Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Wierden

Drank- en Horeca- verordening 1993

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWierden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingDrank- en Horeca- verordening 1993
CiteertitelDrank- en Horeca- verordening 1993
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Drank- en Horecawet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-199428-02-2012Onbekend

14-12-1993

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Drank- en Horeca- verordening 1993

 

 

Hoofdstuk I. Algemene bepalingen.

Artikel 1.1.
  • 1.

    Deze verordening verstaat onder:

    • a.

      de wet: de Drank- en Horecawet;

    • b.

      horecabedrijf: een horecabedrijf als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder a, van de wet;

    • c.

      horecawerkzaamheid: een werkzaamheid als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder c, van de wet;

    • d.

      lokaliteit: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onder b, van het Besluit inrichtingseisen Drank- en Horecawet.

  • 2.

    Artikel 1 van de Drank- en Horecawet is van overeenkomstige toepassing op de niet op die wet steunende bepalingen van deze verordening.

Hoofdstuk II. Aanvullende inrichtingseisen.

Artikel 2.1.
  • 1.

    In een inrichting, waarin een horecabedrijf of een horecawerkzaamheid wordt uitgeoefend, moeten vóór de toiletten, voor mannen en vrouwen volledig van elkaar gescheiden voorportalen aanwezig zijn.

  • 2.

    Op de toegangsdeuren moet duidelijk worden aangegeven voor welk geslacht de toiletgelegenheid is bestemd.

  • 3.

    In iedere toiletgelegenheid dient een pedaalemmer aanwezig te zijn.

  • 4.

    De burgemeester is bevoegd nadere eisen te stellen terzake van voldoende verlichtingsmogelijkheden in de toiletgelegenheden en de daarvoor aanwezige voorportalen.

Artikel 2.2.
  • 1.

    De burgemeester kan ontheffing verlenen van de in artikel 2.1., sub 1 gestelde eisen.

  • 2.

    De burgemeester beslist binnen 12 weken nadat het verzoek om ontheffing is ingekomen. Deze beslissing kan zijn vervat in zijn beschikking op de aanvraag om de vergunning.

  • 3.

    Een ontheffing kan onder beperkingen worden verleend; aan een ontheffing kunnen voorwaarden worden verbonden; een ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd.

Hoofdstuk III. Beperking verstrekking alcoholhoudende drank.

Artikel 3.1.

Het is verboden anders dan om niet alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse te verstrekken in een inrichting gelegen in deze gemeente.

Artikel 3.2.
  • 1.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 4.1.2 is het verboden anders dan om niet sterke drank voor gebruik ter plaatse te verstrekken in een inrichting:

    • a.

      waarin of in een onderdeel waarvan uitsluitend of in hoofdzaak geringe eetwaren, zoals belegde broodjes, patates-frites en croquetten, worden verkocht;

    • b.

      die uitsluitend of in hoofdzaak voor het geven van onderwijs wordt gebruikt;

    • c.

      die of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij jeugdorganisaties of -instellingen;

    • d.

      die of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij sportorganisaties of -instellingen;

    • e.

      die of waarvan een onderdeel in gebruik is als wachtruimte voor passagiers van een openbaar vervoersbedrijf.

  • 2.

    Het is in afwijking van de sluitingsuurregeling als bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening dezer gemeente de houder van:

    • a.

      de kantines van de voetbalverenigingen en de korfbalvereniging op door-de-weekse dagen na 23.00 uur en op zaterdagen en zondagen na 19.00 uur verboden deze voor publiek geopend te hebben of daarin of aldaar publiek toe te laten of te laten verblijven;

    • b.

      de kantines van de tennisverenigingen, het Hippisch Centrum, de muziekverenigingen, de postduivenverenigingen en de hondesportverenigingen na 23.00 uur verboden deze voor publiek geopend te hebben of daarin of aldaar publiek toe te laten of te laten verblijven;

    • c.

      de kantines van de sporthallen te Enter en Wierden verboden deze één uur na afloop van de sportactiviteiten voor publiek geopend te hebben of daarin of aldaar publiek toe te laten of te laten verblijven.

Artikel 3.3.

Het is verboden bedrijfsmatig sterke drank voor gebruik elders dan ter plaatse te verstrekken in een inrichting als bedoeld in artikel 3.2. van dit hoofdstuk.

Artikel 3.4.
  • 1.

    De burgemeester kan op verzoek ontheffing verlenen van de verboden, gesteld in de artikelen 3.1., 3.2. en 3.3.

  • 2.

    De burgemeester beslist binnen vier weken nadat het verzoek om ontheffing is ingekomen.

  • 3.

    Een ontheffing kan onder beperkingen worden verleend; aan een ontheffing kunnen voorwaarden worden verbonden; een ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd, met dien verstande dat een ontheffing van het verbod als bedoeld in artikel 3.1. slechts kan worden ingetrokken of gewijzigd bij een met redenen omkleed besluit indien door de aanwezigheid of het gebruik van de inrichting een ontoelaatbare aantasting van het woon- en/of leefklimaat is ontstaan of dreigt te ontstaan.

Artikel 3.5.

Degenen, die ten tijde van het inwerkingtreden van deze verordening ingevolge de bepalingen van de Drank- en Horecawet rechtmatig een inrichting exploiteren, worden geacht een ontheffing als bedoeld in artikel 3.4., van het verbod krachtens artikel 3.1. te hebben verkregen voor wat betreft de aard en de omvang van de op dat tijdstip toegepaste wijze van exploitatie. Deze bepaling is eveneens van toepassing op de ondernemer, die rechtmatig de exploitatie van een inrichting overneemt, welke op bedoeld tijdstip als zodanig bestond en waarvan de aard en de omvang van de bedrijfsuitoefening niet is of wordt gewijzigd.

Hoofdstuk IV. Voorkoming ongewenste mededinging door de verstrekking van alcoholhoudende drank.

Artikel 4.1.
  • 1.

    Aan een vergunning verleend aan verenigingen c.q. instellingen, niet vallende onder een overeenkomst met het Bedrijfschap Horeca als bedoeld in artikel 3b van de Drank- en Horecawet, worden de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      de vergunning geldt niet voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse vóór, tijdens of na bijeenkomsten van persoonlijke aard als bedoeld in artikel 3a van de Drank- en Horecawet.

    • b.

      het is verboden bijeenkomsten van persoonlijke aard als bedoeld onder a openlijk aan te prijzen, hiermee te adverteren dan wel hiervoor reclame te maken.

  • 2.

    Afhankelijk van de aard van de instelling wordt aan een vergunning een van de volgende voorschriften verbonden:

    • a.

      recreatieve instellingen

De vergunning geldt uitsluitend voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse, tijdens en een uur na evenementen met een recreatief karakter, georganiseerd door de instelling zelf in het kader van haar doelstelling.

b.sportinstellingen

De vergunning geldt uitsluitend voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse een uur voor, tijdens en een uur na het sportgebeuren, waaronder worden verstaan wedstrijden, oefenwedstrijden en collectieve trainingen alsmede clubavonden.

c.sociaal-culturele instellingen zoals gemeenschapshuis

De vergunning geldt uitsluitend voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse, tijdens en een uur na in verenigingsverband georganiseerde bijeenkomsten met een sociale of culturele strekking of in het kader van de activiteiten van de instelling zelf.

d.sociaal-culturele instellingen (anders als onder C bedoeld) zoals speeltuinvereniging en jeugdinstelling

De vergunning geldt uitsluitend voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse, tijdens en een uur na bijeenkomsten met een sociale of culturele strekking, georganiseerd door de instelling zelf in het kader van haar doelstelling.

e.educatieve instellingen

De vergunning geldt uitsluitend voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse in het kader van het onderricht, alsmede een uur na afloop van de laatste les.

f.instellingen van levensbeschouwelijke of godsdienstige aard

De vergunning geldt uitsluitend voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse, tijdens bijeenkomsten met een levensbeschouwelijk of godsdienstig karakter, bijeenkomsten die voortvloeien uit de kerkelijke zorg, alsmede een uur na afloop van deze bijeenkomsten.

3.Burgemeester en wethouders kunnen op grond van plaatselijke omstandigheden en/of aard en doelstelling van de instelling afwijken van het bepaalde als bedoeld in artikel 4.1.2.

Hoofdstuk V. Straf- en Slotbepalingen.

Artikel 5.1.
  • 1.

    Overtreding van een bij of krachtens deze verordening gegeven voorschrift of een voorschrift verbonden aan een vergunning of ontheffing wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie.

  • 2.

    Overtreding van het bij of krachtens deze verordening bepaalde kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 5.2.

De burgemeester is bevoegd nadere regels te stellen in het belang van een goede uitvoering van de in deze verordening geregelde onderwerpen.

Artikel 5.3.

Deze verordening kan worden aangehaald als: "Drank- en Horeca- verordening 1993" en treedt in werking op de achtste dag na afkondiging, doch niet eerder dan 1 januari 1994; de datum van inwerkingtreding van de Algemene wet bestuursrecht.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Wierden van 14 december 1993.