Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zaanstad

Handhavingsprogramma 2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZaanstad
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingHandhavingsprogramma 2014
CiteertitelHandhavingsprogramma 2014
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerpHandhavingsprogramma 2014

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Bouw-, milieu- en ruimtelijke regelgeving
  2. Bijzondere wetten zoals Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, en Wegenverkeerswet
  3. Gemeentelijke verordeningen zoals de markt- en kermisverordening, de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) en de afvalstoffenverordening
  4. Beleidsplan Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving 2012-2015
  5. Wijkuitvoeringsplannen
  6. Integraal Veiligheidsplan 2012-2014
  7. Programmabegroting 2014

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

04-01-201401-01-201401-01-2015Onbekend

18-12-2013

Gemeenteblad 2013, nr. 81

2013/299405

Tekst van de regeling

Intitulé

Handhavingsprogramma 2014

 

 

Handhavingsprogramma 2014

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1 Inleiding

 

Hoofdstuk 2 Keuzes in toezicht en handhaving

2.1 Toezicht en Handhaving in 2014

2.2 Effecten van toezicht en handhaving

2.3 Ontwikkelingen 2014

 

Hoofdstuk 3 Toezicht en handhaving in uitvoering

 

Bijlagen

Bijlage 1 Handhavingsprogramma 2014

Bijlage 2 Hoogte dwangsommen en lengte begunstigingstermijn

Bijlage 3 Communicatie activiteiten 2014

Hoofdstuk 1 Inleiding

Voor u ligt het handhavingsprogramma voor het jaar 2014. Dit programma geeft een overzicht van alle toezicht- en handhavingstaken op gebied van kinderopvang, horeca, milieu, ruimtelijke ordening, (bestaande) bouw, brandveiligheid, openbare ruimte en openbaar water van de gemeente Zaanstad.

Met dit programma wordt een bijdrage geleverd aan een schone, hele en veilige stad.

 

Handhaving is een onderwerp dat momenteel in beweging is. Vele ontwikkelingen volgen elkaar in een hoog tempo op. Als belangrijkste zijn te noemen de nieuwe landelijke kwaliteitscriteria voor toezicht en handhaving vanaf 2015, het toezicht op de prostitutiebranche dat voor een groot deel bij de gemeente komt te liggen, verhoging van de leeftijdgrens voor het verstrekken van alcohol en de invoering van een nieuwe gemeentelijke verordening voor de para-commerciële inrichtingen (zoals sportkantines en buurthuizen).

 

Basis op orde

Handhaving neemt steeds nadrukkelijker een plaats in als instrument voor het bereiken van beleidsdoelen.

Gemeentelijke handhaving is breed en omvat veel beleidsterreinen. Een handhavingsprogramma is nodig omdat alles handhaven niet mogelijk is. Nog los van de vraag of de gemeente alle overtredingen kan voorkomen, noodzaakt de capaciteit in combinatie met de omvang van de handhavingstaak, de gemeente om keuzes te maken waarop wordt actief en systematisch toezicht gehouden. Kiezen we voor vallende balkons, zakkende bouwwerken, evenementen (na Hoek van Holland en Duisburg) of toch op hondenpoep op speelveldjes? Is de waan van de dag daarbij bepalend of worden risico’s binnen de totale handhavingopgave afgewogen. In dit programma kiezen we voor een balans tussen de waan van de dag (via meldingen en een gereserveerd percentage) en de programmatische aanpak.

 

De gemaakte keuzes in programma zijn gebaseerd op een risicoanalyse en de daaruit voortvloeiende hoge, gemiddelde en lage prioriteiten. De toegepaste risicoanalyse is vastgelegd in het beleidsplan ‘Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving 2012-2015’. De keuzes van het college van Zaanstad voor 2014 zijn vastgelegd in dit Handhavingsprogramma. Het handhavingsprogramma laat zien op welke taken toezicht wordt gehouden en op welke wijze de gemeente dit doet. Dit programma kenmerkt zich door een risicogestuurde en gebiedsgerichte aanpak, waarbij de nadruk ligt op beschikbare capaciteit en de ‘basis op orde’. Daarmee wordt een aanvaardbaar handhavingsniveau bereikt.

 

Aansluiting handhavingprogramma bij andere programma’s

Toezicht en handhaving staan niet op zichzelf, maar zijn onderdeel van een reguleringsketen 1 . Ze dragen ook bij aan de gemeentebrede doelstellingen ‘schoon, heel en veilig’. Daarbij zijn toezicht- en handhavingactiviteiten één van de instrumenten om deze doelstellingen te bereiken. Het handhavingsprogramma is onderverdeeld in zes thema’s waarmee het merendeel van het gemeentelijke toezicht en handhavingveld wordt gedekt. De thema’s zijn:

  • 1.

    Woon en Leefomgeving;

  • 2.

    Veilig uitgaan;

  • 3.

    Verkeersveiligheid op de weg en het water;

  • 4.

    (Brand)veilig gebruik van bouwwerken en percelen;

  • 5.

    Openbare orde en veiligheid;

  • 6.

    Handhavingprojecten en overige handhavingstaken.

     

Afbakening

Voor de goede orde wordt vermeld, dat toezicht/handhaving met betrekking tot leerplicht en sociale zekerheidswetgeving geen onderdeel uitmaakt van dit programma. Ook de vergunningverlening en toezicht op vergunde bouwwerkzaamheden maakt geen onderdeel uit van het programma.

 

Leeswijzer

Hoofdstuk 2 maakt zichtbaar wat de gemeente Zaanstad in 2014 gaat doen. In hoofdstuk 3 kunt u lezen hoe de gemeente toezicht en handhaving uitvoert.

Hoofdstuk 2 Keuzes in toezicht en handhaving

Door de toename van toezichttaken en de complexiteit ervan wordt het steeds belangrijker om een goede afweging te maken over de inzet van de beschikbare personele capaciteit. De gemeente focust zich meer op zaken die er toe doen en die moeilijk aan burgers en bedrijven zelf overgelaten kunnen worden. Daarbij draagt de gemeente steeds nadrukkelijker uit dat burgers en bedrijven eerst zelf verantwoordelijk zijn voor naleving van de regels. Dit is ook zichtbaar in de visie van gemeente, die verandert van een gemeente die ‘zorgt voor’ naar een gemeente die ‘zorgt dat’. Daar tegenover staat dat vanuit de maatschappij juist steeds een groter beroep wordt gedaan op de handhavende overheid, ingegeven door ontwikkelingen als minder tolerantie, zelfdiscipline en een steeds mondigere burger met meer (digitale) mogelijkheden. Deze tendens is terug te zien aan het aantal meldingen dat de gemeente jaarlijks ontvangt van burgers.

 

Gelet op de hoeveelheid aan handhavingstaken, kan de gemeente echter niet tegen elke overtreding met evenveel prioriteit optreden. Dit betekent, dat er keuzes moeten worden gemaakt. Bij deze keuzes heeft de gemeente de volgende vragen gesteld:

  • 1.

    Wat moeten we handhaven?

  • 2.

    Wat willen we handhaven?

  • 3.

    Wat kunnen we handhaven?

     

De eerste vraag is duidelijk. Feitelijk moet de gemeente al haar wettelijke taken uitvoeren en handhaven op een adequaat niveau. Deze taken zijn opgenomen in het beleidsplan. De opgave is niet om altijd en tegen elke overtreding op te treden. ‘Wat we willen handhaven’ hebben we inzichtelijk gemaakt door in beeld te brengen wat de gemeente belangrijk vindt en wat van minder belang is. Alle taken uit het beleidsplan met een hoog en gemiddeld risico zijn bij elkaar gezet. Daarbij zijn ook de behoefte, wensen en verwachtingen voor toezicht en handhaving vanuit de diverse gemeentelijke afdelingen geïnventariseerd. Ook zijn enkele lage prioriteiten waarvoor door de politiek aandacht is gevraagd meegenomen. ‘Wat kunnen we handhaven’ wordt bepaald door de beschikbare menskracht. Uitgangspunt daarbij is een “evenwichtig beleid”, dat wil zeggen: mensen en middelen zijn in balans met de taken op het gebied van toezicht en handhaving.

 

2.1 Toezicht en handhaving in 2014

De gemeente zet haar beschikbare toezicht- en handhavingcapaciteit in op die taken waar de risico’s het grootst zijn of daar waar het naleefgedrag laag is. Daarna verdeelt de gemeente de resterende capaciteit over de taken met een gemiddelde en lage prioriteit. Het stellen van prioriteiten kan ook betekenen dat:

  • ·

    verschillende taken niet allemaal dezelfde aandacht krijgen;

  • ·

    steekproefsgewijs wordt gecontroleerd;

  • ·

    een beperkt percentage van een toezichtstaak wordt gecontroleerd;

  • ·

    een taak een jaar niet wordt opgenomen in het handhavingsprogramma.

     

De keuzes in dit programma zijn gesteld binnen het kader van het meerjarige beleidsplan, waarbij rekening is gehouden met de wijze van aanpak van de prioriteiten, beschikbare capaciteit en aan de hand van de eerdere inzet en constateringen uit 2013.

 

In het handhavingsprogramma ligt de focus op de taakvelden met een hoge prioriteit. Dit zijn bijvoorbeeld funderingen, kinderopvang, openbare orde en veiligheid, verstrekken van alcohol aan minderjarigen, brandveilig gebruik bouwwerken, (fiets)parkeren en risicovolle bedrijven. Verder wordt ook ingezet op projecten waarvan het bestuur heeft aangegeven belang te hechten aan toezicht en handhaving. Het gaat dan om de lopende projecten zoals funderingen en de aanpak van woonschepen (verwerkt in de begroting 2014). Naast de hoge en bestuurlijke prioriteiten, blijft het beperkt mogelijk om ‘gemiddelde prioriteiten’ op te pakken. Denk hierbij aan bijvoorbeeld het exploiteren van een horeca inrichting. Op de meeste taakvelden met een gemiddelde dan wel een lage prioriteit wordt in 2014 niet ingezet. Deze taakvelden worden dan ook niet opgenomen in het handhavingsprogramma. Het gaat dan om bijvoorbeeld illegaal gebruik van gemeentegrond door particulieren en de aanpak illegale bouwwerken met lage prioriteit. Voor 2015 zullen opnieuw keuzes worden gemaakt.

 

Waar wordt in 2014 geen prioriteit aan gegeven?

Op basis van een interne inventarisatie van inzetverzoeken en projecten is geconstateerd dat de gevraagde inzet de beschikbare capaciteit ruimschoots overschrijdt. Aan de onderstaande inzetverzoeken wordt in 2014 geen prioriteit gegeven:

  • ·

    Actief toezicht strijdig gebruik van woonruimte;

  • ·

    Projectmatig integraal toezicht op de bestemmingsplannen Assendelft en Westzaan;

  • ·

    Bestemmingsplantoezicht oneigenlijk gebruik van landbouwgrond;

  • ·

    Inventariseren van illegale bouwwerken in Zaanstad t.b.v. de WOZ;

  • ·

    Illegaal gebruik van gemeentegrond door particulieren;

  • ·

    Illegale vaarsteigers in ecozones;

  • ·

    (Her)controle van vergunde en afgeschouwde Omgevingsvergunningen;

  • ·

    Handhaven voorschriften van de Welstandnota;

  • ·

    Aanpak gerealiseerde bouwwerken na weigeren vergunning;

  • ·

    Projectmatige aanpak illegale bouwwerken Weiver in Westzaan;

  • ·

    Projectmatige aanpak illegale bouwwerken met lage prioriteit.

     

Voor wat betreft de hoog geprioriteerde taak strijdig gebruik van woonruimte; in 2013 zijn de nog openstaande bekende adressen gecontroleerd waar mogelijk sprake was van een ernstige mate van onveilig gebruik. In 2014 zal er geen actief toezicht zijn en komt de gemeente alleen in actie op basis van meldingen en signalen van burgers. In plaats van bovenstaande handhavings-taak is gekozen om de bekende adressen waar mogelijk illegale bewoning plaatsvindt op het bedrijventerrein Noorderveld te controleren.

 

Het inventariseren van bouwwerken en toetsen aan het bestemmingsplan heeft een gemiddelde prioriteit. De verzoeken vanuit de gemeentelijke organisatie omvatten naast een algehele inventarisatie van alle illegale bouwwerken in Zaanstad ten behoeve van de WOZ ook het controleren en handhavend optreden bij twee plangebieden en het houden van toezicht op oneigenlijk gebruik van landbouwgrond. Met de beschikbare capaciteit is het niet mogelijk om zowel beide plangebieden als een algehele inventarisatie en het oneigenlijk gebruik op deze wijze aan te pakken. In 2014 wordt wel ingezet op het uitvoeren van inventarisaties en het geven van advies aan de hand van de planning van het actualiseren en ontwikkeling van de bestemmingsplannen.

 

Ten aanzien van het aanpakken van het gebruik van gemeentegrond door particulieren en illegale vaarsteigers in de ecozones is de bestuursrechterlijke weg niet de meeste voor de hand liggende. Beide zaken kunnen beter langs de privaatrechtelijke weg worden opgepakt.

 

(Her)controle van vergunde en afgeschouwde Omgevingsvergunningen, handhaven van voorschriften van de Welstandnota en aanpak van gerealiseerde bouwwerken na het weigeren van een vergunning, zijn zaken met een lage prioriteit die op basis van de beperkte risico’s niet in 2014 worden opgepakt.

 

Bij illegale bouwwerken met lage prioriteit gaat het om bouwwerken zoals steigers, schuttingen en dakkapellen die op basis van de risico’s om deze redenen in 2014 niet worden opgenomen. In 2014 wordt een uitspraak van Raad van State (in hoger beroep) verwacht, n.a.v. een eerder afgewezen verzoek om handhaving op grond van de lage prioriteit. Hiermee zal duidelijk worden hoe de gemeente met dit soort bouwwerken met lage prioriteit in de toekomst om moet gaan. Het project illegale bouwwerken Weiver is in afwachting daarvan, niet in 2014 opgenomen.

 

Voor alle onderwerpen geldt dat via meldingen alle onderwerpen aan bod kunnen komen. Op deze wijze wordt de expertise op alle gebieden onderhouden en wordt informatie verzameld die kan leiden tot bijsturing.

 

Een nadere uitwerking van het Handhavingsprogramma 2014 is te vinden in bijlage 1.

 

Wijzingen Handhavingsprogragramma 2014 ten opzichte van 2013

In 2014 neemt de gemeente in tegenstelling tot 2013 wel de projecten caravanstallingen en vluchttrappenhuizen op. Daarnaast is het toezicht en handhaving op de verkoop en schenken van alcohol een reguliere taak geworden en geven we structureel aandacht aan het fietsparkeren. De aanpak van hennepteelt gaat in 2014 volgens een andere werkwijze, namelijk op basis van de Opiumwet artikel 13b. De Omgevingsdienst NZKG houdt vanaf 2014 toezicht op bijna alle milieu en bodem taken van de gemeente Zaanstad.

 

Een nadere uitwerking van het Handhavingsprogramma 2014 is te vinden in bijlage 1.

 

2.2 Effect van toezicht en handhaving

De gemeente wil graag inzichtelijk gaan maken wat de effecten van toezicht en handhaving zijn en op de resultaten kunnen sturen. Om uiteindelijk het effect van toezicht en handhaving te kunnen bepalen, bepaalt Zaanstad van te voren wat ze na de looptijd van het programma bereikt wil hebben. In 2013 hebben we voor het eerst gewerkt met verwachte aantallen (output). Er is daarbij gekozen voor een kleinere set indicatoren. In 2014 start er een pilot project om een kwaliteitslag te maken van output naar outcome voor een aantal taakvelden. De pilot is dan een opmaat om invulling te kunnen gaan geven aan de ambitie om meerjarige trends in beeld te brengen en om zo te kunnen gaan sturen op maatschappelijk effect (outcome).

 

In de onderstaande tabel zijn voor de handhavingstaken de verwachte output resultaten voor 2014 opgenomen.

 

2.3 Ontwikkelingen in 2014

Handhaving is een dynamisch werkgebied, waarop de laatste tijd veel ontwikkelingen gaande zijn. Er wordt steeds meer nadruk gelegd op handhaving van regelgeving, waarbij ook wordt gekeken naar handhaafbaarheid van de regels. De rol van gemeenten in het geheel wordt steeds groter. Er komen dan ook steeds meer handhavende taken richting gemeente. In 2014 hebben diverse ontwikkelingen invloed op het gemeentelijke toezicht en handhaving. De voornaamste ontwikkelingen zijn hieronder opgesomd.

 

Landelijke ontwikkelingen:

  • ·

    Op 1 januari 2014 gaat de leeftijdgrens voor het verstrekken van alcohol omhoog. Eén van de gevolgen van deze leeftijd wijziging is dat de gemeenten nu ook toezicht gaat houden op de verkoop en schenken van alcohol onder de 18 jaar.

  • ·

    Vanaf 2015 gelden er nieuwe kwaliteitscriteria voor toezicht en handhaving. In 2014 zullen de benodigde verbeteracties om in 2015 te kunnen voldoe worden uitgevoerd.

  • ·

    Medio 2014 treedt de wet Regulering Prostitutie in werking. Er gaat dan een vergunningplicht voor seksinrichtingen, bordelen en escortbedrijven gelden en de leeftijdsgrens voor prostituees gaat omhoog. De gemeente krijgt een grotere rol in het toezicht en de handhaving van de bepalingen uit de nieuwe wet. Dit vraagt om specifieke kennis van de toezichthouders en juristen en meer afstemming met de politie om misstanden in de prostitutiebranche aan te pakken.

  • ·

    Effecten schaalvergroting. Als gevolg van schaalvergroting, denk aan de Omgevingsdienst NZKG, de nationale politie en de Veiligheidsregio Zaanstreek Waterland, zullen er effecten optreden. Enerzijds vanuit de rol als partner of opdrachtgever bij een groeiende afstand, anderzijds als gevolg van uniformering bij deze partijen. De gevolgen kunnen we nog niet overzien, maar een risico kan zijn dat er minder ruimte is voor maatwerk.

     

Gemeentelijke ontwikkelingen:

  • ·

    Stijging van het aantal flitsvergunning. De doelstellingen van de gemeente is om het gemeentelijk beleid te vereenvoudigen waardoor er sneller vergunningen afgegeven kunnen worden. In 2014 zal worden onderzocht of naast de flitsvergunning voor o.a. vlaggenmasten en asbestmeldingen ook voor reclame, aan- en uitbouwen en constructiewijzigingen een flitsvergunning kan worden afgegeven. Eén van de gevolgen van deze flitsvergunningen (minder toetsing vooraf) is dat er achteraf een groter beroep wordt gedaan op handhaving.

  • ·

    Klantgericht afhandelen van meldingen. Voor Handhaving is in de begroting van 2014 als prestatiedoelstelling opgenomen dat meldingen worden afgehandeld op een wijze die melders/klagers meer inzicht geeft in de afhandeling van de meldingen. Bij handhaving zal er in 2014 een betere analyse worden ingezet om terugkerende meldingen te voorkomen.

  • ·

    Invoering van de nieuwe verordening voor de para- commerciële inrichtingen (o.a. sportkantines en buurthuizen). Voor 2014 betekent dit, dat er toezicht en handhaving plaats zal vinden op de voorwaarden uit deze verordening.

  • ·

    Gevolgen hervormingen. Als gevolg van interne hervormingen, een grotere verantwoordelijkheid bij burgers en bedrijven en flexibeler beleidskaders, is te verwachten dat er meer variatie en naar verwachting meer overtredingen plaats zullen vinden op een aantal terreinen. Hoewel de (neven)effecten vooraf moeilijk in te schatten zijn, vragen deze de nodige aandacht.

Hoofdstuk 3 Uitvoering toezicht en handhaving

In dit hoofdstuk staat beschreven hoe de gemeente de regie houdt op en uitvoering geeft aan toezicht en handhaving.

 

Programmatisch, risicogestuurde en gebiedsgerichte toezicht en handhaving

Toezicht en handhaving zijn zo ingericht, dat snel kan worden gereageerd op problemen en meldingen. De inzet vindt plaats op de momenten en plaatsen waar(op) dit het meest nodig en zinvol is.

 

De inzet voor de openbare ruimte wordt afgestemd op de specifieke handhavingbehoefte tussen en binnen de vier Zaanse gebieden (noord, midden, Inverdan en zuidoost). Ook signalen van burgers bepalen voor een belangrijk deel in welke wijken toezicht en handhaving in de openbare ruimte wordt ingezet. Door inzetverzoeken, meldingen en verzoeken te bundelen kunnen de toezichthouders meerdere hotspots in een wijk tegelijk aanpakken.

 

Bij milieu en ruimtelijke ordening bepalen naast meldingen vooral de prioritering op basis van risico’s de inzet. De beschikbare informatie en de inschatting van de risico’s bepaalt de mate van prioriteit. Daarbij wordt de balans bewaakt tussen korte termijnmeldingen enerzijds en de uitvoering van het jaarprogramma anderzijds. Bij kinderopvang en brandveilig gebruik wordt cyclisch gecontroleerd, waarbij het risico wordt meegewogen.

 

Aandacht naleefgedrag en verantwoordelijkheid

In navolging van 2013 gaat de gemeente ook in 2014 verder met het stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid van burgers en ondernemers. De gemeente gaat van een aantal handhavingthema’s uit de openbare ruimte het naleefgedrag in kaart brengen. Om zo inzicht te krijgen welke handhavingsinstrumenten de gemeente kan inzetten om het naleefgedrag te verbeteren. Ook zullen bijvoorbeeld eigenaren van bouwwerken die voldoen aan de brandveiligheidregels worden beloond door een lagere controlefrequentie op basis van de naleefstrategie brandveilig gebruik bouwwerken Ondernemers in Zaanstad zullen worden gestimuleerd om hun verantwoordelijkheid te nemen voor de brandveiligheid in hun onderneming. Instrument hiervoor is een zelfchecklist van de brandweer waarmee geselecteerde ondernemers zelf kunnen controleren of zij voldoen aan het vereiste niveau van brandveiligheid. De brandweer voert op basis van een steekproef, controles uit.

 

Werken met bestuurlijke strafbeschikking

De gemeente heeft in 2013 ervaring op gedaan met de bestuurlijke strafbeschikking openbare orde. Ook in 2014 zal de gemeente met de politie Zaanstreek Waterland werkafspraken maken over de verantwoordelijkheid en inzet van toezicht bij hinderlijk gedrag, overlast van jongeren etc. In 2013 zijn de buitengewoon opsporingsambtenaren gestart met het volgen van een opleiding voor de Drank en Horecawet, met het streven om in 2014 inzetbaar te blijven bij het toezicht op de verkoop van alcohol aan jongeren in supermarkten en slijterijen.

 

Noodzakelijke flexibiliteit

De ervaring leert dat het werkveld van handhaving dynamisch is. Voor milieu, horeca, bouw/bestaande bouwwerken en openbaar water wordt hiertoe 10% van de beschikbare capaciteit gereserveerd. Voor toezicht in de openbare ruimte wordt hier 7% van de capaciteit gereserveerd. Deze inzet is niet beschikbaar voor nieuwe taken, maar voorziet in een structurele behoefte om in te kunnen spelen op (dreigende) calamiteiten en actualiteiten.

 

Uitvoering toezicht en handhaving via eenduidige strategie

Bij toezicht en handhaving worden acties ondernomen die moeten leiden tot naleving van de regels. Vanuit het gelijkheidbeginsel moeten deze acties voor derden gelijkheid en uniformiteit vertonen. Daarom gebruikt de gemeente een nalevingstrategie. Deze strategie maakt inzichtelijk welke overtredingen op welke wijze worden voorkomen, opgespoord en gehandhaafd om normconform gedrag (naleven) te bewerkstellingen.

 

Uitvoering van handhaving is consequent en transparant

In het beleidsplan Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving 2012-2015 heeft de gemeente als uitgangspunt opgenomen: handhaving is transparant. We willen duidelijk zijn over wat wel en niet is toegestaan. Vergelijkbare situaties handelt de gemeente op vergelijkbare wijze af. De gemeente, heeft daarom in bijlage 2 voor verschillende standaardovertredingen de hoogte van dwangsommen en de begunstigingstermijnen vastgelegd. De hoogte van de dwangsommen en termijnen zijn gebaseerd op de ‘Landelijke leidraad handhavingacties en begunstigingtermijn’ van Infomil. Deze bijlage geldt ook voor bij het toepassen van sancties bij milieu overtredingen die de Omgevingsdienst NZKG oplegt aan Zaanse bedrijven.

 

Samenwerking en afstemming

Bij toezicht en handhaving spelen samenwerking en afstemming een belangrijke rol. Daarbij gaat het om zowel interne als externe partners. Op het gebied van milieu wordt al jaren nauw samen gewerkt door gemeente, provincie, Hoogheemraadschap, Rijkswaterstaat,GGD en politie. Voor bestaande bouw, ruimtelijke ordening en de openbare ruimte is voornamelijk sprake van interne samenwerking. Door vroegtijdig met handhavingaspecten rekening te houden, kunnen veel potentiële problemen worden voorkomen, zowel beleidsmatig als in de uitvoering. Nu in 2013 de Omgevingsdienst NZKG van start is gegaan en de brandweer in 2014 op gaat in de regionale brandweer krijgt de samenwerking en afstemming ook meer regionale vorm.

 

Zaanse handhavingcommunicatie als instrument, gericht op preventie

In navolging van 2013 blijft de gemeente Handhavingcommunicatie in 2014 als instrument inzetten. De gemeente gebruikt hiervoor de gemeentelijke pagina in het Zaanstad Journaal en de gemeentelijke website. Verder worden in de communicatiekalender 2014 handhavingacties, publicaties over handhavingthema’s en projecten ingepland over het hele jaar. Deze acties passen binnen de strategische boodschap ‘Zaanstad goed om in te wonen en te werken’. Zie voor concrete acties en de communicatiekalender voor handhaving bijlage 3.

 

Zichtbaarheid en herkenbaarheid

Zichtbaarheid en herkenbaarheid van handhaving spelen ook een rol bij communicatie. Zichtbaarheid verhoogt het gevoel van veiligheid en kan leiden tot spontaan naleefgedrag. In 2014 wordt om deze reden een speciaal gemeentelijk bikersteam opgezet. Dit team zal dagelijks in de wijken worden ingezet en contact zoeken met de burgers. Door de inzet van dit bikersteam wordt aan de herkenbaarheid en zichtbaarheid van de toezichtouders van Straattoezicht gewerkt.

 

Methodiek en kwaliteitscriteria

De benadering van de handhaving is opgebouwd rond de zogenoemde ‘Big 8’. Dit is een dubbele regelkring. De “Big 8” bevat zeven duidelijke stappen die samen op beleidsniveau en uitvoerend niveau een cyclus vormen. Deze cyclus van beleidsvoering en jaarlijkse uitvoering vormt de basis voor de strategische afweging, programmering, monitoring en verantwoording van toezicht- en handhavingactiviteiten. Het voorliggende programma is één van de schakels in deze cyclus. In het Besluit omgevingsrecht (art. 7.3) staat beschreven dat de gemeente moet aangeven welke activiteiten het komende jaar zullen worden uitgevoerd. Met dit programma heeft de gemeente voldaan aan deze verplichting.

 

Bijlagen

Bijlage 1 Handhavingprogramma 2013

Woon en Leefomgeving

Doel: Verbeteren van de veiligheid en leefbaarheid in Zaanstad

Toelichting Openbare ruimte algemeen APV

De wijkgerichte inzet van de Boa’s gebeurt op basis van prioriteiten. De prioriteiten worden aan de wijken gegeven op basis van: klachten en meldingen, handhavingsprogramma, eigen kennis, inzetverzoeken van in- en externen. In gebieden waar veel overlastmeldingen/klachten vandaan komen, al dan niet in combinatie met inzetverzoeken van in- en externen, wordt extra ingezet tot het nalevingsgedrag weer acceptabel is. De aandachtpunten bij dit taakveld zijn o.a. (tijdelijke)standplaatsen, voertuigwrakken, parkeren, reclame uitingen in Inverdan, flyeren, sampling, markten en kermissen, en overlastgevende jeugd/verslaafden.

 

Toelichting afval

De aandacht in 2014 gaat uit naar:

  • ·

    afvaldumpingen bij nieuw op te leveren ondergrondse afvalcontainers;

  • ·

    hotspots die in beeld komen na meldingen, klachten, eigen waarneming en inzetverzoeken;

  • ·

    juiste afgifte bedrijfsafval door controle toezichthouders bij horeca inrichtingen in Krommenie en Wormerveer en in het horecaconcentratie gebied.

     

Toelichting toezicht en handhaving milieu Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied

De Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied (OD NZKG) houdt vanaf 2014 toezicht op bijna alle milieu en bodem taken van de gemeente Zaanstad. Voor 2014 ligt het accent op de onderstaande milieutaken:

  • ·

    zeer complexe bedrijven vooral de grote industriële en voedingsmiddel bedrijven die n.a.v. de categorie 4 en bedrijvenlijst door de toezichthouders worden uitgezocht op basis van hun naleefgedrag en handhavinghistorie. Hieronder vallen ook de zogenaamde brandweer aandachtsbedrijven. Dit zijn bedrijven die op basis van hun brandveiligheid extra aandacht vragen. Naar schatting gaat het in 2014 om 10 bedrijven waar de OD NZKG samen met de regionale brandweer controles uit gaat voeren.

  • ·

    complexe bedrijven en dan vooral bedrijven die brandstof afleveren aan vaartuigen en afhandelen van failliete bedrijven waarbij het afhandelen is gericht op het op een juiste wijze verwijderen van afstoffen en een eindsituatie bodemonderzoeken. Ook het beoordelen van rapportages en branche gerichte aanpak waarmee de Omgevingsdienst NZKG in 2014 zal gaan werken, vallen onder deze categorie bedrijven.

  • ·

    onbekende bedrijven; het gaat hier om bedrijven die in 2013 in kaart zijn gebracht en in 2014 gecontroleerd moeten worden op het voldoen aan de geldende wet en regelgeving.

  • ·

    thema en project controles zijn gericht op het controleren van 11 vuurwerkopslagen, 11 tankstations die lpg verkopen en het uitvoeren van 20 afvalwatermonster controles bij o.a. voedingsmiddelen industrie en garages, tankplaatsen en zeefdrukkerijen. Daarnaast worden de natte koeltorens die in 2013 niet aan de voorschriften bleken te voldoen nog een keer gecontroleerd. Ook gaat het om het controleren van een onbekend aantal propaantanks bij woonschepen. In 2014 zal er een pilot project starten in het kader van de Task Force water. Woonschepen gebruiken propaantanks voor hun energievoorzieningen. Op dit moment is het nog niet duidelijk om hoeveel propaantanks het zal gaan. Als de pilot plaats zal vinden in zijkanaal D, moet rekening worden gehouden met circa 30 vaartuigen.

     

Om de ketenhandhaving en samenwerking in regio rondom het Noordzeekanaalgebied te bevorderen zijn er door de OD NZKG vijf handhavingonderwerpen benoemd waarbij de Omgevingsdienst wil gaan samenwerken met het Openbaar Ministerie, de waterschappen en de milieudienst IJmond. De gemeente zal aan deze samenwerkingsprojecten een bijdrage leveren.

 

Voor de bodemtaken ligt het accent in 2014 op:

  • ·

    toezicht houden op bodemsaneringen en nazorglocaties naar aanleiding van saneringen uitgevoerd door de gemeente zelf of door burgers en bedrijven en het beoordelen van monitoringrapporten van naar verwachting 15 van de in totaal 29 nazorglocaties;

  • ·

    steekproefsgewijze controles bij saneringen die plaats vinden bij graafwerkzaamheden conform de ingediende BUS-melding en meldingen van kleinschalig grondverzet (vrijwel zonder grondafvoer) door erkende saneerders;

  • ·

    beoordelen van meldingen Besluit Bodemkwaliteiten op het toepassen van grond en op weilanddepots die ontstaan bij o.a. baggerprojecten;

  • ·

    toezichttaken met een lagere prioriteit zoals ketentoezicht, afstemming t.g.v. het beleid van de gemeente en uitvoering van toezicht door de NZKG en bestuurlijk handhaven.

Bodemtoezicht aantallen worden grotendeels bepaald door het aanbod op de markt en zijn dus niet van tevoren als werkvoorraad te plannen. Leidend bij meer of minderwerk is de prioritering, dus bij meer werk is er minder tijd beschikbaar voor de projecten/werkzaamheden met lagere prioriteit.

 

Toelichting bestemmingsplan

Voor een zo optimaal mogelijke naleving van de planologische voorschriften uit het bestemmingsplan is een correcte volgorde bij het uitvoeren van toezicht en handhaving erg belangrijk. Gestart word met het inventariseren van de feitelijke situatie met betrekking tot gerealiseerde bouwwerken en het gebruik van percelen binnen het plangebied. Vervolgens kan deze informatie worden betrokken in de afwegingen bij het bepalen van het beleidskader bij de totstandkoming van het nieuwe bestemmingsplan.

In 2014 gaat de aandacht uit naar het inventariseren en adviseren bij het actualiseren en de ontwikkeling van diverse bestemmingsplannen. Voor alle inventarisaties en adviezen geldt dat deze worden uitgevoerd volgens de planning en opgave van Planologische Kaders.

 

Veilig uitgaan

Doel: Zaanstad is een stad die veilig is en veilig voelt

Toelichting grote evenementen

In 2014 gaat de gemeente ook controleren op het verstrekken van alcohol bij 5 dag-evenementen, waar jongeren worden verwacht zoals de kermis van Assendelft en het evenement Immer Gerade Aus.

 

Toelichting toezicht en handhaving horeca

De politie maakt na afloop van haar controles in het horecaconcentratiegebied rapportages (zogenaamde verzoeken bestuurlijke maatregel). De gemeente onderneemt naar aanleiding van deze rapportage actie in de vorm van toezicht en handhaving bij de horeca-inrichtingen genoemd in de rapportages.

 

Toelichting toezicht en handhaving verkoop en schenken van alcohol

Vanaf 1 januari 2014 gaat de leeftijdgrens voor het verstrekken van alcohol van 16 naar 18 jaar.

De toezichthouders voeren controles uit bij snackbars, commerciële horeca inrichtingen en de para-commerciële inrichtingen zoals sportkantines en buurthuizen. Ook gaan zij toezien op de voorwaarden van de nieuwe verordening voor de para-commerciële inrichtingen. De Boa’s van de afdeling Straattoezicht voeren controles uit bij alle supermarkten en slijterijen in Zaanstad. Nieuw dit jaar is dat de Boa’s ook gaan controleren op het in bezit hebben van alcohol op diverse hotspot locaties in de openbare ruimte.

 

Verkeersveiligheid op de weg en het water

Doel: Verminderen van overlast op de weg, in de wijk en op het water Zaanstad

Toelichting niet- betaald parkeren motorvoertuigen

In 2014 zal een pilot pakeermonitor worden opgestart. Met behulp van de parkeermonitor krijgt de gemeente inzicht in de inkomsten van parkeren, betalingsbereidheid en het aantal opgelegde naheffingen. Door gerichte inzet van de fiscaal parkeercontroleurs zal het naleefgedrag van de automobilist worden vergroot.

 

Toelichting fout en hinderlijk parkeren

Specifieke aandacht gaat uit naar het fout en hinderlijk parkeren:

  • ·

    door caravans en campers langer dan drie dagen op de openbare weg;

  • ·

    bij het ingaan en uitgaan van de basisscholen;

  • ·

    op fietsstroken en fietspaden;

  • ·

    bij herinrichtingprojecten.

     

Toelichting fiets parkeren

Verkeerd geparkeerde fietsen worden in navolging van 2013 ook in 2014 door de gemeente verwijderd. Fietsen die daarna niet opgehaald worden door hun oorspronkelijke eigenaar worden verkocht. In 2014 start een pilot project fietsparkeren bij het station Krommenie Assendelft. Met behulp van een nulmeting en een eindmeting probeert de gemeente inzicht te krijgen in het effect van de inzet van diverse handhaving instrumenten waaronder voorlichting en toezicht en handhaving.

 

Toelichting toezicht vaarregels water

Vanuit de woongebieden, gelegen aan de Zaan komen al jaren klachten over de te hoge snelheid van recreatievaart en de beroepsvaart. Op het water gelden, net als op de weg verkeersregels en vaarsnelheden. Daarnaast is er sprake van schaalvergroting bij de beroepsvaart. Grotere schepen - langer en breder – brengen hun goederen naar de bedrijven gelegen aan de Zaan en achterland. Het zich houden aan de snelheid is een belangrijke factor om risico’s voor mogelijke aanvaringen zoveel mogelijk te voorkomen. Langs de Zaan zijn verschillende plekken aangewezen waar schippers:

  • ·

    een ligplaats mogen in nemen;

  • ·

    verplicht gebruik moeten maken van de Walstroom.

Het toezicht op dit gebruik is noodzakelijk om de overlast voor omwonenden te beperken.

In 2014 zet de gemeente meer toezichthoudende capaciteit in t.a.v. het project Wilhelminasluis en de taken m.b.t. de vlotte en veilige afhandeling van het scheepvaartverkeer en ligplaats om effecten die voortvloeien uit dit project doelmatig te beheersen. Er zal ook meer aandacht zijn voor diep geladen schepen bij de Wilhelminasluis en is de focus gericht op de vaarregels van de recreatievaart (o.a. door communicatie vooraf met watersportverenigingen en jachthavens). Verder is in 2014 de uitdaging om werkafspraken te maken over de taakafbakening en samenwerking op het water.

 

Handhaving zal Havens en Vaarwegen in 2014 ondersteuning bieden bij (ver)bouwen/slopen van schepen en het zonder vergunning economisch opleggen (beroeps)vaartuigen. Bij het zonder vergunning economisch opleggen gaat het om vaartuigen doelloos zijn aangemeerd om te wachten op de sloop. Door het aanpakken van deze vaartuigen kan worden voorkomen dat de Zaanse havens vol liggen met sloop- en verkoop vaartuigen.

 

(Brand)veilig gebruik van bouwwerken en percelen

Doel: Bevorderen dat woningen, bouwwerken en percelen worden gebruik in overeenstemming met het bestemmingsplan en Bouwbesluit

Toelichting brandveilig gebruik van bouwwerken

In Zaanstad vallen in totaal 722 bouwwerken onder de gebruiksvergunning en gebruiksmeldingsplicht. De bouwwerken zijn onverdeeld in risicoklassen A t/m D. Waarbij klasse A (hoogste risico) en klasse D (laagste risico). Eigenaren van bouwwerken uit de risicoklasse C en D, die voldoen aan de regels worden beloond door een lagere controlefrequente. Dit kan betekenen dat het toezicht wordt doorgeschoven naar 2015 op basis van de naleefstrategie brandveilig gebruik bouwwerken. Vanaf 1 januari 2014 worden de gemeentelijke brandweertaken bij de veiligheidsregio Zaanstreek- Waterland ondergebracht. Voor 2014 gaat de regionale brandweer 375 bouwwerken met risicoklasse A en B, van de in totaal 722 bouwwerken controleren. Daarnaast zal de regionale brandweer ook weer de zelf controle inzetten d.m.v. het versturen van brieven naar de eigenaren van 100 bouwwerken, verwerken van de aangeleverde gegevens uit checklist en bouwwerken steekproefsgewijs controleren. De ongeveer 100 bouwwerken worden geselecteerd op basis van hun naleefgedrag. In samenwerking met de OD NZKG controleert de brandweer ook 10 brandweer aandachtsbedrijven en 11 vuurwerkopslagen in de gemeente. Voorafgaand aan de feestdagen stuurt de brandweer een kerstkaart met tips over bijvoorbeeld het gebruik van versieringen tijdens de feestdagen aan de horecagelegenheden. Hiermee worden de ondernemers zich enigszins bewust van enkele brandveiligheidsaspecten. Daarnaast houdt de brandweer ook toezicht tijdens grote evenementen. Om te voorkomen dat (brand)veiligheidsrisico’s ontstaan vooral door het gebruik van versieringen tijdens het WK 2014 en Olympische spelen, controleert de brandweer tijdens de openingtijden de brandveiligheidaspecten, feestversiering, noodverlichting, blusmiddelen en vluchtwegen) bij cafés en voetbalkantines.

 

Toelichting tijdelijke vergunningen

Het handhaven van tijdelijke vergunningen is een onderwerp waarvan het bestuur heeft aangegeven hier belang aan te hechten. De inzet van handhaving wordt bepaald door de eventueel bestuurlijke gevoeligheid van dossiers en op basis van de risico’s van de bouwwerken.

 

Toelichting Illegale bewoning

In 2011 is er op het bedrijventerrein Noorderveld een inventarisatie van strijdige situaties uitgevoerd. Deze inventarisatie was onderdeel van een proefstraat waar integraal toezicht werd gehouden. Uit de proefstraat zijn toen een aantal adressen gevonden waar mogelijk sprake is van illegale bewoning. In 2013 is het bestemmingsplan Noord vastgesteld, waar ook het Noorderveld ondervalt. Met de vaststelling van het bestemmingsplan is het kader voor de aanpak van de illegale bewoning op het bedrijventerrein ook vastgesteld.

 

Toelichting vluchttrappenhuizen

Bij het project vluchttrappenhuis gaat het om de brandveiligheid van trappenhuizen van ongeveer 2 woongebouwen waarbij de woningen particulier eigendom zijn. De situatie is naar verwachting wel gevaarlijk, maar tegelijkertijd wel legaal. Wat maakt dat de inzet van toezicht en handhaving naar verwachting arbeidsintensief zal zijn. Via voorlichting zal de brandweer aandacht vragen voor dit onderwerp bij de betrokken bewoners.

 

Openbare orde en veiligheid

Doel: Zaanstad is een stad die veilig is en veilig voelt

Toelichting georganiseerde criminaliteit

De integrale aanpak van de georganiseerde criminaliteit vindt plaats binnen het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) Noordwest Nederland en kennisknooppunt Zaanstreek-Waterland. Vanuit de gemeente Zaanstad wordt ingezet op de bestuurlijke aanpak van (georganiseerde) criminaliteit. Handhaving speelt daarbij een rol als het gaat om toezicht op inrichtingen waar (mogelijk) sprake is van georganiseerde criminaliteit en overtredingen van bijzondere wetten op het gebied van de Wet op de Kansspelen, Wet wapens en munitie e.d.

 

Toelichting Head,- en growshops

Headshops zijn winkels waar hulpmiddelen, die nodig zijn voor het roken van softdrugs zoals waterpijpen en vloeitjes, worden verkocht. Growshops verkopen benodigdheden om op een efficiënte wijze hennep te telen van goede kwaliteit.

 

Toelichting Opiumwet

In het Hennepconvenant is de samenwerking tussen de verschillende partners met betrekking tot de bestrijding van illegale hennepteelt vastgelegd. Openbare orde en veiligheid heeft in 2013 een nieuwe beleidsregel voor de Opiumwet artikel 13b opgesteld, waarmee de gemeente kan overgaan tot sluiten van panden bij verkoop, aflevering of verstrekking of aanwezigheid van drugs vanuit deze panden. In dit kader zal in overleg met alle partners de inzet van toezicht en handhaving nader worden ingevuld op basis van de evaluatie van de in 2013 gestarte pilot.

 

Toelichting jongerenoverlast en overige overlast

In 2013 is de bestuurlijke strafbeschikking ingezet bij overlastfeiten in de openbare ruimte en in de openbare orde. Staattoezicht gaat de bestuurlijke strafbeschikking openbare orde in 2014 ook weer inzetten voor overlastfeiten die de openbare orde betreffen. De toezichthouders gaan dan onder andere controleren op het gebruik van alcohol door jongeren onder de 18 jaar, op diverse hotspot locaties en op het gebruik van alcohol door jongeren en volwassen in de alcoholverbodzones binnen de gemeente. Ook zal de gemeente in 2014 met de politie werkafspraken maken over de verantwoordelijkheid en inzet van toezicht bij hinderlijk gedrag en overlast van jongeren en volwassen.

 

Handhavingprojecten en overige handhavingtaken

Doel: Leefbare omgeving door de stad schoon, heel en veilig te houden

Toelichting caravanstallingen

Grootschalige stalling van caravans komt op een aantal plaatsen in Zaanstad voor (vooral in het buitengebied). Enerzijds is meestal strijdig met het bestemmingsplan en kan het ontsierend voor het landschap zijn. Anderzijds voorziet de stalling in een maatschappelijke behoefde omdat anders de caravans noodgedwongen op de openbare weg zullen blijven staan. In 2014 zal er een keuze worden gemaakt over de aanpak van bestaande buitenstallingen. Afhankelijk van het beleid dat wordt vastgesteld zal er toezicht en handhaving plaatsvinden bij de buitenstallingen.

 

Toelichting kinderopvangcentra en peuterspeelzalen

De GGD controleert in 2014 voor de gemeente gastouderbureaus (3), peuterspeelzalen (7), kinderdagverblijven (70), buiten schoolse opvang (65) en gastouders (12). De controles vinden plaats conform het vastgestelde risicoprofiel. Naast bovengenoemde aantallen verwacht de gemeente dat n.a.v. nieuwe locaties en verhuizingen van kindercentra en gastouder er nog 30 en respectievelijk 60 controles uitgevoerd zullen worden. Naast de controles van de GGD zorgt de gemeente zelf voor het actueel houden van het landelijke Register Kinderopvang en Peuterspeelzaalwerk, voor het verwerken van alle nieuwe aanmeldingen, uitschrijvingen, verhuizingen en andere doorgegeven wijzigingen. Ook zorgt de gemeente voor het afhandelen van de controlerapporten die voortvloeien uit de reguliere en (her)controles van de GGD. Bij het toezicht en handhaving van de kinderopvang en peuterspeelzalen wordt altijd de laatste versie van het afwegingsmodel van de VNG gevolgd. Voor de hersteltermijnen en de handhavingstrategie wordt aangesloten bij het toezicht- en handhavingsbeleid kinderopvang en peuterspeelzalen 2012.

 

Bijlage 2 Hoogte dwangsom en lengte begunstigingstermijn/last onder bestuursdwang

In de handhavingbeschikking wordt de hoogte van de dwangsom gemotiveerd. Het vaststellen van de hoogte en de maximaal te verbeuren dwangsom is altijd afhankelijk van de overtredingsituatie. In voorkomende gevallen kan het noodzakelijk zijn om, gezien de omstandigheden van een geval, een dwangsom vast te stellen in afwijking van de genoemde bedragen danwel over te gaan tot het intrekken van de vergunning en/of het opleggen van een last onder bestuursdwang. De tabel is niet volledig. Indien een overtreding niet voorkomt in de tabel, dan zal voor het bepalen van de hoogte van de dwangsom aansluiting worden gezocht bij de in de tabel genoemde overtreding die het meeste op die overtreding lijkt. De genoemde bedragen zijn een algemene richtlijn. Voor wat betreft de hersteltermijnen en de hoogte van de dwangsommen voor de Drank- en Horecawet en overige hieraan gerelateerde wetten en regels zal in 2014  worden aangesloten bij de nog op te stellen handhavingstrategie horeca.

 

Voor alle andere niet genoemde milieu gerelateerde overtredingen in de tabel wordt voor het bepalen van de hoogte van de dwangsom aansluiting gezocht bij de in de tabel genoemde overtredingen die het meest op die overtreding lijkt.

Ad 1. Bij overtredingen 1, 2 en 13 is de hoogte van de dwangsombedragen afhankelijk van de oppervlakte van de onderzoekslocatie. De genoemde bedragen gaan uit van een oppervlak van 100 m2. Bij een groter oppervlak kunnen de dwangsombedragen verhoogd worden. Het uitgangspunt blijft dat het dwangsombedrag in redelijke verhouding moet staan tot de zwaarte van de overtreding.

 

Ad 2. Bij overtreding 7 is de hoogte van de dwangsombedragen afhankelijk van de hoeveelheid grond. De genoemde bedragen gaan uit van 1000 m3 (of 1600 ton). Bij een grotere hoeveelheid grond kunnen de dwangsombedragen verhoogd worden. Het uitgangspunt blijft dat het dwangsombedrag in redelijke verhouding moet staan tot de zwaarte van de overtreding.

 

Bijlage 3 Communicatieactiviteiten 2014

Inzet communicatiemiddelen

  • 1.

    Promotie handhaving

    Extern:

    • .

      Filmpjes op internet a la de wijkfilmpjes over diverse thema’s;

    • .

      Ieder kwartaal een actiedag met aandacht voor een inhoudelijke handhavingthema en interview met burgemeester. Voor 2014 gaat de aandacht o.a. uit naar de verkoop en schenken van alcohol aan minderjarige, parkeer gedrag bij scholen en afvaldumpingen.

    • .

      Persberichten.

    Intern:

    • .

      themalunch.

  • 2.

    Maandelijkse artikelen in Zaanstad journaal en website gemeente /handhaving volgens het onderstaande schema (indicatief).

     

Maand

Wat

Middel

Januari

Verkoop en schenken alcohol minderjarige

Zaanstad Journaal

Persbericht

Februari

Divers

Zaanstad Journaal

Maart

Boten

Zaanstad Journaal

April

Overhangend groen

Zaanstad Journaal

Mei

Inpakken recreatievoertuigen

Zaanstad Journaal

Website Zaanstad

Juni

Honden

Kinderopvang

Zaanstad Journaal

Juli

Recreëren en overlast bootjes

Zaanstad Journaal

Augustus

Uitpakken recreatievoertuigen

Zaanstad Journaal

September

Parkeren bij scholen

Zaanstad Journaal

Oktober

Divers

Zaanstad Journaal

Website Zaanstad

November

OOV (donkere dagen offensief)

Zaanstad Journaal

Website Zaanstad

December

Vuurwerkverkoop

Zaanstad Journaal

Overige activiteiten 2014

  • .

    communicatie na vaststelling Handhavingsprogramma 2014 en Handhavingverslag 2013.


1

De reguleringsketen bestaat uit drie stappen: voorzieningen op orde zoals duidelijke wetten en regels, beleid en aanwezigheid fysieke voorzieningen, gedrag burger en bedrijf en toezicht en handhaving