Algemene bepalingen:
Artikel 1 Maatstaf
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a)
vaartuig: een drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen
wordt gebezigd dan welbestemd of geschikt is voor het vervoer te
water van personen of zaken of voor het dragen of vervoeren van
al dan niet met het drijvende lichaam een geheel uitmakende
voorwerp;
- b)
oppervlak van een vaartuig: de grootste lengte van het
schipvaartuig vermenigvuldigd met de grootste breedte van het
vaartuig zoals aangegeven in de meetbrief voor
binnenvaartuigen;
- c)
meetbrief: een door een daartoe bevoegde instantie uitgegeven en
in Nederland geldig document betreffende de tonnenmaat en het
laadvermogen van een vaartuig;
- d)
steiger: de gemeentelijke steiger te Kinderdijk;
- e)
walstroom: de op de steiger aangebrachte
elektriciteitsvoorziening ten behoeve van vaartuigen;
- f)
uur: een aaneengesloten perioden van 60 minuten.
Artikel 2 Aard van de belasting en belastbaar feit
Onder de naam “havengelden” wordt een recht geheven voor het gebruik
overeenkomstig de bestemming met vaartuigen van voor de openbare dienst
bestemde steiger dan wel het gebruik van de door of vanwege de gemeente
aangebrachte voorzieningen op de steiger.
Artikel 3 Belastingplicht
De havengelden worden geheven van de eigenaar, reder, schipper, huurder
of gebruiker van een vaartuig, of degene die het vaartuig heeft
gecharterd dan wel degene die als vertegenwoordiger van één van dezen
optreedt.
Artikel 4 Grondslag en maatstaf van heffing
- 1.
De havengelden worden geheven naar:
- a.
de oppervlakte van het vaartuig, uitgedrukt per vierkante
meter;
- b.
- 2.
Delen van vierkante meters en uren worden voor een geheel
gerekend.
Artikel 5 Tarief
- 1.
Het tarief voor het aanleggen van een schip aan de steiger bedraagt
per keer dat wordt aangelegd € 0,14 per m² oppervlak, exclusief
omzetbelasting.
- 2.
Het tarief voor het gebruik maken van walstroom bedraagt € 32,- per
uur, exclusief omzetbelasting.
Artikel 6 Wijze van heffing
- 1.
De havengelden worden geheven door middel van een mondelinge dan wel
een gedagtekende schriftelijke kennisgeving.
- 2.
Het gevorderde bedrag wordt door mondeling, dan wel door toezending of
uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige
bekend gemaakt.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld
De havengelden zijn verschuldigd zodra het gebruik van de steiger of de
walstroom is aangevangen.
Artikel 8 Tijdstip van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990
moeten de havengelden worden betaald:
- a.
op het moment van het doen van de kennisgeving indien deze
mondeling wordt gedaan, dan wel
- b.
op het moment van het uitreiken van de gedagtekende
schriftelijke kennisgeving, dan wel;
- c.
binnen dertig dagen na de dagtekening van de toegezonden
schriftelijke kennisgeving.
Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en
wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met
betrekking tot de heffing en de invordering van de havengelden.
Artikel 10 Overgangsrecht
- 1.
De Verordening lig- en kadegelden Molenwaard 2015 wordt ingetrokken
met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang
van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de
belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel
- 1.
Deze verordening treedt in werking de eerste dag na die van
bekendmaking.
- 2.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.
- 3.
Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening
havengelden 2016’.
Zaaknummer: 448298