Organisatie | Soest |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Soest 2015 |
Citeertitel | Nadere regels maatschappelijke ondersteuning Soest 2015 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Wmo |
Geen
Wet maatschappelijke ondersteuning 2015
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 01-02-2016 | Verordening maatschappelijke ondersteuning Soest 2015 en art 4:81 van de Awb | 01-12-2015 000000 | Onbekend |
H 1 Procedureregels aanvraag maatschappelijke ondersteuning
Artikel 2: Cliëntondersteuning
a) Stichting Sensoor (24 uur per dag een anoniem luisterend oor en advies) b) Doventolk
Artikel 7: Maatwerk als sluitsteen
Een cliënt komt in aanmerking voor een maatwerkvoorziening als niet (voldoende) gecompenseerd kan worden uit eigen netwerk, met vrijwilligers of via een algemene, een algemeen gebruikelijke of wettelijke voorziening en de betreffende maatwerkvoorziening bijdraagt aan deelname van de cliënt in de samenleving;
Artikel 14: Hulp bij het huishouden (HH)
3.Voor beoordeling van aanvragen geldt het 'Protocol indicatiestelling hulp bij het huishouden en gebruikelijke zorg’, welke behoort tot de werkinstructie voor de gemeentelijke medewerkers.
Artikel 16: Persoonlijke verzorging (Algemeen Dagelijkse Levensverrichtingen (ADL))
1.Voor het behoud of het vergroten van de zelfredzaamheid is niet lijfsgebonden ADLdienstverlening mogelijk.
Artikel 18: Kortdurend verblijf en tijdelijk verblijf
Voor met name ouderen die acuut tijdelijk verblijf nodig hebben (bijvoorbeeld omdat hun mantelzorger is uitgevallen) bestaat de mogelijkheid van tijdelijk verblijf. Kosten voor tijdelijk verblijf komen in principe voor eigen rekening. Indien mensen aangeven deze voorziening niet te kunnen betalen, bekijken wij de mogelijkheden binnen de vangnetregelingen in overleg met team W&I.
Artikel 19: Opvang en beschermd wonen
De toegang tot Beschermd Wonen (al dan niet met een pgb) verloopt in nauwe samenwerking tussen een lokaal team van de gemeente Soest, de regionale expertisepool voor Beschermd Wonen, en centrumgemeente Amersfoort. De regionale afspraken en nadere werkinstructies vanuit de centrumgemeente, zijn onderdeel van de werkinstructies van de gemeentelijke medewerkers;
Artikel 22: Hoogte van het pgb
De hoogte van een pgb voor kortdurend verblijf- en respijtzorg, met laag intensieve ondersteuning, uitgevoerd door vrijwilligers en met ondersteuning van een beroepskracht, wordt bepaald op basis van 75% van het laagste tarief per dagdeel dat geldt voor kortdurend verblijf- en respijtzorg in natura door een daartoe opgeleide beroepskracht(en) werkzaam bij een door de gemeente gecontracteerde instelling;
De hoogte van een pgb voor kortdurend verblijf- en respijtzorg, met hoog intensieve ondersteuning, uitgevoerd door daartoe opgeleide persoon, wordt bepaald op basis van 75% van het laagste tarief per dagdeel dat geldt voor kortdurend verblijf- en respijtzorg in natura door een daartoe opgeleide beroepskracht(en) werkzaam bij een door de gemeente gecontracteerde instelling.
Artikel 24: Vergoeding woonvoorziening (niet bouwkundige of woon technisch)
1.Het budget voor een woonvoorziening is gelijk aan de door het college goedgekeurde offerte, eventueel verhoogd met instandhoudingkosten bedoeld voor reparatie en onderhoud van de desbetreffende voorziening.
H 7 Betrekken van ingezetenen bij beleid
Artikel 30. Betrekken van ingezetenen bij beleid
1.Op basis van artikel 21 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Soest 2015 zorgt het college ervoor dat ingezetenen van de gemeente, waaronder cliënten en hun vertegenwoordigers worden betrokken bij het voorbereiden van het beleid. Daarnaast stelt het college ingezetenen van de gemeente vroegtijdig in de gelegenheid voorstellen voor beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning te doen.
Hoe ingezetenen exact worden betrokken wordt in 2015 nader vormgegeven.
Vaststelling pgb voor nieuwe en geherindiceerde cliënten
Het persoonsgebonden budget ten aanzien van hulp in de huishouding is als volgt vastgesteld:
De hoogte van het persoonsgebonden budget voor een losse woonvoorziening is gelijk aan de door het college goedgekeurde offerte, eventueel verhoogd met instandhoudingkosten bedoeld voor reparatie en onderhoud van de desbetreffende voorziening.
Indien de gemeente een onderhoudscontract met een voorkeursleverancier heeft afgesloten voor de levering van onderhoud en reparatie gelden de prijzen uit het desbetreffende onderhoudscontract - exclusies eventueel bedongen korting - als uitgangpunt.
Indien een voorziening in bruikleen wordt verstrekt zal betaling rechtstreeks met de desbetreffende leverancier worden verrekend.
De kosten voor bouwkundige of woontechnische woonvoorzieningen worden betaald aan de eigenaar van de woning en bedraagt maximaal 100% van de goedgekeurde offertekosten. Indien de geschatte aanpaskosten het bedrag van € 6.807,00 passeert dienen minimaal drie offertes (gesplitst in kosten van volumes/onderdelen, gebruikte materialen en arbeid) te worden aangevraagd. Daarbij gelden voor bouwkundige of woontechnische voorzieningen de volgende maxima:
Onderhoud en reparatie van woonvoorzieningen
De vergoeding bedraagt 100% van de werkelijke kosten en wordt uitsluitend verstrekt voor de onderstaande voorzieningen voor zover binnen deze regeling verstrekt en (nog) noodzakelijk geacht:
Indien de gemeente een onderhoudscontract met een voorkeursleverancier heeft afgesloten voor de levering van onderhoud en reparatie gelden de prijzen uit het desbetreffende onderhoudscontract - exclusies eventueel bedongen korting - als uitgangpunt.
De maximale vergoeding voor verhuiskosten op declaratiebasis bedraagt € 3.427,00.
Huurderving op basis van de werkelijke kosten, gedurende maximaal 6 maanden, met een maximum van 100% van de maximale huur, waarbij huurtoeslag wordt verstrekt.
Kosten voor vervanging van vloerbedekking niet ouder dan 7 jaar is mogelijk op declaratiebasis met een maximum van € 35,00 per m2 (inclusief arbeid, noodzakelijke materialen en BTW).
Voor gebruik van eigen auto, taxi en rolstoeltaxi zijn normbedragen op jaarbasis vastgesteld. Op de norm wordt een korting toegepast op grond van verblijf in een WLZinstelling, een samenvallende vervoersbehoefte, een beperkte vervoersbehoefte of andere aanwezige vervoersvoorzieningen.
Individueel taxivervoer (2000 km x € 1,72) per jaar € 3.483,00.
Individueel rolstoeltaxivervoer (2000 km x € 1,97) per jaar € 4.001,00. Bruikleenautobudget (Bron UWV 2000 km x € 0,34) per jaar € 683,00.
Individueel taxivervoer per jaar € 2.613,00.
Individueel rolstoeltaxivervoer per jaar € 3.001,00.
Bruikleenautobudget per jaar € 512,00.
75% p.p. voor echtparen die beiden zijn geïndiceerd Individueel taxivervoer per jaar € 5.226,00.
Individueel rolstoeltaxivervoer per jaar € 6.002,00.
Bruikleenautobudget per jaar € 1.024,00.
25% aanvullend op collectief vervoer
Individueel taxivervoer per jaar € 871,00.
Individueel rolstoeltaxivervoer per jaar € 1.000,00.
50% voor bewoners van WLZ-instellingen
Individueel taxivervoer per jaar € 1.742,00.
Individueel rolstoeltaxivervoer per jaar € 2.001,00.
Bruikleenautobudget per jaar € 341,00.
Sportvoorzieningen worden toegekend voor aanschaf en onderhoud met een maximaal bedrag à € 3.392,00 van een sportrolstoel of vergelijkbare voorziening voor een periode van ten minste 3 jaar.
De hoogte van het persoonsgebonden budget voor aanschaf van een rolstoel is gelijk aan de
kostprijs van de goedkoopst compenserende rolstoel, zo nodig verhoogd met kosten van individuele aanpassingen, zoals deze door de gemeente kan worden aangeschaft bij de gecontracteerde leverancier.
Het pgb wordt na ontvangst van de factuur en betalingsbewijs ineens betaald aan de budgethouder, daarnaast wordt een pgb voor instandhoudingkosten per jaar toegekend zolang de technische levensduur van de voorziening niet is verstreken en de kosten niet vallen onder garantiebepalingen van de leverancier.
Indien de voorziening in bruikleen wordt verstrekt zal betaling rechtstreeks met de desbetreffende leverancier worden verrekend.
6. Maximum PGB-tarieven per Nza-code voor Wmo
7.Maximum PGB-tarieven per Nza-code voor jeugdzorg
Aandachtstekort en gedrag - vanaf 250 tot en met 799 minuten | |||||
Aandachtstekort en gedrag - vanaf 800 tot en met 1799 minuten | |||||
Mocht blijken dat iemand een PGB aanvraagt voor een functie die wij niet als zorg in natura hebben ingekocht voor de Wmo of Jeugdhulp, dan kan het college alsnog een besluit nemen over het toe te passen uurtarief.
6. Woontoeslag voor wonen met een PGB ZZP
Cliënten met een ZZP indicatie komen in aanmerking voor een toeslag van € 4.000,- als dekking van de kosten van de gezamenlijke ruimtes.