Instellingsbesluit LAG Oost-Groningen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie	Groningen
Organisatietype	Provincie
Officiële naam regeling	Instellingsbesluit LAG Oost-Groningen
Citeertitel	Instellingsbesluit LAG Oost-Groningen
Vastgesteld door	gedeputeerde staten
Onderwerp	bestuur en recht
Eigen onderwerp	Bestuurlijke organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Provinciewet, art. 83
Openstellingsbesluit LEADER van 17 februari 2015

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen
Datum inwerkingtreding	Terugwerkende kracht tot en met	Datum uitwerkingtreding	Betreft	Datum ondertekening Bron bekendmaking	Kenmerk voorstel
29-12-2015			nieuwe regeling	15-12-2015 Elektronisch Provincieblad, 28-12-2015	599719

Tekst van de regeling

Intitulé

Instellingsbesluit LAG Oost-Groningen

Besluit van Gedeputeerde Staten der provincie Groningen van 15 december 2015, nr. 599719, afd. LGW tot bekendmaking van hun besluit van 15 december 2015, nr A.11, tot het vaststellen van het Instellingsbesluit LAG Oost-Groningen. Gedeputeerde Staten der provincie Groningen

maken bekend dat in hun vergadering van datum 15 december 2015, nr. A.11, is vastgesteld hetgeen volgt:

Gedeputeerde Staten der provincie Groningen

Besluit van Gedeputeerde Staten van Groningen tot instelling van de Lokale Actiegroep LEADER Oost-Groningen en de subregionale steungroepen LEADER Oost-Groningen;

Gelet op:

a. Artikel 82 van de Provinciewet;

b. Openstellingsbesluit LEADER van 17 februari 2015, nr. 05898/8/A.9;

Besluiten:

Artikel 1 begripsbepaling

1
In dit besluit wordt verstaan onder:
- a.
  POP3: Het derde Plattelandsontwikkelingsprogramma van Nederland in het kader van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling 2014-2020;
- b.
  Regeling POP3 subsidies: Regeling subsidies Plattelandsontwikkelingsprogramma 2014-2020 zoals vastgesteld door Gedeputeerde Staten op 30 juni 2015;
- c.
  LEADER (Liaison Entre Actions de Développement de l’Economie Rurale): een vanuit de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling in het kader van POP3;
- d.
  Lokale Actiegroep LEADER Oost-Groningen (LAG): lokale actiegroep als bedoeld in artikel 34 van Vo (EG) nr. 1303/2013 van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad;
- e.
  subregionale steungroep: steungroep binnen het LAG-gebied die LAG faciliteert in haar functioneren;
- f.
  Lokale ontwikkelingsstrategie(LOS): een vanuit de gemeenschap geleide plaatselijke ontwikkelingsstrategie als bedoeld in artikel 33 van Vo (EG) nr. 1303/2013;
- g.
  Betaalorgaan: SNN (Samenwerkingsverband Noord-Nederland) en Prolander.

Artikel 2 LAG en subregionale steungroepen

1
De LAG bestaat uit de subregionale steungroepen Veenkoloniën, Oldambt en Westerwolde
2
De taken van de LAG en de subregionale steungroepen staan beschreven in het LOS.
3
De sub-regionale steungroepen hebben dezelfde taken als de LAG maar dan voor hun eigen specifieke regio en adviseren de LAG over de ingediende subsidieaanvragen uit hun regio.

Artikel 3 samenstelling, benoeming en ontslag

1
Gedeputeerde Staten benoemen de leden van de LAG en de subregionale steungroepen
2
De LAG en de subregionale steungroepen bestaan elk uit een voorzitter en ten minste acht andere leden.
3
De voorzitters van de subregionale steungroepen en per subregionale steungroep twee maatschappelijke leden, hebben zitting in de LAG.
4
Een subregionale steungroep bestaat uit maximaal drie gemeentelijke vertegenwoordigers en zes maatschappelijke leden.
5
De LAG en de subregionale steungroepen wijzen uit hun midden een plaatsvervangend voorzitter aan.
6
De LAG en de subregionale steungroepen worden ingesteld vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit.
7
De leden van de LAG en de subregionale steungroepen worden benoemd voor de looptijd van het LOS.
8
Na realisatie van de LOS en uiterlijk 31 december 2023 worden de LAG en de subregionale steungroepen opgeheven;

Artikel 4 secretariaat

1
De LAG wordt ondersteund door een secretaris.
2
De secretaris is geen lid van de LAG.
3
Het secretariaat van de LAG berust bij de provincie Groningen.

Artikel 5 werkwijze bij de selectie van subsidieaanvragen

1
De subregionale steungroepen beoordelen aanvragen voor projecten tot een gevraagde subsidie van € 50.000,-.
2
De LAG beoordeelt aanvragen voor projecten vanaf een gevraagde subsidie van € 50.000,-.
3
De LAG of de subregionale steungroepen leggen, na ontvangst van een subsidieaanvraag de aanvraag voor aan het betaalorgaan voor een ontvankelijkheidstoets.
4
De LAG of de subregionale steungroepen beoordelen ontvankelijke aanvragen op basis van de selectiecriteria zoals omschreven in artikel 3.4.7 van de Regeling POP3 en het LOS.
5
De LAG of de subregionale steungroepen stellen een advies op over de beoordeling van de subsidieaanvraag alsmede de hoogte van het subsidiebedrag.
6
Gedeputeerde Staten besluiten op basis van het advies van de LAG of de subregionale steungroepen.

Artikel 6 vergaderingen/openbaarheid

1
De vergaderingen van de LAG en de subregionale steungroepen zijn openbaar.
2
De LAG en de subregionale steungroepen kunnen deskundigen en belanghebbenden in haar vergadering uitnodigen.
3
Genodigden maken geen deel uit van de besluitvorming bij de selectie van concrete acties.
4
Verslagen van LAG- subregionale steungroepvergaderingen en een lijst met gesubsidieerde projecten met daarbij eventueel de overweging, zullen worden gepubliceerd op de LEADER-website Oost-Groningen.

Artikel 7 inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na dagtekening van het Provinciaal.

Artikel 8 citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit LAG Oost-Groningen.

Groningen, 15 december 2015.

Gedeputeerde Staten voornoemd:

M.J. van den Berg, voorzitter.

H.J. Bolding, secretaris.

Groningen, 15 december 2015.

Gedeputeerde Staten voornoemd:

M.J. van den Berg, voorzitter.

H.J. Bolding, secretaris.