Organisatie | Rijssen-Holten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2016 |
Citeertitel | Verordening Reclamebelasting Rijssen-Holten 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, artikel 227
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 01-01-2017 | Vervangt de Verordening Reclamebelasting 2015 | 17-12-2015 Overheid.nl (via GVOP), 24 december 2015 | 2015 - 0079 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
waarde: de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet WOZ voor het kalenderjaar, als bedoeld in artikel 8, voor de onroerende zaak vastgestelde waarde. Indien met betrekking tot een onroerende zaak geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet WOZ is vastgesteld, is de waarde de met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet WOZ vastgestelde waarde;
Deze verordening is van toepassing binnen de aangewezen (deel)gebieden van de gemeente Rijssen-Holten zoals aangegeven op de bij deze verordening en daarvan deel uitmakende .kaarten. Deelgebied 1 betreft het afgebakende gebied van Rijssen, zoals aangeduid op bijlage 1. Deelgebied 2 betreft het afgebakende gebied van Holten, zoals aangeduid op bijlage 2.
Onder de naam ‘reclamebelasting’ wordt, met inachtneming van het gestelde bij of krachtens deze verordening binnen de aangewezen gebieden als bedoeld in artikel 2, een directe belasting geheven ter zake van openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg.
De reclamebelasting wordt geheven van de gebruiker van de vestiging waarop, waaraan, waarin of waarbij 1 of meer reclameobjecten zijn aangebracht dan wel zijn geplaatst.
De reclamebelasting wordt geheven per vestiging waarop, waaraan, waarin of waarbij 1 of meer reclameobjecten zijn aangebracht dan wel zijn geplaatst.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de reclamebelasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclamebelasting als er in dat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, wordt de aanslag op verzoek van belastingplichtige verminderd met zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclamebelasting als er in dat jaar, na het tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
De reclamebelasting wordt niet geheven voor openbare aankondigingen:
die korter dan 13 weken aanwezig zijn, tenzij deze openbare aankondigingen zijn aangebracht, getoond of vertoond in een voorziening waarin, waaraan of waarop wisselende openbare aankondigingen worden aangebracht, getoond of vertoond, die individueel korter dan 13 weken aanwezig zijn, maar waarbij de verschillende openbare aankondigingen gezamenlijk 13 weken of meer aanwezig zijn.
Artikel 14 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en invordering van de reclamebelasting.
De ‘Verordening Reclamebelasting 2015’ van 18 december 2014 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 16, lid 2, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
besluit genomen in de openbare vergadering van de raad van Rijssen-Holten op 17 december 2015
drs. H.A.J. van de Vliert, A.C. Hofland,
griffier, voorzitter