HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen
Artikel 1.1. Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a)
Huishouden: alleenstaande, dan wel twee of meer personen die een
(duurzame) gemeenschappelijke huishouding voeren of willen gaan
voeren;
- b)
Huurtoeslaggrens: de jaarlijks door de rijksoverheid
vastgestelde maximum huurgrens, waaronder welke gesproken wordt
van sociale huurwoningen en huurder in aanmerking kan komen voor
huurtoeslag. Boven deze grens wordt gesproken van
geliberaliseerde of vrije sector woningen, waarbij de
verhuurders meer vrijheid hebben de huurprijs te bepalen. Per 1
januari 2015 ligt de huurtoeslaggrens op €710,68. Deze wordt
jaarlijks geïndexeerd.
- c)
Inwoning: bewoning van een woonruimte die onderdeel uitmaakt van
een woning die door een ander huishouden in gebruik is
genomen;
- d)
Maatschappelijke binding: binding als bedoeld in artikel 14,
derde lid onder b van de wet;
- e)
Mantelzorg: hulp als bedoeld in artikel 1.1.1 van de Wet
maatschappelijke ondersteuning 2015, zijnde hulp ten behoeve van
zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen, opvang,
jeugdhulp, het opvoeden en opgroeien van jeugdigen en zorg en
overige diensten als bedoeld in de Zorgverzekeringswet, die
rechtstreeks voortvloeit uit een tussen personen bestaande
sociale relatie en niet wordt verleend in het kader van een
hulpverlenend beroep;
- f)
Onzelfstandige woonruimte: woonruimte, niet zijnde woonruimte
bestemd voor inwoning, welke geen eigen toegang heeft en welke
niet door een huishouden kan worden bewoond, zonder dat dit
daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen buiten die
woonruimte;
- g)
Studentenwoonruimte: een zelfstandige woning bestemd voor
studentenhuisvesting waar op basis van een campuscontract
gehuurd kan worden;
- h)
Wet: Huisvestingwet 2014;
- i)
Woningcorporatie: toegelaten instelling als bedoeld in artikel
70 van de Woningwet die feitelijk werkzaam is in de gemeente Den
Helder;
- j)
Woningzoekende: huishouden dat in het door de woningcorporaties
bijgehouden woningregister is ingeschreven.
Artikel 1.2. Reikwijdte verordening
- 1.
Het bepaalde in deze verordening is uitsluitend van toepassing op
woonruimte met een huurprijs beneden de huurtoeslaggrens als bedoeld
in artikel 13, eerste lid, onder a, van de Wet op de huurtoeslag, en
die:
- a.
verhuurd wordt door een woningcorporatie;
- b.
verhuurd wordt door een ander en voor zover deze woonruimte
gelegen is binnen de gemeente Den Helder.
- 2.
In afwijking van het bepaalde in lid 1 is het bepaalde in deze
verordening niet van toepassing op:
- a.
onzelfstandige woonruimten
- b.
woonruimte bestemd voor inwoning;
- c.
door burgemeester en wethouders in overleg met de verhuurder
aan te wijzen vormen van een woon- of leefgemeenschap;
- d.
door woningcorporaties gelabelde woningen voor doelgroepen
(jongerenwoningen, aangepaste woningen, zorggeschikte
woningen, 55+ woningen, studentenwoningen), uitsluitend in
die gevallen waarin de woningzoekende aan wie urgentie is
verleend niet binnen de doelgroep van de betreffende
gelabelde woning valt.
HOOFDSTUK 2. Urgentieregeling
Artikel 2.1. Voorrang bij urgentie
- 1.
Voor de in artikel 1.2 onder het eerste lid aangewezen categorieën
woonruimte wordt bij de toewijzing van passende woonruimte voorrang
verleend aan woningzoekenden waarvoor de voorziening in de behoefte
aan woonruimte dringend noodzakelijk is.
- 2.
Voorrang kan worden verleend aan woningzoekenden, welke passen
binnen één van de onderstaande categorieën en mits zij voldoen aan
de bijbehorende criteria:
- a.
Medisch geïndiceerden. Dit zijn
woningzoekenden die in verband met medische omstandigheden
permanent ernstige hinder, belemmering of verslechtering
ondervinden in hun woonsituatie en een aangepaste woning
nodig hebben. Er kan alleen een beroep worden gedaan op deze
omstandigheid indien een verklaring wordt overgelegd van een
medisch specialist, aangevuld met een advies van een
deskundige verbonden aan een onafhankelijke instantie die is
gespecialiseerd in medische advisering. Aanvragen voor
urgentie voor deze categorie woningzoekenden lopen via de
sociale wijkteams van de gemeente Den Helder;
- b.
Sociaal geïndiceerden. Dit zijn
woningzoekenden die – buiten de eigen schuld- in een acute
noodsituatie verkeren vanwege sociale of psychische
omstandigheden en die dringend andere woonruimte nodig
hebben, maar deze niet zelfstandig via de gebruikelijke
wegen binnen een redelijke termijn kunnen vinden. Over
aanvragen voor urgentie voor deze categorie worden de
corporaties geadviseerd door het team Vangnet en Advies van
de GGD;
- c.
Herstructurering-geïndiceerden.
Dit zijn woningzoekenden die noodgedwongen hun bestaande
woonruimte moeten verlaten wegens sloop of ingrijpende
renovatie. De betreffende woningcorporatie voorziet zelf in
de herhuisvesting van deze categorie woningzoekenden.
Aanvragen voor deze categorie lopen buiten de gemeente
om;
- d.
Mantelzorg geïndiceerden. Dit
zijn woningzoekenden die intensieve mantelzorg als bedoeld
in artikel 1, eerste lid, onderdeel b, van de Wet
maatschappelijke ondersteuning verlenen of ontvangen.
Aanvragen voor urgentie voor deze categorie woningzoekenden
lopen via de sociale wijkteams van de gemeente Den Helder.
De wijkteams beoordelen of er sprake is van een situatie met
intensieve mantelzorg;
- e.
Statushouders. Dit zijn
woningzoekenden die na een asielaanvraag een legale status
hebben ontvangen waarmee zij zich in Nederland mogen
vestigen. Het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA)
meldt deze woningzoekenden bij de gemeente aan;
- f.
Woningzoekenden die verblijven in een
voorziening voor tijdelijke opvang van
personen (zoals Blijf van mijn
Lijf-huis), die in verband met problemen van relationele
aard of geweld hun woonruimte hebben verlaten. Aanvragen
voor urgentie voor deze categorie lopen via de instantie
waar een woningzoekende op dat moment tijdelijk verblijft.
Artikel 2.2. Aanvraag voorrang bij urgentie
- 1.
Een aanvraag tot het verlenen van voorrang bij urgentie is gericht
aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den
Helder.
- 2.
Een aanvraag tot het verlenen van voorrang bij urgentie wordt
ingediend bij de directie van Woningstichting Den Helder (postbus
90, 1780 AB Den Helder), die als centraal loket fungeert en aan wie
het nemen van een besluit op de aanvraag is gemandateerd.
- 3.
De aanvraag gaat vergezeld van de volgende gegevens:
- a.
naam, adres, woonplaats, leeftijd, nationaliteit en, indien
van toepassing, de verblijfstitel van de aanvrager;
- b.
samenstelling van het huishouden van de aanvrager, en
- c.
aanduiding van de urgentiecategorie, zoals bedoeld in
artikel 2.1 tweede lid, waartoe aanvrager meent te
behoren.
- 4.
Bij de beoordeling van een aanvraag tot het verlenen van voorrang
bij urgentie kan het college van burgemeester en wethouders zich
laten adviseren door een door hen aan te wijzen instantie.
- 5.
Tegen een beslissing op een aanvraag tot voorrang bij urgentie kan
beroep en bezwaar worden ingediend bij het college van burgemeester
en wethouders van de gemeente Den Helder.
- 6.
Het college van burgemeester en wethouders beslist binnen een
termijn van acht weken op ingediend beroep en bezwaar. Deze termijn
kan éénmaal met acht weken worden verlengd.
Artikel 2.3. Urgentiecriteria
Voor een aanvraag tot het verlenen van voorrang bij urgentie, zoals
bedoeld in artikel 2.3, komt in aanmerking de woningzoekende die:
- a.
18 jaar of ouder is en de Nederlandse nationaliteit bezit, dan
wel een geldige verblijfsstatus heeft;
- b.
de 12 maanden voorafgaand aan de datum van aanvraag geen verzoek
voor urgentie heeft gedaan;
- c.
in de 12 maanden voorafgaand aan de datum van aanvraag beschikt
of heeft beschikt over zelfstandige woonruimte;
- d.
buiten eigen schuld de huidige woonruimte moet verlaten;
- e.
aantoonbaar niet in staat is zelf binnen 6 maanden andere
passende woonruimte te vinden;
- f.
de huidige woonruimte niet geschikt (te maken) is om het
probleem binnen 6 maanden op te lossen terwijl dit wel
noodzakelijk is, en
- g.
minimaal 1 jaar ingeschreven staat in de Gemeentelijke
basisadministratie persoonsgegevens van de gemeente Den Helder
dan wel in het geval van mantelzorgverlening aantoonbaar
maatschappelijk gebonden is aan Den Helder.
Artikel 2.4. Werking van de urgentieverlening
- 1.
De in artikel 2.1. eerste lid bedoelde urgentie geldt voor een
termijn van 4 maanden ingaande op de dag volgend op de datum
waarop de beschikking tot het toekennen van urgentie is
verzonden.
- 2.
Het verlenen van urgentie als bedoeld in artikel 2.1. eerste lid
houdt in het verlenen van een extra inschrijfduur van maximaal 5
jaar die benut kan worden voor het verkrijgen van woonruimte in
bezit van elke in Den Helder werkzaam zijnde corporatie.
- 3.
Corporaties wijzen zoveel mogelijk passende woonruimte toe aan
woningzoekenden die voor urgentie in aanmerking komen.
- 4.
Onder passend toewijzen zoals bedoeld onder lid 3 van dit
artikel wordt verstaan een zelfstandige woonruimte met een
aantal kamers dat in verhouding staat tot de grootte van het
huishouden, waarbij het volgende van toepassing is:
- a)
huishouden van 1 persoon min. 1 kamer (studio)
- b)
huishouden van twee personen min. 1 slaapkamer
- c)
huishouden van drie personen min. 2 slaapkamers
- d)
huishouden van vier personen min. 2 slaapkamers
- e)
huishouden van 5 personen min. 3 slaapkamers
- f)
huishouden van tenminste 6 personen min. 4
slaapkamers
en waarvan de huurprijs in verhouding staat tot het verzamelinkomen van
degene aan wie urgentie is verleend zoals is vastgelegd in de
basishuurtabel op grond van de Wet op de huurtoeslag;
- 5.
Indien de woningzoekende aan wie urgentie is verleend niet
binnen de vastgestelde termijn van 4 maanden woonruimte heeft
gevonden, wordt binnen een tweede termijn van 4 maanden eenmalig
een passende woonruimte aangeboden. Deze laatstgenoemde termijn
kan worden verlengd met nogmaals een termijn van 4 maanden
indien geen passend aanbod beschikbaar is gekomen;
- 6.
Bij de passende woningaanbieding zoals bedoeld onder lid 3 van
dit artikel wordt geen rekening gehouden met specifieke
woonwensen zoals voorkeur voor wijk, straat en woningtype,
tenzij dit bij de beoordeling van het verzoek om voorrang bij
urgentie noodzakelijk wordt geacht.
Artikel 2.5. Intrekking en verval van de urgentieverklaring
- 1.
Een besluit tot het verlenen van voorrang bij urgentie kan worden
ingetrokken indien:
- a.
aan de vereisten voor het verkrijgen van een urgentie niet
meer wordt voldaan;
- b.
de urgentie is verstrekt op grond van gegevens waarvan de
houder van de urgentie wist of redelijkerwijs kon vermoeden
dat zij onjuist of onvolledig waren;
- c.
de houder van de urgentie daarom verzoekt.
- 2.
Een urgentieverlening vervalt automatisch indien de houder van de
urgentie na de urgentieverlening zelfstandige woonruimte voor
onbepaalde tijd in gebruik heeft genomen;
- 3.
De urgentieverlening vervalt indien:
- a.
de termijn waarvoor zij is verstrekt (maximaal 12 maanden)
is verstreken;
- b.
er binnen de eerste 4 maanden zoals bedoeld in artikel 2.4.
lid 1 van deze verordening door de woningzoekende een
passende woningaanbieding wordt geweigerd.
- c.
het woningaanbod, zoals bedoeld in artikel 2.4. lid 5 van
deze verordening, wordt geweigerd.
HOOFDSTUK 3 Slotbepalingen
Artikel 3.1. Overleg bij wijziging
Bij de voorbereiding van een besluit tot wijziging van deze verordening
plegen burgemeester en wethouders overleg overeenkomstig artikel 6 van
de wet.
Artikel 3.2. Vervallen oude verordening en overgangsrecht
- 1.
De Huisvestingsverordening Den Helder 2011 is op 1 juli 2015 van
rechtswege vervallen.
- 2.
Op bezwaarschriften tegen een besluit op grond van de
Huisvestingsverordening Den Helder 2011, wordt beslist met
inachtneming van die verordening.
Artikel 3.3. Inwerkingtreding en citeertitel
- 1.
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van haar
openbare bekendmaking.
- 2.
Deze verordening wordt aangehaald als: HUISVESTINGSVERORDENING
2015 GEMEENTE DEN HELDER.