Organisatie | Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Besluit Bezwarende Functie VRR |
Citeertitel | Besluit Bezwarende Functie VRR |
Vastgesteld door | dagelijks bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Wijziging Besluit salaris, vergoedingen, toelagen en uitkeringen 2016 en Besluit bezwarende functie VRR |
Geen
Besluit aanwijzing bezwarende functies VRR 2018
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-05-2024 | 01-10-2023 | wijziging nieuw lid art 9i:11 lid 3 | 17-04-2024 | 11DB240417 | |
08-04-2024 | 02-01-2024 | 28-05-2024 | vervallen art 9h:6 sub d | 14-02-2024 | 11DB240214 |
05-04-2024 | 01-01-2024 | 08-04-2024 | Wijziging 9h:2, 9h:6, 9h:13, vervallen 9h:7, 8 en 12; Wijziging Art 14b lid 1 Ambtenarenreglement; wijziging art 1:6 Besluit betaald ouderschapsverlof | 14-02-2024 | 11DB240214 |
01-04-2024 | 01-10-2023 | 05-04-2024 | vervallen hoofdstukken 9b, 9d, 9e en 9f, nieuw hoofdstuk 9i, aanpassing verwijzingen in hoofdstukken 9g en 9h | 14-02-2024 | 11DB240214 |
28-03-2024 | 01-01-2023 | 01-04-2024 | Wijziging artikel 9b:20 lid 1, 9b:25 lid 6 en 9h:7 lid 2 | 14-02-2024 | 11DB240214 |
26-03-2024 | 01-01-2023 | 28-03-2024 | Wijziging 9f:3 lid 2, 9f:5 nieuwe leden 4a, 4b en 4c, 9f:8 nieuw lid 3 | 14-02-2024 | 11DB240214 |
18-03-2024 | 01-01-2022 | 26-03-2024 | Wijziging 9g:2 m, 9g:11 lid 5, nieuw artikel 9g:14 | 14-02-2024 | 11DB240214 |
13-03-2024 | 01-01-2020 | 18-03-2024 | wijziging artikel 9e:11 tweede lid en 9e:15 eerste lid | 14-02-2024 | |
12-03-2024 | 01-01-2022 | 13-03-2024 | Wijziging art 9e:11 lid 2, 9e:15 lid 1 en nieuw hoofdstuk 9h | 14-02-2024 | 11DB240214 |
14-02-2024 | 01-01-2020 | 14-02-2024 | Wijziging artikel 9e:2, 9e:11, nieuw 9e:14 en 9e:15 | 14-02-2024 | 11DB240214 |
14-02-2024 | 01-01-2020 | 14-02-2024 | Wijziging art. 9f:4, nieuw: 9e:16 en 9e:17 | 14-02-2024 | 11DB240214 |
14-02-2024 | 01-01-2018 | 14-02-2024 | Wijziging artikel 9b:77, 9b:80 lid 1 en 9b:82 | 14-02-2024 | 11DB240214 |
14-02-2024 | 01-01-2022 | 14-02-2024 | invoeging hoofdstuk 9g compensatieregeling | 14-02-2024 | 11DB240214 |
14-02-2024 | 01-06-2021 | 14-02-2024 | wijziging 9e:8 eerste lid, 9e:9a eerste lid, 9e:14 5e lid, 9e:16, 9e:17 eerste en tweede lid en 9f:4 derde lid. | 14-02-2024 | 11DB240214 |
14-02-2024 | 01-06-2021 | 12-03-2024 | Wijziging art 9f:4 lid 7 en toevoegen nieuw artikel 9f:4a | 14-02-2024 | 11DB240214 |
24-07-2020 | 01-03-2020 | 14-02-2024 | wijziging artikel 9f:11 | 01-07-2020 | 13DB200701 |
23-07-2020 | 01-08-2019 | 24-07-2020 | Wijziging artikel 9e:2 lid 2 | 01-07-2020 | 13DB200701 |
20-07-2020 | 01-08-2019 | 23-07-2020 | Wijziging artikel 9e:2 en 9e:13 | 01-07-2020 | 13DB200701 |
15-07-2020 | 01-07-2019 | 20-07-2020 | Aanpassing art 9b:25 lid 1, 2 en 6. Vervallen art. 9f:13 | 01-07-2020 | 13DB200701 |
13-07-2020 | 01-07-2019 | 15-07-2020 | wijziging o.a. artikelen met termen 'bezoldiging' en 'onbezoldigd' | 01-07-2020 | 13DB200701 |
10-07-2020 | 01-01-2018 | 13-07-2020 | wijziging Artikel 9b:80 lid 2 en Artikel 9f:13 lid 1 | 01-07-2020 | 13DB200701 |
07-07-2020 | 01-01-2019 | 10-07-2020 | wijziging diverse artikelen | 01-07-2020 | 13DB200701 |
14-12-2018 | 01-01-2017 | 07-07-2020 | vervangen tabellen in 9b:22a lid 2 en 9b:45a lid 2; Aanpassing 9a:4, 9a:5, 9a:7 en 9a:9; wijziging 9b:81 lid 4 en 9f:16 lid 3; aanpassing 9f:2 lid 3; vernummering 9e:14 en 9e:15 naar 9f:17 resp. 9f:18 | 26-11-2018 | 13DB181126 |
07-12-2018 | 01-04-2016 | 14-12-2018 | wijziging 9b:12 leden 1 en 2; 9b:36 leden 1 en 2; vervallen paragraaf 4 van hoofdstuk 9b, en vervallen 9b:52, 9b:52a en 9b:53 | 26-11-2018 | 13DB181126 |
29-11-2018 | 01-07-2011 | 29-11-2018 | toevoeging paragrafen 6 en 7 aan hoofdstuk 9b | 26-11-2018 | 13DB181126 |
29-11-2018 | 01-07-2013 | 07-12-2018 | wijziging | 26-11-2018 | 13DB181126 |
09-10-2018 | 01-01-2018 | 29-11-2018 | Wijziging regeling | 10-09-2018 | 11DB180910 |
08-12-2008 | 01-07-2006 | 09-10-2018 | Nieuwe regeling | 08-12-2008 www.veiligheidsregio-rr.nl | 17AB081208 |
Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond,
in overweging nemend dat de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) gelet op artikel 35 van de Gemeenschappelijke Regeling in beginsel de rechtspositie volgt van de gemeente Rotterdam, tenzij het Algemeen Bestuur t.a.v. sectorale aspecten anders besluit; is van mening dat gelet op het gevoerde overleg met de Commissie voor Georganiseerd Overleg d.d. 22 oktober 2008, welk overleg tot overeenstemming heeft geleid, het wenselijk is te komen tot een regeling voor de VRR analoog aan het CAR-UWO hoofdstuk 9a, 9b en 9e.
vast te stellen de volgende Verordening:
9a AMBTENAREN DIE VANAF 1 JANUARI 2006 IN DIENST ZIJN GETREDEN OP EEN BEZWARENDE FUNCTIE
Dit hoofdstuk is van toepassing op de ambtenaar die vanaf 1 januari 2006 in dienst is getreden op een bezwarende functie, die op 31 december 2005 recht gaf op functioneel leeftijdsontslag op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005.
De ambtenaar ondergaat periodiek een medische keuring conform de richtlijnen voor de Periodiek Arbeidsgeneeskundige Monitor.
Het bestuur en de ambtenaar leggen in een persoonlijk loopbaanplan de afspraken vast over de loopbaanontwikkeling en de vereiste kennis en vaardigheden, alsmede de in dat kader door de ambtenaar te volgen opleiding en de te ondernemen activiteiten, die nodig zijn om na maximaal 20 jaar gewerkt te hebben in een bezwarende functie een tweede loopbaan te beginnen. Het loopbaanplan omvat in ieder geval die opleidingselementen die nodig zijn om de ambtenaar die bij de brandweer werkzaam is, in 20 jaar op te leiden tot MBO-niveau. Hierbij moet het gaan om opleidingen die extern erkend worden.
De ambtenaar die evident misbruik maakt van de loopbaanfaciliteiten die het bestuur biedt, is verplicht de kosten, verband houdende met de activiteiten dan wel opleidingen, die door het bestuur zijn vergoed, terug te betalen.
Artikel 9a:11 Garantietoeslag, afbouwtoelage en afkoopbedrag
In dit artikel wordt onder berekeningsgrondslag verstaan: het inkomen dat wordt verkregen door de optelsom van:
i. het salaris en de toegekende salaristoelage(n), bedoeld in artikel 3 en paragraaf 3 van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016;
ii. de IKB-onderdelen, bedoeld in artikel 28 lid 2 sub a en b van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016;
iii. de TOR, bedoeld in artikel 14 van de Uitvoeringsregeling salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016;
iv. de in het Besluit salaris, vergoedingen, toelagen en uitkeringen 2016 genoemde andere toelagen en emolumenten, voor zover die aan de ambtenaar zijn toegekend, berekend over een periode van 12 maanden onmiddellijk voorafgaande aan het begin van de tweede loopbaan. Indien verlofopname door de ambtenaar in deze 12 maanden heeft geleid tot een wijziging van de feitelijke uitbetaling van de berekeningsgrondslag, als bedoeld in artikel 9f:2 van het Besluit bezwarende functie VRR werkt die wijziging door in de berekeningsgrondslag.
De ambtenaar die binnen de organisatie van de VRR de tweede loopbaan begint, krijgt een garantietoelage ter hoogte van het negatieve verschil tussen het oude en het nieuwe salaris. Het oude salaris wordt niet geïndexeerd met de generieke salarisverhoging, zoals deze in de gemeentelijke sector wordt overeengekomen.
Op de garantietoelage wordt een vermindering toegepast tot het bedrag waarmee het nieuwe salaris en eventuele (salaris)toelagen en vergoedingen, behorende bij de nieuwe functie, samen met de garantietoelage de berekeningsgrondslag overstijgt. De berekeningsgrondslag wordt niet geïndexeerd met de generieke salarisverhoging, zoals deze in de gemeentelijke sector wordt overeengekomen.
De ambtenaar die als gevolg van de tweede loopbaan binnen de organisatie van de VRR de toelagen en vergoedingen verliest, die behoorden bij de bezwarende functie, krijgt een aflopende afbouwtoelage ter hoogte van een percentage van het verschil tussen de oude toelagen en vergoedingen en eventuele toelagen en vergoedingen die bij de nieuwe functie behoren. De afbouwtoelage bedraagt:
De oude toelagen en vergoedingen worden niet geïndexeerd met de generieke salarisverhoging, zoals deze in de gemeentelijke sector wordt overeengekomen.
Op de afbouwtoelage wordt een vermindering toegepast tot het bedrag waarmee het nieuwe salaris en eventuele toelagen en vergoedingen, behorende bij de nieuwe functie, samen met de garantietoelage en de afbouwtoelage de berekeningsgrondslag overstijgt. De berekeningsgrondslag wordt niet geïndexeerd met de generieke salarisverhoging, zoals deze in de gemeentelijke sector wordt overeengekomen.
De ambtenaar die een tweede loopbaan begint buiten de organisatie van de VRR ontvangt een afkoopbedrag ter hoogte van 175% van het verschil tussen de berekeningsgrondslag (op jaarbasis) en het nieuwe jaarsalaris, inclusief eventuele toelagen en vergoedingen. Het nieuwe jaarsalaris, inclusief eventuele toelagen en vergoedingen, wordt berekend naar het bedrag dat voor de ambtenaar bij indiensttreding bij de nieuwe werkgever is vastgesteld.
Hoofdstuk 9g Compensatieregeling
Artikel 9g:2 Begripsomschrijvingen
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
Het doel van dit hoofdstuk is het bieden van compensatie van nadeel blijkende uit een hogere aanslag inkomstenbelasting of het geheel of gedeeltelijk wegvallen van toeslagen hieronder begrepen het niet of slechts gedeeltelijk in aanmerking komen voor toeslagen als aangegeven in en onder de voorwaarden van dit hoofdstuk.
Artikel 9g:4 Limitatieve opsomming toeslagen
De toeslagen of vergelijkbare toeslagen die voor compensatie in aanmerking kunnen komen zijn:
Artikel 9g:6 Aanleveren gegevens - algemeen
In afwijking van het bepaalde in het eerste lid onder b overlegt de ambtenaar die neveninkomsten heeft van meer dan € 9000 bruto of een vermogen groter dan het heffingsvrij vermogen
gesimuleerde aangiftes inkomstenbelasting 2019, 2020 en 2021 uitgaande van de aangiftes en aanslagen bedoeld in artikel 9g:6, lid 1, onder a met maximaal € 9000 bruto aan neveninkomsten of het vermogen verminderd met de toename van het vermogen door de uitbetaalde bedragen transitie levenslooptegoed of het versneld sparen levensloop, en
Artikel 9g:7 Aanleveren gegevens - toeslagen
De ambtenaar die voor compensatie van een nadeel, veroorzaakt door het geheel of gedeeltelijk wegvallen van een of meerdere toeslagen hieronder begrepen het niet of slechts gedeeltelijk in aanmerking komen voor toeslagen, in aanmerking wil komen overlegt aanvullend aan de gegevens bedoeld in artikel 9g:6 in ieder geval
Paragraaf 3 Berekening nadeel/voordeel per kalenderjaar
Artikel 9g:8 Berekening nadeel/voordeel inkomstenbelasting
Het nadeel of voordeel inkomstenbelasting in een kalenderjaar is het verschil tussen
Artikel 9g:12 Compensatiebedrag
Het toe te kennen compensatiebedrag bedraagt de som van het vastgestelde nadeel of voordeel per kalenderjaar 2019, 2020 en 2021, bedoeld in 9g:10, verminderd met het drempelbedrag, bedoeld in artikel 9g:11 voor dat kalenderjaar.
Paragraaf 6 Overige en slotbepalingen
Artikel 9g:14 Toepassen middelen na toekenning compensatiebedrag
Als middeling leidt tot een teruggave van belastingbedragen die is toe te schrijven aan de transitie levenslooptegoed, het versneld sparen levensloop of de afkoop FLO60 als bedoeld in 9f:4, zoals dit artikel luidde op 30 september 2023, verlaagt deze teruggave het drempelbedrag, toegeschreven aan dat kalenderjaar, met maximaal de hoogte van dat drempelbedrag.
Hoofdstuk 9h Regeling Netto FLO-spaartegoed
Artikel 9h:2 Begripsomschrijvingen
Met inachtneming van het bepaalde in artikel 3 wordt voor de toepassing van dit hoofdstuk verstaan onder:
Artikel 9h:3 Methodische gelijkschakeling
De ambtenaar die het LOGA-pad, bedoeld in artikel 9e:2 zoals dat artikel luidde op 31 december 2021, niet of niet meer volgt wordt methodisch gelijk behandeld met de ambtenaar die het LOGA-pad heeft gevolgd en wordt voor de toepassing van dit hoofdstuk uitgegaan van bedragen die hij gehad zou hebben als hij het LOGA-pad wel zou hebben gevolgd.
Paragraaf 2 Netto FLO-spaartegoed
Artikel 9h:5 Opgave Netto FLO-spaartegoed
Aan het begin van ieder kalender jaar, ook tijdens de periode van buitengewoon verlof, bedoeld in artikel 9i:3, ontvangt de ambtenaar een opgave van de hoogte van zijn netto FLO-spaartegoed.
Paragraaf 3 Inzet Netto FLO-spaartegoed
Artikel 9h:9 Inzet Netto FLO-spaartegoed vanaf ingangsdatum volledig buitengewoon verlof
Het Netto FLO-spaartegoed wordt ter financiering van de 75% netto aanspraak ingezet in de periode van volledig buitengewoon verlof, bedoeld in artikel 9i:3, onder de voorwaarden als in deze paragraaf bepaald.
Artikel 9h:10 Hoogte inzet Netto FLO-spaartegoed
Ter vaststelling van de hoogte van de maandelijkse inzet van het Netto FLO-spaartegoed bij aanvang van het volledig buitengewoon verlof, bedoeld in artikel 9i:3 eerste lid, wordt het laatst vastgestelde saldo Netto FLO-spaartegoed gedeeld door de duur van het volledig buitengewoon verlof in maanden.
Artikel 9h:11 Keuze inzet netto FLO-spaartegoed
Vanaf de ingangsdatum, bepaald op grond van het vierde lid, wordt jaarlijks op basis van het per 1 januari vastgestelde Netto FLO-spaartegoed het bedrag van de inzet van het netto FLO-spaartegoed vastgesteld door dit spaartegoed te delen door de resterende uitkeringsduur in maanden als in het vierde lid bepaald.
Paragraaf 4 Vervallen aanspraak, afkoop en pensioenopbouw
Artikel 9h:13 Afkoop en tegemoetkoming
Indien het ontslag of overlijden plaatsvindt na de start van de periode van volledig buitengewoon verlof zoals bedoeld in artikel 9i:3 wordt het afkoopbedrag zoals bedoeld in lid 4 verlaagd. Het bedrag van de verlaging is het doelsaldo Netto FLO-spaartegoed gedeeld door het aantal maanden aanspraak volledig buitengewoon verlof zoals bedoeld in 9i:3 vermenigvuldigd met het aantal maanden genoten volledig buitengewoon verlof zoals bedoeld in 9i:3.
Indien het ontslag plaatsvindt op grond van artikel 79, eerste lid onder j van het Ambtenarenreglement bestaat recht op een tegemoetkoming. De hoogte van de tegemoetkoming betreft het bedrag dat de medewerker in december 2023 ontving op grond van artikel 9h:7 lid 1 zoals dat luidde op 31 december 2023 vermenigvuldigd met het aantal maanden tussen 1 januari 2024 en het moment van ontslag tot aan maximaal de eerste van de maand waarin de ambtenaar de leeftijd van 54 jaar 6 maanden bereikt.
Indien het ontslag op grond van artikel 79, eerste lid onder j van het Ambtenarenreglement plaatsvindt na de start van de periode van volledig buitengewoon verlof zoals bedoeld in artikel 9i:3 wordt de tegemoetkoming zoals bedoeld in lid 6 verlaagd. Het bedrag van de verlaging is het doelsaldo Netto FLO-spaartegoed gedeeld door het aantal maanden aanspraak volledig buitengewoon verlof zoals bedoeld in 9i:3 vermenigvuldigd met het aantal maanden genoten volledig buitengewoon verlof zoals bedoeld in 9i:3.
Hoofdstuk i OVERGANGSRECHT FUNCTIONEEL LEEFTIJDSONTSLAG VANAF 1 OKTOBER 2023
Paragraaf 1 Algemene bepalingen
Als voorwaarde bij de toepassing van het tweede lid geldt dat de functie waarnaar de ambtenaar overstapt ook een bezwarende functie is, op grond waarvan krachtens artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005, ontslag werd verleend op de leeftijd van 55 jaar of ouder.
Artikel 9i:2 Begripsbepalingen
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
de toelagen bedoeld in de Verordening op de rechtstoestand voor het beroepsbrandweerpersoneel VRR 2007 en de daarop gebaseerde regelingen, voor zover die aan de ambtenaar zijn toegekend, berekend over de maand onmiddellijk voorafgaande aan de ingangsdatum van de geheel of gedeeltelijke periode van buitengewoon verlof. Als sprake is van toegekende toelagen die in hoogte variëren dan wordt het gemiddelde berekend over de periode van de voorgaande 12 maanden.
dienstjaren: de jaren in dienst van een gemeentelijk beroepsbrandweerkorps, de jaren werkzaam als buschauffeur of trambestuurder bij het stadsvervoer, mits dit een functie was, die op dat moment recht gaf op functioneel leeftijdsontslag en de jaren als vrijwilliger bij de brandweer, mits het om jaren gaat waarin men daadwerkelijk en regelmatig in de uitruk is ingezet en men niet tegelijkertijd een aanstelling had als beroepsbrandweer. Bij twijfel over het aantal dienstjaren als vrijwilliger dient de ambtenaar aannemelijk te maken hoeveel jaren hij als vrijwilliger is ingezet;
Met inachtneming van het bepaalde in hoofdstuk 9h heeft de ambtenaar vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij de leeftijd, bedoeld in lid 2 bereikt, volledig buitengewoon verlof met een garantie van 75% netto van de voor de hem geldende berekeningsgrondslag volgens de fiscale regels zoals die gelden op de datum van uitbetaling als ware hij in actieve dienst met toepassing van de loonheffingskorting.
Voor de ambtenaar bedoeld in lid 2 onder d geldt het volgende:
De ambtenaar gaat met ingang van de eerste dag volgend op de maand waarin hij de leeftijd van 58 jaar bereikt 50% van de voor hem geldende formele arbeidsduur werken. Hij heeft dan aanspraak op doorbetaling van 90% bruto van de voor hem geldende berekeningsgrondslag tot de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij de leeftijd van 59 jaar bereikt.
Artikel 9i:4 Voortzetting deelnemerschap ABP
De ambtenaar waarvan de leeftijdsgrens voor uittreden op 31 december 2005 was vastgesteld op 60 jaar en die een afkoopsom van zijn levensloopaanspraken heeft ontvangen, kan vanaf 1 januari 2023 voor een maximale periode van 24 maanden gebruik maken van de vrijwillige voortzetting deelnemerschap ABP voor rekening van de werkgever mits hij:
verklaart dat hij de afkoopsom van zijn levensloopaanspraken, bedoeld in artikel 9e:17 zoals dat luidde op 31 december 2021, vermeerderd met de som van het nettoresultaat van de uitbetalingen en het netto spaarverzekeringstegoed bedoeld in artikel 9e:16 zoals dat luidde op 31 december 2021, inzet om te voorzien in zijn inkomen gedurende deze periode,
Artikel 9i:4a Overgangsvergoeding
De ambtenaar die buitengewoon verlof wordt verleend als bedoeld in artikel 9i:3 heeft recht op een overgangsvergoeding van:
€ 3.500,00 bruto als het om een ambtenaar gaat met 10 tot 20 dienstjaren op 1 januari 2006 als bedoeld in artikel 9i:3 lid 2, mits en voor zover de inkomensafhankelijke ziektekostenpremie volgens de lokale uitvoering van het FLO-overgangsrecht 2006 in de levensloopperiode werd doorbetaald door de werkgever onder toepassing van de groene loonheffingstabel;
Artikel 9i:5 Doorwerken in repressieve functie
De ambtenaar kan de ingangsdatum van het volledige buitengewoon verlof later laten ingaan, telkens met een periode van één jaar. Voorwaarde is dat de ambtenaar geschikt is om door te werken in de bezwarende functie volgens een PPMO als bedoeld in artikel 3 van het Besluit keuringen brandweerpersoneel 2015.
De ambtenaar stopt uiterlijk met werken in een bezwarende functie met ingang van de dag volgend op de maand waarin hij 59 jaar wordt.
Maakt de ambtenaar gebruik van verlof als bedoeld in artikel 42c van het Ambtenarenreglement dan verschuift de uittredeleeftijd met de duur van dit spaarverlof ook als dit leidt tot overschrijding van de leeftijd van 59 jaar. De ambtenaar behorende tot het cohort 5 tot 10 dienstjaren kan het spaarverlof niet inzetten direct voorafgaand aan de periode bedoeld in artikel 9i:3, lid 3 (50/90%); dit kan wel na deze periode.
Paragraaf 4 Bijverdienen en verrekening van neveninkomsten
Artikel 9i:8 Verrekening inkomsten tijdens de periode van buitengewoon verlof
Wanneer de ambtenaar tijdens de periode van buitengewoon verlof, bedoeld in artikel 9i:3 inkomsten geniet of gaat genieten uit of in verband met arbeid of bedrijf, ter hand genomen met ingang van of tijdens de periode van buitengewoon verlof, vindt een vermindering van zijn bruto uitkeringsbedrag plaats. Deze vermindering is het bedrag waarmee de inkomsten en het bruto uitkeringsbedrag samen de vastgestelde berekeningsgrondslag te boven gaan.
De in het derde lid bedoelde vermindering vindt echter niet plaats indien de inkomsten of hogere inkomsten het gevolg zijn van algemene loonsverhogingen, of indien de ambtenaar aannemelijk maakt dat die inkomsten niet het gevolg zijn van verhoogde werkzaamheid of van andere oorzaken, verband houdende met de toepassing van artikel 9i:3.
Paragraaf 5 Ziekte en arbeidsongeschiktheid
Artikel 9i:10 Arbeidsongeschiktheid
Bij ziekte tijdens de periode van het opnemen van spaarverlof voorafgaand aan de buitengewoon verlofperiode stopt de opname van het spaarverlof de dag na de ziekmelding en start op deze datum de periode van volledig buitengewoon verlof (art. 9i:3, lid 2). Uitbetaling van resterend spaarverlof aan de medewerker geschiedt via de loonbetaling voorafgaand aan de periode van buitengewoon verlof.
De ambtenaar die in het kader van de tweede loopbaan een andere functie aanvaardt binnen de organisatie van de veiligheidsregio, ontvangt, in afwijking van het bepaalde in artikel 9a:11, een garantietoeslag ter hoogte van het negatieve verschil tussen de berekeningsgrondslag in de oude en de nieuwe functie.
Paragraaf 7 compensatie verhoging AOW vóór 1 januari 2013 inactief
Deze paragraaf is van toepassing op de ambtenaar of de gewezen ambtenaar die vóór 1 januari 2013 gebruik is gaan maken van het bepaalde
a. in artikel 9b:4 lid 1 of artikel 9b:26 zoals dat luidde op 30 september 2023, of
b. in artikel 9b:11 lid 2 of 9b:35 lid 2 zoals dat luidde op 30 september 2023
en die op 29 oktober 2016 met volledig buitengewoon verlof of onbetaald volledig verlof was, als bedoeld in de hiervoor genoemde artikelen.
Artikel 9i:14 hoogte compensatie
De compensatie AOW is gelijk aan de netto AOW-uitkering waarbij geen loonheffingskorting wordt toegepast, die voor de ambtenaar in de betreffende maand zou hebben bestaan, inclusief de inkomensondersteuning AOW en het vakantiegeld. Een korting op grond van artikel 13 AOW wordt hierbij buiten beschouwing gelaten.
Artikel 9i:15 verlaging compensatie
De compensatie bedoeld in artikel 9i:14 wordt verlaagd met:
a. de door de ambtenaar ontvangen overbruggingsuitkering van de Sociale Verzekeringsbank.
b. de hoogte van het bedrag dat de ambtenaar heeft ontvangen op grond van door de werkgever vanaf 2013 beschikbaar gestelde regelingen met als aantoonbaar doel de gevolgen van de verhoging van de AOW-leeftijd voor de ambtenaar te compenseren.
Paragraaf 8 compensatie verhoging AOW vanaf 1 januari 2013 inactief
Deze paragraaf is van toepassing op de ambtenaar of de gewezen ambtenaar die vanaf 1 januari 2013 gebruik is gaan maken van het bepaalde
a. in artikel 9b:4 lid 1 of artikel 9b:26 zoals dat luidde op 30 september 2023, of
b. In artikel 9b:11 lid 2 of artikel 9b:35 lid 2 zoals dat luidde op 30 september 2023
en die op 29 oktober 2016 met volledig buitengewoon verlof of onbetaald volledig verlof was als bedoeld in de hiervoor genoemde artikelen.