Organisatie | Heerhugowaard |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | kwijtscheldingsbesluit 2016 |
Citeertitel | kwijtscheldingsbesluit 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Verordeningen |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 01-01-2017 | Nieuwe regeling | 15-12-2015 Publicatie via www.officielebekendmakingen.nl d.d21-12-2015 | RB2015104 |
De raad van de gemeente Heerhugowaard;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 november 2015;
gelet op artikel 255 van de Gemeentewet, artikel 26 van de Invorderingswet 1990 en de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990, alsmede de Leidraad Invordering Cocensus;
overwegende dat het gewenst is om nadere regels te stellen voor het verlenen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen;
Besluit kwijtscheldingsregels 2016
Artikel 1 Verruimde kwijtschelding
Met toepassing van het in de artikelen 3, 4 en 5 bepaalde, wordt kwijtschelding verleend voor:
In afwijking van het eerste lid worden de kosten van bestaan van de in de Leidraad Invordering Cocensus bedoelde AOW-gerechtigde personen gesteld op 100 percent van de toepasselijke, in genoemd artikel 1a bedoelde netto AOW-bedragen.
Artikel 4 Netto kosten kinderopvang
Als uitgaven als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 worden mede in aanmerking genomen de in artikel 28, derde lid, van genoemde regeling bedoelde netto kosten van kinderopvang.
Artikel 5 Kwijtschelding aan ondernemers
Met inachtneming van het overigens in dit besluit bepaalde, wordt een verzoek om kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen die geen verband houden met de uitoefening van het bedrijf of beroep, van een natuurlijk persoon die een bedrijf of zelfstandig beroep uitoefent, behandeld volgens de bepalingen van hoofdstuk II, afdelingen 1, 2 en 5 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990.