Organisatie | Castricum |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening rekenkamercommissie BUCH 2015 |
Citeertitel | Verordening rekenkamercommissie BUCH 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt per 1 januari 2016 de Verordening rekenkamercommissie Castricum
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 20-10-2018 | Nieuwe regeling | 01-10-2015 | Onbekend. |
De raad van de gemeente Castricum;
de gemeente Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo hebben besloten per 1 januari 2017 over te gaan tot een ambtelijke fusie.
In dat kader van de ambtelijke samenwerking en het ontstaan van de Werkorganisatie BUCH onderzocht is of de gemeenteraden een gemeenschappelijke rekenkamerfunctie kunnen instellen.
Gelezen het voorstel van de Commissie van Onderzoek van 19 augustus 2015;
Gezien het advies uit de carrousel d.d. 17 september 2015;
Gelet op het bepaalde in artikelen 81oa Gemeentewet;
vast te stellen de volgende Verordening:
Verordening gemeenschappelijke rekenkamercommissie BUCH 2015
In deze verordening wordt verstaan onder:
de organisatie die is ingesteld bij besluit van de gemeenteraden op grond van artikel 81oa van de Gemeentewet;
HOOFDSTUK 2 – TAAK, SAMENSTELLING EN BEVOEGDHEDEN VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE REKENKAMERCOMMISSIE
Artikel 3 Benoeming en samenstelling gemeenschappelijke rekenkamercommissie
Op de voorzitter en de leden zijn de artikelen 81e, 81f en 81h van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.
De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitvoering van de onderzoeksopzet en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met de secretariële ondersteuning.
Ten aanzien van de externe voorzitter en leden is artikel 81g van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.
Artikel 5 Einde van het lidmaatschap
De gemeenteraden ontslaan de voorzitter en de leden of stellen hen op non-actief overeenkomstig hetgeen daarover in lid 2 van dit artikel is bepaald, met dien verstande dat de bevoegdheden conform de Gemeentewet door de gemeenteraden gezamenlijk kunnen of worden uitgeoefend.
Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van de voorzitter en de externe leden van rekenkamercommissie
Artikel 7 Openbaarheid/geheimhouding
De rekenkamercommissie kan op grond van een belang, genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur, omtrent de inhoud van stukken die aan haar worden overgelegd, geheimhouding opleggen.
Artikel 10 Onderzoeksopdracht en bevoegdheden
Jaarlijks voor 1 november biedt de rekenkamercommissie een jaarplan met begroting voor het volgende jaar ter kennis aan, aan de gemeenteraden. In het jaarplan is in ieder geval opgenomen welke onderzoeken de rekenkamercommissie overweegt op te pakken, voorzien van een evenwichtige verdeling van te plegen onderzoeken in de deelnemende gemeenten.
De rekenkamercommissie is bevoegd bij de besturen en of directies van de hierna genoemde organisaties de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van het onderzoek, zijnde:
openbare lichamen en gemeenschappelijke organen ingesteld krachtens de Wet gemeenschappelijke regelingen waaraan de gemeente deelneemt;
Om de onderzoeken van de rekenkamercommissie naar behoren te kunnen uitvoeren zijn de stukken, die onder oplegging van geheimhouding aan de rekenkamercommissie ter beschikking worden gesteld, ook beschikbaar voor de secretaris van de rekenkamercommissie en de door de rekenkamercommissie aangewezen onderzoekers en deskundigen.
HOOFDSTUK 3 - WERKWIJZE VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE REKENKAMERCOMMISSIE
Artikel 11 Uitvoering van het onderzoek en rapportage
De rekenkamercommissie stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn in elk geval degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.
Na vaststelling door de rekenkamercommissie worden het onderzoeksrapport, de nota met conclusies en aanbevelingen, de zienswijze van betrokkenen en de reactie van de rekenkamercommissie op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college(s) van burgemeester en wethouders en de overige betrokkenen, aan de betrokken gemeenteraden aangeboden.
Artikel 13 Voorziening en verdere uitwerking
In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, treedt een vertegenwoordiging van de gemeenteraden in overleg en neemt ter zake een besluit.
Artikel 14 Inwerkingtreding en citeertitel
De Verordening rekenkamercommissie Castricum, vastgesteld d.d. 22 december 2011 wordt ingetrokken.