Organisatie | Noord-Brabant |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent de subsidie voor het buurtfonds (Subsidieregeling buurtfonds Noord-Brabant) |
Citeertitel | Subsidieregeling buurtfonds Noord-Brabant |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2019 | 15-01-2020 | artikel 2.1, 2.4, 2.11, 3.9, 3.10 | 11-12-2018 | C22235772/4442664 | |
12-07-2018 | 01-01-2019 | artikel 3.9, 3.10 | 26-06-2018 | C2228452/0338096 | |
06-03-2018 | 12-07-2018 | artikel 1.4, 1.6, 1.7, 1.8, 1.9, 1.10, 1.15, 2.2, 2.4, 2.5, 2.6, 2.7, 2.9, 2.11, 2.15, 3.1, 3.2, 3.3, 3.4, 3.5, 3.6, 3.7, 3.8, 3.9, 3.10, 3.11, 3.12, 3.13, 3.14, 3.15, 3.16, paragraaf 3 | 27-03-2018 | 4318876 | |
02-03-2017 | 06-03-2018 | artikel 1.8, 1.9, 2.9, 2.10, 3.1, 3.2, 3.3, 3.4, 3.5, 3.6, 3.7, 3.8, 3.9, 3.10, 3.11, 3.12, 3.13, 3.14, 3.15 | 20-02-2017 | 4143953 | |
28-01-2017 | 31-12-2016 | 02-03-2017 | artikel 1.8, 2.9, 3.8 | 17-01-2017 | 4134964 |
27-05-2016 | 28-01-2017 | art. 2.10, 2.11, 3.4a, 3.6, 3.10 | 10-05-2016 | S0312423 | |
14-11-2015 | 27-05-2016 | nieuwe regeling | 10-11-2015 | S0305589 |
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 11 november 2014 de Subsidieregeling buurtcultuurfonds Noord-Brabant hebben vastgesteld, waarbij door het Prins Bernard Cultuurfonds in mandaat subsidie wordt verstrekt aan buurtcultuurprojecten, die de leefbaarheid in buurten versterken;
Overwegende dat met die regeling en met de uitvoering daarvan in mandaat door het Prins Bernard Cultuurfonds goede ervaringen zijn opgedaan en een reeks aansprekende voorbeeldprojecten mogelijk zijn gemaakt en dat dit heeft geleid tot het over de streep trekken van andere financiers en het Prins Bernard Cultuurfonds zelf om ook in buurtcultuur te investeren;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten de succesvolle aanpak bij de buurtcultuurprojecten ook wensen toe te passen op buurtprojecten gericht op waternatuur en het herbestemmen van kerken;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten van mening zijn dat het door middel van buurtparticipatie oppakken van natuur- en met name waterprojecten, zoals waterberging en infiltratie in de bebouwde omgeving, niet alleen positieve effecten heeft voor de klimaatbestendigheid, het waterbewustzijn, educatie en een duurzame leefomgeving, maar tevens de leefbaarheid van buurten versterkt;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 19 maart 2013 de Subsidieregeling cultureel erfgoed Noord-Brabant hebben vastgesteld, waarin onder andere subsidie wordt verstrekt voor de restauratie van her te bestemmen kerken;
Overwegende dat in het kader van die regeling aansprekende herbestemmingen voor kerken zijn gevonden en Gedeputeerde Staten die projecten nu willen koppelen aan buurtparticipatie, waarbij her te bestemmen kerken in woongebieden kansen bieden voor nieuwe culturele, welzijn- of zorgbestemmingen die de leefbaarheid van de buurt versterken;
Overwegende dat ook deze subsidieregeling door het Prins Bernard Cultuurfonds in mandaat zal worden uitgevoerd;
Artikel 1.7 Subsidiabele kosten
Voor de berekening van uurtarieven van interne loonkosten van de subsidieaanvrager past de subsidieaanvrager de berekeningssystematiek genoemd in artikel 2, eerste lid, onder c, van de Regeling uniforme kostenbegrippen en berekeningswijzen subsidies Noord-Brabant 2017 toe en hanteert daarbij het daarin genoemde uurtarief van € 50.
Artikel 1.12 Verplichtingen van de subsidieontvanger
De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:
Artikel 1.13 Prestatieverantwoording
Gedeputeerde Staten leggen in de beschikking tot subsidieverlening vast op welke wijze de subsidieontvanger desgevraagd aantoont dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.
Artikel 2.4 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op versterking van de waternatuur in buurten door:
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 2.4 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
Artikel 2.7 Subsidiabele kosten
Voor de berekening van uurtarieven van interne loonkosten van de subsidieaanvrager past de subsidieaanvrager de berekeningssystematiek genoemd in artikel 2, eerste lid, onder c, van de Regeling uniforme kostenbegrippen en berekeningswijzen subsidies Noord-Brabant 2017 toe en hanteert daarbij het daarin genoemde uurtarief van € 50.
Artikel 2.8 Niet subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 2.7 zijn structurele loonkosten van de subsidieaanvrager niet subsidiabel.
Artikel 2.13 Verplichtingen van de subsidieontvanger
De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:
Artikel 2.14 Prestatieverantwoording
Gedeputeerde Staten leggen in de beschikking tot subsidieverlening vast op welke wijze de subsidieontvanger desgevraagd aantoont dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan.
§ 3 Schoolpleinen van de toekomst
Subsidie op grond van deze paragraaf kan worden aangevraagd door verenigingen en stichtingen met een doelstelling op het gebied van onderwijs.
Artikel 3.4 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op het stimuleren van de realisering van gezonde, klimaatbestendige en groene schoolpleinen.
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 3.4 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
Artikel 3.7 Subsidiabele kosten
Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen alle kosten voor subsidie in aanmerking.
Artikel 3.8 Niet subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 3.7 komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:
Artikel 3.9 Vereisten subsidieaanvraag
Subsidieaanvragen worden ingediend van 10 april 2018 tot en met 13 december 2022.
Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor subsidies als bedoeld in artikel 3.4, voor de periode genoemd in artikel 3.9, vast op € 3.500.000.
De hoogte van de subsidie, bedoeld in artikel 3.4, bedraagt 70 % van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 14.000 per project.
Artikel 3.13 Verplichtingen van de subsidieontvanger
De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:
Artikel 3.14 Prestatieverantwoording
Bij subsidies tot € 25.000, toont de subsidieontvanger desgevraagd aan dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan door middel van de volgende bewijsstukken:
§ 4 Overgangs- en slotbepalingen
Gedeputeerde Staten zenden in 2017 en vervolgens telkens na twee jaar aan Provinciale Staten een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze regeling in de praktijk