Nummer: 16-09-15/07
De raad der gemeente Hellevoetsluis; gehoord de commissie zorg, welzijn en
onderwijs; gelezen het voorstel van de burgemeester en wethouders van 4
augustus 2015, nummer 16-09-15/07;
gelet op artikel 2.10 van de Jeugdwet, artikel 47 van de Participatiewet,
artikel 2.1.3 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, en artikel 84
van de Gemeentewet;
besluit:
vast te stellen de Verordening Adviesraad Sociaal Domein Hellevoetsluis
2015.
Artikel 1 Definities
- a.
Adviesraad
Sociaal Domein : het door het college ingestelde orgaan dat het college
adviseert over beleidskaders binnen het Sociaal Domein in de gemeente
Hellevoetsluis;
- b.
cliënt : degene die een beroep doet op ondersteuning door de gemeente
binnen het Sociaal Domein;
- c.
college : het college van burgemeester en wethouders van de gemeente
Hellevoetsluis;
- d.
contactambtenaar : de beleidsmedewerker die als aanspreekpunt fungeert
voor de Adviesraad Sociaal Domein en deskundig is op het gebied van de
Jeugdwet, Participatiewet, de Wet maatschappelijke ondersteuning en alle
overige onderwerpen die met die drie wetten samenhangen;
- e.
gemeente : de gemeente Hellevoetsluis;
- f.
inwoners : natuurlijke- en rechtspersonen die een bijdrage leveren aan
het Sociaal Domein in de gemeente Hellevoetsluis;
- g.
periodiek overleg : officieel beraad tussen wethouder, contactambtenaar
en Adviesraad Sociaal Domein (vertegenwoordigd door de voorzitter en
maximaal twee andere leden);
- h.
Sociaal Domein : het gehele beleidsterrein dat direct dan wel indirect
gerelateerd is aan de uitvoering van de Jeugdwet, Participatiewet en Wet
maatschappelijke ondersteuning;
- i.
vergadering : het overleg tussen de leden van de Adviesraad Sociaal
Domein;
- j.
vragers op het gebied
van het Sociaal
Domein : inwoners van Hellevoetsluis, cliënten en/of hun
vertegenwoordigers, die op enigerlei wijze betrokken zijn bij de
Jeugdwet, Participatiewet, Wet maatschappelijke ondersteuning en
aanverwante terreinen;
- k.
wethouder : de portefeuillehouder Jeugd(zorg), Participatiewet en/of Wet
maatschappelijke ondersteuning;
- l.
Wmo : Wet maatschappelijke ondersteuning.
Artikel 2 Reikwijdte van de verordening
Deze verordening is van toepassing op de organisatie van de door het college
ingestelde Adviesraad Sociaal Domein.
Artikel 3 Doel Adviesraad Sociaal Domein
- 1.
De Adviesraad Sociaal Domein wordt ingesteld om de inwoners, cliënten
en/of hun vertegenwoordigers actief te betrekken bij de voorbereiding en
de uitvoering van het beleid binnen het Sociaal Domein.
- 2.
De Adviesraad Sociaal Domein is klankbord voor zowel de inwoners,
cliënten en/of hun vertegenwoordigers, als voor het college.
- 3.
De Adviesraad Sociaal Domein vormt een brug tussen inwoners en de
gemeente Hellevoetsluis.
Artikel 4 Taak Adviesraad Sociaal Domein
De Adviesraad Sociaal Domein heeft als taak het college gevraagd en
ongevraagd te informeren en te adviseren, alsmede ontwikkelingen te
signaleren over alle zaken die van belang zijn voor vragers,
op het gebied van het Sociaal Domein en waarover het college bevoegd is te
beslissen.
Artikel 5 Bevoegdheden
- 1.
Initiatiefrecht:
- a.
de Adviesraad Sociaal Domein heeft de bevoegdheid alle
aangelegenheden betreffende zijn taak in het periodiek overleg
met de wethouder aan de orde te stellen;
- b.
de Adviesraad Sociaal Domein stelt jaarlijks in overleg met het
college, op basis van de gemeentelijke jaarplanningen en
begrotingen, een activiteitenplan en een begroting op;
- c.
de Adviesraad Sociaal Domein heeft de bevoegdheid om voor een
goede invulling van zijn taakstelling in voorkomende gevallen
binnen het door de gemeente beschikbaar gestelde budget gebruik
te maken van in- en externe deskundigheid.
- 2.
Informatierecht:
- a.
de Adviesraad Sociaal Domein wordt door het college geïnformeerd
over de resultaten van klanttevredenheidsonderzoeken, enquêtes
en klachtenrapportages alsmede over andere relevante (beleids-)
ontwikkelingen;
- b.
de Adviesraad Sociaal Domein krijgt van het college spontaan en
op verzoek tijdig alle informatie die hij voor de uitoefening
van zijn taken, zoals in deze verordening omschreven, nodig
heeft, tenzij enig wettelijk voorschrift de verstrekking daarvan
in de weg staat. Zo nodig zullen deskundige ambtenaren
mondelinge toelichting geven over lopend beleid, de invloed van
(nieuw) rijksbeleid of over ideeën en plannen van college en/of
gemeenteraad op het Jeugdwet-, Participatiewet- en Wmo-terrein
en alle overige terreinen die met die drie wetten samenhangen en
waarover het college bevoegd is te beslissen.
- 3.
Adviesrecht:
- a.
de Adviesraad Sociaal Domein is bevoegd gevraagd en ongevraagd
advies uit te brengen over onderwerpen betreffende de Jeugdwet,
Participatiewet, de Wmo en de onderwerpen die met die drie
wetten samenhangen en waarover het college bevoegd is te
beslissen;
- b.
de Adviesraad Sociaal Domein is niet bevoegd te adviseren over
klachten, bezwaarschriften en andere zaken, voor zover die op
individuele cliënten betrekking hebben. Evenmin heeft de
Adviesraad Sociaal Domein adviesrecht inzake personeels- en
organisatiebeleid;
- c.
het college stelt de Adviesraad Sociaal Domein op een zodanig
tijdstip in de gelegenheid advies uit te brengen dat er een
daadwerkelijke invloed mogelijk is op de besluitvorming. De
gemeente geeft van tevoren de financiële, juridische en
beleidsmatige kaders aan. Indien de gemeente om advies vraagt,
wordt er uiterlijk tijdens de eerstvolgende plenaire vergadering
van de Adviesraad Sociaal Domein advies uitgebracht of, indien
er op korte termijn geen plenaire vergaderingen gepland staan,
schriftelijk binnen zes weken. Met wederzijdse toestemming kan
ervoor gekozen worden om van deze adviestermijn af te
wijken.
- d.
De Adviesraad Sociaal Domein betrekt waar mogelijk, gewenst of
noodzakelijk de volgende personen of organisaties bij het
uitbrengen van een advies: - jeugdigen zoals bedoeld in artikel
1.1 van de Jeugdwet; - personen zoals bedoeld in artikel 7,
eerste lid, van de Participatiewet; - cliënten zoals bedoeld in
artikel 1.1 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015. -
organisaties die optreden als belangbehartiger van een of meer
van bovengenoemde groepen, voor zover advies wordt gegeven over
beleid dat op hen betrekking heeft.
- e.
het college geeft binnen zes weken een schriftelijke reactie op
een uitgebracht advies. Zij kan alleen beargumenteerd afwijken
van dit advies.
Artikel 6 Samenstelling Adviesraad Sociaal Domein
- 1.
De Adviesraad Sociaal Domein bestaat uit leden van minimaal 18 jaar met
kennis over vragers op het gebied van het Sociaal Domein.
- 2.
De Adviesraad Sociaal Domein is op zodanige wijze samengesteld dat hij
bestaat uit minimaal 9 en maximaal 15 leden.
- 3.
Maximaal 3 leden van de Adviesraad Sociaal Domein mogen buiten de
gemeente Hellevoetsluis woonachtig zijn. Zij moeten echter wel een
aantoonbare binding hebben met de gemeente Hellevoetsluis.
- 4.
De leden dragen zorg voor de communicatie met vragers op het gebied van
het Sociaal Domein. De wijze waarop dit gebeurt wordt opgenomen in het
huishoudelijk reglement. Vanuit de gemeente wordt communicatie met
(vertegenwoordigers van) cliënten(raden) gefaciliteerd middels een
cliëntenplatform.
- 5.
De leden bekleden geen vertegenwoordigende functie namens een politieke
partij in Hellevoetsluis en hebben geen leidinggevende functie bij een
organisatie, waarmee, in het kader van de aanbesteding, de gemeente een
inkoop- dan wel subsidierelatie heeft en die een direct commercieel
belang heeft bij de dienstverlening aan vragers op het gebied van het
Sociaal Domein.
- 6.
De leden van de Adviesraad Sociaal Domein kiezen uit hun midden een
voorzitter en een secretaris en wijzen voor ieder hunner een
plaatsvervanger aan.
Artikel 7 Benoemingen en zittingsduur
- 1.
De leden, worden op basis van een profielschets met bijbehorende
sollicitatieprocedure, geworven en voorgedragen door een
selectiecommissie, bestaande uit de voorzitter, secretaris en
contactambtenaar van de Adviesraad Sociaal Domein.
- 2.
De leden van de Adviesraad Sociaal Domein worden door het college
benoemd voor een periode van vier jaar. Benoemingen kunnen één keer met
eenzelfde periode worden verlengd.
- 3.
Halverwege de benoemingstermijn vindt er een tussentijdse evaluatie
plaats naar het functioneren van een lid van de Adviesraad Sociaal
Domein. Deze vindt plaats middels een evaluerend gesprek met een lid
door de voorzitter en de secretaris. De contactambtenaar zal, indien
gewenst door een der partijen, bij het gesprek aansluiten. Tussentijdse
evaluatiegesprekken van de voorzitter en secretaris worden uitgevoerd
door de vice-voorzitter, vice-secretaris en de contactambtenaar.
- 4.
Alle benoemde personen ontvangen een schriftelijke bevestiging van het
college.
Artikel 8 Ontslag
- 1.
Een lid kan te allen tijde ontslag nemen.
- 2.
Een lid dat meer dan de helft van het aantal bijeenkomsten zonder
geldige reden verzuimt, kan door het college ontslagen worden.
- 3.
Een lid kan ontslagen worden wanneer deze naar het oordeel van de
voorzitter, secretaris en contactambtenaar onvoldoende functioneert bij
het uitvoeren van de van haar verwachte taken, zoals gesteld in artikel
4.
- 4.
Een lid kan ontslagen worden wanneer de meerderheid van adviesraad dit
schriftelijk heeft verzocht aan het college.
Artikel 9 Periodiek overleg met de wethouder
- 1.
Het periodiek overleg met de wethouder en de contactambtenaar wordt
voorgezeten door de voorzitter.
- 2.
De voorzitter stelt in overleg met de secretaris en de contactambtenaar
de agenda samen voor het periodiek overleg met de wethouder. Ieder lid
heeft het recht om via de secretaris onderwerpen aan te reiken. De
definitieve agenda wordt bij aanvang van de bijeenkomst
vastgesteld.
- 3.
De voorzitter bepaalt in overleg met de contactambtenaar tijd en plaats
van het periodiek overleg.
- 4.
De contactambtenaar roept het periodiek overleg bijeen door middel van
een schriftelijke kennisgeving en draagt er zorg voor dat deze
kennisgeving, vergezeld van de agenda en de vergaderstukken, tenminste
tien werkdagen van tevoren in het bezit is van alle betrokkenen.
- 5.
De contactambtenaar maakt van het periodiek overleg een verslag dat
binnen twee weken aan de leden wordt verzonden.
- 6.
De Adviesraad Sociaal Domein overlegt minimaal één keer per jaar met de
wethouder en de contactambtenaar.
Artikel 10 Vergadering
- 1.
De oproeping ter vergadering geschiedt (uitgezonderd in spoedeisende
gevallen) ten minste tien dagen van te voren door de voorzitter met
opgaaf, voor zover mogelijk, van de te behandelen onderwerpen.
- 2.
De gemeente stelt de contactambtenaar beschikbaar om bij de
vergaderingen aanwezig te zijn ten behoeve van de informatievoorziening
aan de Adviesraad Sociaal Domein.
- 3.
De voorzitter is bevoegd andere ambtenaren, externe deskundigen en
belanghebbenden uit te nodigen de vergadering van de Adviesraad Sociaal
Domein bij te wonen ten einde tijdens die vergadering gewenste
informatie en toelichting te verstrekken.
- 4.
Het college draagt er zorg voor dat de vergaderingen (minstens 4 en
maximaal 11 per jaar) in de vorm van een gratis vergaderaccommodatie
(inclusief vergaderfaciliteiten, verslaglegging e.a. administratieve
ondersteuning, koffie en thee) worden ondersteund. De voorzitter en
secretaris bereiden de vergadering voor, de secretaris draagt zorg voor
de uitwerking van het advies.
Artikel 11 Openbaarheid
- 1.
De vergaderingen en adviezen van de Adviesraad Sociaal Domein zijn
openbaar. De vergaderdata zullen door de contactambtenaar, via de lokale
media, aan de bevolking kenbaar worden gemaakt.
- 2.
Een vergadering wordt voor het publiek gesloten indien 6 der aanwezige
leden dit verlangen of de voorzitter het nodig acht. De Adviesraad
Sociaal Domein besluit vervolgens dat (verder) in besloten zitting zal
worden vergaderd indien blijkt dat bij (verdere) openbare beraadslaging
private of openbare belangen door de openbaarheid wezenlijk zouden
kunnen worden geschaad.
Artikel 12 Spreekrecht
- 1.
De voorzitter stelt toehoorders bij een openbare vergadering van de
Adviesraad Sociaal Domein op hun verzoek in de gelegenheid het woord te
voeren tijdens de vergadering.
- 2.
Een verzoek als bedoeld in het vorige lid dient voor het begin van de
vergadering, hetzij schriftelijk, hetzij mondeling door tussenkomst van
de secretaris bij de voorzitter te worden ingediend, onder vermelding
van het punt of de punten waarover men het woord wil voeren.
- 3.
Onmiddellijk na de opening van een vergadering stelt de voorzitter
degene die een daartoe strekkend verzoek heeft ingediend, in de
gelegenheid het woord te voeren over niet op de agenda staande, maar wel
op het terrein van de Adviesraad Sociaal Domein liggende punten.
- 4.
Bij de behandeling van ieder agendapunt, met uitzondering van de
rondvraag, stelt de voorzitter degene die daartoe een strekkend verzoek
heeft ingediend, in de gelegenheid het woord te voeren over het aan de
orde zijnde agendapunt, voordat de leden en de voorzitter daarover in
eerste termijn het woord voeren.
- 5.
Voor de toehoorder die in de gelegenheid wordt gesteld het woord te
voeren, geldt een spreektijd van ten hoogste 5 minuten per
agendapunt.
- 6.
Per agendapunt kan de voorzitter bepalen dat de totale spreektijd van
degenen die in de gelegenheid worden gesteld het woord te voeren, ten
hoogste 15 minuten bedraagt.
- 7.
De voorzitter kan toehoorders, die de hun toegemeten spreektijd
overschrijden of die zich op onbehoorlijke of beledigende wijze
uitdrukken het woord ontnemen.
Artikel 13 Besluitvorming
- 1.
De Adviesraad Sociaal Domein kan alleen officiële besluiten nemen indien
tenminste de helft van het aantal leden en de voorzitter of de
vice-voorzitter ter vergadering aanwezig zijn. De aanwezigheid blijkt
uit de voor de aanvang van de vergadering getekende presentielijst.
- 2.
Alleen de leden van de Adviesraad Sociaal Domein hebben stemrecht.
Stemmen bij volmacht wordt uitgesloten.
- 3.
Alle besluiten worden genomen bij gewone meerderheid van de geldig
uitgebrachte stemmen van de op de presentielijst aanwezige leden.
- 4.
Blanco en niet-geldig uitgebrachte stemmen (ter uitsluitende beoordeling
aan de voorzitter) worden geacht niet te zijn uitgebracht.
- 5.
Bij staking van stemmen over zaken, die geschiedt door handopsteken,
vindt in dezelfde vergadering direct een herstemming plaats. Als ook in
dat geval de stemmen staken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
In dit geval worden de afzonderlijke meningen van de leden van de
Adviesraad Sociaal Domein aan het college medegedeeld.
- 6.
Stemming over personen geschiedt schriftelijk met gesloten
stembiljetten. Leidt een herstemming, ten gevolge van gelijkheid van
stemmen, niet tot een besluit, dan wordt besloten door trekking van een
(door de voorzitter) gemerkt lot.
- 7.
Minderheidsstandpunten kunnen op verzoek van de betreffende leden
toegevoegd worden aan de besluitenlijst, casu quo het voorstel/advies
aan het college.
- 8.
De adviezen van de Adviesraad Sociaal Domein worden schriftelijk
gegeven.
Artikel 14 Jaarverslag
Jaarlijks vóór 1 april maakt de Adviesraad Sociaal Domein een verslag van de
werkzaamheden over het afgelopen jaar. Dit verslag wordt aangeboden aan het
college en wordt tevens ter kennis gebracht aan de desbetreffende
raadscommissie.
Artikel 15 Vergoedingen
De leden hebben recht op een maandelijkse vergoeding conform artikel 96 lid
2 van de Gemeentewet. Deze vergoeding bedraagt maandelijks 11/12 deel van de
maximale maandelijkse vergoeding genoemd in het eerste lid van artikel van
14 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden. De voorzitter en
de secretaris ontvangen een maandelijkse vergoeding van de leden
vermenigvuldigd met factor 1,5.
Artikel 16 Geheimhouding
- 1.
Het college kan geheimhouding opleggen omtrent aangelegenheden, die zij
aan de Adviesraad Sociaal Domein voorleggen. Deze geheimhouding geldt
totdat zij door het college is opgeheven.
- 2.
Onverminderd het bepaalde in het vorige lid kan de Adviesraad Sociaal
Domein omtrent het in besloten vergaderingen behandelde en omtrent de
inhoud van stukken die aan de Adviesraad Sociaal Domein worden
voorgelegd, geheimhouding opleggen.
- 3.
De voorzitter kan bij toezending van stukken voor een vergadering, voor
zover niet reeds door het college geheimhouding is opgelegd, een
voorlopige geheimhouding opleggen. De Adviesraad Sociaal Domein beslist
in de eerstvolgende vergadering over definitieve oplegging van
geheimhouding omtrent die stukken.
- 4.
De geheimhouding wordt door alle leden van de Adviesraad Sociaal Domein
in acht genomen totdat zij door het college of door de Adviesraad
Sociaal Domein is opgeheven.
Artikel 17 Geschillen betreffende deze verordening
Over geschillen voortkomend uit de toepassing van deze verordening beslist
het college, gehoord de Adviesraad Sociaal Domein.
Artikel 18 Overgangsbepaling
De benoemingen op grond van de Regeling Adviesraad Welzijn 2011, zoals die
op de dag voor de dag van de inwerkingtreding van deze regeling van kracht
waren, worden geacht benoemingen in het kader van deze regeling te zijn,
totdat die benoemingstermijn op grond van de Regeling Adviesraad Welzijn
2011 verstreken is.
Artikel 19 Slotbepalingen
- 1.
Communicatie:
het college maakt het bestaan van de Adviesraad Sociaal Domein algemeen
bekend. Daarnaast zorgt het college voor bekendmaking van de
verordening;
- 2.
Evaluatie:
de Adviesraad Sociaal Domein evalueert jaarlijks tezamen met het college
het functioneren van de Adviesraad;
- 3.
Huishoudelijk reglement:
ten dienste van zijn functioneren stelt de Adviesraad Sociaal Domein een
huishoudelijk reglement op.
Artikel 20 Intrekking Regeling Adviesraad Welzijn 2011
De Regeling Adviesraad Welzijn 2011 d.d. 1 maart 2011 wordt
ingetrokken.
Artikel 21 Citeertitel
De Verordening wordt aangehaald als: ‘Verordening Adviesraad Sociaal Domein
Hellevoetsluis 2015’.
Artikel 22 Inwerkingtreding van de verordening
Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking.
Algemene toelichting
Voor wat betreft de medezeggenschap van inwoners, doelgroepen en professionals
worden minimaal de wettelijke verplichtingen geborgd. Bepalend in de feitelijke
vormgeving is echter de ambitie in het Sociaal Domein zaken passend te
organiseren.
Het doel van medezeggenschap in het Sociale Domein is een werkwijze voor het
hele Sociale Domeinwaarbij inwoners, (vertegenwoordigers van)
doelgroepen/cliënten en maatschappelijke organisaties:
- -
betrokken worden bij de voorbereiding van beleid en verordeningen;
- -
mogelijkheden hebben om beleidsinitiatieven in te dienen en om het
college van gevraagd en ongevraagd advies te voorzien;
- -
mogelijkheden hebben om met de gemeente en met elkaar over de
beleidsuitvoering in gesprek te gaan.
Met deze verordening wordt dus ook uitvoering gegeven aan artikel 47 van de
Participatiewet,artikel 2.1.3 derde lid van de Wet maatschappelijke
ondersteuning 2015 en hoofdstuk XI van deJeugdwet. Daarin staat:
De gemeenteraad stelt bij verordening regels over de wijze waarop ingezetenen,
waaronder inieder geval cliënten of hun vertegenwoordigers, worden betrokken bij
de uitvoering van deze wetten,waarbij in ieder geval wordt geregeld de wijze
waarop deze personen of hun vertegenwoordigers:
- a.
in de gelegenheid worden gesteld voorstellen voor het beleid te
doen;
- b.
vroegtijdig in staat worden gesteld gevraagd en ongevraagd advies uit te
brengen bij de besluitvorming over verordeningen en
beleidsvoorstellen;
- c.
worden voorzien van ondersteuning om hun rol effectief te kunnen
vervullen;
- d.
deel kunnen nemen aan periodiek overleg;
- e.
onderwerpen voor de agenda van dit overleg kunnen aanmelden;
- f.
worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg
benodigde informatie.
Wat de wetten onder “cliënten” verstaan, wordt beschreven in artikel 7, eerste
lid, onder a van deParticipatiewet, in artikel 1.1.1., eerste lid, onder
“cliënt” van de Wet maatschappelijke ondersteuning2015 (Wmo) en in artikel 1.1.,
onder “Jeugdige” van de Jeugdwet.
Dit betreft:
- 1.
Personen die voor de arbeidsinschakeling zijn aangewezen op een door het
college aangeboden voorziening en
- -
die algemene bijstand ontvangen volgens de Participatiewet,
of
- -
als bedoeld in de artikelen 34a, vijfde lid, onderdelen b en c,
35, vierde lid, onderdelen b en c, en 36, derde lid, onderdelen
b en c, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
tot het moment dat het inkomen uit arbeid in dienstbetrekking
gedurende twee aaneengesloten jaren ten minste het minimumloon
bedraagt en ten behoeve van die persoon in die twee jaren geen
loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 10d is verleend,
- -
als bedoeld in artikel 10, tweede lid,
- -
met een nabestaanden- of wezenuitkering op grond van de Algemene
nabestaandenwet (Anw),
- -
met een uitkering op grond van de Wet inkomensvoorziening oudere
en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
(IOAW),
- -
met een uitkering op grond van de Wet inkomensvoorziening oudere
en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
(IOAZ)
- -
niet-uitkeringsgerechtigden
- 2.
Personen die gebruik maken van een algemene voorziening of aan wie een
maatwerkvoorzieningof persoonsgebonden budget is verstrekt of door of
namens wie een melding is gedaan als bedoeld in artikel 2.3.2, eerste
lid van de Wmo;
- 3.
Personen die:
- -
de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt,
- -
de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt en ten aanzien van
wie op grond van artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht
recht is gedaan overeenkomstig de artikelen 77g tot en met 77gg
van het Wetboek van Strafrecht, of
- -
de leeftijd van achttien jaar doch niet de leeftijd van
drieëntwintig jaar heeft bereikt, en voor wie de voortzetting
van jeugdhulp als bedoeld in onderdeel 1°, die was aangevangen,
of voor wie het college vóór het bereiken van de leeftijd van
achttien jaar heeft bepaald dat een voorziening op het gebied
van jeugdhulp noodzakelijk is of voor wie, na beëindiging van
jeugdhulp die was aangevangen vóór het bereiken van de leeftijd
van achttien jaar, binnen een termijn van een half jaar
hervatting van de jeugdhulp noodzakelijk is.