Organisatie | Zoeterwoude |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening regelende de samenstelling en de werkwijze van de monumentencommissie |
Citeertitel | Verordening op de samenstelling en werkwijze van de monumentencommissie |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Tekstuele aanpassingen in artikel 6 van de verordening.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-03-2006 | nieuwe regeling | 02-03-2006 Voorschotense Courant, 22-03-2006 | MT/103-2006-a |
De raad der gemeente Zoeterwoude;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 14 april 1993 nr. kv/93-768a;
gelet op de bepalingen van de gemeentewet;
de Verordening op de monumentencommissie te wijzigen en vast te stellen de Verordening regelende de samenstelling en de werkwijze van de monumentencommissie en de toelichting daarop.
Hierin is opgenomen het besluit van de raad onder registernummer MT/103-2006-b van 2 maart 2006 waarin is vastgesteld de verordening tot eerste wijziging van de “Verordening op de Monumentencommissie”.
Het lid, dat tevens lid van de welstandscommissie is : wordt geacht benoemd of af getreden te zijn zodra zij of hij als lid van de welstandscommissie benoemd of afgetreden is.
De in artikel 1 lid 1 onder b. en c. genoemde leden treden na verloop van een periode van vier jaren af. Deze leden onmiddellijk hernoembaar. Tussentijds ontslag van de leden wordt door hen schriftelijk bij burgemeester en wethouders ingediend.
Een lid, dat ter vervulling van een – anders dan ten gevolge van een periodieke aftreding - opengevallen plaats wordt benoemd, treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens plaats zij of hij is benoemd, moest aftreden.
Het lidmaatschap van een in artikel 1, lid 1, onder b. en c. bedoeld lid vervalt bij het niet langer bekleden van de functie of hoedanigheid op grond waarvan de benoeming heeft plaatsgevonden.
De commissie beraadslaagt in het openbaar. Op voorstel van één der leden kan de commissie besluiten de vergadering achter gesloten deuren voort te zetten.
De monumentencommissie is bevoegd deskundigen te horen met dien verstande dat de monumentencommissie machtiging van burgemeester van burgemeester en wethouders behoeft indien aan het horen van deskundigen kosten voor de gemeente zijn verbonden.
Burgemeester en wethouders kunnen omtrent de inhoud van stukken, die aan de monumentencommissie worden overgelegd of ter inzage worden verstrekt, geheimhouding opleggen.
De commissie kan de secretaris bevoegd verklaren om de advisering omtrent aanvragen om een vergunning tot het wijzigen van een monument af te doen na overleg met de voorzitter van de commissie en - indien het een monument op de rijksmonumentenlijst betreft - met de vertegenwoordiger van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en de sector grondgebied. Van deze adviezen wordt een afschrift toegezonden aan de commissie.
De secretaris van de monumentencommissie draagt er zorg voor, dat van het verhandelde in een vergadering een kort verslag wordt gemaakt. Dit verslag dient te worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris. Het verslag van de vergaderingen van de commissie wordt toegezonden aan burgemeester en wethouders. De commissie doet jaarlijks voor 1 april aan burgemeester en wethouders verslag van de gedurende het afgelopen jaar verrichte werkzaamheden.
De leden van de monumentencommissie genieten voor hun werkzaamheden een nader door burgemeester en wethouders te bepalen vacatiegeld en vergoeding voor reis- en verblijfkosten.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 27 mei 1993.
De secretaris,
L.Kruithof
De voorzitter,
Ing. A.J.M. Houdijk
TOELICHTING OP DE VERORDENING REGELENDE DE SAMENSTELLING EN
WERKWIJZE VAN DE MONUMENTENCOMMISSIE
In de “Verordening op de monumentencommissie” zou de commissie werken naar de bepalingen van een door haar zelf te maken reglement, goedgekeurd door burgemeester en wethouders.
De commissie was er voor om de verordening en het reglement te integreren in één door de raad vast te stellen verordening zodat er voor de werkwijze van de commissie een zo groot mogelijk politiek draagvlak zou ontstaan.
Aan de hand van de verordeningen van de gemeente Brielle en Zoeterwoude is er een ''Verordening regelende de samenstelling en werkwijze van de monumentencommissie” opgesteld.
Burgemeester en wethouders, alsmede de commissie algemene zaken konden zich vinden in deze werkwijze, met dien verstande dat de nieuwe verordening gecompleteerd zou worden met een toelichting op de verordening.
De ''Verordening op de monumentencommissie” van 28 februari 1991 keert in de hieronder genoemde artikelen terug in de ''Verordening regelende de samenstelling en werkwijze van de monumentencommissie'.
Het oude artikel 8 keert niet terug in de nieuwe verordening. Dit artikel wordt vervangen door de bepalingen in dat artikel beoogd, die echter opgenomen zijn in de huidige Verordening.
De artikelen (vooral vanaf 6.2.b.) zijn voornamelijk ontleend aan een dergelijke verordening van de gemeente Brielle.
Dit artikel is oud artikel 2 van de “Verordening op de monumentencommissie” van 28 februari 1991.
Is oud artikel 7 . 1 en 7 . 2 .
De eerste zin is oud artikel 9 . De tweede zin is nieuw opgenomen.