Organisatie | Peel en Maas |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel integrale schuldhulpverlening |
Citeertitel | Beleidsregel integrale schuldhulpverlening |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | schuldhulp |
Externe bijlage | Toelichting Beleidsregel integarle schuldhulpverlening |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 01-01-2017 | vaststelling nieuwe beleidsregel onder intrekking van de oude | 21-12-2015 | 1894/2015/662913 |
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN PEEL EN MAAS;
Gelet op het bepaalde in artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;
Gelet op het bepaalde in artikel 2 lid 4 sub d en artikel 3, lid 2 en 3 van de op 1 juli 2012 in werking getreden Wet gemeentelijke schuldhulpverlening;
Gelet op artikel 1.2 van het beleidsplan integrale schuldhulpverlening 2013-2016 zoals vastgesteld door de Raad op 18 december 2012;
Overwegende dat het wenselijk is beleidsregels vast te stellen voor schuldhulpverlening zoals opgenomen in de hiervoor genoemde wetgeving en het beleidsplan;
In deze beleidsregel en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Recidive : de situatie waarin iemand die zich eerder bij een
schuldhulpverleningsinstantie (gemeente, Sociale Dienst, gemeentelijke kredietbank) heeft aangemeld voor hulp bij problematische schulden, na dossiersluiting terugkeert omdat opnieuw of nog steeds sprake is van problematische schulden (dus zowel na een geslaagd traject als na een voortijdig beëinulpverldigde .ening);
Voor het overige zijn de begripsbepalingen zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (hierna te noemen de wet) en de gedragscodes van de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet (NVVK) zijn in deze regels van overeenkomstige toepassin
Uitzondering op artikel 2, eerste lid, zijn de situatie waarbij belanghebbenden naar een andere gemeente verhuizen nadat de aanvraag om schuldhulpverlening is ingediend. Hiervoor geldt de volgende richtlijnen:
wanneer de individuele omstandigheden van de belanghebbende dit specifiek vereisen en de reden(en) daartoe aan de ‘nieuwe’, de ontvangende schuldhulpverlenende instantie, kenbaar
zijn gemaakt kan een dossier overgedragen worden aan de andere gemeente. Overdrachtn
het dossier vindt dan plaats in samenspraak tussen de twee schuldhulpverlenende instanties.
Onder uitvoering, zoals genoemd in artikel 3 lid 1 van deze beleidsregel wordt verstaan;
aanmelding: tijdens de melding (telefonisch, per e-mail of in persoon aan de balie) wordt beoordeel of belanghebbende inwoner van de gemeente Peel en Maas is, inkomen heeft, niet uitgesloten is van schuldhulpverlening op grond van artikel 5 en 7 van deze beleidsregel en of er sprake is van een bedreigende situatie;
informatie en advies: Tot informatie en advies (waaronder begrepen doorverwijzing naar derden) kan worden besloten indien het mogelijk wordt geacht om een duurzaam financieel evenwicht te bereiken voor belanghebbende zonder dat een beroep wordt gedaan op herfinanciering, schuldregeling of stabilisatie. Het betreft maximaal drie gesprekken in een korte periode. Ook kan informatie en advies verstrekt worden indien geen recht op schuldhulpverlening bestaat vanwege fraude, recidive of het niet voldoen aan de vereisten zoals vermeld in resp. artikel 4, 5, 7 van deze beleidsregel. Er wordt dan informatie en advies verstrekt over eventuele andere mogelijkheden tot oplossing van de problematische schuldensituatie
Intake: tijdens de intake is het toetsen van de zelfredzaamheid van de belanghebbende en het vaststellen van het probleem van de belanghebbende om een plan van aanpak te ontwikkelen. Het plan van aanpak en de daaraan verbonden contracten zijn leidend ten aanzien van de voortgang van het schuldhulpverleningstraject.
Artikel 4 Algemene verplichtingen
Vanaf het moment dat belanghebbende zich voor schuldhulpverlening heeft gewend tot het college gelden de volgende algemene verplichtingen:
Belanghebbende doet aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op de op hem van toepassing zijnde schuldhulpverlening of voor de uitvoering van de Wet en deze beleidsregel;
d. Belanghebbende verplicht zich om maximale, aantoonbare inspanningen te verrichten om zijn inkomsten te vergroten ten behoeve van de schuldeisers.
Artikel 5 Beëindiging schuldhulpverlening
Onverminderd overige bepalingen in deze beleidsregel wordt de schuldhulpverlening beëindigd nadat:
als schuldeisers geen medewerking verlenen aan het minnelijk voorstel, staat alleen nog de mogelijkheid open voor een WSNP- traject. Het college maakt een afweging om een verzoek tot dwangakkoord bij de rechtbank in te dienen en informeert belanghebbende hier schriftelijk over. Als belanghebbende niet binnen 3 maanden na bekendmaking van het voornemen van genoemd verzoek, gebruik maakt van het recht om een WSNP aan te vragen, eindigt de gemeentelijke schuldhulpverlening.
Artikel 6 Fraude voorafgaande aan een aanvraag voor schuldhulpverlening
In geval van fraude door aanvrager in een periode voorafgaande aan de aanvraag schuldhulpverlening, wordt de aanvraag niet eerder dan 5 jaar na het plegen van deze fraude, toegekend.
Artikel 7 Mate van verwijtbaarheid
Bij toepassing van artikel 3 en 4 wordt de mate van verwijtbaarheid beoordeeld, alvorens over te gaan tot beëindiging van de schuldhulpverlening, in situaties waarin minderjarige inwonende kinderen deel uitmaken van het gezin dat een beroep doet op schuldhulpverlening.
Ten aanzien van recidive en de gevolgen die daaraan vanuit oogpunt van schuldhulpverlening zijn verbonden, wordt in de volgende situaties geen schuldhulpverlening aangeboden.
Binnen 2 jaar nadat tijdens de eerder aangeboden schuldhulpverlening werd gestopt voorafgaande aan de start van het minnelijk traject. Uitzondering hierop is de situatie dat belanghebbende eerder heeft voldaan aan de voorwaarden die ten tijde van de eerdere begeleiding zijn opgelegd en daarbij uitdrukkelijk is aangegeven dat het voldoen aan deze voorwaarden leidt tot het verkorten van de wachttijd van 2 jaar.
Het college kan in bijzondere gevallen, ten gunste van de belanghebbende, afwijken van de bepalingen in deze beleidsregels, indien toepassing van deze regels tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.