Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke
leefomgeving/ omgevingsvergunning | |
| | |
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen | |
2.1.1 | Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan
onder: | |
2.1.1.1 | Aanlegkosten: | |
| De aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld
in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme
Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van
werken 2012 (UAV), voor het uit te voeren werk, of
voor zover deze ontbreekt, een raming van de
aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen.
Indien de werken of werkzaamheden geheel of
gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt
in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs
die aan een derde in het economisch verkeer zou
moeten worden betaald voor de werken of
werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking
heeft; | |
2.1.1.2 | Bouwkosten: | |
| De bouwkosten (exclusief btw) op basis waarvan de
leges worden vastgesteld, worden berekend op basis
van de "Tabel standaard bouwkosten" (zie
bijlage). Indien een project uit meerdere typen bouwwerken
bestaat, bedragen de bouwkosten de som van de
afzonderlijke bouwkosten, berekend op basis van de
“Tabel standaard bouwkosten” voor de betreffende
typen bouwwerken. Indien de "Tabel standaard bouwkosten" niet voorziet
in het type bouwwerk waarvoor een
omgevingsvergunning is aangevraagd, worden de
bouwkosten op basis waarvan de leges worden
vastgesteld, berekend met gebruikmaking van de meest
recente uitgave "Taxatieboekjes (Her)bouwkosten",
zoals die worden uitgegeven door Sdu Uitgevers.
Indien zowel de "Tabel standaard bouwkosten" als de
"Taxatieboekjes (Her)bouwkosten" niet voorzien in
het type bouwwerk waarvoor een omgevingsvergunning
is aangevraagd, worden de bouwkosten conform een
realistische marktprijs vastgesteld. De aanvrager
kan dan de opgegeven bouwkosten aannemelijk maken
door ze te onderbouwen met een begroting. | |
2.1.1.3 | Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. | |
2.1.2 | In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo
zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij
of krachtens de Wabo bedoeld. | |
2.1.3 | In deze titel voorkomende begrippen die niet nader
in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben
op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een
ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben
dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift
bedoeld. | |
| | |
Hoofdstuk 2 Vooroverleg aanvraag
omgevingsvergunning | |
2.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag: | |
2.2.1 | om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een
indicatie of een voorgenomen project in het kader
van de Wabo vergunbaar is: | € 129,60 |
| Hierbij is een Wabo-brede toetsing (inclusief de
toets Bouwbesluit) aan de orde. Indien slechts op
deelaspecten/activiteiten wordt getoetst, is het
tarief conform de betreffende artikelen van
toepassing. | |
2.2.2 | De leges onder 2.2.1 worden verhoogd met: of met een evenredig lager percentage indien slechts
een gedeeltelijke toetsing heeft plaatsgevonden | 35% |
| van de onder 2.3.1.1.1a t/m 2.3.1.1.10a, 2.3.1A,
2.3.1.3 t/m 2.3.5.3.3 en 2.3.6 t/m 2.3.14.2.2
genoemde leges. | |
2.2.3 | Wanneer een vooroverleg wordt gevolgd door een
aanvraag omgevingsvergunning worden de leges
ingevolge artikel 2.2.1 en 2.2.2 verrekend met de
leges die worden opgelegd naar aanleiding van deze
aanvraag. Indien hieruit een negatief bedrag
voortkomt vindt er geen verrekening plaats. | |
| | |
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning | |
2.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een
project: de som van de verschuldigde leges voor de
verschillende activiteiten of handelingen waaruit
het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop
de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde
leges voor de extra toetsen die in verband met de
aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de
tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit
hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In
afwijking van de vorige volzin kan ook per
activiteit, handeling of andere grondslag een
legesbedrag worden gevorderd. | |
2.3.1 | Bouwactiviteiten | |
2.3.1.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld
in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo,
bedraagt het tarief: | |
2.3.1.1.1 | indien de bouwkosten € 25.000,00 of minder
bedragen | € 210,00 |
2.3.1.1.1a | vermeerderd met: | € 15,00 |
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte
daarvan | |
2.3.1.1.2 | indien de bouwkosten meer dan € 25.000,00 maar niet
| |
| meer dan € 100.000,00 bedragen | € 960,00 |
2.3.1.1.2a | vermeerderd met: | € 14,50 |
| voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan
voor | |
zover de bouwkosten meer dan € 25.000,00
bedragen | |
2.3.1.1.3 | indien de bouwkosten meer dan € 100.000,00 maar niet
meer dan € 250.000,00 bedragen | |
| € 3.135,00 |
2.3.1.1.3a | vermeerderd met: | € 14,00 |
| voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan
voor | |
zover de bouwkosten meer dan € 100.000,00
bedragen |
2.3.1.1.4 | indien de bouwkosten meer dan € 250.000,00 maar niet
meer dan € 500.000,00 bedragen | |
| € 7.335,00 |
2.3.1.1.4a | vermeerderd met: | € 13,50 |
| voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan
voor | |
zover de bouwkosten meer dan € 250.000,00
bedragen |
2.3.1.1.5 | indien de bouwkosten meer dan € 500.000,00 maar niet
| |
| meer dan € 1.000.000,00 bedragen | € 14.085,00 |
2.3.1.1.5a | vermeerderd met: | € 13,00 |
| voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan
voor | |
zover de bouwkosten meer dan € 500.000,00
bedragen |
2.3.1.1.6 | indien de bouwkosten meer dan € 1.000.000,00 maar
niet meer dan € 2.500.000,00 bedragen | |
| € 27.085,00 |
2.3.1.1.6a | vermeerderd met: | € 12,50 |
| voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan
voor | |
zover de bouwkosten meer dan € 1.000.000,00
bedragen |
2.3.1.1.7 | indien de bouwkosten meer dan € 2.500.000,00 maar
niet | |
| meer dan € 5.000.000,00 | € 64.585,00 |
2.3.1.1.7a | vermeerderd met: | € 12,00 |
| voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan
voor | |
zover de bouwkosten meer dan € 2.500.000,00
bedragen |
2.3.1.1.8 | indien de bouwkosten meer dan € 5.000.000,00 maar
niet meer dan € 10.000.000,00 bedragen | |
| € 124.585,00 |
2.3.1.1.8a | vermeerderd met: | € 11,50 |
| voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan
voor | |
zover de bouwkosten meer dan € 5.000.000,00
bedragen |
2.3.1.1.9 | indien de bouwkosten meer dan € 10.000.000,00 maar
niet | |
| meer dan € 20.000.000,00 bedragen | € 239.585,00 |
2.3.1.1.9a | vermeerderd met: | € 11,00 |
| voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan
voor | |
zover de bouwkosten meer dan € 10.000.000,00
bedragen |
2.3.1.1.10 | indien de bouwkosten meer dan € 20.000.000,00
bedragen | € 459.585,00 |
2.3.1.1.10a | vermeerderd met: | € 10,00 |
| voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte daarvan
voor | |
| zover de bouwkosten meer dan € 20.000.000,00
bedragen |
2.3.1A | De leges voor bouwactiviteiten ingevolge artikel
2.3.1 bedragen maximaal | € 750.000,00 |
2.3.1.2 | Toets ruimtelijke ordening | |
Voor een afzonderlijk verzoek voor het uitvoeren van
een toets ruimtelijke ordening (inclusief een advies
betreffende de haalbaarheid indien er sprake is van
een planologisch strijdig gebruik) bedraagt het
tarief: | € 64,80 |
| vermeerderd met: | € 0,90 |
voor elke € 500,00 bouwkosten of gedeelte
daarvan. of indien het geen activiteit bouwen betreft, voor
elk te besteden kwartier à | € 16,20 |
dat boven de vier kwartier uitgaat | |
Indien geen planologisch strijdig gebruik aan de
orde is bedragen de leges op basis van dit artikel
maximaal | € 1.012,00 |
Indien wel planologisch strijdig gebruik aan de orde
is bedragen de leges op basis van dit artikel
maximaal | € 2.024,00 |
| Dit artikel is ook van toepassing voor de berekening
(vermindering) van leges indien artikel 3.1 lid 4
Wet ruimtelijke ordening aan de orde is. | |
2.3.1.3 | Toets welstand | |
| Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 c.a.
bedraagt het tarief, indien een welstandstoets
noodzakelijk is, per behandeling: | € 32,40 |
| vermeerderd met een eenmalige vermeerdering van | € 0,90 |
| voor elke € 500,-- bouwkosten of gedeelte daarvan. De leges op basis van dit artikel bedragen
maximaal | € 1.012,00 |
Toets omgevingsvergunningsvrij | |
2.3.1.4 | Indien een afzonderlijk verzoek of een vooroverleg,
dan wel aanvraag omgevingsvergunning is ingediend en
na toetsing is gebleken dat geen omgevingsvergunning
is vereist, bedraagt het tarief: | € 64,80 |
Indien het slechts de activiteit kappen betreft,
bedraagt het tarief: | € 32,40 |
2.3.1.5 | Verplicht advies agrarische
commissie | |
| Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1
bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk
voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde
aanvraag een advies van de agrarische commissie
nodig is en wordt beoordeeld: | € 550,80 |
2.3.2 | Aanlegactiviteiten | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld
in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo,
bedraagt het tarief: | € 550,80 |
2.3.3 | Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens
sprake is van een bouwactiviteit | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in
artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en
tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld
in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo,
bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in
onderdeel 2.3.1: | |
2.3.3.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º,
van de Wabo aan de orde is (binnenplanse
afwijking): | € 169,50 |
2.3.3.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º,
van de Wabo aan de orde is (buitenplanse kleine
afwijking): | € 169,50 |
2.3.3.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º,
van de Wabo aan de orde is (buitenplanse
afwijking): | € 620,90 |
| te vermeerderen met €0,40 per €500,-- bouwkosten of
gedeelte daarvan. | |
2.3.3.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt
toegepast (tijdelijke afwijking): | € 338,80 |
2.3.3.5 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de
Wabo wordt toegepast (afwijking van
exploitatieplan): | € 620,90 |
| te vermeerderen met € 0,50 per € 500,-- bouwkosten
of gedeelte daarvan. | |
2.3.3.6 | indien de aanvraag een project van provinciaal
belang betreft, de activiteit in strijd is met de
regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde
lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel
2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van provinciale
regelgeving): | € 620,90 |
| te vermeerderen met € 0,50 per € 500,-- bouwkosten
of gedeelte daarvan | |
2.3.3.7 | indien de aanvraag een project van nationaal belang
betreft, de activiteit in strijd is met de regels
die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid,
van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12,
eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast
(afwijking van nationale regelgeving): | € 620,90 |
| te vermeerderen met € 0,50 per € 500,-- bouwkosten
of gedeelte daarvan | |
2.3.3.8 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de
Wabo wordt toegepast (afwijking van
voorbereidingsbesluit): | € 620,90 |
2.3.4 | Planologisch strijdig gebruik waarbij geen
sprake is van een bouwactiviteit | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in
artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en
niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als
bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de
Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.4.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º,
van de Wabo aan de orde is (binnenplanse
afwijking): | € 169,50 |
2.3.4.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º,
van de Wabo aan de orde is (buitenplanse kleine
afwijking): | € 169,50 |
2.3.4.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º,
van de Wabo aan de orde is (buitenplanse
afwijking): | € 620,90 |
2.3.4.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt
toegepast (tijdelijke afwijking) | € 338,80 |
2.3.4.5 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de
Wabo wordt toegepast (afwijking van
exploitatieplan): | € 620,90 |
2.3.4.6 | indien de aanvraag een project van provinciaal
belang betreft, de activiteit in strijd is met de
regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde
lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel
2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van provinciale
regelgeving): | € 620,90 |
2.3.4.7 | indien de aanvraag een project van nationaal belang
betreft, de activiteit in strijd is met de regels
die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid,
van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12,
eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast
(afwijking van nationale regelgeving): | € 620,90 |
2.3.4.8 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de
Wabo wordt toegepast (afwijking van
voorbereidingsbesluit): | € 620,90 |
2.3.5 | In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in
relatie tot brandveiligheid | |
2.3.5.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in
artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo,
bedraagt het tarief: | € 192,00 |
2.3.5.2 | Te vermeerderen met € 0,30 voor elke m2 | |
2.3.5.3 | De leges op basis van 2.3.5.2 bedragen maximaal
| € 5.000 |
2.3.5A | Toets brandpreventie | |
| Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 en
2.3.5.1 bedraagt het tarief, indien een
brandpreventietoets in de Brandpreventiecommissie
noodzakelijk is, per behandeling: | € 32,40 |
| vermeerderd met een eenmalige vermeerdering van | € 0,90 |
| voor elke € 500,-- bouwkosten of gedeelte daarvan. De leges op basis van dit artikel bedragen maximaal
€ 1.000,--. | |
2.3.6 | Activiteiten met betrekking tot monumenten of
beschermde stads- of dorpsgezichten | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een activiteit met betrekking
tot een beschermd monument als bedoeld in artikel
2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een
activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid,
onder b, van de Wabo met betrekking tot een
krachtens provinciale verordening of de
Erfgoedverordening 2008 gemeente Heerlen aangewezen
monument, waarvoor op grond van die provinciale
verordening of artikel 10, tweede lid, van die
gemeentelijke verordening een vergunning of
ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | |
2.3.6.1 | voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig
opzicht wijzigen van een monument: | € 549,40 |
2.3.6.2 | voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken
van een monument op een wijze waardoor het wordt
ontsierd of in gevaar gebracht: | € 549,40 |
2.3.7 | Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of
in beschermd stads- of dorpsgezicht | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in
gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheers
verordening of voorbereidingsbesluit is bepaald,
bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de
Wabo, bedraagt het tarief: | € 311,70 |
2.3.8 | Aanleggen of veranderen weg | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het aanleggen van een weg of
verandering brengen in de wijze van aanleg van een
weg waarvoor op grond van een bepaling in een
provinciale verordening of artikel 2:11 van de
Algemene plaatselijke verordening een vergunning of
ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2,
aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt
het tarief: | € 165,00 |
2.3.9 | Uitweg/inrit | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of
veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor
op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening
een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld
in artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder e, van
de Wabo, bedraagt het tarief: | € 165,00 |
2.3.10 | Kappen | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het vellen of doen vellen van
houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in
een provinciale verordening of van de
Bomenverordening een vergunning of ontheffing is
vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid,
aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het
tarief: | € 44,30 |
2.3.10.1 | Indien de aanvraag als bedoeld in 2.3.10 digitaal
wordt ingediend via www.omgevingsloket.nl bedragen
de kosten | € 40,50 |
2.3.11 | Opslag van roerende zaken | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in
een bepaald gedeelte van de gemeente, waarvoor op
grond van een bepaling in een gemeentelijk
verordening een vergunning of ontheffing is vereist,
bedraagt het tarief: | |
2.3.11.1 | indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan
van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste
lid, onder j, van de Wabo: | € 83,30 |
2.3.11.2 | indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar,
beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende
zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken
worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste
lid, onder k, van de Wabo: | € 83,30 |
2.3.12 | Projecten of handelingen in het kader van de
Natuurbeschermingswet 1998 | |
2.3.12.1 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen
in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen
zijn voor het natuurschoon, de
natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren
of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid,
van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het
tarief: | € 779,30 |
2.3.12.2 | Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op het
realiseren van projecten of andere handelingen met
gevolgen voor habitats en soorten in een door de
minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste
lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het
tarief: | € 779,30 |
2.3.13 | Handelingen in het kader van de Flora- en
Faunawet | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op een
handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde
lid van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is,
bedraagt het tarief: | € 467,60 |
2.3.14 | Andere activiteiten | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het verrichten van een andere
activiteit of handeling dan in de voorgaande
onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die
activiteit of handeling: | |
2.3.14.1 | behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur
aangewezen categorie activiteiten die van invloed
kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld
in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo,
bedraagt het tarief: | € 82,60 |
2.3.14.2 | behoort tot een bij provinciale verordening,
gemeentelijke verordening of waterschapsverordening
aangewezen categorie activiteiten die van invloed
kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld
in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt
het tarief: | € 82,60 |
2.3.14.2.1 | als het een gemeentelijke verordening betreft: het
bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de
betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is
als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder
omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel
geval kan worden uitgevoerd zonder
omgevingsvergunning bedraagt het tarief: | € 82,60 |
2.3.14.2.2 | als het een provinciale of waterschapsverordening
betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in
behandeling nemen van de aanvraag om een
omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde
kosten, blijkend uit een begroting die door het
college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin
is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling
genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de
begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht,
tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag
schriftelijk is ingetrokken. | |
2.3.15 | Omgevingsvergunning in twee fasen | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op
verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in
artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het
tarief: | |
2.3.15.1 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor
een beschikking met betrekking tot de eerste fase:
het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de
tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten
waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking
heeft; | |
2.3.15.2 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor
een beschikking met betrekking tot de tweede fase:
het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de
tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten
waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking
heeft. | |
2.3.16 | Beoordeling bodemrapport | |
| Onverminderd het bepaalde in de voorgaande
onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief,
indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in
dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport
wordt beoordeeld: | |
2.3.16.1 | voor de beoordeling van een milieukundig
bodemrapport ten behoeve van het vaststellen van de
bodemkwaliteit een bedrag per uur van | € 84,90 |
2.3.16.2 | voor de beoordeling van een archeologisch
bodemrapport | € 254,20 |
2.3.17 | Advies | |
2.3.17.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande
onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief,
indien een daartoe bij algemene maatregel van
bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening
aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies
moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van
de beschikking op de aanvraag om een
omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26,
derde lid, van de Wabo: het bedrag van de
voorafgaand aan het in behandeling nemen van de
aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager
meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die
door het college van burgemeester en wethouders is
opgesteld. | |
2.3.17.2 | Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is
uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling
genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de
begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht,
tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag
schriftelijk is ingetrokken. | |
2.3.18 | Verklaring van geen bedenkingen | |
2.3.18.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande
onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief,
indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van
bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van
geen bedenkingen moet afgeven voordat de
omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld
in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: | |
2.3.18.1.1 | indien de gemeenteraad een verklaring van geen
bedenkingen moet afgeven: | € 155,70 |
2.3.18.1.2 | indien een ander bestuursorgaan een verklaring van
geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de
voorafgaand aan het in behandeling nemen van de
aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager
meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die
door het college van burgemeester en wethouders is
opgesteld. | |
2.3.18.2 | Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is
uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling
genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de
begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht,
tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag
schriftelijk is ingetrokken. | |
2.3.19 | Bouwen of gebruik zonder vergunning | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in
artikel 2.1, eerste lid, onder a, c en/of d van de
Wabo en deze activiteit reeds is gestart dan wel
uitgevoerd voordat de noodzakelijke vergunning is
verleend en dat daardoor in het kader van
toezicht/handhaving extra werkzaamheden zijn
verricht, wordt onverminderd het bepaalde in
onderdeel 2.3.1 c.a., 2.3.3 c.a., 2.3.4 c.a. en
2.3.5 c.a. een bedrag in rekening gebracht van: | € 254,30 |
| |
Hoofdstuk 4 Vermindering | |
2.4.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is
voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg als
bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde
aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van
het vooroverleg geheven leges in mindering gebracht
op de leges voor het in behandeling nemen van de
aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in
hoofdstuk 3. | |
2.4.2 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten,
bestaat aanspraak op vermindering van leges, met
uitzondering van het legesdeel in verband met
adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als
bedoeld in de onderdelen 2.3.18 en 2.3.19. De
vermindering bedraagt: | |
2.4.2.1 | bij 5 tot 10 activiteiten: | 25% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde
leges; | |
2.4.2.2 | bij 10 tot 15 activiteiten: | 30% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde
leges; | |
2.4.2.3 | bij 15 of meer activiteiten: | 35% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde
leges. | |
| | |
Hoofdstuk 5 Teruggaaf/gedeeltelijke
heffing | |
2.5.1 | Gedeeltelijke heffing als gevolg van intrekking
aanvraag omgevingsvergunning | |
| Als een aanvrager zijn aanvraag om een
omgevingsvergunning die geheel of gedeeltelijk
bestaat uit activiteiten als bedoeld in de
onderdelen 2.3.1 c.a., 2.3.2 c.a., 2.3.5 c.a., 2.3.6
c.a., 2.3.7 c.a. of 2.3.8 c.a. intrekt terwijl deze
reeds in behandeling is genomen door de gemeente,
wordt een deel van de desbetreffende leges geheven.
Het te heffen deel bedraagt: | |
2.5.1.1 | 20% indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een
termijn van 4 weken na het in behandeling nemen
ervan van de op grond van die onderdelen voor de
betreffende activiteit verschuldigde leges; | |
2.5.1.2 | 30% indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken
en binnen 8 weken na het in behandeling nemen ervan
van de op grond van die onderdelen voor de
betreffende activiteit verschuldigde leges; | |
2.5.1.3 | 40% indien de aanvraag wordt ingetrokken na 8 weken
na het in behandeling nemen ervan van de op grond
van die onderdelen voor de betreffende activiteit
verschuldigde leges. | |
2.5.2 | Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende
omgevingsvergunning | |
| Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning
die geheel of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten
als bedoeld in de onderdelen 2.3.1 c.a., 2.3.2 c.a.,
2.3.5 c.a., 2.3.6 c.a., 2.3.7 c.a. of 2.3.8 c.a.,
intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat
aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges,
mits deze aanvraag is ingediend binnen 18 maanden na
verlening van de vergunning en van de vergunning
geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: | 35% |
| van de op grond van die onderdelen voor de
betreffende activiteit verschuldigde leges. | |
2.5.3 | Gedeeltelijke heffing als gevolg van het
weigeren van een omgevingsvergunning | |
2.5.3.1 | Als de gemeente een omgevingsvergunning die geheel
of gedeeltelijk bestaat uit activiteiten als bedoeld
in de onderdelen 2.3.1 c.a., 2.3.2 c.a., 2.3.5 c.a.,
2.3.6 c.a., 2.3.7 c.a. of 2.3.8 c.a. weigert, wordt
een deel van desbetreffende leges geheven. Het te
heffen deel bedraagt: | 50% |
| van de op grond van die onderdelen voor de
betreffende activiteit verschuldigde leges. | |
2.5.3.2 | Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1
wordt mede verstaan een vernietiging van de
beschikking waarbij de vergunning is verleend bij
rechterlijke uitspraak. | |
2.5.4 | Gedeeltelijke heffing als gevolg van het buiten
behandeling stellen van een aanvraag
omgevingsvergunning | |
2.5.4.1 | Indien na het indienen van een aanvraag tot het
verkrijgen van een omgevingsvergunning deze
vergunning buiten behandeling wordt gesteld, wordt
een deel van de desbetreffende leges geheven. Het te
heffen deel bedraagt: | 10% |
| van de op grond van die onderdelen voor de
betreffende activiteit verschuldigde leges. | |
2.5.4.2 | De minimaal te heffen leges ingevolge dit artikel
bedragen € 210,60. Echter; | |
2.5.4.3 | Indien de aanvraag slechts de activiteit kappen
betreft, bedraagt het minimale tarief | € 40,50 |
2.5.4.4 | Indien de aanvraag slechts de activiteit strijdig
gebruik betreft, bedraagt het minimale tarief | € 129,60 |
2.5.4.5 | Indien de aanvraag slechts de activiteit uitweg /
inrit betreft, bedraagt het minimale tarief | € 64,80 |
2.5.5 | Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring
van geen bedenkingen | |
| Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen
2.3.18 en 2.3.19 wordt geen teruggaaf verleend. | |
| | |
Hoofdstuk 6 Intrekking
omgevingsvergunning | |
Niet van toepassing. | |
| | |
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als
gevolg van wijziging project | |
Niet van toepassing. | |
| | |
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen | |
2.8.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het vaststellen van een
bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste
lid, van de Wet ruimtelijke ordening, zonder
bouwactiviteiten | € 8.959,90 |
2.8.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het wijzigen of uitwerken van
een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6,
eerste lid, onder a of b, van de Wet ruimtelijke
ordening, zonder bouwactiviteiten | € 338,80 |
2.8.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het vaststellen van een
bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste
lid, van de Wet ruimtelijke ordening, met
bouwactiviteiten | € 620,90 |
2.8.3.1 | te vermeerderen met € 0,50 per € 500,-- bouwkosten
of een gedeelte daarvan | |
2.8.4 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het wijzigen of uitwerken van
een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6,
eerste lid, onder a of b, van de Wet ruimtelijke
ordening met bouwactiviteiten | € 338,80 |
2.8.4.1 | te vermeerderen met € 0,50 per € 500,-- bouwkosten
of gedeelte daarvan | |
| | |
Hoofdstuk 8A
Bodemgesteldheidonderzoek | |
2.8A.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een verzoek inzake de gesteldheid van de bodem
voor: | |
2.8A.2 | een vooronderzoek / historisch onderzoek volgens de
NEN 5725, naar de bodemgesteldheid. | € 436,20 |
2.8A.3 | Een beknopt vooronderzoek / historisch onderzoek
(niet volgens NEN-5725), naar de
bodemgesteldheid | € 84,90 |
2.8A.4 | Het beoordelen van een chemisch bodemonderzoek ten
behoeve van het vaststellen van de bodemkwaliteit
per uur | € 84,90 |
2.8A.5 | het verstrekken van informatie en/of afgifte van een
verklaring betreffende de gesteldheid van de bodem
en/of het aanwezig zijn van opslagtanks. | € 42,60 |
| | |
Hoofdstuk 9 Sloopmelding | |
| Vervallen | |
| | |
Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde
beschikking/diensten | |
2.10 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag om een andere, in deze titel niet
benoemde beschikking: | € 165,00 |
2.11 | Het tarief bedraagt voor overige niet in deze titel
genoemde dienstverlening voor ieder daaraan besteed
kwartier: | € 16,20 |
| Informatie verstrekking tot maximaal een half uur is
hiervan uitgesloten | |