Organisatie | Maassluis |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting 2016 |
Citeertitel | Verordening precariobelasting 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vervangen door de Verordening precariobelasting 2017.
Deze regeling vervangt de ’Verordening precariobelasting 2015’.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 01-01-2017 | nieuwe regeling | 15-12-2015 | ADV-15-03496 |
De Raad van de gemeente Maassluis;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 1 december 2015 tot het vaststellen van de tarieven belastingen en heffingen 2016, zaaknummer Z-15-15213, registratienummer ADV-15-03496
gelet op het bepaalde in artikel 228 van de Gemeentewet;
de Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting 2016.
Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
De precariobelasting wordt geheven van degene die één of meer voorwerpen heeft onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel van degene ten behoeve van wie dat voorwerp of die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn.
In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt, indien de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, degene aan wie de vergunning is verleend of diens rechtsopvolger aangemerkt als degene bedoeld in het eerste lid, tenzij blijkt dat hij niet het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft.
Artikel 3 Heffingsmaatstaf en tarief.
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in deze verordening bepaalde.
Artikel 4 Begripsomschrijvingen.
Gedeelten van de in de tarieventabel genoemde tijds- en andere eenheden worden voor een geheel gerekend, met dien verstande dat indien het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar en het hebben van voorwerpen aanvangt in de loop van het tijdvak, de belasting zoveel twaalfden van het over een jaar te betalen bedrag beloopt als er na het aanvangstijdstip nog volle maanden van het tijdvak resteren.
In de gevallen waarin de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, is het belastingtijdvak de periode waarvoor de vergunning is verleend, met dien verstande dat bij een kalenderjaaroverschrijdende geldigheidsduur van de vergunning het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar.
Indien het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar en de voorwerpen zijn verwijderd vóór het verstrijken van het belastingtijdvak, wordt op aanvraag van de belastingplichtige naar evenredigheid ontheffing verleend over de na verwijdering resterende volle maanden van het belastingtijdvak.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van precariobelasting.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Maassluis, gehouden op 15 december 2015,
de griffier, de voorzitter,
mr. R. van der Hoek, dr. T.J. Haan
Bijlage 1 Tarieventabel behorende bij de Verordening precariobelasting 2016