Overheidsorganisatie | Gemeente Westervoort |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden 2002 |
Citeertitel | Marktgeldverordening 2002 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-12-2007 | 11-12-2008 | art. 3 | 10-12-2007 Westervoort Post, 19-12-2007 | 10A | |
21-12-2006 | 20-12-2007 | art. 3 | 11-12-2006 Westervoort Post, 20-12-2006 | 16A | |
29-12-2005 | 21-12-2006 | art. 3 | 19-12-2005 Westervoort Post, 28-12-2005 | Onbekend. | |
23-12-2004 | 29-12-2005 | art. 3 | 06-12-2004 Westervoort Post, 15-12-2004 | 17e/061204 | |
25-12-2003 | 23-12-2004 | art. 3 | 08-12-2003 Westervoort Post, 17-12-2003 | 6e/081203 | |
17-12-2002 | 25-12-2003 | art. 3 | 09-12-2002 Onbekend. | e/091202 | |
27-12-2001 | 17-12-2002 | nieuwe regeling | 10-12-2001 Westervoort Post, 19-12-2001 | 5b/101201 |
De raad van de gemeente Westervoort;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders behorende bij dit besluit;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
besluit vast te stellen:
Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden 2002
In de gemeente Westervoort wordt onder de naam van marktgeld een recht geheven voor het innemen van een standplaats op de voor de markt aangewezen plaatsen, ingevolge de verordening regelende het marktwezen in de gemeente Westervoort.
Belastingplichtige is degene, aan wie marktruimte is toegewezen, danwel degene die marktruimte inneemt.
1. Het marktgeld bedraagt per marktdag of gedeelte per strekkende meter frontbreedte of gedeelte daarvan:
€ 2,03 voor vaste standplaatshouders met een minimum van € 8,12 per standplaats;
€ 2,70 voor losse standplaatshouders met een minimum van € 10,80 per standplaats.
2. Het in het eerste lid vermelde tarief wordt verhoogd met 100% indien de markt wordt gehouden op een zaterdag, zondag of nationale erkende feestdag.
Het marktgeld wordt geheven door middel van een gedagtekende nota of andere schriftuur, waarop het verschuldigde bedrag wordt vermeld.
Met marktgeld, bedoeld in artikel 3, dient te worden voldaan op het moment van aanbieding van de nota of andere schriftuur, of door middel van automatische incasso, met dien verstande, dat het recht voor een vaste standplaats alsdan wordt berekend naar een periode van dertien weken (kwartaal), waarin de belastingplichtige standplaats heeft.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de marktgelden.
1. De ‘Verordening marktgeldenverordening 1998’ van 8 december 1997 wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.
3. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaatsvindt.
4. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2002.
5. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘marktgeldverordening 2002’.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad voornoemd d.d. 10 december 2001,
de secretaris, de voorzitter,
A. Vink, J.A.F. van Osch