Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Den Helder

Beleidsregels als bedoeld in artikel 2.3 van de Verordening op de kamerverhuurpanden 2015

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDen Helder
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels als bedoeld in artikel 2.3 van de Verordening op de kamerverhuurpanden 2015
CiteertitelBeleidsregels als bedoeld in artikel 2.3 van de Verordening op de kamerverhuurpanden 2015
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Artikel 2.3 van de Verordening op de kamerverhuurpanden 2015

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-07-2015nieuwe regeling

26-05-2015

Stadsnieuws 2015, 27

A15.00475

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels als bedoeld in artikel 2.3 van de Verordening op de kamerverhuurpanden 2015

 

 

Artikel 1. Gezondheid, veiligheid, hygiëne en wooncomfort

In aanvulling en in afwijking van de in het Bouwbesluit 2013 gestelde eisen dient een kamerverhuurpand te voldoen aan de navolgende eisen:

  • a.

    De in een kamerverhuur gelegen kamers moeten, willen ze geschikt zijn voor gebruik door één persoon, een vloeroppervlakte hebben van ten minste 11 m2 met een minimale hoogte van 2,1 m en een minimale breedte van 2,4 m óf een vloeroppervlakte van ten minste 7,5 m2 met een minimale hoogte van 2,1 m en een minimale breedte van 2,4 m als er een gezamenlijke ruimte aanwezig is.

  • b.

    Het aanrecht en het kooktoestel worden opgesteld hetzij in een afzonderlijke keuken, hetzij in een voor gemeenschappelijk gebruik bestemd vertrek

  • c.

    In een kamerverhuurpand moet voor elke 5 bewoners ten minste één afsluitbare toiletruimte aanwezig zijn.

  • d.

    In een kamerverhuurpand moet voor elke 8 bewoners ten minste één afsluitbare badruimte aanwezig zijn.

  • e.

    In een kamerverhuurpand moet ten minste één, van buiten het kamerverhuurpand toegankelijke, afsluitbare bergruimte behoren, met een vloeroppervlakte van ten minste 5 m2, waarvan de breedte ten minste 1,5 men de hoogte boven die oppervlakte ten minste 2,1 m is. De vloeroppervlakte van ten minste 5 m2 te rekenen tot en met 3 personen. Voor elke extra bewoner moet de vloeroppervlakte van 5 m2 met ten minste 1,5 m2 worden vergroot.

Artikel 2 benodigd aantal parkeerplaatsen

  • 1.

    Kamerverhuur tot en met drie kamers is mogelijk zonder consequenties voor parkeren; er wordt dan geen aanvullende parkeereis gesteld.

  • 2.

    Kamerverhuur vanaf vier kamers is alleen mogelijk via een gemeentelijke parkeertoets. De gemeente zal bepalen of het parkeren door de kamerverhuur opgevangen kan worden op privé terrein of in de openbare ruimte. De aanvullende parkeernorm per extra bewoner is 0,43 parkeerplaats bovenop de voor de woning geldende norm.

Artikel 3 Voorwaarden aan de vergunning

Aan een omzettingsvergunning worden in ieder geval de navolgende voorschriften verbonden:

  • a.

    Het afval dient op een zodanige wijze op het eigen perceel te worden bewaard dat schadelijk en

    hinderlijk gedierte niet wordt aangetrokken.

  • b.

    De bewoners dienen op het betreffende adres ingeschreven te staan in de Basis Registratie Personen.

Artikel 4 Citeerartikel en in werking treden

Dit besluit wordt aangehaald als “Beleidsregels als bedoeld in artikel 2.3 van de Verordening op de kamerverhuurpanden 2015” en treedt in werking op het moment dat de Verordening op de kamerverhuurpanden 2015 in werking treedt.

 

Den Helder, 26 mei 2015

 

Burgemeester en Wethouders van Den Helder,

 

Koen Schuiling, burgemeester

dr. Joost C.M. Cox, secretaris

Toelichting

Het Bouwbesluit stelt als minimale oppervlakte voor een verblijfsruimte de eis van 5 m2. Deze oppervlakte wordt voor een kamer in een verhuurpand, waarin langdurig verblijf wordt geboden, als onvoldoende beschouwd. In de voorwaarden is nu een minimale oppervlakte van een kamer voor een bewoning door één persoon van 7,5 m2 opgenomen, indien er daarnaast nog een gezamenlijke ruimte in het kamerverhuurpand aanwezig is. Indien dit niet het geval is, dient de kamer een minimale oppervlakte van 11 m2 te bezitten naast een minimale breedte. Met het stellen van deze voorwaarden wordt beoogd om kamerhuurders een minimale woonkwaliteit in termen van ruimte te bieden.

De voorwaarden ben c beogen een minimale hygiënische kwaliteit te borgen door het aantal personen dat aangewezen is op één toilet en één badkamer te beperken.

De voorwaarde c beoogt te borgen dat er per kamerbewoner een minimale bergruimte wordtgerealiseerd.

Om te borgen dat er door kamerverhuur geen ontoelaatbare parkeerdruk ontstaat, wordt onder punt 2 een norm gesteld waaraan per kamerverhuurpand moet worden voldaan. Een kamerverhuurpand met drie kamers kent op basis van de nota Bouwen en Parkeren een parkeernorm van 0,43 parkeerplaats per kamer. Voor een kamerverhuurpand met drie kamers betekent dit een normstelling van 1.29 parkeerplaatsen. Dit is nagenoeg de parkeernorm voor een eengezinswoning nl.1,4 parkeerplaats. Vandaar dat de eis is gesteld dat bij een kamerverhuurpand met meer dan drie kamers een parkeertoets dient te worden gedaan. Conform de nota Bouwen & Parkeren 2011-2016 is dit 0,43 per extra bewoner.