Organisatie | Reusel-De Mierden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels individuele inkomenstoeslag |
Citeertitel | Beleidsregels individuele inkomenstoeslag |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Deze beleidsregels vervangen de beleidsregels langdurigheidstoeslag.
Participatiewet, artikel 36
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-05-2015 | 01-01-2015 | 01-01-2018 | Nieuwe regeling | 21-04-2015 | B&W 15-140 |
Artikel 1 Geen uitzicht op inkomensverbetering
Belanghebbende heeft geen uitzicht op inkomensverbetering indien in de periode van twaalf maanden na de peildatum naar verwachting geen algemeen geaccepteerde arbeid zal worden aangeboden of verworven met een hoger loon dan de toepasselijke bijstandsnorm.
Artikel 2 Inspanningen, krachten en bekwaamheden
Bij de beoordeling van het criterium 'geen uitzicht op inkomensverbetering' moet het college rekening houden met de omstandigheden van de persoon. In artikel 36, tweede lid, van de Participatiewet is bepaald dat tot die omstandigheden in ieder geval worden gerekend:
Geen toeslag als bedoeld in artikel 36 wordt verstrekt als belanghebbende gedurende referteperiode geen of onvoldoende inspanningen heeft verricht.
Artikel 3 Geen recht op individuele inkomenstoeslag
Geen recht op individuele inkomenstoeslag heeft:
de belanghebbende die twaalf maanden voorafgaand aan de peildatum, een maatregel heeft gekregen in verband met het geen of onvoldoende medewerking verlenen aan re-integratie en re-integratieactiviteiten of een maatregel heeft gekregen in verband met het verkrijgen en be-houden van algemeen geaccepteerde arbeid.
De referteperiode, zoals genoemd in artikel 2 sub c van de Verordening Participatiewet 2015, begint pas te lopen op het moment dat belanghebbende zijn verblijfadres heeft in Nederland.
Indien onverkorte toepassing van de beleidsregels leidt tot situaties die onredelijk en onbillijk zijn, kan hiervan worden afgeweken.