Organisatie | Groningen (Gr) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Lesgeldverordening Stedelijke Muziekschool |
Citeertitel | Lesgeldverordening Stedelijke Muziekschool |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp | Lesgeldverordening Stedelijke Muziekschool |
Beleidsregels stedelijke muziekschool
Gemeentewet, art. 149
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-08-2008 | 01-07-2013 | nieuwe regeling | 23-04-2008 Gemeenteblad, 2008, 30 | R199 |
In deze verordening wordt verstaan onder:
burgemeester en wethouders : burgemeester en wethouders van Groningen;
de school : de Stedelijke Muziekschool Groningen;
het cursusjaar : het tijdvak van 1 augustus tot en met 31 juli daaropvolgend;
de leerling/cursist : de persoon die als leerling aan de school staat ingeschreven;
de meerderjarige leerling : de leerling die op het moment van inschrijving 18 jaar of ouder is;
de minderjarige leerling : de leerling die voor 1 augustus van het cursusjaar nog geen 18 jaar is;
reductie : het bedrag dat afgetrokken wordt;
lesgeld : het tarief dat overeenkomstig de bepalingen van deze verordening en de nadere regels voor het volgen van onderwijs aan de school is vastgesteld;
inkomen : 1. het loon in de zin van de Wet op de loonbelasting 1961, verminderd met:
b. de tegemoetkoming in de ziektekosten op grond van de Interimregeling ziektekosten 1982 (Stbl. 173);
c. de ingehouden loonbelasting;
d. de ingehouden premies volksverzekeringen;
e. de door de werkgever en de werknemer verschuldigde premie ingevolge de Ziekenfondswet (Stbl. 1986, 347);
f. de door de werkgever en de werknemer verschuldigde premie ingevolge een publiekrechtelijke ziektekostenverzekering voor ambtenaren, en;
2. de niet als loon genoten zuivere inkomsten, bedoeld in afdeling 3, van hoofdstuk II van de Wet op de inkomstenbelasting 1964, en;
3. een vierde deel van de winst uit een onderneming, bedoeld in artikel 2 van hoofdstuk II van de Wet op de inkomstenbelasting 1964, genoten in het kalenderjaar voorafgaande aan het cursusjaar waarvoor men lesgeld verschuldigd is;
partner : 1. degene met wie de leerling is gehuwd en van wie hij/zij niet duurzaam gescheiden leeft;
2. degene met wie de leerling ongehuwd samenwoont als waren zij gehuwd.
B&W kunnen met ingang van het cursusjaar lesvormen laten vervallen en andere lesvormen/ activiteiten toevoegen.
Reductie als bedoeld in artikel 5, vierde lid wordt verleend als:
het inkomen van de meerderjarige leerling, vermeerderd, indien van toepassing, met het inkomen van de partner, niet hoger is dan de normuitkering per maand die volgens de Algemene bijstandswet voor de leerling van toepassing zou zijn als de leerling deel uitmaakt of zou uitmaken van een gezamenlijke huishouding;
het inkomen van de minderjarige leerling, vermeerderd met het inkomen van de wettelijke verzorger(s), niet hoger is dan de normuitkering per maand die volgens de Algemene bijstandswet voor de wettelijke verzorger(s) van toepassing zou zijn als deze deel uitmaken of zouden uitmaken van een gezamenlijke huishouding.