Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
De Wolden

Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDe Wolden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBesluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2015
CiteertitelBesluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2015
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Externe bijlageBijlage I, Kostprijs maatwerkvoorzieningen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Overgangsrecht artikel 7 lid 2 t/m 4:

2. Aanvragen die zijn ingediend onder het Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2012 en waarop nog niet is beslist bij het in werking treden van dit besluit, worden afgehandeld krachtens het Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2012.

3. Voorzieningen in de vorm van een financiële tegemoetkoming op jaar- of declaratiebasis die toegekend zijn met toepassing van het Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden  2012 of een eerder besluit lopen door tot einde van de indicatie.

4. Bij indicaties voor individuele begeleiding, begeleiding groep, respijtzorg en vervoer van en naar dagbesteding in het kader van de overgangsregeling Wmo 2015 gaan de tarieven zoals genoemd in het tweede lid van artkel twee onder d, e, f, g en h op 1 januari 2016 in.

5. In afwijking van artikel 4 lid 1, 2 en 3 gelden voor budgethouders die onder het wettelijk overgangsrecht vallen de bestedingsvoorwaarden zoals die onder de AWBZ golden.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-12-201501-01-2018Nieuwe regeling

17-11-2015

Onbekend

1950

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2015

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente De Wolden;

gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2015;

 

dat de raad in de hiervoor genoemde verordening heeft bepaald dat het college ter uitwerking van die verordening nadere regels dient te stellen in een gemeentelijk Besluit maatschappelijke ondersteuning;

 

besluit vast te stellen het Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2015

Artikel 1 Begripsbepaling

  • a.

    Verordening: de Verordening maatschappelijke ondersteuning 2015;

  • b.

    Pgb: persoonsgebonden budget;

  • c.

    Dienst: maatwerkvoorziening in de vorm van een dienst zoals thuishulp, begeleiding of respijtzorg;

  • d.

    Overige voorziening: een maatwerkwerkvoorziening die geen dienst is zoals hulpmiddelen, woningaanpassingen, rolstoelen of vervoersmiddelen;

  • e.

    Budgethouder: een persoon met een beperking, een chronisch psychisch probleem en/of een psychosociaal probleem die behoefte heeft aan compensatie ten behoeve van het bevorderen van zijn deelname aan het maatschappelijk verkeer en het zelfstandig functioneren, die voor zichzelf of, met behulp van een machtiging, door een ander een aanmelding of een aanvraag doet of laat doen;

  • f.

    Professionele organisatie: een organisatie die ingeschreven staat bij de kamer van koophandel als thuiszorg- of schoonmaakbedrijf en waarbij de zorgverlener daadwerkelijk in dienst is; er is dus geen sprake van een ZZP, alpha-hulp of vergelijkbare constructie.

Artikel 2 Hoogte pgb

  • 1.

    De hoogte van een pgb:

    • a.

      wordt, als het gaat om begeleiding, respijtzorg of thuishulp in combinatie met begeleiding en/of respijtzorg, bepaald aan de hand van een door de cliënt opgesteld budgetplan over hoe hij het pgb gaat besteden;

    • b.

      is toereikend om veilige, doeltreffende en kwalitatief goede diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen die tot de maatwerkvoorziening behoren, van derden te betrekken, en wordt indien nodig aangevuld met een vergoeding voor onderhoud en verzekering, en

    • c.

      bedraagt niet meer dan de kostprijs van de in de betreffende situatie goedkoopst adequate voorziening in natura.

     

  • 2.

    De hoogte van een pgb voor:

    • a.

      een hulpmiddel of woningaanpassing wordt bepaald op ten hoogste de kostprijs van de voorziening die de aanvrager op dat moment zou hebben ontvangen als de zaak in natura zou zijn verstrekt. Als de naturaverstrekking een tweedehands voorziening betreft, wordt de kostprijs daarop gebaseerd, met een looptijd gelijk aan de verkorte termijn waarop de zaak technisch is afgeschreven, rekening houdend met onderhoud en verzekering. Als de naturaverstrekking een nieuwe voorziening betreft, wordt de kostprijs daarop gebaseerd, rekening houdend met een eventueel door de gemeente te ontvangen korting en rekening houdend met onderhoud en verzekering;

    • b.

      hulp bij het voeren van een gestructureerd huishouden door een particuliere hulp bedraagt per uur:

    • 1°. voor hulp bij het huishouden 1 of thuishulp basis € 13,45 per uur;

    • 2°. voor hulp bij het huishouden 2, thuishulp plus of thuishulp extra € 19,15 per uur.

    • c.

      hulp bij het voeren van een gestructureerd huishouden door een professionele organisatie wordt per uur bepaald op basis van het laagste tarief per uur voor huishoudelijke hulp in natura door een daartoe bij een door de gemeente gecontracteerde instelling en bedraagt:

    • 1°. voor hulp bij het huishouden 1 of thuishulp basis € 19,28 per uur;

    • 2°. voor hulp bij het huishouden 2 of thuishulp plus € 22,13 per uur;

    • 3°. voor thuishulp extra € 27,50 per uur.

    • d.

      individuele begeleiding door een niet daartoe opgeleid persoon die mantelzorger is of afkomstig is uit het sociale netwerk van de cliënt bedraagt maximaal € 17,00 per uur.

    • e.

      individuele begeleiding door een daartoe opgeleid persoon bedraagt maximaal € 30,46 per uur.

    • f.

      begeleiding groep of dagbesteding bedraagt maximaal € 37,66 per dagdeel.

    • g.

      kortdurend verblijf- en respijtzorg bedraagt maximaal € 85,85 per 24 uur;

    • h.

      vervoer van en naar de dagbesteding bedraagt:

    • 1°. voor vervoer € 6,16 per dag;

    • 2°. voor rolstoelvervoer € 16,32 per dag.

    • i.

      individuele taxikosten en individuele rolstoeltaxikosten wordt voor maximaal 2000 km toegekend en bedraagt:

    • 1°. voor taxikosten € 1,95 per kilometer;

    • 2°. voor rolstoelvervoer € 2,87 per kilometer.

    • j.

      een autoaanpassing wordt bepaald op basis van het programma van eisen voor de aanpassing en de laagste kostprijs voor een vergelijkbare aanpassing in natura gebaseerd op minstens twee goedgekeurde offertes voor de goedkoopst adequate autoaanpassingen;

    • k.

      verhuiskosten wordt bepaald op basis van:

    • 1°. de omvang van de verhuizing;

    • 2°. de keuze van de cliënt om al dan niet gebruik te maken van een erkende verhuizer, en

    • 3°. de laagste kostprijs van een verhuizing in natura opgenomen in het door de gemeente gesloten contract met een verhuizer;

    • l.

      woningsanering bedraagt:

    • 1°. Voor de hoogte van de vergoeding voor de kosten van vloerbedekking, overgordijnen, vloertegels (antislip) en wandtegels wordt uitgegaan van de meest actuele bedragen zoals die door het Nibud worden gehanteerd;

    • 2. De volgende afschrijvingstabel wordt gehanteerd:

    • - 100% van de maximale vergoeding als huidige stoffering niet ouder is dan één jaar;

    • - 75% van de maximale vergoeding als huidige stoffering tussen één en drie jaar oud is;

    • - 50% van de maximale vergoeding als huidige stoffering tussen drie en vijf jaar oud is;

    • - 25% van de maximale vergoeding als huidige stoffering tussen vijf en zeven jaar oud is.

    • Geen vergoeding als huidige is dan zeven jaar.ering ouder

    • m.

      aanschaf en onderhoud van een sportrolstoel wordt bepaald op basis van het laagste tarief voor een sportrolstoel in natura gebaseerd op minstens twee goedgekeurde offertes voor een goedkoopst adequate voorziening, rekening houdend met alternatieve financieringsmogelijkheden door of namens cliënt zoals fondswerving;

Artikel 3 Bijdrage in de kosten van maatwerkvoorzieningen of pgb's

  • 1.

    De bedragen per vier weken, de inkomensbedragen en de percentages die gelden voor de berekening van de bijdrage in de kosten zijn gelijk aan die genoemd in artikel 3.8, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.

  • 2.

    De bijdrage in de kosten kan nooit meer bedragen dan de kostprijs van de voorziening.

  • 3.

    De berekenmethode voor de kostprijs van de verschillende soorten voorzieningen zijn beschreven in bijlage I.

  • 4.

    De bijdrage wordt opgelegd en geïnd door het CAK.

  • 5.

    In afwijking van lid 1, 2, 3 en 4 wordt de bijdrage voor het collectief vervoer jaarlijks vastgesteld door de gezamenlijke opdrachtgevers in vervoersovereenkomst in het kader van de gezamenlijke aanbesteding van kleinschalig openbaar vervoer en doelgroepenvervoer in Zuidwest-Drenthe. De hoogte van de bijdrage per rit wordt vastgesteld en geïnd door de vervoerder.

Artikel 4 Verantwoording PGB voor diensten

  • 1.

    Het PGB wordt beheerd door de SVB. De budgethouder dient zich te houden aan de regels die de SVB stelt.

  • 2.

    Uit het PGB voor diensten mag wel betaald worden:

    • a.

      de maximale tarieven zoals die bepaald zijn in artikel 2 of een vast maandloon op basis van deze tarieven;

    • b.

      reiskosten hulpverlener op basis van woon-werkverkeer (max. € 0,19 per km);

    • c.

      vervanging hulpverlener bij ziekte/vakantie van hulpverlener;

    • d.

      feestdagenuitkering tot een maximum van € 272,- bruto (éer jaar.r p

  • 3.

    Uit het PGB voor diensten mag niet betaald worden:

    • a.

      bijdrage CAK;

    • b.

      fietsvergoeding;

    • c.

      bloemetje/cadeau hulpverlener bij ziekte of verjaardagen;

    • d.

      schoonmaakmiddelen;

    • e.

      loon aan mensen die gebruikelijke zorg leveren;

    • f.

      kkledingvergoeding hulpverlener;

    • g.

      uuurloon zorgverlener die gemaakt zijn voor/na de indicatieperiode;

    • h.

      bemiddelingskosten;

    • i.

      kosten voor belangbehartigers of tussenpersonen;

    • j.

      administratiekosten zoals kosten voor acceptgiro’s;

    • k.

      eenmalige uitkering;

    • l.

      verantwoordingsvrij bedrag zoals dat onder de AWBZ gehanteerd werd.

  • 4.

    Het college stelt vast of de budgethouder het PGB voor diensten aan de onder het tweede lid genoemde heeft besteed en vordert het niet daaraan besteedde budget geheel of gedeeltelijk terug.

Artikel 5 Verantwoording PGV voor overige voorzieningen

  • 1.

    Het PGB wordt beheerd door de SVB. De budgethouder dient zich te houden aan de regels die de SVB stelt.

  • 2.

    Een PGB voor voorzieningen mag wel worden besteed aan:

    • a.

      Een voorziening waarmee de in de beschikking gestelde doelen worden behaald.

    • b.

      De bij de voorziening passende onderhoud- en reparatiekosten

    • c.

      Wettelijk verplichte verzekerien.ng

  • 3.

    Uit een PGB voor voorzieningen mag niet worden betaald:

    • a.

      Bijdrage CAK

    • b.

      Andere zaken waardoor de gestelde doelen niet worden bealdaa

  • 4.

    Het college stelt vast of de budgethouder het PGB voor een voorziening aan de onder het tweede lid genoemde heeft besteed en vordert het niet daaraan besteedde budget geheel of gedeeltelijk terug.

Artikel 6 Terugbetaling waardestijging bij woningaanpassing

  • a.

    De waardestijging van een woning door toegekende woonvoorziening wordt bij verkoop van de woning bepaald door een dubbele taxatie door een onafhankelijke taxateur;

  • b.

    De kosten van de taxatie zijn voor het college;

  • c.

    De hoogte van de waardestijging wordt bepaald door het verschil tussen de waarde van de woning met de gerealiseerde woonvoorziening en de waarde van de woning als ware de woonvoorziening niet gerealiseerd.

Artikel 7 Intrekking oud besluit en overgangsrecht

  • 1.

    Het Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2012 wordt ingetrokken.

  • 2.

    Aanvragen die zijn ingediend onder het Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2012 en waarop nog niet is beslist bij het in werking treden van dit besluit, worden afgehandeld krachtens het Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2012.

  • 3.

    Voorzieningen in de vorm van een financiële tegemoetkoming op jaar- of declaratiebasis die toegekend zijn met toepassing van het Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden  2012 of een eerder besluit lopen door tot einde van de indicatie.

  • 4.

    Bij indicaties voor individuele begeleiding, begeleiding groep, respijtzorg en vervoer van en naar dagbesteding in het kader van de overgangsregeling Wmo 2015 gaan de tarieven zoals genoemd in het tweede lid van artkel twee onder d, e, f, g en h op 1 januari 2016 in.

  • 5.

    In afwijking van artikel 4 lid 1, 2 en 3 gelden voor budgethouders die onder het wettelijk overgangsrecht vallen de bestedingsvoorwaarden zoals die onder de AWBZ golden.

Artikel 8 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Dit besluit treedt in werking op 1 december 2015.

  • 2.

    Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit maatschappelijke ondersteuning De Wolden 2015.