Organisatie | Venlo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening bedrijveninvesteringszone 19 bedrijventerreinen Venlo 2016 |
Citeertitel | Verordening bedrijveninvesteringszone 19 bedrijventerreinen Venlo 2016 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | geen |
Geen
Art. 1, eerste lid en art. 7, vierde lid Wet op de bedrijveninvesteringszones
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-12-2015 | Onbekend | 30-09-2015 | 15-4744 |
De raad van de gemeente Venlo;
gelezen het voorstel van het college van 21 juli 2015, registratienummer 15-4744;
gelet op artikel 1, eerste lid en artikel 7, vierde lid, van de Wet op de bedrijveninvesteringszones en gelet op de tussen de gemeente Venlo en de Stichting Parkmanagement Venlo gesloten Uitvoeringsovereenkomst:
Verordening bedrijveninvesteringszone 19 bedrijventerreinen Venlo 2016
Hoofdstuk II Belastingbepalingen
Artikel 2 Belastbaar feit en aard van de belasting
De BIZ-bijdrage wordt geheven ter bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan activiteiten in de openbare ruimte en op internet, die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid of de veiligheid in de bedrijveninvesteringszone of de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de bedrijveninvesteringszone.
Een onroerende zaak dient niet in hoofdzaak tot woning zoals bedoeld in het eerste lid indien de waarde die op grond van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld voor die onroerende zaak niet in hoofdzaak kan worden toegerekend aan delen van die onroerende zaak die dienen tot woning dan wel volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden.
Voor de toepassing van dit artikel wordt:
het ter beschikking stellen van een belastingobject voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die dat belastingobject ter beschikking heeft gesteld; degene die het belastingobject ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat belastingobject ter beschikking is gesteld;
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De BIZ-bijdrage wordt geheven naar een vast bedrag per belastingobject.
De BIZ-bijdrage wordt niet geheven van:
belastingobjecten die uitsluitend bestemd zijn voor en in gebruik zijn als bedrijfsmatig geëxploiteerde cultuurgrond voor de land- of bosbouw, daaronder mede begrepen de open grond, alsmede de ondergrond van glasopstanden, die bedrijfsmatig aangewend wordt voor de kweek of teelt van gewassen, zonder daarbij de ondergrond als voedingsbodem te gebruiken;
belastingobjecten die uitsluitend bestemd zijn voor en in gebruik zijn als natuurterreinen, waaronder mede worden verstaan duinen, heidevelden, zandverstuivingen, moerassen en plassen, die worden beheerd door een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid welke zich uitsluitend of nagenoeg uitsluitend het behoud van natuurschoon ten doel stelt;
belastingobjecten die uitsluitend bestemd zijn voor en in gebruik zijn als straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanige gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - welke zijn geplaatst voor het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen;
Artikel 9 Termijnen van betaling
1.In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 worden de aanslagen betaald:
a.Bij niet-automatische incasso:
in twee gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede een maand later;
in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog niet geëindigde maanden in het kalenderjaar overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen tenminste vier en maximaal tien bedraagt.
In afwijking van het eerste lid, onder b geldt, dat de aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke betaaltermijnen indien het totaalbedrag van de op een aanslagbiljet verenigde aanslagen hoger is dan € 20.000,00. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede termijn een maand later.
Hoofdstuk III Subsidiebepalingen
Artikel 12 Aanwijzing stichting
De Stichting Parkmanagement Venlo wordt aangewezen als de stichting als bedoeld in artikel 7 van de wet.
Artikel 13 Buiten toepassing algemene subsidieverordening
Op de subsidie bedoeld in artikel 14 is de Algemene Subsidieverordening van de gemeente Venlo niet van toepassing.