Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zuidplas

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Zuidplas houdende regels omtrent marktgelden Marktgeldverordening 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZuidplas
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening van de gemeenteraad van de gemeente Zuidplas houdende regels omtrent marktgelden Marktgeldverordening 2016
CiteertitelMarktgeldverordening 2016
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 228 Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201901-01-2020artikel 4

20-11-2018

Gemeenteblad 2018, 282211

A18.001259
01-01-201801-01-2019artikel 4

21-11-2017

Gemeenteblad 2017, 232124

A17.001834
01-01-201701-01-2018Wijziging van artikel 4

03-11-2015

Onbekend

Onbekend
01-01-201601-01-2020Onbekend

03-11-2015

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Zuidplas houdende regels omtrent marktgelden Marktgeldverordening 2016

Verordening op de heffing en invordering van marktgeld 2016

De raad van de gemeente Zuidplas;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 september 2015;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en invordering van marktgeld 2016

 

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a. dag: een aaneengesloten periode van vierentwintig uren, aanvangend op 0:00 uur;

b. week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

c. maand: een kalendermaand;

d. kalenderkwartaal: een aaneengesloten periode van drie maanden;

e. kalenderhalfjaar: een aaneengesloten periode van zes maanden;

f. jaar: een kalenderjaar;

g. markt: een weekmarkt gehouden op het daarvoor aangewezen marktterrein, op een daarvoor aangewezen (markt-)dag.

 

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam marktgeld wordt een directe belasting geheven voor het door de gemeente ter beschikking stellen van een standplaats op de weekmarkt, op het daarvoor aangewezen marktterrein, op de daarvoor aangewezen dag.

Artikel 3 Belastingplicht

Het marktgeld is verschuldigd door degene, aan wie een standplaats als bedoeld in artikel 2, ter beschikking is gesteld.

Artikel 4 Maatstaf van heffing en tarief

Ter beschikking stellen van een standplaats

  • 1.

    Voor het ter beschikking stellen van een standplaats op de markt per vierkante meter verkoopruimte, waaronder wordt verstaan het aantal vierkante meter oppervlakte dat als standplaats op de markt wordt ingenomen met een verkoopwagen, een kraam, of anderszins, waaronder tevens begrepen bijgeplaatste voertuigen met opslag van handelswaren.

     

     

    Tarief 2018

    -

    per marktdag of gedeelte daarvan

    € 0,40 met een minimum van € 5,40

     

     

    Tarief 2019

     

     

    € 0,40 met een minimum van € 5,40

     

     

     

     

     

    Tarief 2018

    -

    per kalenderhalfjaar

    € 7,80 met een minimum van € 92,25

     

     

    Tarief 2019

     

     

    € 7,80 met een minimum van € 92,25

 

Ter beschikking stellen van elektriciteit voor verlichting van de verkoopinrichting

  • 2.

    Voor het ter beschikking stellen van elektriciteit voor verlichting van de verkoopinrichting gedurende de periode dat de markt van elektrische verlichting wordt voorzien per verkoopeenheid van 5 strekkende meter of gedeelte daarvan met een maximum aangesloten waarde van 225 Watt

    per verkoopeenheid

     

     

    Tarief 2018

    Tarief 2019

    -

    per marktdag of gedeelte daarvan

    € 0,30

    € 0,30

    -

    per kalenderhalfjaar

    € 4,10

    € 4,10

  • 3.

    Voor het ter beschikking stellen van een aansluiting op een gemeentelijke aansluitkast voor de levering van elektriciteit met een vermogen van:

     

     

    Tarief 2018

    Tarief 2019

     

    0 tot 0.5 kW:

     

     

    -

    per marktdag of gedeelte daarvan

    € 0,30

    € 0,30

    -

    per kalenderhalfjaar

    € 4,55

    € 4,65

     

    0.5 tot 1.5 kW:

     

     

    -

    per marktdag of gedeelte daarvan

    € 0,90

    € 0,90

    -

    per kalenderhalfjaar

    € 15,20

    € 15,55

     

    1.5 tot 3 kW:

     

     

    -

    per marktdag of gedeelte daarvan

    € 2,00

    € 2,05

    -

    per kalenderhalfjaar

    € 30,70

    € 31,45

     

    3 tot 5 kW:

     

     

    -

    per marktdag of gedeelte daarvan

    € 3,35

    €  3,45

    -

    per kalenderhalfjaar

    € 50,65

    € 51,90

Artikel 5 Wijze van heffing

Het marktgeld wordt geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving.

Artikel 6 Termijn van betaling

In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moet het marktgeld worden betaald op het moment van uitreiking van de in artikel 5 bedoelde kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, binnen 10 dagen na de dag van dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 7 Ontheffing

Indien een belastingplichtige door omstandigheden, onafhankelijk van zijn wil, geen gebruik meer kan maken van de beschikbaar gestelde standplaats waarvoor het marktgeld is voldaan, kan op verzoek, naar rato van het aantal volle kalendermaanden waarin geen gebruik is gemaakt van de standplaats, ontheffing worden verleend. Een verzoek om ontheffing dient binnen twee maanden na afloop van de beschikbaarstelling schriftelijk te worden ingediend.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van marktgeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van marktgeld.

Artikel 10 Overgangsrecht

De Marktgeldverordening 2015 vastgesteld op 4 november 2014, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2016, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor 1 januari 2016 voorgedaan.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2016. De datum van ingang van de heffing is eveneens 1 januari 2016.

Artikel 12 Citeerartikel

Deze verordening wordt aangehaald als Marktgeldverordening 2016.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 3 november 2015.

De raad voornoemd,

De griffier, De voorzitter,

P.van Vugt K.J.G. Kats

Toelichting

A Algemeen

1 Wettelijke basis

De marktgeldverordening is gebaseerd op artikel 149 van de Gemeentewet.

B Artikelsgewijze toelichting

Artikel 2 Belastbaar feit

Er wordt belasting geheven voor het door de gemeente ter beschikking stellen van een standplaats op de weekmarkt, op het daarvoor aangewezen marktterrein, op de daarvoor aangewezen dag.

Marktgeld is aangemerkt als directe belasting. Deze aanwijzing is noodzakelijk om toepassing van artikel 31 e.v. van de AWR betreffende de richtige heffing mogelijk te maken.

Artikel 3 Belastingplicht

Eerste lid

Belastingplichtig is degene, aan wie een standplaats als bedoeld in artikel 2, ter beschikking is gesteld.

Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Met betrekking tot het marktrecht heeft het college van burgemeester en wethouders geen nadere regels als bedoeld in dit artikel vastgesteld.

Artikel 10 Overgangsrecht

Als een verordening wordt gewijzigd of een vervangende verordening wordt vastgesteld, verdient het aanbeveling eerbiedigende werking aan de oude verordening te geven. Dit houdt in dat de verordening die wordt ingetrokken, van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich vóór de datum van ingang van de heffing van de nieuwe verordening hebben voorgedaan. Voor de belastbare feiten blijft heffing dus mogelijk op basis van de oude verordening, ook al is die verordening ingetrokken.

Artikel 11 Inwerkingtreding

Het inwerkingtredingartikel in de gemeentelijke belastingverordeningen bestaat uit twee onderdelen. Het eerste onderdeel regelt de inwerkingtreding. Het tweede onderdeel bepaalt de datum van ingang van de heffing.

Artikel 12 Citeerartikel

Een citeerartikel vereenvoudigt de verwijzing naar een bepaalde verordening.