling gemeente Noordenveld De gemeente stelt zich als doel alcoholgebruik bij jongeren onder de 18 tegen te gaan en daarboven te ontmoedigen. |
Per doelstelling wordt aangegeven welke acties worden ondernomen om deze doestelling te bereiken.
1. Inzetten van de “Anti-alcoholcampagne Rodermarkt” in 2015 en 2016. Dit is een publiekscampagne gericht op ouders en jongeren.
2. Het organiseren van regulier contact tussen politie en CJG na afloop van evenementen (zoals Rodermarkt, Feestvierdaagse Norg, scholenfeesten etc.) zodat bij constatering door politie van jongeren onder de 18 jaar (woonachtig in Noordenveld) – in duidelijke beschonken toestand – de politie dit doorgeeft aan het CJG Noordenveld. Het CJG neemt vervolgens contact op met de gezinnen en nodigt de jongeren en eventueel hun ouders uit voor een adviesgesprek met Verslavingszorg Noord Nederland (VNN), bij voorkeur in het CJG en onder de vlag van het CJG.
3. Voorlichting (lesmodules, gastlessen) op scholen: door jongerenwerkers in samenwerking met Verslavingszorg Noord-Nederland, Welzijn in Noordenveld en het CJG.
4. Informatie over de gevolgen van alcoholgebruik op de website van het CJG updaten met handhavingsbeleid van de gemeente Noordenveld.
Een groot deel van de jongeren in Noordenveld gaat naar het voortgezet onderwijs in Leek, Groningen of Assen. Anderzijds komen veel jongeren van buiten de gemeente naar evenementen die in Noordenveld worden georganiseerd. Uit overleg met de omliggende gemeenten Tynaarlo, Assen, Groningen en Leek blijkt dat ook in deze gemeenten op eenzelfde wijze anti-alcoholcampagnes organiseren en/of voorlichting geven op scholen. De verwachting is dat daarmee de doelstelling -om 90% van de jongeren eind 2016 te bereiken- wordt gehaald.
5. In overleg met de vakgroep Handhaving worden Boa’s, tot een maximum van 540 uur per jaar ingezet voor handhavingsacties. De evenementen zijn in eerste instantie gericht op de Rodermarkt, de scholenfeesten, Peizerjaarmarkt en feestvierdaagse Norg.
6. In combinatie met actiepunt 1 wordt gecommuniceerd dat jongeren een boete kunnen krijgen wanneer zij alcohol kopen of in kennelijke staat van dronkenschap zijn.
7. Horeca en paracommerciële instellingen op hoogte brengen van mogelijkheid aan paracommerciële instellingen, niet zijnde een sportvereniging, dat zij alcoholhoudende drank kunnen verstrekken tijdens ten hoogste tien bijeenkomsten van persoonlijke aard per jaar.
8. Eind 2016 een overleg met horeca en paracommerciële instellingen organiseren waarin beleid ten aanzien van paracommercie tegen het licht wordt gehouden
De gemeente heeft 540 uur per jaar beschikbaar voor de inzet van BOA’s voor de handhaving.
Door het integrale karakter van de DHW zitten veel uren op het gebied van preventie en handhaving bij andere instanties zoals politie, Stichting WiN en het CJG. Ook intern is er binnen het reguliere werk ruimte voor de acties zoals hierboven benoemd. Veel van deze acties zijn al onderdeel van de werkzaamheden.
Dit plan heeft een doorlooptijd tot eind 2016 om dan te worden herzien en aan te sluiten op de nieuwe WMO- visie. De ervaringen die in 2015 en 2016 worden opgedaan, gecombineerd met de uitkomsten van actiepunt 9, zullen verwerkt worden en opgenomen in het dan op te stellen preventie- en handhavingsplan.
Bijlage 1. Participatietraject
BIJLAGE 1 - PARTICIPATIETRAJECT
De gemeente Noordenveld heeft deelgenomen aan het Drentse project Maklukzat. Dat project is in 2011 gestart op basis van het ‘’Actieprogramma aanpak schadelijk alcoholgebruik onder jongeren 2009-2013’’ van de GGD Drenthe. De aanleiding voor het starten van het project waren de resultaten van het Drentse Jeugdonderzoek 2008 van de GGD en de gesignaleerde toename van schadelijk alcoholgebruik onder jongeren. Het project Maklukzat is in 2012 afgerond. Door mee te doen aan het project Maklukzat heeft de gemeente Noordenveld ingezet op het welzijnsdoel: het terugdringen van alcoholgebruik onder jongeren zodat zij kunnen opgroeien tot gezonde volwassen.
Op 25 november 2013 is er een brief gestuurd naar de vertegenwoordigers van horeca en paracommerciële instellingen waarin zij op de hoogte gesteld worden van de wijzigingen in de DHW. Deze brief vormde eveneens de uitnodiging om deel te nemen aan een informatieve bijeenkomst op 13 januari 2014.
Doel van deze bijeenkomst was vooral het informeren van betrokken partijen over de nieuwe DHW. Veel aandacht ging uit naar hoe en waarom van het verbod om alcohol te schenken aan jongeren onder de 18 jaar. Tijdens de avond bleek dat partijen veelal al goed geïnformeerd waren over het hoe en waarom. Tegen deze maatregel bleek geen weerstand te bestaan. Ook het handhaven van de gemeente op dit verbod werd niet als probleem ervaren. Wel vroegen de betrokken partijen zich af hoe de gemeente daar handen en voeten aan wil geven. Aan het eind van deze avond hebben diverse belanghebbenden zich aangemeld om met de gemeente mee te denken over de verdere invulling van het drank- en horecabeleid.
In februari 2014 is er een informatie bijeenkomst gehouden waar vertegenwoordigers van horeca en para commerciële verenigingen( dorps-en buurthuizen, sportverenigingen) maar ook supermarkten en sociale partners voor uitgenodigd waren. Tijdens de bijeenkomst bleek dat de betrokken partijen zich konden vinden in het verbod om alcohol te schenken aan jongeren onder de 18. De doelstelling om het alcoholgebruik bij jongeren onder 18 tegen te gaan werd breed gedragen. Het is niet duidelijk hoe betrokken partijen denken over het ontmoedigen van alcoholgebruik bij jongeren boven de 18.
Op 2 oktober 2014 is er bijeenkomst geweest in het kader van het participatietraject. Aanwezigen bij deze bijeenkomst waren de Koninklijke Horeca Nederland afdeling Noordenveld, sportclub GOMOS, dorpshuis Roderwolde, Stichting WiN/Jeugdwerker, dorpshuis Nijroon, Hotel Langewold, wethouder Auwema, mw. Jager en Mw. Hogeman. (gemeente Noordenveld) Tijdens deze vergadering zijn vier thema’s besproken, de paracommercie, preventie, handhaving en de facultatieve verordeningen.
Bijlage 2. Belangrijkste wijzigingen DHW sinds 2013
BIJLAGE 2 - BELANGRIJKSTE WIJZINGEN DHW SINDS 2013
De belangrijkste wijzigingen van de DHW worden in dit hoofdstuk kort toegelicht.
Niet het College van Burgemeester en wethouders, maar de Burgemeester wordt in medebewind- het bevoegd gezag voor vergunningverlening en toezicht op de naleving van de DHW in de gemeente. De Burgemeester is al verantwoordelijk voor de taken ten aanzien van de openbare orde en krijgt hiervoor extra instrumenten.
Decentralisatie toezicht op de naleving
De nieuwe DHW maakt de gemeente verantwoordelijk voor het toezicht op en handhaving van de DHW. Deze taak komt naast de bevoegdheid voor het verlenen van DHW-vergunningen die al bij de gemeente lag. Hiermee is de gemeente verantwoordelijk voor het gehele proces van vergunningverlening en het toezicht op de naleving van de DHW. Het voordeel van gedecentraliseerd toezicht is de mogelijkheid voor de gemeente om in te spelen op de lokale situatie en problematiek, om vervolgens zelf te sturen in het toezicht. Het gemeentelijke toezicht kan daarmee efficiënter en effectiever worden ingezet. Met de wijziging van de DHW, is toezicht en handhaving op de naleving van de DHW verschoven van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) naar de gemeente. De burgemeester is bevoegd om toezichthouders aan te stellen voor het toezicht op de DHW binnen een gemeente.
Interbestuurlijk toezicht vervalt
In de DHW vervalt het toezicht van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) op de uitvoering van de DHW door gemeenten. Het toezicht op de gemeentelijke uitvoering van de DHW maakt onderdeel uit van de controlerende taak van de gemeenteraad.
De DHW verbiedt jongeren onder de 18 jaar om alcoholhoudende drank bij zich te hebben op voor publieke toegankelijke plaatsen. De gemeente heeft de bevoegdheid om handhavend op te treden en deze jongeren te beboeten.
Op grond van de Gemeentewet en de DHW kan de gemeente regels in een verordening vastleggen. De DHW breidt deze mogelijkheden uit. De gemeentelijke verordening kan regels stellen op het gebied van:
- koppeling tussen toegangsleeftijd en sluitingstijd;
De DHW geeft de Burgemeester een extra sanctiemogelijkheid om regelnaleving te bevorderen ten aanzien van de verstrekking van alcohol aan jongeren onder de 18, te weten ‘tree strikes out’. De Burgemeester kan een ondernemer het recht om alcohol te verkopen tijdelijk ontnemen, minimaal voor 1 week en maximaal voor 12 weken. De gemeente kan dat afdwingen door middel van bestuursdwang en moet dit borgen in haar interventiebeleid.
De schorsing van de vergunning is een nieuw sanctie-instrument. De Burgemeester kan de DHW-vergunning voor maximaal 12 weken schorsen. Dit instrument is minder drastisch dan het intrekken van de vergunning. Het intrekken van een horecavergunning is een zware sanctie. In de DHW is het nu mogelijk gemaakt om een vergunning voor een periode van maximaal twaalf weken te schorsen.
Regulering Paracommerciële horeca
De regels voor drankverstrekking door de paracommerciële horeca zijn gewijzigd. De gemeente is verplicht om een verordening vast te stellen om de drankverstrekking binnen de paracommercie te reguleren. In de verordening worden regels opgenomen ten aanzien van schenktijden, alcoholverstrekking tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard en tijdens niet- vereniging gebonden activiteiten van para commerciële rechtspersonen. Daarbij is het mogelijk onderscheid te maken naar de aard van de paracommerciële rechtspersoon.
Vereenvoudiging vergunningstelsel
Gemeenten hebben een vergunningverlenende taak. In de DHW zijn de regels ten aanzien van vergunningverlening zo eenvoudig mogelijk opgesteld om daarmee de administratieve lasten voor vergunninghouders te verminderen. Onder meer kan voor een nieuwe leidinggevende volstaan worden met het indienen van een melding, in plaats van het aanvragen van een nieuwe vergunning. Ook is niet meer nodig de Verklaring Sociale Hygiëne bij de aanvraag te voegen, omdat deze verklaringen zijn opgenomen in een landelijk register dat de gemeente kan raadplegen.
Verplichting opstellen gemeentelijk preventie- en handhavingsplan alcohol
In de DHW wordt een nieuwe verplichting voor gemeenten opgenomen, namelijk dat gemeenten voortaan een preventie- en handhavingsplan alcohol moeten opstellen.
Dit plan moet naast de hoofdzaken uit het beleid met betrekking tot preventie van alcoholgebruik onder met name jongeren, ook beschrijven op welke manier er invulling wordt gegeven aan de handhavingstaken die op grond van de DHW zijn verkregen. In het plan dient te worden aangegeven wat de doelstellingen zijn van het preventie- en handhavingsbeleid alcohol;
• welke acties worden ondernomen om alcoholgebruik, met name onder jongeren, te voorkomen;
• de wijze waarop het handhavingsbeleid wordt uitgevoerd en welke handhavingsacties in de door
het plan bestreken periode worden ondernomen;
• welke resultaten in de door het plan bestreken periode minimaal behaald dienen te worden
Bijlage 3. Achtergrond nieuwe sanctie-instrumenten
BIJLAGE 3 - ACHTERGROND NIEUWE SANCTIE-INSTRUMENTEN
De DHW kent naast de bestaande, ook enkele nieuwe sanctie-instrumenten. Er is onderscheid in bestuursrechtelijke en strafrechtelijke sanctiemogelijkheden
Op basis van artikel 44a van de DHW is de Burgemeester bevoegd om voor de daarin genoemde overtredingen een bestuurlijke boete op te leggen. Het opmaken van een bestuurlijke boete op basis van de DHW wordt gedaan door een door de Burgemeester aangewezen toezichthouder. De bestuurlijke boete is onderdeel van de handhaving in het bestuursrecht. De bestuurlijke boete is een bestraffende sanctie. Dit betekent dat een aantal waarborgen, zoals de plicht tot het geven van cautie, gelden wanneer een bestuursorgaan voornemens is een bestuurlijke boete op te leggen. De hoogte van de bestuurlijke boete is vastgelegd in het Besluit Bestuurlijke boete Drank- en Horecawet. De bestuurlijke boete is geschikt voor de handhaving van veel voorkomende en overlast gevende overtredingen in de publieke ruimte en voor lik op stuk beleid. Het is geregeld in artikel 44a van de DHW.
Bijna alle overtredingen van de DHW zijn met een bestuurlijke boete aan te pakken, met uitzondering van enkele artikelen die strafrechtelijk moeten worden opgepakt. De hoogte van de bestuurlijke boete is bij de DHW afhankelijk van het aantal werknemers van de overtreder
II = 50 ofmeer werknemers) en de aard-zwaarte van de overtreding
- categorie 680, - (I) en 1360, - (II);
- categorie B 1020, - (I) en 2040, - (II);
- categorie C 1360, - (I) en 2720, - (II);
- Bij recidive is sprake van een verhoging met 50 of 100 %.
Er wordt geen bestuurlijke boete opgelegd voor deze artikelen als:
- De overtreding een direct gevaar voor de volksgezondheid of veiligheid van de mens tot gevolg heeft;
- Het behaalde economisch voordeel als gevolg van de overtreding aanmerkelijk hoger is dan de bestuurlijke boete;
- De Burgemeester artikel 19 toepast;
- De Burgemeester een voornemen tot intrekking van de vergunning heeft gedaan.
De artikelen 20 lid 6 en 7, 21 en 45 van de DHW kunnen alleen strafrechtelijk worden afgedaan. Er kan een proces-verbaal worden opgemaakt als een overtreding van deze artikelen wordt geconstateerd. Het Openbaar Ministerie bepaalt de hoogte van de boete.
Intrekken / schorsen DHW/vergunning
De Burgemeester kan de DHW-vergunning intrekken op grond van de in artikel 31 DHW genoemde intrekkingsgronden. Daarnaast kan de vergunning geschorst worden voor maximaal 12 weken op basis van artikel 32 van de DHW.
Toepassen last onder bestuursdwang (incl. stilleggen alcoholverkoop in de detailhandel)
De grondslag voor bestuursdwang door de Burgemeester staat omschreven in artikel 125, lid 3 van de Gemeentewet. Artikel 19a ´three strikes out’ en artikel 44 (medewerking verlenen aan een toezichthouder) van de DHW geven de Burgemeester specifieke bevoegdheid tot het toepassen van bestuursdwang. Onder bestuursdwang wordt verstaan ´het feitelijk handelen door of vanwege een bestuursorgaan tegen hetgeen in strijd met de regels is gedaan, gehouden of nagelaten´. Bestuursdwang kan worden toegepast nadat de overtreder door het bevoegd gezag in de gelegenheid is gesteld om de overtreding en de gevolgen daarvan ongedaan te maken. De kosten van de toegepaste bestuursdwang worden op de overtreder verhaald.
Sluiting van de horecagelegenheid
Dit is een vorm van bestuursdwang op basis van artikel 174 Gemeentewet. Met dit instrument kan een illegale situatie daadwerkelijk worden beëindigd.
Op basis van artikel 5:32 van de Algemene Wet Bestuursrecht gelet op artikel 125, lid 3 van de Gemeentewet heeft de Burgemeester de bevoegdheid tot het opleggen van een last onder dwangsom. Een dwangsom is de sanctie waarbij de overtreder per tijdseenheid, per overtreding of ineens een geldbedrag verbeurt, indien of zolang de overtreding voortduurt of de gevolgen daarvan niet ongedaan zijn gemaakt. De hoogte van de dwangsom is afhankelijk van de zwaarte van de overtreding.
Artikel 36 van de DHW geeft de Burgemeester de bevoegdheid om personen de toegang tot ruimtes te ontzeggen waar in strijd met de wet alcoholhoudende drank wordt verstrekt.
Strafrechtelijk optreden vindt plaats op basis van de Wet Economische Delicten jo diverse artikelen van de DHW. In de DHW is de strafbaarstelling van jongeren onder de 18 jaar geïntroduceerd, artikel 45 DHW (per 1/1/2015). Onder de oude DHW waren sancties alleen gericht tegen drankverstrekkers en ging de jongere vrijuit. Op basis van de nieuwe wet zijn jongeren strafbaar wanneer zij alcoholhoudende drank aanwezig hebben op ´voor het publieke toegankelijke plaatsen´ (bijvoorbeeld een horecagelegenheid of de openbare weg), dus niet thuis, in een slijterij of supermarkt waar alcohol voor gebruik elders dan ter plaats wordt verstrekt. De boete is 45, - als de ongeveer tussen de 12 en 16 jaar is. Bij 16 of 17 jaar is de boete 90, -.
De gemeente is voornemens om de partners in de samenleving de ruimte te bieden. In die gevallen waarin een degelijk eigen beleid wordt gevoerd en nageleefd kan worden afgezien van actief toezicht door de gemeente en hoeft toezicht alleen dan plaats te vinden wanneer er signalen daartoe aanleiding geven. Ondernemers moeten in de eerste plaats zelf het toezicht op zich nemen. Eventueel kan steekproefsgewijs worden vastgesteld of betrokkenen zich aan de regels houden. Is dan niet het geval dan kan verhoogd toezicht worden ingesteld en kan er snel worden opgetreden bij volharding. In overleg met betrokken partijen zal beken worden welke bestuurlijke en strafrechtelijke handhavingsmiddelen wanneer worden ingezet. Dit zal verder worden uitgewerkt in de wijziging van het onderhavige beleid. In de strategie wordt dan beschreven welke sancties Noordenveld neemt als een jongere en/of een horecaondernemer de regels overtreedt. Eenduidige stappen in de handhaving bij vergelijkbare type overtreding te zien in bijlage 5. Dat maakt het overzichtelijk
De wijze waarop het handhavingsbeleid wordt uitgevoerd
De sanctiestrategie is een belangrijk deel van de handhaving. In de sanctiestrategie is vastgelegd hoe de gemeente Noordenveld reageert wanneer zij constateert dat regels uit de DHW, de gemeente verordening, of voorschriften die verbonden zijn aan de DHW vergunningen en ontheffingen niet worden nageleefd. De gemeente wil de partners in de samenleving de ruimte geven.
De gemeente verwacht dat alcoholverstrekkers zoals horeca, paracommerciële instellingen en supermarkten/slijterijen zelf hun verantwoordelijkheid nemen ten aanzien van de regels uit de DHW en de gemeentelijke verordening betreffende de alcoholverstrekking en paracommercie. Als zij een degelijk beleid voeren en naleven kan worden afgezien van actief toezicht door de gemeente en hoeft toezicht alleen plaats te vinden wanner signalen daartoe aanleiding geven.
De afhandeling van de geconstateerde overtredingen voor leeftijdgrens en dronkenschap zal plaatsvinden volgens het volgende handhavings-stappenplan:
Bij de eerste overtreding wordt een bestuurlijke boete opgelegd aan het betreffende verkooppunt. De hoogte van de boete is vastgelegd in het Besluit Bestuurlijke boete Drank- en Horecawet.
2e overtreding (binnen 1 jaar)
Opnieuw een bestuurlijke boete(verhoging 100%) met waarschuwingsbrief waarin gewezen wordt op mogelijke intrekking DHW- vergunning of tijdelijke ontzegging alcoholverkoop.
3e overtreding (binnen 1 jaar)
Intrekken of schorsen van de DHW-vergunning of ontzegging alcoholverkoop voor 3 weken.
Basis: artikel 4 DHW en art. 2:34 sub a, art. 2:34 sub b, art.2.34 sub c in APV.
1e constatering: Waarschuwing door handhaver van gemeente Noordenveld bij sociaal/educatieve inrichtingen
2e constatering: Waarschuwing door handhaver van gemeente Noordenveld bij sociaal/educatieve inrichtingen binnen een jaar na de vorige constatering
3e constatering: Binnen een jaar na de vorige constatering een bestuurlijke boete door Boa
4e constatering: Binnen een jaar na de vorige constatering. Half jaar na constatering het aantal afgesproken bijeenkomsten halveren.
5e constatering: Binnen een jaar na vorige constatering: Een jaar geen bijeenkomsten toestaan.
Bij de handhaving van de para commerciële instellingen kunnen we onderscheid maken tussen de typen instellingen en datgene dat zij vanuit een samenwerking aan zelfcontrole kunnen doen. De inrichtingen met sociaal-cultureel, verzorgende en levensbeschouwelijke/godsdienstige activiteiten hebben een overkoepelende organisatie, Steunpunt Dorpshuizen Drenthe.(SDD) Steunpunt Dorpshuizen kan de aangeslotenen waarschuwen en de zelfregulerende controle uitvoeren.
BIJLAGE 5 – PLAN VAN AANPAK HORECAGEBIED RODEN
Politieoverleg Noordenveld 2 maart 2015
Burgemeester J.H. van der Laan 2 maart 2015
Operationeel Expert Politie H.H. Prak 30 maart 2015
Teamchef Basisteam Noord-Drenthe A. Lange 2 maart 2015
Directie gemeente Noordenveld 30 maart 2015
College van burgemeester en wethouders gemeente Noordenveld 7 april 2015
José Smid (politiekundige basisteam Noord-Drenthe)
André Plijter (adviseur openbare orde & veiligheid gemeente Noordenveld)
Irene Hulsebosch (junior adviseur openbare orde & veiligheid gemeente Noordenveld)
In het horecagebied in Roden heerst tijdens de uitgaansavonden vooral tussen 03.00 uur en 04.00 uur vaak een grimmige sfeer. Rond deze tijd sluiten de horecainrichtingen en zijn het vaak jongeren(leeftijd 16-20 jaar) die elkaar opzoeken. Bij de zogeheten scholenfeesten is in het algemeen veel jeugd op straat die onder invloed is (van vooral drank, maar mogelijk ook van drugs). Ook is er sprake van glas op straat , vernieling en vandalisme. Hierbij moet worden vermeld dat scholenfeesten niet georganiseerd worden door scholen. In de praktijk betekent dit dat er geen maximale leeftijd voor deze feesten is en dat er een mengeling van 13-jarigen en 20-jarigen ontstaat. Hierdoor wordt het moeilijker om toezicht te houden op de naleving van de drank- en horecawet.
Bij de laatste grote feesten met veel jeugd is de situatie ernstig geëscaleerd. Op 14 februari 2015 is tijdens een valentijnsparty in de Pompstee een jongen mishandeld. Als gevolg van een slag in zijn gezicht is deze jongen hard op zijn achterhoofd gevallen. Later die nacht is deze persoon overgebracht naar het ziekenhuis. Hier heeft hij lange tijd in coma gelegen. Op 25 februari 2015 is er in Café 22 tijdens een scholenfeest een ruzie ontstaan. Hierbij is een jongen met een kapotgeslagen glas in het gezicht gestoken. Ook deze persoon is afgevoerd naar het ziekenhuis. In het verlengde van dit incident is op straat verder gevochten, waarbij de politie met moeite de openbare orde kon handhaven / herstellen.
Bepaalde jeugdigen/ jongvolwassenen zijn met regelmaat betrokken bij onrust in de openbare ruimte / het horecagebied. Deze groep is deels in beeld en bekend bij de politie. Opvallend is dat vanuit “het niets” er grote vechtpartijen ontstaan, waarbij betrokkenen met moeite te corrigeren zijn. De ruzies / vechtpartijen hebben soms een “ongeremd” karakter. Het idee is dat als gevolg van drank en mogelijk in combinatie met drugsgebruik men niet of nauwelijks te corrigeren is. Als gevolg van de onrust is er de laatste tijd telkens sprake van een “vage dreiging” op vergeldingsacties voor de gepleegde geweldsincidenten. Dit dreigingsbeeld is diffuus en wisselend.
Horecaondernemers hebben niet altijd grip op de situatie in de eigen onderneming. Dat is tenminste het beeld dat aan het ontstaan is. Als gevolg van de incidenten en de grimmige sfeer worden de ondernemers wel opener richting politie. Er is twijfel of de ondernemers wel voldoende de veiligheid in de inrichting hebben georganiseerd (aantal beveiligers, toegangsverboden).
Wat willen we concreet bereiken?
Gemeente Noordenveld, CJG, politie, horecaondernemers, bezoekers horecagebied, wijkbelangenvereniging, Koninklijke horeca Nederland, zakenkring.
1.1De vergunningen / ontheffingen worden geactualiseerd. Tijdens dit proces wordt met de ondernemers gesproken over de verantwoordelijkheid van de ondernemers voor toezicht in en om de inrichting. Concreet gaat het om de drank- en horecavergunning, de ontheffing voor de sluitingstijden, toezicht van de ondernemer in de inrichting en de inzet van horecaportiers. De afspraken worden vastgelegd in de vergunning / ontheffing en/of in een brief aan de ondernemer(s).
1.2 Tijdens het horecaoverleg wordt het horecagebied in Roden als agendapunt standaard opgevoerd. De samenstelling van dit overleg en de vergaderfrequentie worden opnieuw tegen het licht gehouden.
1.3 Het jaarbeursterrein wordt toegevoegd, na overleg tussen de politie, de officier van justitie en de burgemeester, aan het aangewezen gebied waarvoor een gebiedsontzeggingen kan worden opgelegd. In de APV wordt een artikel opgenomen over het verbod op vechten op straat (de gemeente Assen heeft een dergelijk artikel in de APV opgenomen)
2.1Er wordt een campagne opgezet tegen het alcohol- en drugsmisbruik onder jongeren in het horecagebied in Roden. Hiervoor zal onder meer aansluiting worden gezocht met het preventie- en handhavingsplan alcohol.
2.2Horecaondernemers houden zich aan de regels uit de drank- en horecawet en organiseren een controlesysteem dat het mogelijk maakt de leeftijdsgrenzen te controleren. Zij zijn alert, en spreken gasten er op aan wanneer zij dit constateren, op “derden vestrekking” (verstrekking van alcohol aan gasten in de inrichting die niet de wettelijke leeftijdsgrens hebben bereikt door personen die deze leeftijd wel hebben).
2.2Vanuit de politie worden huisbezoeken en/of een informerende brief en/of telefoontjes gepleegd met ouders / verzorgers van jeugd dat overlastgevend in het horecagebied aanwezig is geweest. Bij de politie worden deze situaties doorgegeven aan de jeugdagent die de meldingen doorzet aan het Centrum voor Jeugd en Gezin. Het Centrum voor Jeugd en Gezin neemt vervolgens in sommige gevallen contact op met ouders / verzorgers.
2.3 Tijdens de uitgaansavonden is de politie zichtbaar aanwezig en legt de politie aan het begin van de avond contact met horecaondernemers.
3.1 Horecaondernemers informeren minimaal een maand voordat een publiekstrekkende activiteit plaatsvindt de politie en de gemeente hierover. Niet alleen bij vergunningsplichtige activiteiten (hiervoor geldt de termijn uit de algemene wet bestuursrecht) doen zijn dit, maar ook bij activiteiten die binnen de bestaande bedrijfsvoering passen. Signalen / geruchten die zij ontvangen op het gebied van dreiging op verstoring en/of illegale handel melden zij aan de politie. Het deurbeleid van de ondernemers is er op gericht om verstoring binnen de inrichting, maar ook daarbuiten, zoveel mogelijk te voorkomen. Opgelegde toegangsverboden door de ondernemer worden gedeeld met de andere ondernemers in het horecagebied en met de politie en standvastig aan gehouden ( de duur).
3.2 De politie organiseert voldoende capaciteit voor toezicht en handhaving van de openbare orde in het horecagebied. Dit doen zij onder meer door inzet van het horecateam.
3.3 Vanuit de gemeente worden BOA’s ingezet voor toezicht op de naleving van de regels uit de drank en horecawet. Deze BOA’s starten hun dienst vanaf het politiebureau in Roden. Van de controles wordt verslag uitgebracht aan de gemeente.
4.1Tegen personen die overlastgevend en/of hinderlijk in het centrum van Roden zijn gesignaleerd wordt opgetreden door de politie. Op basis van de bevindingen van de politie zullen zij de feiten en omstandigheden de eerstvolgende werkdag melden bij de gemeente en advies uitbrengen over een waarschuwing verblijfsontzegging of een verblijfsontzegging voor het horecagebied in Roden.
4.2 Bij geconstateerde overtredingen van de drank en horecawet door de BOA’s van de gemeente wordt eerst een officiële waarschuwing uitgedeeld. Bij een herhaalde overtreding wordt een boete opgelegd.
5.1 Wanneer de politie in aanraking komt met minderjarigen wordt standaard contact opgenomen met de ouders/verzorgers. De politie kan dan ook overwegen om een (zorg)melding te doen bij het CJG.
De volgende activiteiten in de horeca in Roden staan gepland:
De activiteiten voor koningsdag en Pasen zijn nog niet bekend.
Dit plan van aanpak loopt tot en met juli 2015.Tussentijds zal de voortgang worden bewaakt vanuit openbare orde & veiligheid en zal de voortgang besproken worden in het periodiek overleg tussen de burgemeester en de leiding van het basisteam Noord-Drenthe van de politie.
Vanuit de gemeente is beperkt budget beschikbaar (max. € 6000,-, budget integrale veiligheid) voor uitvoerings-/projectkosten voortvloeiend uit dit plan van aanpak. Dit budget wordt onder andere besteed aan de inzet van Boa’s en een campagne/preventieplan tegen het alcohol- en drugsgebruik onder jongeren.
Dit horecaproject is vanuit openbare orde & veiligheid tot en met juli hoog geprioriteerd. Om deze reden wordt er 12 uur per week beschikbaar gesteld t.b.v. de interne en externe coördinatie en regie op de aanpak. In de gemeentelijke organisatie is tijd en ruimte om de actiepunten en maatregelen (gefaseerd) ten uitvoering te brengen.