Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ooststellingwerf

Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting ter zake van buizen, kabels, draden of leidingen 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOoststellingwerf
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van precariobelasting ter zake van buizen, kabels, draden of leidingen 2016
CiteertitelVerordening Precariobelasting buizen, kabels, draden of leidingen 2016
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 228

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201601-01-2017Nieuwe verordening

15-12-2015

Gemeenteblad nr. 15019, 17-12-2015

Raad, 15-12-2015, nr. 11

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting ter zake van buizen, kabels, draden of leidingen 2016

De raad van de gemeente Ooststellingwerf;

 

nr. 11

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 10 november 2015;

 

gelet op artikel 228 van de Gemeentewet;

 

b e s l u i t :

 

 

vast te stellen de

 

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PRECARIOBELASTING TER ZAKE VAN BUIZEN, KABELS, DRADEN OF LEIDINGEN 2016

Artikel 1 Begripsbepalingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    een maand: een kalendermaand;

  • b.

    een jaar: een kalenderjaar.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van buizen, kabels, draden of leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening.

Artikel 3

Belastingplicht

  • 1.

    Ter zake van buizen, kabels, draden of leidingen ter zake waarvan op grond van de Gaswet of de Electriciteitswet een netbeheerder is aangewezen, wordt de precariobelasting geheven van de door de minister aangewezen netbeheerder.

  • 2.

    In alle andere gevallen wordt de precariobelasting geheven van degene die de buizen, kabels, draden of leidingen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel van degene ten behoeve van wie dat voorwerp of die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn.

Artikel 4 Vrijstellingen

De precariobelasting wordt niet geheven ter zake van het hebben van:

  • a.

    voorwerpen, waarvan de gemeente genothebbende is krachtens eigendom, bezit of beperkt recht, met uitzondering van voorwerpen die in gebruik zijn bij een derde;

  • b.

    buizen in de grond, tot aansluiting op het openbaar hemelwaterstelsel, het openbaar ontwateringsstelsel of het openbaar vuilwaterriool.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

Het tarief bedraagt voor het hebben van buizen, kabels, draden of leidingen per strekkende meter per jaar

€ 2,18 met inachtneming van het overigens in deze verordening bepaalde.

Artikel 6 Berekening van de precariobelasting

Voor de berekening van de precariobelasting wordt een gedeelte van een strekkende meter als een

volledige strekkende meter aangemerkt.

Artikel 7 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij deaanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de precariobelastingverschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting alser in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffingvoor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dattijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij blijktdat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 0,00.

  • 4.

    Belastingbedragen van minder dan € 50,00 worden niet geheven.

Artikel 10 Termijn van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening is vermeld en de tweede een maand later.

  • 2.

    Indien voor de betaling van de verschuldigde belasting een machtiging voor automatische incasso is afgegeven, dient voor de in het eerste lid genoemde twee gelijke termijnen drie gelijke termijnen te worden gelezen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening is vermeld en de volgende termijnen steeds één maand later.

  • 3.

    De machtiging voor automatische incasso zoals genoemd in het tweede lid, wordt geacht niet te zijn verleend indien gedurende de looptijd van de automatische incasso twee termijnen worden gestorneerd ofwel indien de incassomachtiging door de belastingschuldige of de rekeninghouder wordt ingetrokken. De termijnen genoemd in het eerste lid worden in dat geval direct van toepassing.

  • 4.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de precariobelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de precariobelasting.

Artikel 13 Overgangsrecht

De verordening “Verordening precariobelasting Kabels en Leidingen 2015” laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 16 december 2014, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14 genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2016.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening Precariobelasting buizen, kabels, draden of leidingen

2016".

Besloten in de openbare vergadering van 15 december 2016.

, griffier. , voorzitter.