Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsbeleid ontheffingverlening voetgangersgebieden |
Citeertitel | Uitvoeringsbeleid ontheffingverlening voetgangersgebieden |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | RIS 288222, DSB/2015.58 |
Het Uitvoeringsbeleid Ontheffingverlening Voetgangersgebieden, dat op 12 juni 2012
in werking is getreden (RIS 250214), wordt ingetrokken.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-11-2015 | nieuwe regeling | 10-11-2015 Dit besluit wordt gepubliceerd in het gemeenteblad van week 46 van 2015 en zal met ingang van 12 november 2015, inclusief bijlagen, terug te vinden zijn op de site www.denhaag.nl/bestuurlijkestukken, onder risnummer 288222 | RIS 288222/ DSB/2015.58 |
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS,
Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris, de burgemeester,
mw. A.W.H. Bertram J.J. van Aartsen
Uitvoeringsbeleid Ontheffingverlening Voetgangersgebieden
Op 12 juni 2012 is het “Uitvoeringsbeleid ontheffingverlening voetgangersgebieden” in werking getreden (RIS 250214). Met deze beleidsregel is een eenduidig beleid voor ontheffingverlening vastgesteld voor alle met pollerinstallaties afgesloten voetgangersgebieden in Den Haag.
Gezien het specifieke karakter van de diverse voetgangersgebieden en de diversiteit aan gebruikers bevat het uitvoeringsbeleid het nodige maatwerk.
Inmiddels blijkt het uitvoeringsbeleid, voor zover geformuleerd, te voldoen. Wel zijn vanuit de actualiteit en ervaringen in de praktijk enkele aanvullingen nodig. Het huidige beleid (RIS 250214) is tegen het licht gehouden en geactualiseerd.
Den Haag kent een aantal voetgangersgebieden. Deze gebieden worden aangeduid met zogenaamdeG7 borden, zoals opgenomen in het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV).
Dergelijke gebieden mogen worden gebruikt door voetgangers, fietsers (alleen als een onderbord dit aangeeft) en bestuurders van gehandicaptenvoertuigen. Daarbij staat het veilig gebruik kunnen maken van het voetgangersgebied door de voetganger (en overige gebruikers van het gebied) voorop. Om ervoor te zorgen dat een aantal voetgangersgebieden aan hun bestemming voldoen, zijn er verkeersondersteunende maatregelen genomen door het plaatsen van pollers.
Verspreid over heel Den Haag zijn er tot nu circa 80 pollerinstallaties in gebruik. Een aantal daarvan, in totaal 13, heeft enkel tot doel om sluipverkeer tegen te gaan en is uitsluitend te passeren door nood- en hulpdiensten of het openbaar vervoer. Hiervoor wordt geen ontheffing verleend aan andere partijen.
Deze pollers worden in de beleidsregel verder buiten beschouwing gelaten.
Daarnaast zijn er pollers geplaatst in de openbare ruimte die de veiligheid van een gebouw moeten waarborgen (b.v. Ambassades en Ministeries). Ook deze worden hier buiten beschouwing gelaten.
Voor de binnenstad is expliciet een toegangsbeleid vastgesteld.
Gezien het specifieke karakter van de diverse voetgangersgebieden en de diverse gebruikers, is
maatwerk gewenst. Een aantal gebruikers kent een zodanig specifieke taak dan wel positie dat zijspecifieke voorwaarden tot toelating kennen, te weten:
taxi’s in de zin van artikel 1.1 Regeling voertuigen, of daarmee vergelijkbare voertuigen hebben in het voetgangersgebied Binnenstad (cluster A t/m I) tussen 21.00 uur en 11.30 uur toegang. Tussen 11.30 uur en 21.00 uur is er voor hen beperkte toegang op de daarvoor bestemde hoofdroutes (Grote Markt-Luthserse Burgwal, Kalvermarkt-Spui, Spui-Hofweg);
Een tweetal gebruikersgroepen kennen een bijzondere positie in de stad. Op basis van afspraken met de gemeente regelen deze gebruikersgroepen zelf de toegang en geven alleen toegang aan bestemmingsverkeer dat betrekking heeft op het bedrijf of instelling.
Ook hier geldt dat toestemming wordt verleend aan de hand van de gestelde voorwaarden inhoofdstuk 2. Het betreft hier:
De ontheffing bestaat uit drie delen, namelijk de ontheffingsbrief, de ontheffingskaart met het kenteken van het voertuig en de geldigheidsduur van de ontheffingskaart en het toegangsmiddel.
Verder bevat de ontheffing de volgende gegevens: de periode en tijdvakken waarvoor de ontheffing geldig is, het cluster waarvoor de ontheffing geldig is, de naam van de ontheffinghouder, een omschrijving van de verboden waarvoor de ontheffing van kracht is en de datum van afgifte.
Het college voorziet met dit besluit in de uitvoering van de incidentele ontheffingen. Om te zorgen dat de voetgangersgebieden alleen door daartoe gerechtigde verkeersdeelnemers worden gebruikt en de voorschriften verbonden aan de ontheffingen worden nageleefd, is handhaving noodzakelijk.
De Dienst Stadsbeheer zal dit namens het college verzorgen samen met de politie.
De handhaving richt zich op het illegaal geparkeerd staan in het voetgangersgebied. Daarnaast heeft
het college te allen tijde de mogelijkheid om de ontheffing in te trekken op basis van artikel 7.
De gemeente heeft in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) een contract afgesloten met een vervoersbedrijf om mensen met een beperking te vervoeren.
Dit betreft het sociaal-recreatieve vervoer voor mensen met een beperking. Op basis van het huidige beleid wordt aan WMO vervoer een permanente pollerontheffing verleend voor het centrumgebied.
Hiermee wordt mogelijk gemaakt dat de groep mensen met een beperking zowel kan worden opgehaald in als toegang kan worden verleend tot de voetgangersgebieden.
De druk op de beschikbare capaciteit in het WMO vervoer neemt toe vanwege de groter wordende doelgroep. Daarom bestaat de wens om op termijn samenwerking in het bestaande vervoersaanbod te realiseren. Dat biedt kansen voor de wijkbus. De wijkbus is een voorliggende voorziening op het WMO vervoer. Met aangepaste personenbussen vervoeren vrijwilligers collectief ouderen en mindervaliden in hun wijk. De gemeente Den Haag subsidieert de wijkbussen voor het grootste deel. Wijkbussen kwamen voorheen niet in aanmerking voor een pollerontheffing. Gelet op het voorgaande komt de stadsdeelgebonden wijkbus nu wel in aanmerking voor een permanente pollerontheffing.
Het betreft hier uitsluitend bestemmingsverkeer in de voetgangersgebieden en winkelcentra in de stad.
In deze gevallen is er geen sprake van doorgaand verkeer. De wijkbus levert een te verwaarlozen bijdrage aan het verkeer in de voetgangersgebieden.
Op 1 mei 2014 is een aantal taxistandplaatsen met een pollerinstallatie alleen toegankelijk gemaakt voor taxi’s die zijn aangesloten bij een zogeheten Toegelaten Taxi Organisatie (TTO). De toegang tot de
standplaatsen wordt niet verkregen op grond van het Uitvoeringsbeleid ontheffingverlening voetgangersgebieden en de pollerpas maar op grond van de Taxiverordening Den Haag 2014 en een afzonderlijke ‘groengele’ toegangspas.
Hoewel de pollerpas en de groengele toegangspas voor taxi’s gebruik maken van dezelfde techniek staan zij verder geheel los van elkaar. WMO vervoer en wijkbussen maken geen gebruik van de taxistandplaatsen.
Versimpeling procedure aanvraagpollerontheffing
De administratieve lasten voor houders van een ontheffing verdienen bijzondere aandacht. Dit mede naar aanleiding van de vraag van een bewoner waarom jaarlijks steeds dezelfde gegevens bij de gemeente moeten worden ingediend. Om aan dit bezwaar al op korte termijn tegemoet te komen wordt voor bewoners, die hebben aangetoond een parkeerplaats op eigen terrein te beschikken, de geldigheid van de ontheffingskaarten verlengd van 1 naar 5 jaar. Met dien verstande dat wijzigingen in gegevens per direct gemeld dienen te worden. Met het nemen van deze maatregel wordt tegemoet gekomen aan de bestuurlijke wens om de administratieve lasten voor ontheffinghouders te verlagen.
Bij het verlengen van de ontheffingskaart wordt vastgesteld of de ontheffinghouder nog recht heeft op de ontheffing. Dit om te voorkomen dat er steeds meer bestuurders zonder ontheffing in het gebied komen. Met een termijn van 5 jaar wordt verwacht dat de hoeveelheid verkeer dat zonder geldige reden in het voetgangersgebied rijdt binnen een aanvaardbare grens blijft. Wij zijn onder meer bezig met een haalbaarheidsonderzoek tot het vervangen van pollers door camera’s. U wordt hier te zijner tijd over geïnformeerd.
Vernieuwing van de ontheffingskaarten kan op de gemeentelijke website worden aangevraagd.
Na doorontwikkeling van het gebruik van Digi-D en E-herkenning wordt een verdere vereenvoudiging in de manier van aanvragen op de website voorzien.
2. Ontheffingenbeleid voetgangersgebieden Den Haag
a) Voetgangersgebied: een zone in Den Haag met G7 borden als bedoeld in het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV).
b) Motorvoertuig: alle gemotoriseerde voertuigen behalve bromfietsen, fietsen met trapondersteuning en gehandicaptenvoertuigen, bestemd om anders dan langs rails te worden voortbewogen.
c) Cluster: het voetgangersgebied, of een deel daarvan, zoals aangegeven op bij deze regeling behorende overzichtskaarten.
d) Ontheffinghouder: natuurlijke persoon of rechtspersoon die het op grond van deze regeling is toegestaan om in een aangewezen voetgangersgebied te rijden met een motorvoertuig.
e) Venstertijden: de tijdvakken, zijnde maandag tot en met vrijdag van 05.00 uur tot 11.30 uur en zaterdag en zondag van 06.00 uur tot 11.30 uur, waarin een cluster voor iedereen bereikbaar is en de aldaar gevestigde bedrijven/winkels bevoorraad kunnen worden.
f) Permanente ontheffing: een door het college afgegeven ontheffing voor onbepaalde tijd op grond waarvan het is toegestaan om met een motorvoertuig het voetgangersgebied binnen te gaan, met één of meerdere bijbehorende ontheffingskaarten en toegangsmiddel(en).
g) Incidentele ontheffing: een door het college afgegeven ontheffing voor een bepaalde tijdsduur op grond waarvan welke het is toegestaan om met een motorvoertuig het voetgangersgebied binnen te gaan, met één of meerdere bijbehorende ontheffingskaarten en toegangsmiddel(en).
Ontheffingen worden afgegeven voor het passeren met voertuigen van afsluitingen en het berijden met motorvoertuigen van de afgesloten voetgangersgebieden teneinde gelegenheid te geven goederen te laden of te lossen, werkzaamheden uit te voeren of andere (spoedeisende) zaken te doen die niet binnen de gestelde venstertijden passen.
Een permanente ontheffing wordt verleend aan:
taxi’s in de zin van artikel 1.1 Regeling voertuigen of daarmee vergelijkbare voertuigen.
Zij hebben in het voetgangersgebied Binnenstad (cluster A t/m I) tijdens 21.00 en 11.30 uur toegang. Tijdens 11.30 en 21.00 uur is er voor hen beperkte toegang op de daarvoor bestemde
hoofdroutes (Grote Markt-Lutherse Burgwal, Kalvermarkt-Spui, Spui-Hofweg);
gemeentediensten die zich bezighouden met het verrichten van herstel- of onderhoudswerkzaamheden in de voetgangersgebieden dan wel in de onmiddellijke omgeving daarvan aanwezig dienen te zijn, motorvoertuigen van de HTM om bij calamiteiten werkzaamheden te verrichten voor de in/uitgangen van de tramtunnel en haltes Spui, Grote Marktstraat en Gravenstraat;
de Staat der Nederlanden, ten behoeve van de leden van de regering, Dienst Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging, Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst, Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en andere opsporings- en veiligheidsdiensten, voor de uitoefening van hun publiekrechtelijke taken en bevoegdheden in het voetgangersgebied.
Aan de ontheffing worden in ieder geval de volgende voorschriften verbonden:
De ontheffing wordt ingetrokken: