Organisatie | Dinkelland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting 2007 |
Citeertitel | Verordening precariobelasting 2007 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-03-2007 | 01-01-2016 | Nieuwe regeling | 13-02-2007 DinkellandVisie, 22 februari 2007 | Onbekend |
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
De precariobelasting wordt geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond.
De precariobelasting wordt geheven van degene, die één of meer voorwerpen op basis van een daartoe strekkende vergunning heeft onder, op of boven grond van de gemeente, voor de openbare dienst bestemd, dan wel van degene, die zonder een daartoe strekkende vergunning, te wiens behoeve voorwerpen onder, op of boven de grond van de gemeente voor de openbare dienst bestemd, worden aangetroffen.
De precariobelasting wordt niet geheven ter zake van het hebben van:
Artikel 5. Heffingsmaatstaf en tarief
De precariobelasting wordt geheven aan de hand naar de maatstaven en tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt is de naar seizoenstarieven geheven precariobelasting verschuldigd voor zoveel achtste gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing van de precariobelasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,--.
Artikel 10. Ontstaan van de belastingschuld voor de niet in artikel 9 genoemde gevallen
Andere precariobelasting, dan die bedoeld in artikel 9, is verschuldigd bij de aanvang van het belastbaar feit, tenzij deze over een belastingtijdvak wordt geheven. Artikel 9, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.
Artikel 13. Nadere regels voor het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de precariobelasting.
Artikel 14. Inwerkingtreding en citeertitel
De “Verordening precariobelasting 2003”, vastgesteld bij raadsbesluit van 12 december 2002, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten, die zich vóór die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 13 februari 2007.
De griffier, De voorzitter,
Mr. O.J.R.J. Huitema, Mr. F.P.M. Willeme