Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Binnenmaas

Beleidsregels Verblijfsrecreatie Hoeksche Waard 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBinnenmaas
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Verblijfsrecreatie Hoeksche Waard 2015
CiteertitelBeleidsregels Verblijfsrecreatie Hoeksche Waard 2015
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpBeleidsregels Verblijfrecreatie Hoeksche Waard 2015

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

19-10-201501-01-2021Onbekend

09-07-2015

Gemeenteblad

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Verblijfsrecreatie Hoeksche Waard 2015

 

 

Inleiding

In 2006 en 2008 stelde de regio Hoeksche Waard respectievelijk de Visie Verblijfsrecreatie Hoeksche Waard en het Kampeerbeleid Hoeksche Waard vast. Beide beleidsdocumenten dienden vanaf dat moment als toetsingskader bij aanvragen voor ruimtelijke ontwikkelingen op het gebied van verblijfsrecreatie. Bepalingen uit deze beleidsstukken verwerkten gemeenten bij actualisatie in de bestemmingsplannen.

 

Om te bepalen of de beleidsdocumenten in de huidige tijd nog actueel zijn, of zij goed hanteerbaar zijn en of er knelpunten ontstaan bij het beoordelen van aanvragen, evalueerden de gemeenten in de Hoeksche Waard het beleid. Uit de evaluatie blijkt dat vrijwel iedere gemeente op enig moment is afgeweken van het Kampeerbeleid maar dat de Visie Verblijfsrecreatie Hoeksche Waard nog door iedere gemeente gedragen wordt.

 

Conclusie is daarom dat de Visie Verblijfsrecreatie Hoeksche Waard door elke gemeente ondersteund wordt maar het Kampeerbeleid niet altijd toegepast wordt of toepasbaar blijkt. Het Kampeerbeleid strookt op sommige punten niet met de Visie Verblijfsrecreatie Hoeksche Waard. In de visie willen de regiogemeenten verblijfsrecreatie stimuleren, maar in het Kampeerbeleid stelt zij eisen waardoor initiatiefnemers beperkt worden in hun mogelijkheden.

 

Verblijfsrecreatie in de Hoeksche Waard is in vergelijking met de regio Zuid-Holland Zuid ondervertegenwoordigd (VVV Zuid-Holland Zuid). Omdat de regio verblijfsrecreatie wil stimuleren en daarom initiatiefnemers wil binden aan de gemeenten/regio weken gemeenten vaak af van het Kampeerbeleid. Omdat dergelijke initiatieven vaak niet binnen de vigerende bestemmingsplannen zijn toegestaan, kozen gemeenten voor een buitenplanse afwijkingen pasten zij maatwerk toe. Voor binnenplanse wijzigingen of afwijkingen maakten gemeenten vaker gebruik van het Kampeerbeleid. Met name de definiëring en randvoorwaarden namen gemeenten veelvuldig over.

 

Het toepassen van buitenplanse afwijkingen is veelal maatwerk. Het vastleggen van algemene beleidsregels mist daarom zijn doel. Immers, ieder initiatief heeft zijn eigen specifieke kenmerken en dient als zodanig beoordeelt te worden. De Visie Verblijfsrecreatie Hoeksche Waard die door iedere gemeente gedragen wordt, vormt het uitgangspunt bij de afweging of deze buitenplanse afwijking kan worden toegepast.

 

Een uniform beleid voor binnenplanse wijzigingen of ontheffingen is echter wel wenselijk. Hiermee wordt een eenduidige basis in beleid vastgelegd op grond waarvan de gemeenten in de Hoeksche Waard initiatieven beoordelen. Hoewel wij de regeldruk voor initiatiefnemers willen verminderen, bleek het niet mogelijk om alle regels op te nemen in reeds bestaand beleid zoals de Algemene Plaatselijke Verordening (deze is gericht op openbare orde en veiligheid) en de vigerende bestemmingsplannen (deze hebben een geldigheidsduur van 10 jaar). Door de kaders vast te leggen in voorliggende beleidsregels hebben gemeenten een handvat om initiatieven te toetsen en te beoordelen of medewerking kan worden verleend aan een binnenplanse wijziging of afwijking. Overigens is voorliggend beleidsdocument geen uitbreiding van regels maar juist een bundeling/samenvatting van reeds bestaande regels.

 

Het doel van de regio Hoeksche Waard met voorliggend beleidsdocument is dan ook;

Het uniformeren van de toetsingskaders voor binnenplanse afwijkingen bij de beoordeling van initiatieven ten aanzien van verblijfsrecreatie binnen de regio Hoeksche Waard.

 

Door duidelijke kaders en meer vormen van verblijfsrecreatie mogelijk te maken, kan het toeristisch verblijf in de Hoeksche Waard gestimuleerd worden. Voor buitenplanse wijzigingen blijft de Visie Verblijfsrecreatie Hoeksche Waard het toetsingskader.

Leeswijzer

De beleidsnota omschrijft de accommodatievorm voor verblijfsrecreatie, overnachten buiten een verblijfsrecreatie en de implementatie van het beleid.

1 . Accommodatievormen van verblijfsrecreatie

Voorliggende beleidsnota geeft per type accommodatie weer welke regels en kaders van toepassing zijn. De basis hiervan ligt in de Visie Verblijfsrecreatie, de Algemene Plaatselijke Verordening, de Bouwverordening, het Besluit ruimtelijke ordening, Besluit omgevingsrecht en overige landelijke regelgeving. Omdat wetgeving aan wijzigingen onderhevig is, geldt bij de beoordeling van initiatieven altijd dat het de op dat moment vigerende wetgeving getoetst wordt.

 

Per accommodatie stelden de gemeenten een factsheet op waarmee initiatiefnemers en exploitanten in één oogopslag weten waar zij aan moeten voldoen. Dit zijn de regels en kaders vanuit gemeentelijk oogpunt. Zaken als inschrijving bij de Kamer van Koophandel, Belastingdienst, Arbo, de Voedsel- en warenautoriteit, etc. zijn in deze nota niet meegenomen. Hiervoor kunnen exploitanten en initiatiefnemers de landelijke site www.antwoordvoorbedrijven.nl raadplegen.

 

De Hoeksche Waard heeft de status van Nationaal Landschap. Deze door het Rijk toegekende status (maar thans onder verantwoording van de provincie Zuid-Holland) houdt in dat ruimtelijke ontwikkelingen op basis van een goede inpassing gerealiseerd kunnen worden met respect voor de kernkwaliteiten van het landschap. Dit houdt in dat wij de in de Structuurvisie Hoeksche Waard beschreven uitgangspunten in acht nemen;

  • ·

    Bestaande bedrijven kunnen uitbreiden mits goed ingepast en niet ten nadeel van de agrarische en de landschappelijke structuur. Dit zal in beginsel buiten de ecologisch en cultuurhistorisch kwetsbare gebieden moeten plaatsvinden zoals bijvoorbeeld de Natura2000-gebieden.

  • ·

    Nieuwe vestiging is mogelijk mits goed ingepast en niet ten nadeel van de agrarische en de landschappelijke structuur.

     

    1.1Algemene voorwaarden

    Voor het exploiteren van een verblijfsaccommodatie, in welke vorm dan ook, is een aantal algemene regels van toepassing. Deze regels zijn leidend en luiden als volgt:

    • 1.

      Op basis van het vigerende bestemmingsplan dan wel via een wijziging of afwijking van het bestemmingsplan, dient het gebruik als verblijfaccommodatie mogelijk te zijn of gemaakt te kunnen worden.

    • 2.

      Bij het verschaffen van een verblijf is een omgevingsvergunning voor brandveilig gebruik noodzakelijk. In het Besluit omgevingsrecht 2.2 of wel in de Bouwverordening, artikel 7.3.1 is vastgelegd vanaf hoeveel personen.

    • 3.

      Op basis van de APV kan een exploitatieovereenkomst noodzakelijk zijn.

    • 4.

      Ook verplicht de APV tot het hanteren van een nachtregister ten behoeve van het afdragen van toeristenbelasting.

    • 5.

      Tevens dient dit nachtregister bij de controle op daadwerkelijk toeristisch gebruik en geen permanente bewoning. Van permanente bewoning is sprake indien iemand binnen een tijdsbestek van 6 maanden 120 dagen een nachtverblijf heeft op hetzelfde adres, dit hoeft niet aaneengesloten te zijn. Het genoemde aantal maanden en dagen kan door jurisprudentie aangescherpt worden waarbij wij de meest recente jurisprudentie als leidend hanteren.

    • 6.

      Tot slot dient de ruimtelijke kwaliteit gewaarborgd te zijn. Dit door:

    • a)

      Het leveren van een bijdrage aan de gebiedskwaliteit in brede zin.

    • b)

      Het niet onevenredig afbreuk doen aan de nabijgelegen woningen, voorzieningen en terreinen. En geen nadelige gevolgen hebben voor de bedrijfsvoering van omliggende bedrijven (bijvoorbeeld door milieubeperkingen).

    • c)

      Parkeren van gasten (en hun gasten) dient zoveel mogelijk op eigen terrein mogelijk te zijn. De gemeente beoordeelt dit op basis van haar eigen parkeerbeleid en/of bestemmingsplan.

       

      1.2 Bed & Breakfast

    De term Bed & Breakfast (afgekort B&B) betekent letterlijk 'bed en ontbijt'. De Bed & Breakfast ontstond in Engeland waar al jaren een volledig gereguleerde B&B-sector is met bijbehorend classificatiesysteem. Hoewel de sector in Nederland nog niet te vergelijken is met die in Engelstalige landen, vindt er momenteel wel een inhaalslag plaats. Het aanbod is vooral het afgelopen decennium hard gegroeid.

     

    In voorliggend beleid wordt de volgende definitie gehanteerd;

    ‘Een bed & breakfast is een overnachtingaccommodatie gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch verblijf met het serveren van ontbijt. Een bed & breakfast is gevestigd in een woonhuis of bijhuis, wordt gerund door de eigenaren van het betreffende huis en heeft maximaal tien gasten.

     

    De onderstreepte termen zijn voor meerdere uitleg vatbaar. Voor alle duidelijkheid een nadere toelichting bij iedere term.

     

    Bed & Breakfast

    Een bed & breakfast is een algemene term voor een particuliere woning waarvan de eigenaar één of meer gastenkamers voor een korte periode verhuurt op basis van logies en ontbijt.

     

    Toeristisch verblijf

    Het gaat in dit verband om een ‘toeristisch verblijf’. Onder toeristisch verblijf wordt niet verstaan het bieden van overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden.

     

    Woonhuis of bijhuis

    Deze begrippen mogen breed geïnterpreteerd worden. Het gaat erom dat de B&B-eigenaar in hetzelfde (bij)gebouw woont. Een B&B kan dus best in een boerderij zijn gevestigd. Het hoofddoel van het pand is wonen, de nevenactiviteit is 'het verstrekken van logies'. Dit in tegenstelling tot een pension of hotel waarbij het hoofddoel 'het verstrekken van logies' (voor korte of langere tijd) is en als nevenactiviteiten 'het verstrekken van maaltijden en/of dranken voor consumptie ter plaatse'.

     

    Maximaal tien gasten

    Een B&B is een logiesaccommodatie met maximaal 10 personen op basis van het Besluit omgevingsrecht; het heeft maximaal 7 kamers of zoveel als aangegeven in het bestemmingsplan. Initiatiefnemers kunnen daardoor kiezen uit familiekamers, 1-persoonskamers en 2-persoonskamers.

     

    Uit marktgegevens (volgens B&B Nederland) blijkt dat het omslagpunt van een kleinschalige naar een commerciële B&B bij zeven kamers ligt. Een bed & breakfast met meer dan zeven kamers boet in aan kleinschaligheid en persoonlijke aandacht voor de gast. De eigenaar moet in veel gevallen personeel inschakelen, wat afbreuk doet aan het persoonlijke karakter van de B&B. De accommodatie gaat dan te veel op een pension of hotel lijken. Ook in andere Europese landen is een grens van zeven kamers heel gebruikelijk. Met deze begrenzing van de activiteit van een B&B kan een duidelijk onderscheid worden gemaakt tussen bed & breakfast en de reguliere pensions of hotels.

     

    Factsheet

    Bed & Breakfast:

    • 1.

      Een B&B is een nevenfunctie naast het wonen, de agrarische functie of naar aard gelijke bestemming zoals opgenomen in het bestemmingsplan;

    • 2.

      Een B&B is wat betreft de activiteit, omvang en schaalgrootte niet te vergelijken met een pension, hotel of horecagelegenheid en niet openbaar;

    • 3.

      Een B&B is een logiesaccommodatie met maximaal 10 personen o.b.v. Besluit omgevingsrecht;

    • 4.

      Het heeft maximaal 7 kamers of zoveel als aangegeven in het bestemmingsplan;

    • 5.

      De hoofdfunctie wonen blijft gehandhaafd;

    • 6.

      De voorziening wordt binnen de bestaande bebouwing gerealiseerd, bij voorkeur in het hoofdgebouw;

    • 7.

      De accommodatie mag niet functioneren als een zelfstandige wooneenheid;

    • 8.

      Toegestaan in de gehele Hoeksche Waard, ook in ‘kwetsbare gebieden’;

       

    1.3 Pension

    Een pension is een nieuwe vorm van overnachten die de gemeenten met voorliggend beleid toestaan. Deze overnachtingsvorm was niet opgenomen in het Kampeerbeleid, maar er blijkt wel vraag naar te zijn. Een pension dient de aparte bestemming horeca met aanduiding 'specifieke vorm van horeca - pension' te hebben in het bestemmingsplan.

     

    In voorliggend beleid wordt de volgende definitie gehanteerd;

    ‘Een pension is een overnachtingaccommodatie gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch verblijf met het serveren van maaltijden. Een pension is niet gevestigd in een woonhuis of bijhuis. Een pension beschikt niet over extra faciliteiten’.

     

    Pension

    Een pension heeft als hoofddoel ‘het verstrekken van logies’. Een pension verschaft naast een ontbijt tevens mogelijkheden voor dineren. Een pension is een accommodatie met slaapplaatsen waar daarnaast afzonderlijke maaltijden, kleine etenswaren en dranken kunnen worden verstrekt aan gasten.

     

    Toeristisch verblijf

    Het gaat in dit verband om een ‘toeristisch verblijf’. Hiermee bedoelen we nadrukkelijk ook zakelijk toerisme. Onder toeristisch verblijf wordt niet verstaan het bieden van overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoensgebonden werkzaamheden.

     

    Extra faciliteiten

    Een pension beschikt niet over hotelfaciliteiten als een fitnessruimte, zwembad, lounge of andere vergelijkbare faciliteiten.

     

    Factsheet

    Pension:

    • 1.

      Een pension heeft als hoofdfunctie het verschaffen van logies;

    • 2.

      Een pension is wat betreft de activiteit, omvang en schaalgrootte niet te vergelijken met een hotel of horecagelegenheid en biedt met name faciliteiten voor gasten;

    • 3.

      De accommodatie (kamer) functioneert niet als een zelfstandige wooneenheid ( bv. geen kookgelegenheid);

       

    1.4 Hotel en Bungalowpark

    Een hotel en bungalowpark is een dienstverlenend etablissement met een commercieel oogmerk waar iemand tegen betaling kan overnachten. Ook het bungalowpark is voor de Hoeksche Waard een nieuwe vorm van overnachten met voorliggend beleid. Overigens voert de provincie Zuid Holland beleid op recreatieve voorzieningen. De behoefte aan een hotel of bungalowpark in de Hoeksche Waard schat zij in op één.

     

    Een hotel heeft overwegend een- en tweepersoonskamers. Soms kan een derde of vierde bed worden toegevoegd (familiekamer). Een standaardkamer is voorzien van:

    • ·

      Eigen toegang tot kamer

    • ·

      Badkamer met douche/bad en toilet

    • ·

      Telefoon

    • ·

      Televisie

    • ·

      Eventueel wifi, kluisje of minibar

       

    Een bungalowpark heeft hoofdzakelijk twee of meer persoonsbungalows. Een bungalow is voorzien van alle benodigde gemakken zoals een slaapkamer, badkamer en keuken. Een bungalow heeft doorgaans niet de afmetingen of indeling van een woonhuis maar dient als tijdelijke vakantiewoning. In tegenstelling tot een B&B of pension kunnen een hotel en bungalowpark wel beschikken over een restaurant, bar, sportfaciliteiten, wellness-faciliteiten e.d. Ook passanten mogen van deze faciliteiten gebruik maken.

     

    Hotels en bungalowparken zijn dusdanig specifiek en afhankelijk van de inrichtingswensen van de exploitant of initiatiefnemer, dat specifieke richtlijnen nauwelijks kunnen worden aangedragen. Exploitatie van een hotel of bungalowpark gaat overigens veelal samen met een planologische wijziging omdat binnen de Hoeksche Waard het realiseren van een bungalowpark op grond van het bestemmingsplan nergens is toegestaan. Op basis van de Visie Verblijfsrecreatie is het in principe wenselijk de markt ruimte te geven om tot een ontwikkeling te komen. Het is aan het college om aan een dergelijk initiatief wel of geen medewerking te verlenen, dan wel voorwaarden te stellen aan de invulling.

     

    Factsheet

    Hotel en bungalowpark:

    • 1.

      Een hotel en bungalowpark heeft als hoofdfunctie het verschaffen van logies;

    • 2.

      Een hotel en bungalowpark biedt faciliteiten voor gasten en voor passanten.

    • 3.

      Hotelkamers mogen niet functioneren als zelfstandige wooneenheid.

       

    1.5.Camping

    Een camping of een kampeerterrein is een plek om te kamperen. Toeristische kampeerplaatsen geven ruimte voor het opzetten van een tent, vouwwagen, caravan of camper. Gasten kunnen gebruik maken van gezamenlijk sanitair.

     

    Het verschaffen van logies is de hoofdfunctie van een camping. In bestemmingsplannen kan onderscheid worden gemaakt tussen verschillende vormen kampeerterreinen:

    • -

      Categorie I: geeft alleen plaats voor toeristische plaatsen – (toer)caravans, vouwwagens, campers, tenten en huifkarren.

    • -

      Categorie II: hetzelfde als categorie I + plaats voor stacaravans, chalets, trekkershutten en tenthuisjes van maximaal 55 m2.

    • -

      Categorie III: hetzelfde als categorie I en II + stacaravans/chalets van maximaal 80 m2.

    Chalets, trekkershutten en tenthuisjes zijn niet-vergunningsplichtig indien zij voldoen aan de voorwaarden gesteld in het Besluit omgevingsrecht.

     

    Bij de landschappelijke inpassing dient een de camping afgeschermd te worden door een beplantingsstrook met inheemse soorten.

    Factsheet

    Camping:

    • 1.

      Een camping heeft als hoofdfunctie het verschaffen van logies;

    • 2.

      De camping moet op basis van de categorisering voldoen aan de voorwaarden gesteld in paragraaf 1.5 van deze beleidsregels.

       

    1.6.Kamperen bij de boer

    Kamperen bij de boer (kleinschalig kampeerterreinen) is een nevenfunctie naast bijvoorbeeld de agrarische functie. Kleinschalig kamperen kan mogelijk worden gemaakt in het bestemmingsplan.

    Er is sprake van kleinschalig kamperen (bij de boer) indien:

    • -

      maximaal 25 toeristische standplaatsen (toer)caravans, vouwwagens, campers, tenten en huifkarren) worden aangeboden;

    • -

      de oppervlakte van het betreffende perceel minimaal 0,5 hectare groot is;

    • -

      het overnachten plaatsvindt op het woonerf en niet het agrarische deel van het perceel.

    - Het is niet toegestaan stacaravans, chalets, tenthuisjes of trekkershutten te plaatsen.

     

    Factsheet

    Kamperen bij de boer:

    • 1.

      maximaal 25 toeristische standplaatsen;

    • 2.

      de oppervlakte van het betreffende perceel is minimaal 0,5 hectare groot;

    • 3.

      het overnachten vindt plaats op het woonerf;

    • 4.

      Het is niet toegestaan stacaravans, chalets, tenthuisjes of trekkershutten te plaatsen.

       

    1.7.Groepsaccommodaties

    Een groepsaccommodatie is een totaal aan of een gedeelte van gebouwen, vaartuigen en/of onderkomens met toebehoren, inventaris en meegehuurde zaken. Groepsaccommodaties bieden vaak overnachtingsmogelijkheden voor 8 personen of meer en worden verhuurd aan samenstellingen anders dan een gezin. Ook een groepsaccommodatie is een nieuwe vorm van overnachten met voorliggend beleid. Vanuit de APV kan de burgemeester ontheffing verlenen voor incidentele groepsovernachtingen, bijvoorbeeld bij eenmalige overnachtingen op een verenigingsterrein. Bij het permanent aanbieden van een groepsaccommodatie moet dit passen binnen het bestemmingsplan dan wel dient hiervoor een planologische procedure te worden doorlopen. Een groepsaccommodatie mag een zelfstandige bedrijfsvoering hebben dan wel ondergeschikt zijn aan bijvoorbeeld een agrarische functie.

     

    Factsheet

    Groepsaccommodatie:

    • 1.

      Minimaal acht slaapplaatsen;

    • 2.

      Gebouwen of gedeelten van gebouwen, vaartuigen en/of onderkomens met toebehoren, inventaris en meegehuurde zaken.

       

    1.8 Overige accommodaties

    Bij initiatieven vanuit de markt gericht op verblijfsrecreatie die niet passen binnen de bovengenoemde vormen van accommodatie, zal het desbetreffende college in lijn met dit beleid en de Visie op Verblijfsrecreatie dit initiatief beoordelen. Het is aan het college om aan een dergelijk initiatief wel of geen medewerking te verlenen, dan wel voorwaarden te stellen.

     

    • 2.

      Overnachten buiten een verblijfsaccommodatie

Ook buiten de reguliere overnachtingsaccommodaties zijn er mogelijkheden voor overnachtingen. Het al dan niet toestaan van deze overnachtingen wordt veelal geregeld in de Algemene Plaatselijke Verordening omdat het direct gerelateerd is aan de openbare orde en veiligheid.

 

2.1.Camperplaatsen

Het is onder voorwaarden mogelijk om een camperplaats in te nemen buiten het terrein van een verblijfsaccommodatie. Bij deze camperplaatsen mag met een camper of kampeerwagen maximaal 72 uur worden geparkeerd en overnacht. Voor tenten en caravans is het niet toegestaan om hier een plaats in te nemen. Camperplaatsen worden, na afweging van het gemeentebestuur, alleen toegestaan bij jachthavens en recreatiegebieden. Wel dienen de camperplaatsen ook binnen het bestemmingsplan te passen. Dit betekent dat geen sprake kan zijn van wildkamperen maar uitsluitend toegestaan is op aangewezen locaties.

 

Een camper is een voertuig met zitplaatsen en een tafel, slaapplaatsen die met de zitplaatsen mogen worden samengesteld, kookgelegenheid en opbergfaciliteiten. Zij moeten voldoen aan Europese richtlijnen. Een camperplaats is aangemerkt met een verkeersbord en belijning op de straat. Een camperplaats heeft beperkte faciliteiten zoals een watertappunt en stroomvoorziening. Sommige camperplaatsen hebben een losplaats om de vuilwatertank te legen.

 

2.2.Groepsovernachtingen

Bij groepsovernachtingen buiten kampeerterreinen gaat het bijvoorbeeld om een vereniging die op eigen terrein met tenten wil overnachten of een scoutingvereniging die gebruik wil maken van het weiland van een agrariër om te overnachten. Omdat dit binnen de gemeenten in de Hoeksche Waard weinig tot niet voorkomt, zijn hiervoor geen regels opgesteld. Op basis van de APV kunnen burgemeesters besluiten een vergunning te verlenen voor incidentele kortdurende groepsovernachtingen buiten de daarvoor bestemde locaties.

 

2.3.Paalkamperen

Paalkamperen is een zeer extensieve vorm van kamperen die voorkomt in de Hoeksche Waard. Dergelijke overnachtingsmogelijkheden zijn sterk verbonden met (langere) wandel- en fietsroutes. Het gaat om plekjes in de natuur. Een paal markeert de kampeerplaats waar toilet en waterpomp de enige voorzieningen zijn. Er is plek voor maximaal drie trekkerstenten, die binnen een straal van 10 meter van de paal moeten staan voor maximaal 72 uur. De gemeenten kunnen of in het bestemmingsplan de mogelijkheid voor een paalkampeerterrein opnemen, of in de APV locaties aanwijzen waar paalkamperen mogelijk is.

 

3.Implementatie beleidsregels Verblijfsrecreatie

Voor een effectief gebruik van voorliggende beleidsregels is het belangrijk dat de regels ook in de beleidsstukken van de gemeenten verwerkt worden. Zoals aangegeven in de inleiding namen gemeenten bepalingen uit de Visie Verblijfsrecreatie en Kampeerbeleid Hoeksche Waard over in haar ruimtelijke plannen. Omdat de meeste bestemmingsplannen voor 1 juli 2013 herzien zijn en er de komende jaren dus geen herzieningen nodig zijn, zal implementatie in ruimtelijke plannen niet op korte termijn plaatsvinden.

 

Voorliggend beleidsstuk dient te leiden tot een uniform toetsingskader voor binnenplanse afwijkingen ten aanzien van initiatieven op het gebied van verblijfsrecreatie in de regio Hoeksche Waard en vormt als zodanig een toetsingskader voor vergunningaanvragen die op dit gebied. t beleidsstuk dient als onderbouwing bij de beoordeling van een besluit of medewerking wordt verleend aan een binnenplanse afwijking en welke voorwaarden hieraan verbonden zijn.

 

Implementatie in de APV (voor camperplaatsen, groepsovernachtingen en paalkamperen is op kortere termijn mogelijk. Bij gemeenten vindt regelmatig een actualisatie van de APV plaats waarin de voornoemde bepalingen, indien dit nog niet het geval is, kunnen worden opgenomen.

 

Bijlagen

Bijlage - Tekstvoorbeeld APV regels voor kamperen buiten kampeerterreinen

Afdeling 5 Kamperen buiten kampeerterreinen

Artikel 4:17 Begripsbepaling

In deze afdeling wordt onder kampeermiddel verstaan: Een onderkomen of voertuig waarvoor geen omgevingsvergunning voor het bouwen in de zin van artikel 2.1, eerste lid onder a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is vereist, dat bestemd of opgericht is dan wel gebruikt wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.

 

Artikel 4:18 Recreatief nachtverblijf buiten kampeerterreinen

  • 1.

    Het is verboden ten behoeve van recreatief nachtverblijf kampeermiddelen te plaatsen of geplaatst te houden buiten een kampeerterrein dat als zodanig in het bestemmingsplan is bestemd of mede bestemd.

  • 2.

    Het verbod geldt niet voor het plaatsen van kampeermiddelen voor eigen gebruik door de rechthebbende op eigen terrein.

  • 3.

    Het college kan ontheffing verlenen van het verbod als bedoeld in het eerste lid.

  • 4.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8. kan de ontheffing worden geweigerd in het belang van:

  • a.

    de bescherming van natuur en landschap;

  • b.

    de bescherming van een stadsgezicht.

  • 5.

    Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

     

Artikel 4:19 Aanwijzing kampeerplaatsen

  • 1.

    Het college kan plaatsen aanwijzen waarop het verbod van artikel 4:18, eerste lid niet geldt.

  • 2.

    Het college kan daarbij nadere regels stellen in het belang van de gronden, genoemd in artikel 4:18, vierde lid.

     

Bijlage - tekstvoorbeeld APV nachtregister

Afdeling 9 Toezicht op inrichtingen tot het verschaffen van nachtverblijf

 

Artikel 2:35 Begripsbepaling

In deze afdeling wordt verstaan onder inrichting: elke al dan niet besloten ruimte waarin, in de uitoefening van beroep of bedrijf, aan personen de mogelijkheid van nachtverblijf of gelegenheid tot kamperen wordt verschaft

 

Artikel 2:36 Kennisgeving exploitatie

Degene die een inrichting opricht, overneemt, verplaatst of de exploitatie of feitelijke leiding van een inrichting staakt, is verplicht binnen drie dagen daarna daarvan schriftelijk kennis te geven aan de burgemeester.

 

Artikel 2:37 Nachtregister

De houder van een inrichting is verplicht een nachtregister, als bedoeld in artikel 438 van het Wetboek van Strafrecht, bij te houden dat is ingericht volgens het door de burgemeester vastgestelde model.

Artikel 2:38 Verschaffing gegevens nachtregister

  • 1.

    Degene die in een inrichting nachtverblijf houdt of de kampeerder is verplicht de exploitant of feitelijk leidinggevende van die inrichting volledig en naar waarheid naam, adres, woonplaats, geboortedatum, geboorteplaats, betrekking, dag van aankomst en de dag van vertrek te verstrekken.

  • 2.

    De Exploitant dient het nachtregister terstond te overleggen na verzoek van een toezichthouder om inzage of afschrift van het nachtregister.