De raad van de gemeente Gennep;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10
november 2015;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de
Gemeentewet;
BESLUIT:
Vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van begraafplaatsrechten
gemeente Gennep (Verordening begraafplaatsrechten Gemeente
Gennep).
Artikel 1 Begripsomschrijving
Deze verordening verstaat onder:
- a.
begraafplaats: de gemeentelijke begraafplaats gelegen aan de
Kampweg te Gennep;
- b.
graf: een zandgraf of een keldergraf;
- c.
grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of
meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet;
grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of
wand;
- d.
asbus: een bus ter berging van as van een overledene;
- e.
urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;
- f.
particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of
rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
- a.
het doen begraven en begraven houden van lijken;
- b.
het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met
of zonder urnen;
- c.
het doen verstrooien van as;
- g.
algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin de
gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;
- h.
particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk
persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend
tot:
- a.
het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met
of zonder urnen;
- b.
het doen verstrooien van as;
- i.
algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin
gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen
met of zonder urnen;
- j.
particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk of
rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen
bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder
urnen;
- k.
particuliere gedenkplaats: een plaats waarvoor aan een
natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is
verleend om overledenen te gedenken;
- l.
verstrooiingsplaats: een plaats waarop as wordt verstrooid;
- m.
grafbedekking: gedenkteken of grafbeplanting op een graf, een
gedenkplaats of verstrooiingsplaats;
- n.
kindergraf: een particulier graf onder f bedoeld, gelegen op het
gedeelte van de begraafplaats, dat is bestemd voor de begraving
van de stoffelijke resten van personen beneden de leeftijd van
12 jaar;
- o.
algemeen erkende feestdag: hetgeen hieromtrent is bepaald in de
Algemene termijnenwet;
- p.
Beheersverordening: Beheersverordening gemeentelijke
begraafplaatsen 2010.
Artikel 2 Belastbaar feit
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik
van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten
in verband met de begraafplaats.
Artikel 3 Belastingplicht
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten
behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de
bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 4 Vrijstellingen
De rechten worden niet geheven voor:
- a.
opgraving van een lijk of asbus ingevolge een bevel van een
gerechtelijke autoriteit met het oog op een strafrechtelijk
onderzoek;
- b.
het begraven van doodgeboren kinderen of van zuigelingen die met
de overleden moeder in één kist worden begraven.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
- 1.
De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven,
opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
- 2.
Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de
tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid
aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke
kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde
bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke
kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld
De rechten zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of
bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of
inrichtingen.
Artikel 8 Termijn van betaling
- 1.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990
moeten de rechten worden betaald binnen vier weken na de dagtekening
van de schriftelijke kennisgeving.
- 2.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste
lid gestelde termijn.
Artikel 9 Kwijtschelding
Bij de invordering van de begraafplaatsrechten wordt geen kwijtschelding
verleend.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en
wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met
betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.
Artikel 11 Overgangsrecht
- 1.
De 'Verordening begraafplaatsrechten 2012' van 22 november 2011
(2011/4680), wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12
genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij
van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die
datum hebben voorgedaan.
- 2.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de
in artikel 12 genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de op
grond van het eerste lid ingetrokken verordening gelden voor de in
de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor
zover de heffing van de begraafplaatsrechten hiervoor in die periode
plaatsvindt.
Artikel 12 Inwerkingtreding
- 1.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na
die van de bekendmaking.
- 2.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.
Artikel 13 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening begraafplaatsrechten
gemeente Gennep.