Organisatie | Olst-Wijhe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van leges 2016 |
Citeertitel | Legesverordening 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt de Legesverordening 2015’ vastgesteld door de gemeenteraad op 10 november 2014 en gewijzigd op 15 december 2014, 16 december 2014, 19 januari 2015 en 28 april 2015
Leidraad invorderning gemeentelijke belastingen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-12-2015 | 01-01-2017 | Nieuwe regeling | 14-12-2015 | Raadsstuk 2015/59 |
De raad van de gemeente Olst-Wijhe;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 1 december 2015;
Gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h van 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet:
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2016 (Legesverordening 2016).
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2016
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Leges worden niet geheven voor:
diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.
De ‘Legesverordening 2015’ vastgesteld door de gemeenteraad op 10 november 2014, de ‘Verordening tot 1e wijziging van de Legesverordening 2015’ vastgesteld door de gemeenteraad op 15 december 2014, de ‘Verordening tot 2e wijziging van de Legesverordening 2015’ vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 16 december 2014, de ‘Verordening tot 3e wijziging van de Legesverordening 2015’ vastgesteld door de gemeenteraad op 19 januari 2015, de ‘Verordening tot 4e wijziging van de Legesverordening 2015’ vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 28 april 2015, worden ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.