Organisatie | Emmen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand gemeente Emmen 2014 |
Citeertitel | Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand gemeente Emmen 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Artikel 47 Wwb schrijft voor dat gemeenten de cliëntenparticipatie in een verordening vastleggen. In deze verordening moet in ieder geval zijn vastgelegd de wijze waarop:
- periodiek overleg wordt gevoerd met de klanten en hun vertegenwoordigers;
- onderwerpen voor het overleg kunnen worden aangemeld;
- de leden van de cliëntenraad worden voorzien van informatie om de aan hen opgedragen adequaat uit te kunnen voeren.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2014 | 01-07-2015 | nieuwe regeling | 20-02-2014 Zuidoosthoeker, 08-04-2014 | RA 14.0006 |
De raad van de gemeente Emmen;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 14 januari 2014, nummer: 14/126;
gelet op het bepaalde in artikel 47 van de Wet werk en bijstand, artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen en artikel 147 eerste lid, van de Gemeentewet;
De Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand gemeente Emmen 2014
De cliëntenraad heeft tot taak gevraagd en ongevraagd het college, de afdelingsmanager en de raad te informeren en te adviseren over het beleid en de uitvoe¬ring van de wet en de daarmee samenhangende regelingen, inclusief de regelingen die de gemeente uitvoert voor mensen met een inkomen rond het minimum.
Artikel 4 Onderwerpen van overleg
Artikel 8 Samenstelling cliëntenraad
Bij disfunctioneren van de voorzitter kan de cliëntenraad het vertrouwen opzeggen. Indien overleg tussen voorzitter en het dagelijks bestuur aangevuld met een van de leden, niet leidt tot herstel van het vertrouwen, stelt de cliëntenraad dit aan de orde bij de afdelingsmanager en kan hij het college verzoeken de benoeming ongedaan te maken.
Het college draagt er zorg voor dat cliënten die lid zijn of lid zijn geweest van de cliëntenraad uit hoofde van dit lidmaatschap op geen enkele wijze worden benadeeld ten aanzien van hun uitkering en de bejegening door een medewerker van de afdelingen Werk en Participatie.
Het college evalueert eenmaal per vier jaar het functioneren van de cliëntenraad en eventueel vaker indien de cliëntenraad, het college of de raad dit nodig acht.
De cliëntenraad neemt kennis van het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht en zorgt dat zijn leden ook worden geïnformeerd over de hiervoor bedoelde geheimhoudingsplicht. Behalve na voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente, zal de cliëntenraad informatie en gegevensdragers die hem ter beschikking staan niet aan derden kenbaar maken.
Artikel 47 WWB, schrijft voor dat gemeenten de cliëntenparticipatie in een verordening vastleggen. In deze verordening moet in ieder geval zijn vastgelegd de wijze waarop:
de leden van de cliëntenraad worden voorzien van informatie om de aan hen opgedragen adequaat uit te kunnen voeren.
In de toelichting op dit artikel wordt gesteld dat cliëntenparticipatie onmisbaar is in een uitvoeringstructuur waarin de cliënt centraal staat.
Op grond van artikel 42 Ioaw en artikel 47 Ioaz, is de gemeente gehouden om de cliëntenparticipatie voor deze groep uitkeringsgerechtigden ook vorm te geven. Door in te aanhef van de verordening te verwijzen naar deze artikelen en het lidmaatschap van de cliëntenraad open te stellen voor deze groep, is ook de cliëntenparticipatie voor de Ioaw en Ioaz vastgelegd.
Dit artikel bevat enkele begripsomschrijvingen.
In dit artikel is de taak van de cliëntenraad vastgelegd. De cliëntenraad brengt advies uit over de uitvoering van de WWB en de daarmee samenhangende regelingen, waaronder mede de Ioaw en Ioaz worden verstaan, en over het minimabeleid van de gemeente. Naast advisering aan het college, is het de cliëntenraad ook bevoegd om advies uit te brengen aan de raad en aan de afdelingsmanager. Daar waar het beleidszaken betreft zal veelal advies worden uitgebracht aan het college. Over de wijze waarop uitvoering wordt gegeven aan de WWB, de Ioaw en Ioaz zal veelal worden geadviseerd aan de afdelingsmanager.
De cliëntenraad heeft verschillende vormen van overleg. Met dit artikel is een minimumfrequentie bepaald van de diverse overleggen. Ook is vastgelegd dat de vergaderingen in beginsel openbaar zijn.
De taak van de cliëntenraad is ruim omschreven. Dit betekent dat over zeer veel diverse onderwerpen advies gevraagd wordt. Om hieraan enigszins richting te geven, is in dit artikel bepaald over welke onderwerpen in ieder geval advies wordt gevraagd.
Om duidelijk te maken dat de cliëntenraad er niet is voor individuele belangenbehartiging, is in het derde lid opgenomen dat de cliëntenraad niet bevoegd is om te adviseren over bezwaarschriften, klachten en andere op individuele klanten betrekking hebbende zaken.
Duidelijk is dat het advies op een zodanig tijdstip wordt gevraagd, dat het nog van wezenlijke invloed kan zijn op de gemeentelijke besluitvorming. Ook moet de cliëntenraad een redelijke termijn hebben om het advies uit te kunnen brengen. De termijn mag echter niet dusdanig lang zijn dat het besluitvormingsproces onnodig wordt vertraagd. Een termijn van maximaal 4 weken is hiervoor een redelijke termijn.
Om goed geïnformeerd te zijn, kan de cliëntenraad zich door derden laten adviseren. Ook kunnen zij ambtenaren vragen om een nadere uitleg te geven over de onderliggende stukken.
In beginsel wordt schriftelijk geadviseerd. Hier kan van worden afgeweken als de cliëntenraad geen enkele bedenking heeft tegen het onderliggende voorstel en het er volledig mee eens is. Hiervan wordt dan een aantekening gemaakt bij het voorstel. Indien het advies niet, of niet geheel, wordt overgenomen, wordt in het voorstel gemotiveerd aangegeven waarom niet.
Het advies van de cliëntenraad maak altijd als bijlage deel uit van het college- en/of raadsvoorstel. Het college en de raad kunnen op deze wijze kennisnemen van het advies. Artikel 7
Om het adviesrecht goed uit te kunnen voeren, is het noodzakelijk dat de cliëntenraad over voldoende informatie beschikt. Het is een taak van het college dat deze informatievoorziening adequaat is. Welke informatie verstrekt moet worden, is op voorhand niet te zeggen. Het abonnement van de raadsstukken wordt in ieder geval aan de cliëntenraad ter beschikking gesteld zodat zij kennis kunnen nemen van alle raadsvoorstellen.
In het eerste lid is vastgelegd wie lid kunnen worden van de cliëntenraad. De leden van de cliëntenraad komen uit de doelgroepen zoals omschreven is in artikel 7, eerste lid van de wet. Het gaat dan om personen met een bijstandsuitkering, een uitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet (Anw) en de zogenoemde niet uitkeringsgerechtigden (nuggers). Voor deze laatste twee groepen geldt, dat zij één jaar of langer werkloos moeten zijn en dat zij ingeschreven staan en blijven staan bij het UWV. Verder kunnen personen die gebruik maken van een gemeentelijke voorziening zoals omschreven in de Re-integratieverordening en personen met een Ioaw of een Ioaz uitkering lid worden van de cliëntenraad.
Het aantal leden van de cliëntenraad zodanig is zodanig gekozen dat het aantal aan de ene kant niet belemmerend werkt om de taak goed uit te kunnen voeren en aan de andere kant voldoende is om te spreken van een representatieve vertegenwoordiging.
Duidelijk dat de groep die een bijstandsuitkering ontvangt groter is dan de groep Anw-ers en nuggers die met behulp van de gemeente op een traject naar werk zijn geplaatst. In het derde lid is dan ook bepaald dat er naar gestreefd wordt de samenstelling van de cliëntenraad een representatieve afspiegeling te laten zijn van deze groepen. Dit betekent dat er bij de voordracht van de leden ook gekeken wordt naar de getalsmatige verhouding van doelgroepen.
De leden van de cliëntenraad hebben op persoonlijke titel zitting in de raad. Zij handelen niet namens belangenvereniging of anderen, maar vertegenwoordigen de doelgroep. Duidelijk is dan ook dat het lidmaatschap van de cliëntenraad onverenigbaar is met de in lid 7 genoemde lidmaatschappen. Bij de voordracht kan rekening worden gehouden met het hebben van andere functies of lidmaatschappen dan de hier genoemde. Dit om eventuele belangenverstrengeling te voorkomen.
Als door werkaanvaarding het niet meer noodzakelijk is dat er een beroep wordt gedaan op een uitkering, behoort men niet meer tot doelgroep, waardoor het lidmaatschap van de cliëntenraad ook ophoudt.
Mocht de cliëntenraad het vertrouwen in een van de leden willen opzeggen in verband met disfunctioneren, dan moet eerst alles in het werk worden gesteld om het vertrouwen weer te herstellen. Lukt dit niet, dan kan als uiterste middel aan het college verzocht worden de benoeming ongedaan te maken.
De voorzitter is een technisch voorzitter en maakt geen deel uit van de cliëntenraad. Hij heeft een adviserende stem. Ook voor de voorzitter geldt dat bij disfunctioneren het vertrouwen kan worden opgezegd en het college gevraagd kan worden de benoeming ongedaan te maken. Dit is echter een laatste middel. Eerst moet er alles aan worden gedaan om het vertrouwen te herstellen.
De cliëntenraad wijst uit haar midden een dagelijks bestuur die in ieder geval verantwoordelijk is voor de agenda’s voor de verschillende overleggen.
Het is niet meer dan billijk om een onkostenvergoeding te verstrekken voor het bijwonen de vergadering.
Om de werkzaamheden goed te kunnen verrichten, dient de cliëntenraad over eigen middelen te beschikken. Deze kunnen bijvoorbeeld gebruikt worden voor het bezoeken van studiedagen etc. De middelen worden door het college verstrekt in de vorm van een subsidie. De cliëntenraad dient hiervoor jaarlijks een begroting in en legt verantwoording af door middel van een financieel jaar verslag.
Dit artikel spreekt voor zich.
Het is een taak van het college om te waarborgen dat het lidmaatschap van de cliëntenraad geen andere benaderingswijze door de afdelingen Werk en Participatie tot gevolg heeft.
Het functioneren van de cliëntenraad wordt minimaal eenmaal in de 4 jaar geëvalueerd. Dit verslag wordt ter kennisname van de raad gebracht.
Het mag duidelijk zijn dat de leden van de cliëntenraad een geheimhoudingsplicht hebben over de stukken die zij onder ogen krijgen en nog niet openbaar zijn gemaakt.
In het huishoudelijk reglement legt de cliëntenraad nadere regels vast over onder meer de bevoegdheden, de werkwijze, de wijze van vergadering en de wijze van de totstandkoming van de besluitvorming.