Organisatie | Vlissingen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Bedrijveninvesteringszone (BIZ) Centrum Vlissingen 2016-2020 |
Citeertitel | Verordening Bedrijveninvesteringszone (BIZ) Centrum Vlissingen 2016-2020 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Artikelen 1, eerste, derde, vierde en vijfde lid; 2, eerste en tweede lid; 3, eerste lid, en eerste en vierde lid, van de Wet op de bedrijveninvesteringszones
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | Onbekend | 15-10-2015 Onbekend | Onbekend |
De raad van de gemeente Vlissingen
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 22 september 2015, nr. 658270;
gelet op de artikelen 1, eerste, derde, vierde en vijfde lid; 2, eerste en tweede lid; 3, eerste lid, en eerste en vierde lid, van de Wet op de bedrijveninvesteringszones;
gezien de uitvoeringsovereenkomst van 15 oktober 2015,gesloten met de Vlissingse Ondernemers Centrale en het advies van de gemeentelijke adviesraad d.d. 1 oktober 2015;
vast te stellen de Verordening Bedrijveninvesteringszone (BIZ)Centrum Vlissingen 2016-2020.
Hoofdstuk II Belastingbepalingen
Artikel 2 Belastbaar feit en aard van de belasting
Onder de naam ‘BIZ-bijdrage’ wordt jaarlijks een directe belasting geheven ter zake van binnen de bedrijveninvesteringszone gelegen onroerende zaken die op grond van artikel 220a Gemeentewet niet in hoofdzaak tot woning dienen. Aangeslagen voor de BIZ-bijdrage zijn die onroerende zaken waar de hoofdfunctie winkel, horeca, leisure en recreatie betreft. Vrijgesteld van de aanslag voor de BIZ-bijdrage zijn alle andere functies, zoals kantoren, zakelijke en persoonlijke dienstverlening. Deze branches profiteren onvoldoende van de activiteiten die met de BIZ-bijdragen worden gefinancierd. In de bijlage zit een lijst met die objecten die worden aangeslagen en een lijst met objecten die zijn vrijgesteld.
De BIZ-bijdrage wordt geheven ter bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan activiteiten in de openbare ruimte en op internet, die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid of de veiligheid in de bedrijveninvesteringszone of de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de bedrijveninvesteringszone.
Voor de toepassing van dit artikel wordt:
gebruik door degene aan wie een deel van een belastingobject in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het deel in gebruik heeft gegeven, is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;
het ter beschikking stellen van een belastingobject voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die dat belastingobject ter beschikking heeft gesteld; degene die het belastingobject ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat belastingobject ter beschikking is gesteld;
Artikel 5 Maatstaf van heffing
Indien met betrekking tot het belastingobject geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van dat belastingobject bepaald met toepassing van artikel 6, alsmede met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
In afwijking in zoverre van artikel 5 wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf buiten aanmerking gelaten, voor zover dit niet al is gebeurd bij de bepaling van de in dat artikel bedoelde waarde, de waarde van:
straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanige gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - welke zijn geplaatst voor het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen;
belastingobjecten die worden beheerd door een vereniging of stichting die geen onderneming drijft, voor zover die objecten bestemd en in gebruik zijn voor het geven van onderwijs, voor club- en buurthuiswerk, voor de beoefening van sport, kunst of cultuur, of voor andere activiteiten van sociale of culturele aard;
Het BIZ-tarief per jaar bedraagt:
WOZ waarde 2016 2017 2018 2019 2020
€0 - €300.000 €300 €305 €310 €315 €320
Artikel 9 Termijnen van betaling
1.In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 worden de aanslagen betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen onroerende-zaakbelastingen of andere heffingen minder is dan € 5.000,-, dat, indien een machtiging voor automatische incasso is afgegeven, de aanslagen worden geïnd in acht gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgende op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
2.De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Hoofdstuk III Subsidiebepalingen
Artikel 12 Aanwijzing vereniging
De vereniging Vlissingse Ondernemers Centrale wordt aangewezen als de vereniging als bedoeld in artikel 7 van de wet.
Artikel 13 Buiten toepassing algemene subsidieverordening
Op de subsidie bedoeld in artikel 14 is de Algemene subsidieverordening Vlissingen niet van toepassing.
Artikel 15 Intrekken oude verordening en overgangsrecht
De 'Verordening BlZ Ondernemersfonds Binnenstad Vlissingen 2012' wordt ingetrokken op de datum van ingang van de heffing, bedoeld in artikel 16, tweede lid, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Bijlage 1: Plattegrond gebied BIZ Centrum Vlissingen 2016 - 2020
Bijlage 2: Belastingobjecten voor de BIZ-bijdrage behorende bij artikel 2, lid 1, van Verordening BIZ Centrum Vlissingen 2016 - 2020
Bijlage 3: Vrijgestelde objecten voor de BIZ-bijdragebehorende bij artikel 6, lid 1 onder q van Verordening BlZ Centrum Vlissingen 2016 – 2020