Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Midden-Delfland

Gemeentelijk beleidsniveau brandveiligheidseisen bestaand bouw Midden-Delfland

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMidden-Delfland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGemeentelijk beleidsniveau brandveiligheidseisen bestaand bouw Midden-Delfland
CiteertitelGemeentelijk beleidsniveau brandveiligheidseisen bestaand bouw Midden-Delfland
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Hoofdstuk 1 Inleiding en Hoofdstuk 2 Beleid maken officieel geen onderdeel uit van het Gemeentelijk beleidsniveau brandveiligheidseisen bestaand bouw Midden-Delfland, maar zijn toegevoegd om de bijlagen toe te lichten.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-11-200614-12-2012Nieuwe regeling

11-07-2006

Gemeenteblad, 2006, 1

Geen

Tekst van de regeling

Intitulé

Gemeentelijk beleidsniveau brandveiligheidseisen bestaand bouw Midden-Delfland

 

 

Hoofdstuk 1. Inleiding

In het Bouwbesluit zijn voorschriften opgenomen waaraan bebouwing in Nederland moet voldoen. De voorschriften in het bouwbesluit hebben in hoofdlijnen betrekking op 4 verschillende aspecten, namelijk; veiligheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en gezondheid. Met betrekking tot het aspect veiligheid worden in het bouwbesluit regels gesteld over brandveiligheid en constructieve veiligheid.

Verder is in het Bouwbesluit een duidelijk onderscheid gemaakt tussen nieuwbouw en bestaande bouw. Voor nieuwbouw gelden hoge eisen en voor bestaande bouw gelden zeer lage eisen. Men heeft ervoor gekozen om voor bestaande bouw het niveau aan te houden van de eerst bekende bouwregelgeving in Nederland (niveau anno 1935). Hier is door de wetgever bewust voor gekozen om te voorkomen dat alle bestaande bebouwing in Nederland niet meer zou voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit.

In de praktijk blijkt dat het gekozen niveau van bestaande bouw in een aantal gevallen veel te laag is, waardoor met name op het gebied van brandveiligheid gevaarlijke situaties kunnen ontstaan. Met name in gebouwen waar veel mensen bij elkaar komen ontstaat er een probleem. Als voorbeeld kan hierin genoemd worden dat een redelijk grote horeca-inrichting onder regelgeving van bestaande bouw met 1 vluchtweg kan worden uitgevoerd terwijl het voor de veiligheid zeer gewenst is dat er twee vluchtwegen zijn.

Wij zijn dan ook van mening dat in verband met deze situatie beleid moet worden geformuleerd om de minimale brandveiligheid te garanderen.

Hoofdstuk 2. Beleid

De gemeente heeft de mogelijkheid om beleidsmatig het niveau van de bouwtechnische voorschriften voor bestaande bouw te verhogen. Per gebouwtype moet dan worden vastgelegd worden welk veiligheidsniveau gewenst is. In de bijlage staat het gewenste brandveiligheidsniveau aangegeven.

In de bijlage treft u aan:

  • 1.

    Matrix brandveiligheidsniveau bestaande bouw Midden-Delfland (bijlage 1)

  • 2.

    Werkpakketten (bijlage 2)

  • 3.

    Termijnstructuur (bijlage 3)

 

1. Matrix (bijlage 1)

De bijgevoegde Matrix Beleidsniveau Bestaande bouw Midden Delfland geeft het niveau aan zoals wij dit als gemeente wensen. Per gebouwtype staat gespecificeerd aangegeven naar de diverse onderdelen van brandveiligheid welk niveau moet worden aangehouden. Dit staat aangegeven met BB (betekent niveau bestaande bouw) of met NB (betekent niveau nieuwbouw). Deze matrix geeft dus voor de diverse gebruiksfuncties het gewenste beleidsniveau aan. In één oogopslag zijn hier de verschillen tussen de gebruiksfuncties zichtbaar en de verhouding van het beleidsniveau tot de Bouwbesluit niveaus nieuwbouw en bestaande bouw.

In de tabel is veel technische informatie opgenomen. In hoofdlijnen is het zo dat bij het vaststellen van dit beleid de vluchtwegen en de brandpreventieve voorzieningen zoals brandslanghaspels, noodverlichting en ontruimingsinstallatie op een niveau van nieuwbouw zijn aangegeven.

Deze matrix is ook in de gemeente Westland van toepassing en is op hoofdlijnen gelijk aan het niveau zoals in de ons omringende gemeente zoals Maassluis en Vlaardingen. De matrix is verder uitgewerkt in het document werkpakketten (bijlage 2).

 

2. Werkpakket (bijlage 2)

Dit werkpakket benoemt ook weer de verschillende gebouwfuncties. De werkpakketten zijn de basis voor de technische uitvoering. Hierbij wordt de matrix verder uitgewerkt. Voor de uitvoerende preventieambtenaren zijn de werkpakketten na vaststelling van dit beleid "het Bouwbesluit" voor de bestaande bouw. Deze genoemde werkpakketten zijn in tabelvorm aangebracht overeenkomstig Bouwbesluit 2003.

 

3. Termijnstructuur (bijlage 3)

Om de eigenaren en/of gebruikers van het betreffende pand in de gelegenheid te stellen om aan de eisen van bestaande bouw te voldoen is in het bijgaande document “Termijnstructuur” een streefstructuur aangegeven hoelang een eigenaar de tijd heeft om de voorzieningen daadwerkelijk in orde te maken. In deze tabel wordt naast de tijd ook de oplossingsrichting en, bij in gebreke blijven, de sanctie aangegeven.

 

Bijlage 1: Matrix brandveiligheidsniveau bestaande bouw Midden-Delfland

 

Brandcomp.

Rookcomp.

Ontvluchten

Constructies (HDC)

Materialen

Voorzieningen

Installaties / gebruik

Bijeenkomstengebouwen kinderdagverblijven

* Omvang comp.: BB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Sub-comp: NB

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: Mbv

* Minihaspel >250 < 500 m2

* VRA: Toeg.sector

Celgebouwen

* Omvang comp.: NB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Sub-comp.:NB

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: Mbv

* VRA: Toeg.sector

Gezondheidszorggebouwen

* Omvang comp.: NB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Sub-comp.:NB

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: Mbv

* Minihaspel: >250 < 500 m2

* VRA: Toeg.sector

Logiesgebouwen

* Omvang comp.: NB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Sub-comp.:NB

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: Mbv

* VRA: Toeg.sector

Kantoorgebouwen

* Omvang comp.: BB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: Mbv

* Minihaspel >250 < 500 m2

* VRA: Toeg.sector

Onderwijsgebouwen

* Omvang comp.: BB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: Mbv

* VRA: Toeg.sector

Winkelgebouwen

* Omvang comp.: BB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: Mbv

* Minihaspel >250 < 500 m2

* VRA: Toeg.sector

Sportgebouwen

* Omvang comp.: BB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: Mbv

* Minihaspel >250 < 500 m2

* VRA: Toeg.sector

Industriegebouwen

* Omvang comp.: BB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: BP

* Minihaspel >250 < 500 m2

* VRA: Toeg.sector

Woongebouwen (Bejaardentehuizen)

* Omvang comp.: BB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Sub-comp.:NB

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: Mbv

* Minihaspel >250 < 500 m2

* VRA: Toeg.sector

Industriegebouwen

* Omvang comp.: BB

* WBDBO belend.: 30 min

* WBDBO-intern: > 13 mtr: 60 min

* Comp.: NB

* Aantal uitg.: NB

* Uitgangsbr: NB

* Draairichting deuren: NB

* Overige eisen: NB

* Brandwerendheid tot bezwijken BB

* Vluchtwegen BB

* Alle eisen: BB

* B.s.h., N.v.: NB

* Installaties BB

* Bmi.Ori: BP

* Minihaspel >250 < 500 m2

* VRA: Toeg.sector

BB = Niveau bestaande bouw in het Bouwbesluit

NB = Niveau nieuwbouw in het Bouwbesluit

MBV = Model Bouwverordening

VRA = Vluchtrouteaanduiding

 

Bijlage 2: Werkpakketten

Hoofdstuk 1. Brandcompartimenten

Artikel 1.1
  • 1.

    Een bestaand bouwwerk is zodanig dat de uitbreiding van brand voldoende wordt beperkt.

  • 2.

    Voor zover voor een gebruiksfunctie in tabel 1.1. voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

 

Tabel 1.1

Gebruiksfunctie

Leden van toepassing

grenswaarden

 

Brandscheiding met ander gebouw

Afwijking

Brandcompartimenten binnen het gebouw

Minimaal 2 brandcompartimenten

Subbrandcompartimenten

Brandscheiding met veiligheidstrappenhuis

Zelfsluitendheid

Afmetingen

WBDBO

Grenswaarde

Artikel

1.2

1.3

1.4

1.5

1.6

1.7

1.8

 

 

 

Lid

 

1

2

1

2

1

2

1

2

 

 

 

 

 

1.Bijeenkomstengebouw

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.kinderdagverblijven

*

 

2

1

1

 

 

1

2

*

*

1000

60

13

b.andere bijeenkomstenfunctie

*

 

2

1

2

 

 

 

 

*

*

2000

60

13

2.Celgebouwen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.celfunctie in cellengebouw

*

 

 

1

2

*

*

1

2

*

*

1000

60

13

b.ander gedeelte

*

 

2

1

2

 

 

 

 

 

*

1000

60

13

3.Gezondheidszorggebouwen

*

 

2

1

2

*

 

 

 

*

*

1000

60

13

4.Logiesgebouwen

*

 

2

1

2

 

 

1

2

*

*

500

60

13

5.kantoorgebouwen

*

 

2

1

2

 

 

 

 

*

*

2000

60

13

6.Onderwijsgebouwen

*

 

2

1

2

 

 

 

 

*

*

3000

60

13

7.Winkelgebouwen

*

 

2

1

2

 

 

 

 

*

*

2000

60

13

8.Sportgebouwen

*

 

2

1

2

 

 

 

 

*

*

3000

60

13

9.Industriegebouwen

*

 

2

1

2

 

 

 

 

*

*

3000

60

13

10.Woongebouwen

*

 

2

1

2

 

 

1

2

*

*

1000

60

13

Artikel 1.2 Brandscheiding met ander gebouw

De scheiding tussen het gebouw en een ander gebouw dat niet op hetzelfde perceel ligt (waarbij uitgegaan wordt van spiegelsymmetrie) dient een WBDBO te bezitten van tenminste 60 minuten. Indien redelijkerwijs om technische, economische en/of juridische reden niet kan worden voldaan aan een WBDBO van 60 minuten mag volstaan worden met een WBDBO van 30 minuten.

Artikel 1.3 Afwijking

In afwijking van artikel 1.4 kan worden volstaan met 30 minuten indien: een gebouw geen vloer van een verblijfsgebied hoger is gelegen boven het meetniveau dan in de tabel 1.1.aangegeven grenswaarde.

Artikel 1.4 Brandcompartimenten binnen het gebouw / perceel

  • 1.

    De scheidingsconstructie tussen een brandcompartiment of een gedeelte van een brandcompartiment, en een andere besloten ruimte, dient een WBDBO te bezitten van tenminste de in tabel 1.1 genoemde waarde.

  • 2.

    Onder een brandcompartiment wordt verstaan:

    • -

      Eén of meer met elkaar in verbinding staande, afzonderlijke ruimten, waardoor geen brand- en rookvrije vluchtroute voert, met een maximaal gebruiksoppervlak, die niet groter is dan de in tabel 1.1 genoemde grenswaarde. Bad- en toiletruimten hoeven niet worden meegeteld.

    • -

      Gezamenlijk gebruiksoppervlak van meerdere gebouwen op hetzelfde perceel, die niet groter is dan de in tabel 1.1 genoemde grenswaarde.

    • -

      Stookruimte (> 130 KW).

    • -

      Technische ruimte > 100 m².

    • -

      Een besloten ruimte bestemt voor de opslag van brandbare, brandbevorderende, brandgevaarlijke stoffen (CPR 15- 1, 15- 2 en 15- 3).

Artikel 1.5 Minimaal 2 brandcompartimenten

  • 1.

    Per bouwlaag dient het gebouw (mede bestemd voor aan bed gebonden personen) tenminste in 2 brandcompartimenten te worden verdeeld van maximaal 1000 m², waarbij de verhouding van de gebruiksoppervlakken tenminste 30%: 100% is.

  • 2.

    Deze verhouding geldt niet indien de subbrandcompartimenten:

    • -

      een WBDBO bezitten van tenminste 60 minuten;

    • -

      uitkomen op een verkeersruimte waarin in twee richtingen kan worden gevlucht.

Artikel 1.6 Subbrandcompartimenten

  • 1.

    De scheidingsconstructie tussen een subbrandcompartiment en een andere besloten ruimte dient een WBDBO te bezitten van tenminste 30 minuten.

  • 2.

    Onder sub- brandcompartiment wordt verstaan:

    • -

      Een cel;

    • -

      Een ruimte met een gezondheidszorgfunctie voor aan bed gebonden patiënten van maximaal 50 m²;

    • -

      Een ruimte met een gezondheidszorgfunctie voor aan bed gebonden patiënten met permanente bewaking van maximaal 500 m²;

    • -

      Het logiesverblijf;

    • -

      Een gemeenschappelijk verblijfsgebied < 500 m² (gemeenschappelijke verblijfsruimten inclusief verkeersruimten);

    • -

      Één of meer met elkaar in verbinding staande ruimten in een woongebouw met een gebruiksoppervlakte van niet meer dan 40 m²;

    • -

      Een verblijfsruimte in een woongebouw, indien de vloeroppervlakte van die verblijfsruimte groter is dan 40 m²;

    • -

      Een woning;

    • -

      Een verblijfsruimte in een kamerverhuurpand m. u. v. bad- en toiletruimten;

    • -

      Een slaapruimte in een kinderdagverblijf.

Artikel 1.7 Brandscheiding met veiligheidstrappenhuis

De scheidingsconstructie tussen een brandcompartiment en een veiligheidstrappenhuis dient een WBDBO te bezitten van tenminste 30 minuten.

Artikel 1.8 Zelfsluitendheid

Deuren, m.u.v. toegangsdeuren van een woning en cellen in een cellengebouw, dienen in scheidingsconstructies met een WBDBO dienen zelfsluitend te zijn uitgevoerd. Te openen ramen mogen niet aanwezig zijn.

Hoofdstuk 2. Rookcompartimenten

Artikel 2.1
  • 1.

    Een bestaand bouwwerk is zodanig dat bij brand rook zich niet binnen korte tijd kan verspreiden naar een ander deel van het bouwwerk zodat op veilige wijze de openbare weg kan worden bereikt.

  • 2.

    Voor zover voor een gebruiksfunctie in tabel 2.1 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

 

Tabel 2.1

Gebruiksfunctie

Leden van toepassing

Grenswaarden

 

Rookcompartimenten

Uitgangen rookcompartimenten

Loopafstanden rookcompartimenten

Loopafstanden in verblijfsruimten

Vluchtroute vanuit subbrandcompartiment

Vluchtroute door verkeersruimten

Sluizen

Rookwerende scheidingsconstructies

Uitgangen rookcompartimenten

Loopafstanden rookcompartimenten

Loopafstanden in verblijfsruimten

Artikel

2.2

2.3

2.4

2.5

2.6

2.7

2.8

2.9

2.3

2.4

2.5

lid

1

1

2

3

1

2

3

4

 

 

1

2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

B1

B2

B3

B4

B5

B1

B2

B3

B4

B5

B1

B2

B3

B4

B5

1.Bijeenkomstengebouw

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.kinderdagverblijven

*

-

-

3

1

2

3

-

*

*

1

2

*

*

-

-

-

-

-

30

30

30

30

nt

20

20

20

30

nt

b.andere bijeenkomstenfunctie

*

-

2

-

1

2

3

-

*

-

1

2

*

*

120

300

750

nt

nt

30

30

30

nt

nt

20

20

20

nt

nt

2.Celgebouwen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.celfunctie in cellengebouw

*

1

-

-

1

2

3

-

*

*

1

2

*

*

50

50

50

50

Nt

30

30

30

30

nt

20

20

20

30

nt

b.ander gedeelte

*

-

2

-

1

2

3

-

*

-

1

2

*

*

120

300

750

1000

nt

30

30

30

45

nt

20

20

20

30

nt

3.Gezondheidszorggebouwen

*

-

2

-

1

2

3

-

*

*

1

2

*

*

120

300

750

Nt

nt

30

30

30

45

nt

20

20

20

30

nt

4.Logiesgebouwen

*

-

-

3

1

2

3

-

*

*

1

2

*

*

 

 

 

 

 

30

30

30

30

nt

20

20

20

20

nt

5.kantoorgebouwen

*

-

2

-

1

2

3

-

*

-

1

2

*

*

120

300

750

1000

nt

30

30

30

30

nt

20

20

20

20

nt

6.Onderwijsgebouwen

*

-

2

-

1

2

3

-

*

-

1

2

*

*

120

300

750

nt

Nt

30

30

30

nt

nt

20

20

20

nt

nt

7.Winkelgebouwen

*

-

2

-

1

2

3

-

*

-

1

2

*

*

120

300

750

1000

1000

30

30

30

45

60

20

20

20

30

40

8.Sportgebouwen

*

-

2

-

1

2

3

-

*

-

1

2

*

*

120

300

750

1000

1000

30

30

30

45

60

20

20

20

30

40

9.Industriegebouwen

*

-

2

-

1

2

3

*

*

-

1

2

*

*

120

300

750

1000

1000

30

30

30

45

60

20

20

20

30

60

10.Woongebouwen

*

-

-

3

-

-

-

4

-

*

-

-

*

*

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Artikel 2.2 Rookcompartiment

Een (sub) brandcompartiment dient te zijn onderverdeeld in één of meer rookcompartimenten.

Artikel 2.3 Uitgangen rookcompartiment

  • 1.

    Een rookcompartiment dient over tenminste 2 uitgangen te beschikken.

  • 2.

    Een rookcompartiment mag 1 uitgang hebben waarbij de uitgang van een verblijfsruimte tot de uitgang van het rookcompartiment maximaal 20 m. mag bedragen. Het totaal oppervlak aan rookcompartiment aangewezen op die ene uitgang mag niet groter zijn dan de in tabel 2.1 genoemde grenswaarde.

  • 3.

    Een rookcompartiment groter dan 500 m² dient 2 uitgangen te beschikken.

Artikel 2.4 Loopafstanden rookcompartiment

  • 1.

    De loopafstand vanaf ieder punt in een verblijfsruimte tot de dichtstbijzijnde uitgang van het rookcompartiment mag niet meer dan de in tabel 2.1 genoemde afstand bedragen.

  • 2.

    De loopafstand vanaf ieder punt in een verblijfsgebied tot de dichtstbijzijnde uitgang van het rookcompartiment mag niet meer dan 2/3 van de in tabel 2.1 genoemde afstand bedragen.

  • 3.

    Hierbij mag geen groter hoogteverschil worden overbrugd dan 4 m.

  • 4.

    De loopafstand vanaf ieder punt in een gemeenschappelijk verblijfsgebied c.q. verblijfsruimte tot de dichtstbijzijnde uitgang mag maximaal 20 resp. 30 m. bedragen. Indien dit leidt tot meerdere uitgangen, dienen deze uitgangen minimaal 5 m. uit elkaar te liggen.

Artikel 2.5 Loopafstanden in verblijfsruimten

De loopafstand vanaf ieder punt in een verblijfsruimte tot de dichtstbijzijnde uitgang mag niet meer dan de in tabel 2.1 genoemde afstand bedragen. Indien dit leidt tot meerdere uitgangen, dienen deze uitgangen minimaal 5 m. uit elkaar te liggen.

Artikel 2.6 Vluchtroute vanuit subbrandcompartiment

Vanaf de uitgang van een subbrandcompartiment dient via verkeersruimten de openbare weg worden bereikt.

Artikel 2.7 Vluchtroute door verkeersruimten

  • 1.

    Vanaf de uitgang van een verblijfsruimte dient via verkeersruimten de uitgang van het rookcompartiment worden bereikt.

  • 2.

    Vanaf de uitgang van een verblijfsruimte mag via een andere verblijfsruimte (mits deze beschikt over 2 uitgangen die tenminste 5 m. uit elkaar liggen) de verkeersruimte worden bereikt, van waaruit de uitgang van het rookcompartiment wordt bereikt.

Artikel 2.8 Sluizen

Indien een verblijfsgebied hoger dan 50 m. boven het aansluitende terrein ligt, dienen de vluchttrappenhuizen te zijn voorzien van sluizen met een WTRD van tenminste 30 minuten.

Artikel 2.9 Rookwerendheid scheidingsconstructies

De scheidingsconstructie tussen een rookcompartiment en een andere besloten ruimte dient een WTRD te bezitten van tenminste 30 minuten. Deuren, ramen en luiken in deze scheidingsconstructie dienen zelfsluitend te zijn uitgevoerd.

Hoofdstuk 3. Ontvluchten

Artikel 3.1
  • 1.

    Een bestaand bouwwerk is zodanig dat bij brand op een veilige wijze uit het bouwwerk kan worden gevlucht.

  • 2.

    Voor zover voor een gebruiksfunctie in tabel 2.2 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

 

Tabel 3.1

Gebruiksfunctie

Leden van toepassing

 

Rookvrije vluchtroutes rookcompartiment

Rookvrije vluchtroutes Subbrandcompartiment

Eén brand- en rookvrije vluchtroute

Status trappenhuis

Onafhankelijke rookvrije vluchtroute

Maximale loopafstand vluchttrappenhuis / rookcompartiment

Maximale loopafstand vluchttrappenhuis / subbrandcompartiment

Inrichting vluchtroutes

Opvang- en doorstroomcapaciteit

Ganglengte

artikel

3.2

3.3

3.4

3.5

3.6

3.7

3.8

3.9

3.10

3.11

Lid

1

2

3

4

 

1

2

3

4

 

 

 

 

1

2

3

4

 

 

1.Bijeenkomstengebouw

a.kinderdagverblijven

b.andere bijeenkomstenfunctie

2.Celgebouwen

a.celfunctie in cellengebouw

b.ander gedeelte

3.Gezondheidszorggebouwen

4.Logiesgebouwen

5.kantoorgebouwen

6.Onderwijsgebouwen

7.Winkelgebouwen

8.Sportgebouwen

9.Industriegebouwen

10.Woongebouwen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1

2

-

-

-

1

2

-

4

*

*

*

-

 

 

3

4

4

4

4

4

4

4

4

4

4

4

4

 

 

1

2

3

-

-

1

2

-

4

*

*

*

-

 

 

3

 

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1

2

-

-

-

1

2

-

4

*

*

*

-

1

 

3

*

-

1

2

3

-

-

1

2

-

4

*

*

*

-

1

 

3

*

 

1

2

-

-

-

1

2

-

4

*

*

*

-

1

 

3

*

 

1

2

-

-

-

1

2

-

4

*

*

*

-

1

 

3

*

 

1

2

3

-

-

1

2

-

4

*

*

*

-

1

 

3

*

 

1

2

-

-

-

1

2

-

4

*

*

*

--

1

 

3

*

 

1

2

3

-

-

1

2

-

4

*

*

*

 

1

 

3

*

 

1

2

3

-

-

1

2

-

4

*

*

*

-

1

 

3

*

 

1

2

3

-

-

1

2

-

4

*

*

*

-

1

 

3

*

 

1

2

-

4

*

-

-

3

4

 

*

-

*

1

2

3

*

*

Gebruiksfunctie

Grenswaarden

 

Rookvrije vluchtroutes

rookcompartiment

Één brand- en rookvrije

vluchtroute

Één brand- en rookvrije

vluchtroute

Artikel

3.2

3.4

3.4

 

[m2]

[m]

[m2]

Bezettingsgraad klasse

B1

B2

B3

B4

B5

B1

B2

B3

B4

B5

B1

B2

B3

B4

B5

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1.Bijeenkomstengebouw

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.kinderdagverblijven

-

-

-

-

-

30

30

30

n.t.

n.t

-

300

750

n.t.

n.t.

b.andere bijeenkomstenfunctie

30

75

188

n.t.

n.t.

30

30

30

n.t.

n.t.

120

300

750

n.t.

n.t.

2.Celgebouwen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.celfunctie in cellengebouw

-

-

-

-

-

30

30

30

n.t.

n.t.

120

300

750

1800

n.t

b.ander gedeelte

-

-

-

-

-

30

30

30

20

n.t.

120

300

750mn

Nt

n.t.

3.Gezondheidszorggebouwen

-

-

-

-

-

30

30

30

20

n.t.

120

300

750

1800

n.t.

4.Logiesgebouwen

-

-

-

-

-

20

20

20

20

n.t.

 

750

750

750

n.t.

5.kantoorgebouwen

30

75

188

450

n.t.

30

30

30

30

n.t.

120

300

750

1800

n.t.

6.Onderwijsgebouwen

-

-

-

-

-

15

15

15

n.t.

n.t.

120

300

750

nt

n.t.

7.Winkelgebouwen

30

75

188

450

1125

30

30

30

30

30

120

300

750

1800

4500

8.Sportgebouwen

30

75

188

450

1125

30

30

30

30

30

120

300

750

1800

4500

9.Industriegebouwen

30

75

188

450

1125

30

30

30

45

60

120

300

750

1800

4500

10.Woongebouwen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Artikel 3.2 Rookvrije vluchtroutes rookcompartiment

  • 1.

    Vanaf de uitgang van een rookcompartiment dient in 2 richtingen, die elk leiden naar een onafhankelijke rookvrije vluchtroute, naar de openbare weg te kunnen worden gevlucht. Er kan met één vluchtrichting worden volstaan indien vanuit 2 uitgangen van een rookcompartiment via onafhankelijke rookvrije vluchtroutes naar de openbare weg te kan worden gevlucht.

  • 2.

    Een rookcompartiment met ten hoogste 250 m² gebruiksoppervlakte, waarin geen verblijfsruimte ligt, mag over 1 rookvrije vluchtroute beschikken (rookcompartiment is geen verblijfsruimte).

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid mag vanuit een rookcompartiment via 1 rookvrije vluchtroute naar de openbare weg worden gevlucht. Het totaal oppervlak aan rook compartimenten, aangewezen op die ene rookvrije vluchtroute, mag de in tabel 3.1vervolg genoemde grenswaarde niet overschrijden.

  • 4.

    In afwijking van het eerste lid mag vanuit een technische ruimte via één rookvrije vluchtroute worden gevlucht, waarbij de afstand tussen de uitgang van het rookcompartiment tot het punt waarop in twee onafhankelijke richtingen kan worden gevlucht, maximaal 8 m. bedraagt.

Artikel 3.3 Rookvrije vluchtroutes subbrandcompartiment

Vanaf de uitgang van een subbrandcompartiment dient in 2 onafhankelijke richtingen (rookvrije vluchtroutes) naar de openbare weg te kunnen worden gevlucht. Hierop gelden de volgende uitzonderingen:

  • A.

    Vanuit twee uitgangen van een subbrandcompartiment dient via onafhankelijke rookvrije vluchtroutes naar de openbare weg te kunnen worden gevlucht.

  • B.

    De enige rookvrije vluchtroute (doodlopend eind) mag niet langs een ander subbrandcompartiment voeren. Subbrandcompartimenten mogen niet rechtstreeks op een vluchttrappenhuis uitkomen.

  • C.

    Op de enige rookvrije vluchtroute (doodlopend eind) mogen slechts twee subbrandcompartimenten uitkomen, waarvan de uitgangen recht tegenover elkaar liggen. De rookvrije vluchtroute mag niet langs beweegbare ramen of luiken voeren. Subbrandcompartimenten mogen niet rechtstreeks op een vluchttrappenhuis uitkomen.

  • D.

    De totale gebruikoppervlak van de woonfuncties die zijn aangewezen op dat trappenhuis niet groter dan 800 m2, geen vloer van een verblijfsgebied van die woonfuncties hoger ligt dan 12,5 meter boven het meetniveau en geen van de woonfuncties een gebruikoppervlak heeft van meer dan 150 m2.

  • E.

    Op het trappenhuis niet meer dan zes woonfuncties zijn aangewezen waarvan geen vloer van een verblijfsgebied hoger ligt dan 6 meter boven het meetniveau of,

  • F.

    Het trappenhuis een veiligheidstrappenhuis is.

Artikel 3.4 Eén brand- en rookvrije vluchtroute

  • 1.

    Vanuit een brandcompartiment mag via 1 brand- en rookvrije vluchtroute naar de openbare weg worden gevlucht, waarbij de afstand tussen de uitgang van het rookcompartiment tot het punt waarop in 2 onafhankelijke richtingen kan worden gevlucht, niet meer mag bedragen dan de in tabel 3.1 genoemde grenswaarde.

  • 2.

    Het totaal oppervlak aan brandcompartimenten, aangewezen op die ene brand- en rookvrije vluchtroute, mag niet meer bedragen dan de in tabel 3.1 genoemde grenswaarde.

  • 3.

    Vanuit een brandcompartiment mag via 1 brand- en rookvrije vluchtroute naar de openbare weg worden gevlucht, indien de hoogste verblijfsvloer maximaal op 12,5 m. vanuit het meetniveau ligt.

  • 4.

    Vanuit een brandcompartiment mag via 1 brand- en rookvrije vluchtroute naar de openbare weg worden gevlucht, indien die brand- en rookvrije vluchtroute is uitgevoerd als veiligheidstrappenhuis. Dit veiligheidstrappenhuis mag per bouwlaag een permanente vuurbelasting bezitten van maximaal 3500 MJ.

Artikel 3.5 Status trappenhuis

De vluchttrappenhuizen welke een hoogte overbruggen van meer dan 8 m. dienen te zijn uitgevoerd als brand- en rookvrije vluchtroute met een WBDBO van tenminste 30 minuten.

Artikel 3.6 Onafhankelijkheid rookvrije vluchtroutes

De scheidingsconstructie tussen twee onafhankelijke rookvrije vluchtroutes dient een WBDBO te bezitten van tenminste 30 minuten. Deuren in deze scheidingsconstructie dienen zelfsluitend te zijn.

Artikel 3.7 Maximale loopafstand vluchttrappenhuis / rookcompartiment

De loopafstand tussen de toegang van een vluchttrappenhuis en de toegang tot een rookcompartiment mag maximaal 30 m. bedragen.

Artikel 3.8 Maximale loopafstand vluchttrappenhuis / subbrandcompartiment

De loopafstand tussen de toegang van een vluchttrappenhuis en de toegang van een subbrandcompartiment mag maximaal 45 m. bedragen.

Artikel 3.9 Inrichting vluchtroutes

  • 1.

    De uitgangsbreedte van deuren van het gebouw, rookcompartiment, verblijfsgebied of verblijfsruimte dient te voldoen aan de berekeningsmethode P = U x 0,9 waarbij wordt uitgegaan van een voor dat pand realistische bezetting. (P is het maximaal toelaatbare aantal personen en U is de netto breedte van de aanwezige en beschikbare nooduitgang(en) in centimeter(s)).

  • 2.

    Deuren die op een vluchttrappenhuis uitkomen mogen niet tegen de vluchtrichting in draaien.

  • 3.

    Een vluchtmogelijkheid moet, opdat snel en veilig kan worden gevlucht, een vrije doorgang hebben met een breedte van tenminste 0,6m en een hoogte van tenminste 2,0m; afmetingen van een trap, die een functie heeft bij het vluchten, moet tenminste voldoen aan de volgende eisen:

    Minimum vrije breedte van een trap: 0,8m

    Minimum vrije hoogte boven een trap: 2.1m

    Minimum aantrede ter plaatse van de klimlijn gemeten loodrecht op de voorkant van de trede: 0,21m

    Maximum afmeting van de optrede: 0,21m

    Minimum afstand van de klimlijn tot de zijkanten van de trap: 0,3m

    Maximum hoogte van de trap: 4,0m

  • 4.

    Een trap moet ter plaatse van de bovenste trede over de ten minste vereiste breedte aansluiten op een vrije vloer oppervlak van 0,8 meter x 0,8 meter.

Artikel 3.10 Opvang- en doorstroomcapaciteit

Een trap waarover een brand- en rookvrije vluchtroute of rookvrije vluchtroute voert dient een overeenkomstig ministeriële regeling aangegeven opvang- en doorstroomcapaciteit te bezitten.

Artikel 3.11 Ganglengte

De loopafstand tussen twee toegangen van een besloten horizontale rookvrije vluchtroute mag maximaal 30 m. bedragen.

Hoofdstuk 4. Constructies

Artikel 4.1
  • 1.

    Een bestaand bouwwerk heeft een bouwconstructie die zodanig is dat het bouwwerk bij brand gedurende redelijke tijd kan worden verlaten en doorzocht, zonder dat er gevaar voor instorting is.

  • 2.

    Voor zover voor een gebruiksfunctie in tabel 4.1 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

 

Tabel 4.1

Artikel 4.2 Rookvrije vluchtroutes

De vloeren en trappen waarover een brand- en rookvrije vluchtroute of rookvrije vluchtroute voert dienen een brandwerendheid op bezwijken te bezitten van tenminste 20 minuten.

Artikel 4.3 Hoofddraagconstructie

De hoofddraagconstructie dient een brandwerendheid op bezwijken te bezitten van 30 resp. 60 minuten indien de hoogste verblijfsvloer hoger is gelegen dan 5 resp. 13 m.

Hoofdstuk 5. Materialen

Artikel 5.1
  • 1.

    Een bestaand bouwwerk is zodanig dat het ontstaan van een brandgevaarlijke situatie voldoende wordt beperkt, een brand zich niet snel kan ontwikkelen en het ontwikkelen van rook voldoende wordt beperkt.

  • 2.

    Voor zover voor een gebruiksfunctie in tabel 5.1 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

 

Tabel 5.1

Gebruiksfunctie

Leden van toepassing

 

Stookplaats

Brandvoorplanting ieder constructieonderdeel

Brandvoorplanting 9brand- en) rookvrije vluchtroute

Brandvoorplanting vloeren en tredenvlakken

Brandvoorplanting vloeren en tredenvlakken brand- en rookvrije vluchtroute

Rookdichtheid ieder constructieonderdeel

Rookdichtheid 9brand- en) rookvrije vluchtroute

Artikel

5.2

5.3

5.4

5.5

5.6

5.7

5.8

lid

 

 

1

2

 

 

 

1

2

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1.Bijeenkomstengebouw

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.kinderdagverblijven

*

*

-

2

*

*

*

1

-

b.andere bijeenkomstenfunctie

*

*

-

2

*

*

*

-

2

2.Celgebouwen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.celfunctie in cellengebouw

*

*

1

-

*

*

*

1

-

b.ander gedeelte

*

*

1

-

*

*

*

-

2

3.Gezondheidszorggebouwen

*

*

-

2

*

*

*

1

-

4.Logiesgebouwen

*

*

-

2

*

*

*

1

-

5.kantoorgebouwen

*

*

-

2

*

*

*

-

2

6.Onderwijsgebouwen

*

*

-

2

*

*

*

-

2

7.Winkelgebouwen

*

*

-

2

*

*

*

-

2

8.Sportgebouwen

*

*

-

2

*

*

*

-

2

9.Industriegebouwen

*

*

-

2

*

*

*

-

2

10.Woongebouwen

*

*

-

2

*

*

*

1

-

Artikel 5.2 Stookplaats

Materialen ter plaatse of in de nabijheid van de stookplaats dienen onbrandbaar te zijn. De voorziening voor de afvoer van rook dient luchtdicht en onbrandbaar te zijn. De afstand van de uitmonding tot een naastgelegen brandgevaarlijk dak dient minimaal 15 m. te zijn.

Artikel 5.3 Brandvoortplanting ieder constructieonderdeel

Ieder constructieonderdeel (m.u.v. vloer, tredevlak en dak) dient ten minste te voldoen aan klasse 4 (NEN 6065) van de bijdrage tot brandvoortplanting. 5% van de constructieonderdelen (zoals stopcontacten en plinten) hoeven niet te voldoen aan dit artikel.

Artikel 5.4 Brandvoortplanting (brand- en) rookvrije vluchtroute

  • 1.

    Ieder constructieonderdeel (m.u.v. vloer, tredevlak en dak) waarlangs een rookvrije vluchtroute voert (binnenzijde) dient tenminste te voldoen aan klasse 1(NEN 6065) van de bijdrage tot brandvoortplanting. 5% van de constructieonderdelen (zoals stopcontacten en plinten) hoeven niet te voldoen aan dit artikel.

  • 2.

    Ieder constructieonderdeel (m.u.v. vloer, tredevlak en dak) waarlangs een brand- en rookvrije vluchtroute voert dient tenminste te voldoen aan klasse 2 (NEN 6065) van de bijdrage tot brandvoortplanting. 5% van de constructieonderdelen (zoals stopcontacten en plinten) hoeven niet te voldoen aan dit artikel.

Artikel 5.5 Brandvoortplanting vloeren en tredevlakken

De vloeren en tredevlakken dienen tenminste te voldoen aan klasse T3 (NEN 1775) van de bijdrage tot brandvoortplanting. 5% van deze oppervlakken hoeven niet te voldoen aan dit artikel.

Artikel 5.6 Brandvoortplanting vloeren en tredevlakken brand- en rookvrije vluchtroute

De vloeren en tredevlakken waarover een brand- en rookvrije vluchtroute voert dienen tenminste te voldoen aan klasse T1 (NEN1775) van de bijdrage tot brandvoortplanting. 5% van deze oppervlakken hoeven niet te voldoen aan dit artikel.

Artikel 5.7 Rookdichtheid ieder constructieonderdeel

Ieder constructieonderdeel binnen het gebouw dient tenminste te voldoen aan een rookdichtheid van 10 m -1 (NEN 6066). 5% van deze constructieonderdelen hoeven niet te voldoen aan dit artikel.

Artikel 5.8 Rookdichtheid (brand- en) rookvrije vluchtroute

  • 1.

    Ieder constructieonderdeel waarlangs een rookvrije vluchtroute voert dient tenminste te voldoen aan een rookdichtheid van 5,4 m -1 (NEN 6066). 5% van deze constructieonderdelen hoeven niet te voldoen aan dit artikel.

  • 2.

    Ieder constructieonderdeel waarlangs een brand- en rookvrije vluchtroute voert dient tenminste te voldoen aan een rookdichtheid van 5,4 m –1 (NEN 6066). 5% van deze constructieonderdelen hoeven niet te voldoen aan dit artikel

Hoofdstuk 6. Voorzieningen

Artikel 6.1
  • 1.

    Een bestaand bouwwerk heeft een voorziening voor noodverlichting.

  • 2.

    Voor zover voor een gebruiksfunctie in tabel 6.1 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

 

Tabel 6.1

Gebruiksfunctie

Leden van toepassing

grenswaarden

 

noodverlichting

Droge blusleiding

Brandslanghaspels

Brandweerlift

Noodverlichting

Brandslanghaspels

artikel

6.2

6.3

6.4

6.5

6.2

6.4

lid

1

2

3

1

2

1

2

3

 

B1

B2

B3

B4

B5

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1.Bijeenkomstengebouw

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.kinderdagverblijven

1

2

3

1

2

1

-

3

*

60

150

375

nt

nt

500

b.andere bijeenkomstenfunctie

1

2

3

1

2

1

-

3

*

60

150

375

nt

nt

500

2.Celgebouwen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

a.celfunctie in cellengebouw

1

2

 

1

2

-

2

3

*

60

150

375

900

Nt

-

b.ander gedeelte

1

2

 

1

2

1

-

3

*

60

150

375

900

nt

500

3.Gezondheidszorggebouwen

1

2

3

1

2

-

2

3

*

60

150

375

900

nt

-

4.Logiesgebouwen

1

2

3

1

2

-

2

3

*

60

150

375

900

nt

-

5.kantoorgebouwen

1

2

3

1

2

1

-

3

*

60

150

375

900

nt

500

6.Onderwijsgebouwen

1

2

3

1

2

-

2

3

*

60

150

375

nt

nt

-

7.Winkelgebouwen

1

2

3

1

2

1

-

3

-

60

150

375

900

900

500

8.Sportgebouwen

1

2

-

1

2

1

-

3

-

60

150

375

900

900

500

9.Industriegebouwen

1

2

3

1

2

1

-

3

-

60

150

375

900

900

1000

10.Woongebouwen

-

 

3

1

2

-

2

3

*

-

-

-

-

--

-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Artikel 6.2 Noodverlichting

  • 1.

    Een gebruiksfunctie is voorzien van een verlichtingsinstallatie op noodstroom indien de in tabel 6.2 genoemde grenswaarde wordt overschreden.

  • 2.

    De gebruiksfunctie is voorzien van een verlichtingsinstallatie op noodstroom indien een rookvrije vluchtroute voert dor een besloten ruimte.

  • 3.

    Een liftkooi is aangesloten op een voorziening van noodstroom.

Artikel 6.3 Droge blusleiding

  • 1.

    Indien een verblijfsgebied hoger dan 20 m. boven het aansluitende terrein ligt, dient een zodanig aantal droge blusleidingen aanwezig te zijn, dat de afstand van een aansluiting van een droge blusleiding tot de toegang van een rookcompartiment maximaal 70 m. is.

  • 2.

    De inrichting van een droge blusleiding, als bedoeld in het vorige lid, voldoet aan NEN 1594 voor:

    • a.

      de drukbestendigheid,

    • b.

      de onbrandbaarheid van het materiaal van de leiding,

    • c.

      de soorten koppelingen voor de aansluiting van brandslangen,

    • d.

      de aanduiding van de brandslangaansluitingen en

    • e.

      de aanduiding van de voedingsaansluitingen.

Artikel 6.4 Brandslanghaspels

  • 1.

    Indien de gebruiksoppervlakte van het bouwwerk groter is dan de in tabel 6.2 aangegeven grenswaarden, dienen brandslanghaspels aanwezig te zijn, dat de loopafstand van een brandslanghaspel tot ieder punt in het gebouw maximaal de slanglengte vermeerderd met 5 m is.

  • 2.

    In een gebruiksfunctie, dienen brandslanghaspels aanwezig te zijn, dat de loopafstand van een brandslanghaspel tot ieder punt in het gebouw maximaal de slanglengte vermeerderd met 5 m is.

  • 3.

    Er dienen er een zodanig aantal brandslanghaspels aanwezig te zijn, dat de loopafstand van een brandslanghaspel tot ieder punt in het gebouw maximaal de slanglengte vermeerderd met 5 m is. De brandslanghaspel mag niet in het trappenhuis liggen, mag geen grotere lengte hebben dan 30 m. en bij gelijktijdig gebruik van twee brandslanghaspels is de druk minimaal 100 kPa en de capaciteit van 1, 3 m³/ h.

Artikel 6.5 Brandweerlift

Indien een verblijfsgebied hoger dan 20 m. boven het aansluitende terrein ligt, dient een brandweerlift aanwezig te zijn.

Hoofdstuk 7. Bijlage gebruik (Bouwverordening)

Artikel 7.1
  • 1.

    Een bestaand bouwwerk heeft een aantal voorzieningen met het oog op een brandveilig gebruik.

  • 2.

    Voor zover voor een gebruiksfunctie in tabel 7.1 voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften.

 

Tabel 7.1

Gebruiksfunctie

Leden van toepassing

grenswaarden

artikel

Minihaspels

Vluchtrouteaanduiding

Minihaspels

artikel

7.2

7.3

7.2

lid

 

1

2

 

1.Bijeenkomstengebouw

 

 

 

 

a.kinderdagverblijven

*

1

2

>250<500

b.andere bijeenkomstenfunctie

*

1

2

>250<500

2.Celgebouwen

 

1

2

 

a.celfunctie in cellengebouw

 

1

2

 

b.ander gedeelte

*

1

2

>250<500

3.Gezondheidszorggebouwen

*

1

2

 

4.Logiesgebouwen

 

1

2

 

5.kantoorgebouwen

*

1

2

>250<500

6.Onderwijsgebouwen

 

1

2

 

7.Winkelgebouwen

*

1

2

>250<500

8.Sportgebouwen

*

1

2

>250<500

9.Industriegebouwen

*

1

2

>250<500

10.Woongebouwen

-

1

2

 

Artikel 7.2 Minihaspels

In een gebruiksfunctie met een in tabel 7.1 genoemde oppervlakte, dient een zodanig aantal mini-brandslanghaspels aanwezig te zijn, dat de loopafstand van een brandslanghaspel tot ieder punt in het gebouw maximaal de slanglengte vermeerderd met 2,5 m. is.

Artikel 7.3 Vluchtrouteaanduiding

  • 1.

    Het gebouw dient in de toegankelijkheidsector te zijn voorzien van vluchtrouteaanduiding conform NEN 6088.

  • 2.

    Indien de ruimte moet zijn voorzien van een verlichting op noodstroom, dan moet de vluchtrouteaanduiding zijn uitgevoerd als transparantverlichting conform NEN 6088.

Bijlage 3:

Termijnstructuur 1

Gemeentelijk beleidsniveau Bijeenkomstengebouwen

1. Streefstructuur algemeen op basis van het beleidspakket

Eis

Termijn

Afwijkingen

Oplossingsinrichtingen

Sanctie-richtingen

Brandcompartimenten

Eis 1

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 2

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 3

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Rookcompartimenten

Eis 4

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Ontvluchten

Eis 5

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 6

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 7

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Constructies

Eis 8

12 maanden

Meer of minder dan 12 maanden, indien investering en uitvoering zeer groot of juist gering is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Materialen

Eis 9

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 10

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 11

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Voorzieningen

Eis 12

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Brandbeveiligingsinstallaties / Gebruikseisen

Eis 13

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 14

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 15

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 16

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Termijnstructuur 2

Gemeentelijk beleidsniveau Celgebouwen

1. Streefstructuur algemeen op basis van het beleidspakket

Eis

Termijn

Afwijkingen

Oplossingsinrichtingen

Sanctie-richtingen

Brandcompartimenten

Eis 1

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 2

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 3

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Rookcompartimenten

Eis 4

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Ontvluchten

Eis 5

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Constructies

Eis 6

12 maanden

Meer of minder dan 12 maanden, indien investering en uitvoering zeer groot of juist gering is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Materialen

Eis 7

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 8

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 9

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Voorzieningen

Eis 10

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Brandbeveiligingsinstallaties / Gebruikseisen

Eis 11

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 12

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 13

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Termijnstructuur 3

Gemeentelijk beleidsniveau Gezondheidszorggebouwen

1. Streefstructuur algemeen op basis van het beleidspakket

Eis

Termijn

Afwijkingen

Oplossingsinrichtingen

Sanctie-richtingen

Brandcompartimenten

Eis 1

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 2

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 3

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Rookcompartimenten

Eis 4

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Ontvluchten

Eis 5

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 6

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 7

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Constructies

Eis 8

12 maanden

Meer of minder dan 12 maanden, indien investering en uitvoering zeer groot of juist gering is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Materialen

Eis 9

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 10

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 11

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Voorzieningen

Eis 12

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Brandbeveiligingsinstallaties / Gebruikseisen

Eis 13

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 14

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 15

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 16

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Termijnstructuur 4

Gemeentelijk beleidsniveau Logiesgebouwen

1. Streefstructuur algemeen op basis van het beleidspakket

Eis

Termijn

Afwijkingen

Oplossingsinrichtingen

Sanctie-richtingen

Brandcompartimenten

Eis 1

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 2

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 3

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Rookcompartimenten

Eis 4

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Ontvluchten

Eis 5

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 6

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 7

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Constructies

Eis 8

12 maanden

Meer of minder dan 12 maanden, indien investering en uitvoering zeer groot of juist gering is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Materialen

Eis 9

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 10

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 11

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Voorzieningen

Eis 12

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Brandbeveiligingsinstallaties / Gebruikseisen

Eis 13

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 14

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 15

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Termijnstructuur 5

Gemeentelijk beleidsniveau Kantoorgebouwen

1. Streefstructuur algemeen op basis van het beleidspakket

Eis

Termijn

Afwijkingen

Oplossingsinrichtingen

Sanctie-richtingen

Brandcompartimenten

Eis 1

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 2

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Rookcompartimenten

Eis 3

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Ontvluchten

Eis 4

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 5

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 6

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Constructies

Eis 7

12 maanden

Meer of minder dan 12 maanden, indien investering en uitvoering zeer groot of juist gering is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Materialen

Eis 8

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 9

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 10

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Voorzieningen

Eis 11

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Brandbeveiligingsinstallaties / Gebruikseisen

Eis 12

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 13

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 14

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 15

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Termijnstructuur 6

Gemeentelijk beleidsniveau Onderwijsgebouwen

1. Streefstructuur algemeen op basis van het beleidspakket

Eis

Termijn

Afwijkingen

Oplossingsinrichtingen

Sanctie-richtingen

Brandcompartimenten

Eis 1

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 2

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Rookcompartimenten

Eis 3

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Ontvluchten

Eis 4

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 5

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 6

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Constructies

Eis 7

12 maanden

Meer of minder dan 12 maanden, indien investering en uitvoering zeer groot of juist gering is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Materialen

Eis 8

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 9

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 10

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Voorzieningen

Eis 11

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Brandbeveiligingsinstallaties / Gebruikseisen

Eis 12

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 13

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 14

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Termijnstructuur 7

Gemeentelijk beleidsniveau Winkelgebouwen

1. Streefstructuur algemeen op basis van het beleidspakket

Eis

Termijn

Afwijkingen

Oplossingsinrichtingen

Sanctie-richtingen

Brandcompartimenten

Eis 1

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 2

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Rookcompartimenten

Eis 3

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Ontvluchten

Eis 4

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 5

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 6

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Constructies

Eis 7

12 maanden

Meer of minder dan 12 maanden, indien investering en uitvoering zeer groot of juist gering is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Materialen

Eis 8

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 9

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 10

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Voorzieningen

Eis 11

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Brandbeveiligingsinstallaties / Gebruikseisen

Eis 12

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 13

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 14

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 15

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Termijnstructuur 8

Gemeentelijk beleidsniveau Sportgebouwen

1. Streefstructuur algemeen op basis van het beleidspakket

Eis

Termijn

Afwijkingen

Oplossingsinrichtingen

Sanctie-richtingen

Brandcompartimenten

Eis 1

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 2

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Rookcompartimenten

Eis 3

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Ontvluchten

Eis 4

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 5

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 6

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Constructies

Eis 7

12 maanden

Meer of minder dan 12 maanden, indien investering en uitvoering zeer groot of juist gering is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Materialen

Eis 8

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 9

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 10

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Voorzieningen

Eis 11

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Brandbeveiligingsinstallaties / Gebruikseisen

Eis 12

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 13

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 14

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 15

 

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Termijnstructuur 9

Gemeentelijk beleidsniveau Industriegebouwen

1. Streefstructuur algemeen op basis van het beleidspakket

Eis

Termijn

Afwijkingen

Oplossingsinrichtingen

Sanctie-richtingen

Brandcompartimenten

Eis 1

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 2

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Rookcompartimenten

Eis 3

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Ontvluchten

Eis 4

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 5

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Eis 6

3 maanden

3 maanden, indien afwijking kleiner is dan 25 %

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Constructies

Eis 7

12 maanden

Meer of minder dan 12 maanden, indien investering en uitvoering zeer groot of juist gering is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Materialen

Eis 8

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 9

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 10

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Voorzieningen

Eis 11

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Brandbeveiligingsinstallaties / Gebruikseisen

Eis 12

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 13

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 14

6 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 15

6 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 16

6 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 17

6 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Termijnstructuur 10

Gemeentelijk beleidsniveau Woongebouwen

1. Streefstructuur algemeen op basis van het beleidspakket

Eis

Termijn

Afwijkingen

Oplossingsinrichtingen

Sanctie-richtingen

Brandcompartimenten

Eis 1

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 2

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 3

6 maanden

12 maanden indien investering uitvoerig, ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Rookcompartimenten

Eis 4

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Ontvluchten

Eis 5

3 maanden

Direct, indien situatie onder BB niveau zit

Voorzieningen aanbrengen of tijdelijk buiten gebruik

Sluiting

Constructies

Eis 7

12 maanden

Meer of minder dan 12 maanden, indien investering en uitvoering zeer groot of juist gering is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Materialen

Eis 79

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 8

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Eis 9

6 maanden

3 maanden als er sprake is van een brandgevaarlijke situatie

Voorziening aanbrengen of materiaal verwijderen

Dwangsom

Voorzieningen

Eis 10

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Brandbeveiligingsinstallaties / Gebruikseisen

Eis 11

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 12

6 maanden

9 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 13

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom

Eis 14

3 maanden

6 maanden, indien investering en uitvoering ingrijpend is

Voorziening aanbrengen

Dwangsom