Organisatie | Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Besluit Bezwarende Functie VRR |
Citeertitel | Besluit Bezwarende Functie VRR |
Vastgesteld door | dagelijks bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | 14e wijziging Besluit Bezwarende Functie VRR |
Aanpassing art 9b:77, 9b:80 eerste lid en 9b:82
Besluit aanwijzing bezwarende functies VRR 2018
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-02-2024 | 01-01-2020 | 14-02-2024 | Wijziging artikel 9e:2, 9e:11, nieuw 9e:14 en 9e:15 | 14-02-2024 | 11DB240214 |
14-02-2024 | 01-01-2020 | 14-02-2024 | Wijziging art. 9f:4, nieuw: 9e:16 en 9e:17 | 14-02-2024 | 11DB240214 |
14-02-2024 | 01-01-2018 | Wijziging artikel 9b:77, 9b:80 lid 1 en 9b:82 | 14-02-2024 | 11DB240214 | |
24-07-2020 | 01-03-2020 | 14-02-2024 | wijziging artikel 9f:11 | 01-07-2020 | 13DB200701 |
23-07-2020 | 01-08-2019 | 24-07-2020 | Wijziging artikel 9e:2 lid 2 | 01-07-2020 | 13DB200701 |
20-07-2020 | 01-08-2019 | 23-07-2020 | Wijziging artikel 9e:2 en 9e:13 | 01-07-2020 | 13DB200701 |
15-07-2020 | 01-07-2019 | 20-07-2020 | Aanpassing art 9b:25 lid 1, 2 en 6. Vervallen art. 9f:13 | 01-07-2020 | 13DB200701 |
13-07-2020 | 01-07-2019 | 15-07-2020 | wijziging o.a. artikelen met termen 'bezoldiging' en 'onbezoldigd' | 01-07-2020 | 13DB200701 |
10-07-2020 | 01-01-2018 | 13-07-2020 | wijziging Artikel 9b:80 lid 2 en Artikel 9f:13 lid 1 | 01-07-2020 | 13DB200701 |
07-07-2020 | 01-01-2019 | 10-07-2020 | wijziging diverse artikelen | 01-07-2020 | 13DB200701 |
14-12-2018 | 01-01-2017 | 07-07-2020 | vervangen tabellen in 9b:22a lid 2 en 9b:45a lid 2; Aanpassing 9a:4, 9a:5, 9a:7 en 9a:9; wijziging 9b:81 lid 4 en 9f:16 lid 3; aanpassing 9f:2 lid 3; vernummering 9e:14 en 9e:15 naar 9f:17 resp. 9f:18 | 26-11-2018 | 13DB181126 |
07-12-2018 | 01-04-2016 | 14-12-2018 | wijziging 9b:12 leden 1 en 2; 9b:36 leden 1 en 2; vervallen paragraaf 4 van hoofdstuk 9b, en vervallen 9b:52, 9b:52a en 9b:53 | 26-11-2018 | 13DB181126 |
29-11-2018 | 01-07-2011 | 29-11-2018 | toevoeging paragrafen 6 en 7 aan hoofdstuk 9b | 26-11-2018 | 13DB181126 |
29-11-2018 | 01-07-2013 | 07-12-2018 | wijziging | 26-11-2018 | 13DB181126 |
09-10-2018 | 01-01-2018 | 29-11-2018 | Wijziging regeling | 10-09-2018 | 11DB180910 |
08-12-2008 | 01-07-2006 | 09-10-2018 | Nieuwe regeling | 08-12-2008 www.veiligheidsregio-rr.nl | 17AB081208 |
Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond,
in overweging nemend dat de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) gelet op artikel 35 van de Gemeenschappelijke Regeling in beginsel de rechtspositie volgt van de gemeente Rotterdam, tenzij het Algemeen Bestuur t.a.v. sectorale aspecten anders besluit; is van mening dat gelet op het
gevoerde overleg met de Commissie voor Georganiseerd Overleg d.d. 22 oktober 2008, welk overleg tot overeenstemming heeft geleid, het wenselijk is te komen tot een regeling voor de VRR analoog aan het CAR-UWO hoofdstuk 9a, 9b en 9e.
vast te stellen de volgende Verordening:
9a AMBTENAREN DIE VANAF 1 JANUARI 2006 IN DIENST ZIJN GETREDEN OP EEN BEZWARENDE FUNCTIE
Dit hoofdstuk is van toepassing op de ambtenaar die vanaf 1 januari 2006 in dienst is getreden op een bezwarende functie, die op 31 december 2005 recht gaf op functioneel leeftijdsontslag op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005.
De ambtenaar ondergaat periodiek een medische keuring conform de richtlijnen voor de Periodiek Arbeidsgeneeskundige Monitor.
Het bestuur en de ambtenaar leggen in een persoonlijk loopbaanplan de afspraken vast over de loopbaanontwikkeling en de vereiste kennis en vaardigheden, alsmede de in dat kader door de ambtenaar te volgen opleiding en de te ondernemen activiteiten, die nodig zijn om na maximaal 20 jaar gewerkt te hebben in een bezwarende functie een tweede loopbaan te beginnen. Het loopbaanplan omvat in ieder geval die opleidingselementen die nodig zijn om de ambtenaar die bij de brandweer werkzaam is, in 20 jaar op te leiden tot MBO-niveau. Hierbij moet het gaan om opleidingen die extern erkend worden.
De ambtenaar die evident misbruik maakt van de loopbaanfaciliteiten die het bestuur biedt, is verplicht de kosten, verband houdende met de activiteiten dan wel opleidingen, die door het bestuur zijn vergoed, terug te betalen.
Artikel 9a:11 Garantietoeslag, afbouwtoelage en afkoopbedrag
In dit artikel wordt onder berekeningsgrondslag verstaan: het inkomen dat wordt verkregen door de optelsom van:
i. het salaris en de toegekende salaristoelage(n), bedoeld in artikel 3 en paragraaf 3 van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016;
ii. de IKB-onderdelen, bedoeld in artikel 28 lid 2 sub a en b van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016;
iii. de TOR, bedoeld in artikel 14 van de Uitvoeringsregeling salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016;
iv. de in het Besluit salaris, vergoedingen, toelagen en uitkeringen 2016 genoemde andere toelagen en emolumenten, voor zover die aan de ambtenaar zijn toegekend, berekend over een periode van 12 maanden onmiddellijk voorafgaande aan het begin van de tweede loopbaan. Indien verlofopname door de ambtenaar in deze 12 maanden heeft geleid tot een wijziging van de feitelijke uitbetaling van de berekeningsgrondslag, als bedoeld in artikel 9f:2 van het Besluit bezwarende functie VRR werkt die wijziging door in de berekeningsgrondslag.
De ambtenaar die binnen de organisatie van de VRR de tweede loopbaan begint, krijgt een garantietoelage ter hoogte van het negatieve verschil tussen het oude en het nieuwe salaris. Het oude salaris wordt niet geïndexeerd met de generieke salarisverhoging, zoals deze in de gemeentelijke sector wordt overeengekomen.
Op de garantietoelage wordt een vermindering toegepast tot het bedrag waarmee het nieuwe salaris en eventuele (salaris)toelagen en vergoedingen, behorende bij de nieuwe functie, samen met de garantietoelage de berekeningsgrondslag overstijgt. De berekeningsgrondslag wordt niet geïndexeerd met de generieke salarisverhoging, zoals deze in de gemeentelijke sector wordt overeengekomen.
De ambtenaar die als gevolg van de tweede loopbaan binnen de organisatie van de VRR de toelagen en vergoedingen verliest, die behoorden bij de bezwarende functie, krijgt een aflopende afbouwtoelage ter hoogte van een percentage van het verschil tussen de oude toelagen en vergoedingen en eventuele toelagen en vergoedingen die bij de nieuwe functie behoren. De afbouwtoelage bedraagt:
De oude toelagen en vergoedingen worden niet geïndexeerd met de generieke salarisverhoging, zoals deze in de gemeentelijke sector wordt overeengekomen.
Op de afbouwtoelage wordt een vermindering toegepast tot het bedrag waarmee het nieuwe salaris en eventuele toelagen en vergoedingen, behorende bij de nieuwe functie, samen met de garantietoelage en de afbouwtoelage de berekeningsgrondslag overstijgt. De berekeningsgrondslag wordt niet geïndexeerd met de generieke salarisverhoging, zoals deze in de gemeentelijke sector wordt overeengekomen.
De ambtenaar die een tweede loopbaan begint buiten de organisatie van de VRR ontvangt een afkoopbedrag ter hoogte van 175% van het verschil tussen de berekeningsgrondslag (op jaarbasis) en het nieuwe jaarsalaris, inclusief eventuele toelagen en vergoedingen. Het nieuwe jaarsalaris, inclusief eventuele toelagen en vergoedingen, wordt berekend naar het bedrag dat voor de ambtenaar bij indiensttreding bij de nieuwe werkgever is vastgesteld.
Hoofdstuk 9b OVERGANGSRECHT AMBTENAREN IN EEN FUNCTIE DIE OP 31 DECEMBER 2005 RECHT GAF OP FUNCTIONEEL LEEFTIJDSONTSLAG
Paragraaf 1 Algemene bepalingen
Als voorwaarde bij de toepassing van het tweede lid geldt dat de functie waarnaar de ambtenaar overstapt ook een bezwarende functie is, op grond waarvan krachtens artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005, ontslag werd verleend op de leeftijd van 55 jaar of ouder.
Artikel 9b:2 Begripsbepalingen
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
dienstjaren voor brandweerpersoneel: de jaren in dienst van een gemeentelijk beroepsbrandweerkorps, de jaren werkzaam als buschauffeur of trambestuurder bij het stadsvervoer, mits dit een functie was, die op dat moment recht gaf op functioneel leeftijdsontslag en de jaren als vrijwilliger bij de brandweer, mits het om jaren gaat waarin daadwerkelijk en regelmatig in de uitruk is ingezet en men niet tegelijkertijd een aanstelling had als beroepsbrandweer. Bij twijfel over het aantal dienstjaren als vrijwilliger dient de ambtenaar aannemelijk te maken hoeveel jaren hij als vrijwilliger is ingezet;
dienstjaren voor ambulancepersoneel: de jaren werkzaam bij een gemeentelijke ambulancedienst, de jaren werkzaam bij een ambulancedienst van een ziekenhuis of bij een ambulancedienst in de particuliere sector en de jaren werkzaam als buschauffeur of trambestuurder bij het stadsvervoer, mits dit een functie was, die op dat moment recht gaf op functioneel leeftijdsontslag;
Deze paragraaf is van toepassing op de ambtenaar die geboren is na 1949 en die op 1 januari 2006 20 dienstjaren of meer had in een bezwarende functie en die op het eerst mogelijke moment van verstrekking van de werkgeversbijdrage levensloop - in december 2006 - als bedoeld in artikel 9e:8 en 9e:9a niet in aanmerking kwam voor een WIA/WAO uitkering en die werkgeversbijdragen levensloop heeft ontvangen.
Artikel 9b:4 Keuzemogelijkheid voor de ambtenaar geboren na 1949 met 20 dienstjaren of meer op 1 januari 2006 in een bezwarende functie
De ambtenaar wordt op zijn verzoek vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij de leeftijd van 55 jaar bereikt volledig buitengewoon verlof verleend, tegen doorbetaling van 80% van de voor de ambtenaar geldende berekeningsgrondslag. Voor zover het dienstbelang het toelaat, kan de ambtenaar vanaf de datum bedoeld in de eerste volzin in plaats van het volledig buitengewoon verlof als hiervoor bedoeld, een keuze maken uit de volgende mogelijkheden:
Onverminderd het bepaalde in artikel 9b:11, gaat de datum, bedoeld in het eerste lid zoveel later in als het bestuur op 31 december 2005 op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005, voor de bezwarende functie een hogere leeftijdsgrens had vastgesteld dan 55 jaar.
Voor zover het dienstbelang dit toelaat, kan de ambtenaar, met inachtneming van het derde lid, de in het eerste lid gestelde keuzemogelijkheden later laten ingaan, telkens met een periode van een jaar. Voorwaarde hierbij is dat de ambtenaar medisch geschikt is om door te werken in de bezwarende functie.
De ambtenaar die eenmaal een keuze heeft gemaakt, kan, voor zover het dienstbelang dat toelaat, gedurende de periode tot het moment, bedoeld in artikel 9b:11, zijn keuze herzien, met dien verstande dat de bonus van artikel 9b:4, eerste lid, onderdeel c, berekend wordt naar rato van de tijd die resteert tot de datum, bedoeld in artikel 9b:11, eerste lid. Hierbij geldt als voorwaarde dat als tweede en eventueel volgende keuze alleen een optie in aanmerking komt waarbij minder gewerkt wordt dan bij de eerdere keuze. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing.
De ambtenaar die in de periode van 1 januari 2006 tot 1 januari 2011 gebruik maakt van de mogelijkheid, bedoeld in de eerste zin van het eerste lid van dit artikel, en direct daaraan voorafgaand een functie bekleedde waaraan salarisschaal 6 of lager was verbonden, ontvangt gedurende die periode € 500,- netto per kalenderjaar. De ambtenaar die in deze periode geen volledig kalenderjaar gebruik maakt van de genoemde mogelijkheid, ontvangt een bedrag naar rato. Deze uitkering wordt eenmaal per kalenderjaar in de maand december betaald. Aan de ambtenaar die op grond van lokaal beleid al een vergoeding heeft ontvangen, wordt alleen het deel van het totaalbedrag, waarop op grond van dit lid recht bestaat, uitbetaald dat hoger is dan de reeds ontvangen vergoeding.
Artikel 9b:5 Pensioenopbouw tijdens keuzes van artikel 9b:4
Over de bonus, bedoeld in artikel 9b:4, eerste lid, onderdeel a en c wordt geen pensioen opgebouwd.
Artikel 9b:6 Vakantieopbouw tijdens periode van artikel 9b:4
Gedurende de periode, bedoeld in artikel 9b:4, vindt opbouw van vakantie-uren plaats naar rato van het aantal uren dat de ambtenaar werkt.
Artikel 9b:7 IKB, salaristoelagen en TOR tijdens de periode van artikel 9b:4
De ambtenaar, bedoeld in artikel 9b:4 lid 1, eerste volzin en onder a en b heeft geen recht op een IKB, salaristoelage(n) of TOR op grond van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016 of de Uitvoeringsregeling salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016.
Artikel 9b:8 Eindejaaruitkering opbouw tijdens periode van artikel 9b:4
Gedurende de periode, bedoeld in artikel 9b:4, vindt opbouw van de eindejaarsuitkering plaats naar rato van het aantal uren dat de ambtenaar werkt.
Artikel 9b:9 Ambtsjubileumgratificatie tijdens periode van artikel 9b:4
De jaren dat de ambtenaar op grond van artikel 9b:4 volledig buitengewoon verlof is verleend, tegen doorbetaling van 80% van de voor de ambtenaar geldende berekeningsgrondslag, tellen voor de berekening van de ambtsjubileumgratificatie niet mee.
Artikel 9b:10 Verrekening inkomsten tijdens periode van artikel 9b:4
Wanneer de ambtenaar tijdens de periode, bedoeld in artikel 9b:4, eerste volzin of onder b, inkomsten geniet of gaat genieten uit of in verband met arbeid of bedrijf, ter hand genomen met ingang van of na de datum waarop artikel 9b:4 van toepassing is geworden, wordt op de doorbetaling van de berekeningsgrondslag, een vermindering toegepast. Deze vermindering is gelijk aan het bedrag waarmee de inkomsten en de doorbetaalde berekeningsgrondslag, samen de laatstelijk genoten berekeningsgrondslag te boven gaan.
De in het derde lid bedoelde vermindering vindt echter niet plaats indien de inkomsten of hogere inkomsten het gevolg zijn van algemene loonsverhogingen, of indien de ambtenaar aannemelijk maakt dat die inkomsten niet het gevolg zijn van verhoogde werkzaamheid of van andere oorzaken, verband houdende met de toepassing van artikel 9b:4.
Artikel 9b:11 Onbetaald volledig verlof voor de ambtenaar geboren na 1949 met 20 dienstjaren of meer op 1 januari 2006 in een bezwarende functie
De ambtenaar die op grond van artikel 9b:4, eerste lid, gedeeltelijk doorbetaald volledig buitengewoon verlof geniet dan wel die heeft gekozen voor artikel 9b:4, eerste lid, onderdeel a of b, wordt onbetaald volledig verlof verleend vanaf 1 januari 2019 als de ambtenaar op 29 oktober 2016 en 31 december 2018 gedeeltelijk doorbetaald volledig buitengewoon verlof geniet; de periode van gedeeltelijk doorbetaald volledig buitengewoon verlof wordt hierdoor onderbroken met de periode van onbetaald volledig verlof.
Op verzoek van de ambtenaar die niet het LOGA-pad als bedoeld in artikel 9e:2 tweede lid volgt, wordt geen inhoud gegeven aan de hiervoor bedoelde onderbreking. Het bevoegd gezag stelt de medewerker op de hoogte van deze mogelijkheid.
In afwijking van het eerste lid, gaat het onbetaald volledig verlof, bedoeld in het eerste lid, in vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij de leeftijd van 60 jaar bereikt, wanneer het bestuur op 31 december 2005 op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005, voor de bezwarende functie een leeftijdsgrens had vastgesteld van 60 jaar.
Voor zover het dienstbelang dit toelaat, kan de ambtenaar, wanneer het bestuur op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005, een leeftijdsgrens had vastgesteld van 59 of 60 jaar, het onbetaald volledig verlof later laten ingaan, telkens met een periode van een jaar. Voorwaarde hierbij is dat de ambtenaar medisch geschikt is om door te werken in de bezwarende functie.
Artikel 9b:12 Premieverdeling bij pensioenopbouw tijdens onbetaald volledig verlof
Wanneer de periode van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:11, eerste lid, langer is dan drie jaar, is vanaf dat moment het verhaal van de pensioenpremies en premie voor de voorwaardelijke inkoop gelijk aan het bedrag van de premies en de bijdragen die voor de ambtenaar zijn verschuldigd.
Wanneer de periode van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:11, tweede lid, langer is dan twee jaar, is vanaf dat moment het verhaal van de pensioenpremies en premie voor de voorwaardelijke inkoop gelijk aan het bedrag van de premies en de bijdragen die voor de ambtenaar zijn verschuldigd.
Artikel 9b:14 Vakantie opbouw tijdens onbetaald verlof
Gedurende de periode van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:11, vindt geen opbouw van vakantie-uren plaats.
Artikel 9b:17 Ziekte tijdens onbetaald verlof
Ziekte tijdens de periode van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:11, leidt niet tot stopzetting van het onbetaald volledig verlof.
Artikel 9b:18 Ambtsjubileum tijdens onbetaald volledig verlof
De periode van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:11, telt niet mee voor de berekening van de ambtsjubileumgratificatie.
Artikel 9b:19 Garantieregeling bij arbeidsongeschiktheid na de leeftijd van 50 jaar voor de ambtenaar geboren na 1949 met 20 dienstjaren of meer op 1 januari 2006 in een bezwarende functie
De ambtenaar wiens eerste ziektedag ligt na de leeftijd van 55 jaar en die wegens ziekte ongeschikt wordt om zijn betrekking te vervullen, wordt niet ziek gemeld. Vanaf de datum dat de door deze ambtenaar gemaakte keuze op grond van artikel 9b:4, eerste lid, vanwege medische geschiktheid niet meer mogelijk is, verandert deze keuze in een keuze die op grond van zijn medische geschiktheid nog wel mogelijk is, met dien verstande dat de bonus van artikel 9b:4, eerste lid, onderdeel c, berekend wordt naar rato van de tijd die resteert tot de datum, bedoeld in artikel 9b:11, eerste lid. Op hem blijft artikel 9b:11 van toepassing.
Artikel 9b:20 Salarisgarantie bij definitieve herplaatsing bij ziekte
De ambtenaar die op grond van hoofdstuk VII van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam binnen de VRR definitief herplaatst wordt, heeft recht op een garantietoeslag ter hoogte van het negatieve verschil tussen de berekeningsgrondslag aangevuld met de toeslag bedoeld in artikel 28 lid 3 sub a en het nieuwe totaalinkomen van de ambtenaar. Tot het totaalinkomen wordt de berekeningsgrondslag aangevuld met de toeslag bedoeld in artikel 28 lid 3 van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016 in de nieuwe functie gerekend, alsmede de uitkeringen die de ambtenaar in verband met zijn arbeidsongeschiktheid ontvangt.
Artikel 9b:21 Levensloop voor de ambtenaar geboren na 1949 met 20 dienstjaren of meer op 1 januari 2006 in een bezwarende functie
Op de ambtenaar, die een bezwarende functie bekleedt, waaraan het bestuur op 31 december 2005 op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005, een leeftijdsgrens had vastgesteld, is de levensloopregeling van hoofdstuk 9e van toepassing.
Artikel 9b:22 Inkoop Ouderdomspensioen voor de ambtenaar geboren na 1949 met 20 dienstjaren of meer op 1 januari 2006 in een bezwarende functie
Ten behoeve van de ambtenaar wordt, onder de voorwaarde dat hij daarvoor fiscale ruimte beschikbaar heeft, op de leeftijd van 53 jaar een bedrag in ABP Extra Pensioen gestort ter hoogte van 57% van het geïndexeerde loon maal de leeftijdsafhankelijke factor, die behoort bij de leeftijd van 53 jaar. Hierbij is het geïndexeerde loon het gemiddelde pensioengevend inkomen zoals dat bij ABP bekend is over de dienstjaren tot 53 jaar maal de indexatie per betreffend dienstjaar zoals door ABP is vastgesteld. Indien het loon uit enig dienstjaar bij ABP niet bekend is, toont de ambtenaar wat het loon is geweest.
De ambtenaar die voor de leeftijd van 53 jaar uittreedt uit een bezwarende functie, ontvangt met inachtneming van het tweede lid, het in het eerste lid genoemde bedrag op de datum van uittreden, waarbij de leeftijdsafhankelijke factor wordt toegepast die hoort bij de leeftijd op het moment van uittreden en het gemiddelde loon wordt berekend tot het moment van uittreden.
Deze paragraaf is van toepassing op de ambtenaar die geboren is na 1949 en die op 1 januari 2006 minder dan 20 dienstjaren had in een bezwarende functie en die op het eerst mogelijke moment van verstrekking van de werkgeversbijdrage levensloop - in december 2006 - als bedoeld in artikel 9e:8 en 9e:9a niet in aanmerking kwam voor een WIA/WAO uitkering en die werkgeversbijdragen levensloop heeft ontvangen.
Artikel 9b:24 Doorwerken zolang dit medisch verantwoord is en tenzij tweede loopbaan gestart wordt
Artikel 9b:25 Tweede loopbaan voor de ambtenaar met minder dan 20 dienstjaren op 1 januari 2006 in een bezwarende functie
Op de ambtenaar zijn tot de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij de uittredeleeftijd als bedoeld in artikel 9f:3 bereikt, de artikelen 9a:5 tot en met 9a:8 en 9a:10 van overeenkomstige toepassing met uitzondering van:
a) de periode van 20 jaar als bedoeld in 9a:5 lid 2 en 9a:8 lid 2 en
De ambtenaar die in het kader van de tweede loopbaan een andere functie aanvaardt binnen de organisatie van de gemeente, ontvangt, in afwijking van artikel 9a:11, een garantietoeslag ter hoogte van het negatieve verschil tussen de berekeningsgrondslag aangevuld met de toeslag bedoeld in 3:28 lid 3 sub a in de oude en de nieuwe functie.
Artikel 9b:26 Recht voor de ambtenaar met minder dan 20 dienstjaren op 1 januari 2006 in een bezwarende functie
Artikel 9b:27a Toelage onregelmatige dient, eindejaarsuitkering en vakantietoelage tijdens de periode van artikel 9b:26
Artikel 9b:28 Gedeeltelijke doorbetaald buitengewoon verlof voor de ambtenaar geboren na 1949 met minder dan 20 dienstjaren op 1 januari 2006 in een bezwarende functie
De ambtenaar die op 1 januari 2006 minder dan 20 dienstjaren heeft, wordt vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij een bepaalde leeftijd bereikt, volledig buitengewoon verlof verleend, tegen doorbetaling van een bepaald percentage van de voor de ambtenaar geldende berekeningsgrondslag. De leeftijd en het percentage zijn afhankelijk van het aantal dienstjaren op 1 januari 2006. De leeftijd waaraan de ingangsdatum van het volledig buitengewoon verlof is gekoppeld, en het percentage dat vanaf dat moment wordt betaald, zijn bij een aantal dienstjaren op 1 januari 2006 van:
Onverminderd het bepaalde in artikel 9b:35, gaat de datum, bedoeld in het eerste lid, zoveel later in als het bestuur op 31 december 2005 op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005, voor de bezwarende functie een hogere leeftijdgrens had vastgesteld dan 55 jaar.
Artikel 9b:29 Pensioenopbouw tijdens periode van artikel 9b:28
Tijdens de periode, bedoeld in artikel 9b:28, bouwt de ambtenaar pensioen op over de berekeningsgrondslag.
Artikel 9b:30 Ambtsjubileumgratificatie tijdens verlof periode van artikel 9b:28
De jaren dat de ambtenaar op grond van artikel 9b:28 volledig buitengewoon verlof is verleend, tegen doorbetaling van 75%, 78% of 80% van de voor de ambtenaar geldende berekeningsgrondslag, tellen voor de berekening van de ambtsjubileumgratificatie niet mee.
Artikel 9b:31 Vakantieopbouw tijdens de periode van artikel 9b:26 en 9b:28
Gedurende de periode, bedoeld in artikel 9b:26 en artikel 9b:28, vindt opbouw van vakantie-uren plaats naar rato van het aantal uren dat de ambtenaar werkt.
Artikel 9b:34 Verrekening inkomsten tijdens de periode van artikel 9b:26 en 9b:28
Wanneer de ambtenaar tijdens de periode, bedoeld in artikel 9b:26 en artikel 9b:28, inkomsten geniet of gaat genieten uit of in verband met arbeid of bedrijf, ter hand genomen met ingang van of na de datum waarop artikel 9b:26 van toepassing is geworden, wordt op de doorbetaling van de berekeningsgrondslag, een vermindering toegepast. Deze vermindering is gelijk aan het bedrag waarmee de inkomsten en de doorbetaalde berekeningsgrondslag, samen de laatstelijk genoten berekeningsgrondslag te boven gaan.
De in het derde lid bedoelde vermindering vindt echter niet plaats indien de inkomsten of hogere inkomsten het gevolg zijn van algemene loonsverhogingen, of indien de ambtenaar aannemelijk maakt dat die inkomsten niet het gevolg zijn van verhoogde werkzaamheid of van andere oorzaken, verband houdende met de toepassing van artikel 9b:26.
Artikel 9b:35 Onbetaald verlof voor de ambtenaar geboren na 1949 met minder dan 20 dienstjaren op 1 januari 2006 in een bezwarende functie
De ambtenaar wordt onbetaald volledig verlof verleend vanaf 1 januari 2019, als de ambtenaar op 29 oktober 2016 en 31 december 2018 gedeeltelijk doorbetaald volledig buitengewoon verlof geniet; de periode van gedeeltelijk doorbetaald volledig buitengewoon verlof wordt hierdoor onderbroken met de periode van onbetaald volledig verlof.
Op verzoek van de ambtenaar die niet het LOGA-pad als bedoeld in artikel 9e:2 tweede lid volgt, wordt geen inhoud gegeven aan hiervoor bedoelde onderbreking. Het bevoegd gezag stelt de medewerker op de hoogte van deze mogelijkheid.
In afwijking van het eerste lid, gaat het onbetaald volledig verlof, bedoeld in het eerste lid, in vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de medewerker de leeftijd van 60 jaar bereikt, wanneer het bestuur op 31 december 2005 op grond van artikel 8:3, zoals dat luidde op 31 december 2005, voor de bezwarende functie een leeftijdsgrens had vastgesteld van 60 jaar.
Voor zover het dienstbelang dit toelaat, kan de ambtenaar, voor wie het bestuur op 31 december 2005 op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005, voor de bezwarende functie een leeftijdsgrens had vastgesteld van 59 of 60 jaar, het onbetaald volledig verlof later laten ingaan, telkens met een jaar. Voorwaarde hierbij is dat de ambtenaar medisch geschikt is om door te werken in de bezwarende functie.
Artikel 9b:36 Premieverdeling bij pensioenopbouw tijdens onbetaald volledig verlof
Wanneer de periode van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:35, eerste lid, langer is dan drie jaar, is vanaf dat moment het verhaal van de pensioenpremies en premie voor de voorwaardelijke inkoop gelijk aan het bedrag van de premies en de bijdragen die voor de ambtenaar zijn verschuldigd.
Wanneer de periode van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:35, tweede lid, langer is dan twee jaar, is vanaf dat moment het verhaal van de pensioenpremies en premie voor de voorwaardelijke inkoop gelijk aan het bedrag van de premies en de bijdragen die voor de ambtenaar zijn verschuldigd.
Artikel 9b:38 Vakantieopbouw tijdens onbetaald volledig verlof
Gedurende de periode van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:35, vindt geen opbouw van vakantie-uren plaats.
Artikel 9b:41 Ziekte tijdens onbetaald volledig verlof
Ziekte tijdens de periode van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:35, leidt niet tot stopzetting van het onbetaald volledig verlof.
Artikel 9b:42 Ambtsjubileumgratificatie tijdens onbetaald volledig verlof
De periode van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:35, telt niet mee voor de berekening van de ambtsjubileumgratificatie.
Artikel 9b:43 Arbeidsongeschiktheid en garantieregeling bij arbeidsongeschiktheid na de leeftijd van 50 jaar voor de ambtenaar geboren na 1949 met minder dan 20 dienstjaren op 1 januari 2006 in een bezwarende functie
Artikel 9b:44 Levensloop voor ambtenaar met minder dan 20 dienstjaren op 1 januari 2006
Op de ambtenaar, die een bezwarende functie bekleedt, waaraan het bestuur op 31 december 2005 op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005, een leeftijdsgrens had vastgesteld, is de levensloopregeling van hoofdstuk 9e van toepassing.
Artikel 9b:45 Inkoop Ouderdomspensioen voor de ambtenaar met minder dan 20 dienstjaren op 1 januari 2006
Paragraaf 5 De ambtenaar in een niet bezwarende functie
Artikel 9b:51 De ambtenaar geboren na 1949 met 20 dienstjaren of meer op 1 januari 2006, in een niet bezwarende functie
De ambtenaar die geboren is na 1949 en die op 1 januari 2006 20 dienstjaren of meer had, krijgt voor ieder jaar dat hij de niet bezwarende functie bekleed heeft, waarvoor door het bestuur krachtens artikel 92 van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam, zoals dat luidde op 31 december 2005, leeftijdsgrenzen zijn bepaald, een levensloopbijdrage van 2% van het voor ambtenaar geldende jaarsalaris over het jaar dat de functie werd bekleed.
Paragraaf 6 De ambtenaar geboren na 1949 met 20 dienstjaren of meer in een bezwarende functie op 1 januari 2006 en die op het eerst mogelijke moment van verstrekking van de werkgeversbijdrage levensloop - in december 2006 - als bedoeld in artikel 9e:8 en 9e:9a in aanmerking kwam voor een WIA/WAO uitkering en die geen werkgeversbijdragen levensloop heeft ontvangen.
Deze paragraaf is van toepassing op de ambtenaar die geboren is na 1949 en die op 1 januari 2006 20 dienstjaren of meer had in een bezwarende functie en die op het eerst mogelijke moment van verstrekking van de werkgeversbijdrage levensloop - in december 2006 - als bedoeld in artikel 9e:8 en 9e:9a in aanmerking kwam voor een WIA/WAO-uitkering en die geen werkgeversbijdragen levensloop heeft ontvangen.
Artikel 9b:55 Analoge toepassing
De artikelen 9b:4 tot en met artikel 9b:10, artikel 9b:20, artikel 9b:22, artikel 9b:22a en artikel 9b:22b zijn van toepassing.
Artikel 9b:56 Volledig buitengewoon verlof
De ambtenaar die op grond van artikel 9b:4, eerste lid, gedeeltelijk doorbetaald volledig buitengewoon verlof geniet dan wel die heeft gekozen voor artikel 9b:4, eerste lid, onderdeel a of b, wordt vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij de leeftijd van 59 jaar bereikt volledig buitengewoon verlof verleend voor een periode van 3 jaar, tegen doorbetaling van 70% van de voor de ambtenaar geldende berekeningsgrondslag.
In afwijking van het eerste lid, gaat het volledig buitengewoon verlof, bedoeld in het eerste lid, in vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij de leeftijd van 60 jaar bereikt, wanneer het bestuur op 31 december 2005 op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement, zoals dat luidde op 31 december 2005, voor de bezwarende functie een leeftijdsgrens had vastgesteld van 60 jaar.
Voor zover het dienstbelang dit toelaat, kan de ambtenaar, wanneer het bestuur op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement, zoals dat luidde op 31 december 2005, een leeftijdsgrens had vastgesteld van 59 of 60 jaar, het onbetaald volledig verlof later laten ingaan, telkens met een periode van een jaar. Voorwaarde hierbij is dat de ambtenaar medisch geschikt is om door te werken in de bezwarende functie.
Wanneer sprake is van een overstap van de ene bezwarende oud FLO-functie naar een andere bezwarende oud FLO-functie, als bedoeld in artikel 9b:1, tweede lid, waarbij het overgangsrecht voortgezet wordt, dan is het zesde lid niet van toepassing en behoudt de ambtenaar de rechten op grond van het eerste tot en met vijfde lid.
Artikel 9b:57 IKB, salaristoelagen en TOR tijdens de periode van artikel 9b:56
De ambtenaar bedoeld in artikel 9b:56 heeft geen recht op IKB, salaristoelage of een TOR op grond van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016 of de Uitvoeringsregeling salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016.
Artikel 9b:59 Ambtsjubileumgratificatie tijdens periode van artikel 9b:56
De jaren dat de ambtenaar op grond van artikel 9b:56 volledig buitengewoon verlof is verleend, tegen doorbetaling van 70% van de voor de ambtenaar geldende berekeningsgrondslag, tellen voor de berekening van de ambtsjubileumgratificatie niet mee.
Artikel 9b:60 Verrekening inkomsten tijdens de periode van artikel 9b:56
Wanneer de ambtenaar tijdens de periode, bedoeld in artikel 9b:56, inkomsten geniet of gaat genieten uit of in verband met arbeid of bedrijf, ter hand genomen met ingang van of na de datum waarop artikel 9b:56 van kracht is geworden, wordt op de doorbetaling van de berekeningsgrondslag, een vermindering toegepast. Deze vermindering is gelijk aan het bedrag waarmee de inkomsten en de doorbetaalde berekeningsgrondslag, samen de laatstelijk genoten berekeningsgrondslag te boven gaan.
De in het derde lid bedoelde vermindering vindt echter niet plaats indien de inkomsten of hogere inkomsten het gevolg zijn van algemene loonsverhogingen, of indien de ambtenaar aannemelijk maakt dat die inkomsten niet het gevolg zijn van verhoogde werkzaamheid of van andere oorzaken, verband houdende met de toepassing van artikel 9b:56.
Artikel 9b:61 Vakantieopbouw tijdens volledig buitengewoon verlof
Gedurende de periode van het volledig buitengewoon verlof, bedoeld in artikel 9b:56 vindt geen opbouw van vakantie-uren plaats.
Artikel 9b:62 Ziekte tijdens volledig buitengewoon verlof
Ziekte tijdens de periode van het volledig buitengewoon verlof, bedoeld in artikel 9b:55, leidt niet tot stopzetting van het volledig buitengewoon verlof.
Artikel 9b:63 Garantieregeling bij arbeidsongeschiktheid na de leeftijd van 50 jaar
De ambtenaar wiens eerste ziektedag ligt na de leeftijd van 55 jaar en die wegens ziekte ongeschikt wordt om zijn betrekking te vervullen, wordt niet ziek gemeld. Vanaf de datum dat de door deze ambtenaar gemaakte keuze op grond van artikel 9b:4, eerste lid, vanwege medische geschiktheid niet meer mogelijk is, verandert deze keuze in een keuze die op grond van zijn medische geschiktheid nog wel mogelijk is, met dien verstande dat de bonus van artikel 9b:4, eerste lid, onderdeel c, berekend wordt naar rato van de tijd die resteert tot de datum, bedoeld in artikel 9b:56, eerste lid. Op hem blijft artikel 9b:56 van toepassing.
Paragraaf 7 De ambtenaar geboren na 1949 met minder dan 20 dienstjaren in een bezwarende functie op 1 januari 2006 en die op het eerst mogelijke moment van verstrekking van de werkgeversbijdrage levensloop - in december 2006 - in aanmerking kwam voor een WAO/WIA uitkering en die geen werkgeversbijdragen levensloop heeft ontvangen.
Deze paragraaf is van toepassing op de ambtenaar die geboren is na 1949 en die op 1 januari 2006 minder dan 20 dienstjaren had in een bezwarende functie en die op het eerst mogelijke moment van verstrekking van de werkgeversbijdrage levensloop - in december 2006 - in aanmerking kwam voor een WAO/WIA uitkering en die geen werkgeversbijdragen levensloop heeft ontvangen.
Artikel 9b:66 Analoge toepassing
De artikelen 9b:24 tot en met artikel 9b:34, artikel 9b:45, artikel 9b:45a en artikel 9b:45b zijn van toepassing.
Artikel 9b:67 Volledig buitengewoon verlof
In afwijking van het eerste lid, gaat het volledig buitengewoon verlof, bedoeld in het eerste lid, in vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de medewerker de leeftijd van 60 jaar bereikt, wanneer het bestuur op 31 december 2005 op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement, zoals dat luidde op 31 december 2005, voor de bezwarende functie een leeftijdsgrens had vastgesteld van 60 jaar.
Voor zover het dienstbelang dit toelaat, kan de ambtenaar, voor wie het bestuur op 31 december 2005 op grond van artikel 92 van het Ambtenarenreglement, zoals dat luidde op 31 december 2005, voor de bezwarende functie een leeftijdsgrens had vastgesteld van 59 of 60 jaar, het onbetaald volledig verlof later laten ingaan, telkens met een jaar. Voorwaarde hierbij is dat de ambtenaar medisch geschikt is om door te werken in de bezwarende functie.
Wanneer sprake is van een overstap van de ene bezwarende oud FLO-functie naar een andere bezwarende oud FLO-functie, als bedoeld in artikel 9b:1, tweede lid, waarbij het overgangsrecht voortgezet wordt, dan is het zevende lid niet van toepassing en behoudt de ambtenaar de rechten op grond van het eerste tot en met zesde lid.
Artikel 9b:68 IKB, salaristoelagen en TOR tijdens de periode van artikel 9b:67
De ambtenaar bedoeld in artikel 9b:68 heeft geen recht op IKB, salaristoelage of een TOR op grond van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016 of de Uitvoeringsregeling salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016.
Artikel 9b:70 Ambtsjubileumgratificatie tijdens periode van artikel 9b:67
De jaren dat de ambtenaar op grond van artikel 9b:62 gedeeltelijk betaald verlof is verleend, tegen doorbetaling van 70% van de voor de ambtenaar geldende berekeningsgrondslag, tellen voor de berekening van de ambtsjubileumgratificatie niet mee.
Artikel 9b:71 Verrekening inkomsten tijdens de periode van artikel 9b:67
Wanneer de ambtenaar tijdens de periode, bedoeld in artikel 9b:67 inkomsten geniet of gaat genieten uit of in verband met arbeid of bedrijf, ter hand genomen met ingang van of na de datum waarop artikel 9b:67 van kracht is geworden, wordt op de doorbetaling van de berekeningsgrondslag, een vermindering toegepast. Deze vermindering is gelijk aan het bedrag waarmee de inkomsten en de doorbetaalde berekeningsgrondslag, samen de laatstelijk genoten berekeningsgrondslag te boven gaan.
De in het derde lid bedoelde vermindering vindt echter niet plaats indien de inkomsten of hogere inkomsten het gevolg zijn van algemene loonsverhogingen, of indien de ambtenaar aannemelijk maakt dat die inkomsten niet het gevolg zijn van verhoogde werkzaamheid of van andere oorzaken, verband houdende met de toepassing van artikel 9b:67.
Artikel 9b:72 Vakantieopbouw tijdens volledig buitengewoon verlof
Gedurende de periode van het gedeeltelijk betaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:67 vindt geen opbouw van vakantie-uren plaats.
Artikel 9b:73 Ziekte tijdens volledig buitengewoon verlof
Ziekte tijdens de periode van het volledig buitengewoon verlof, bedoeld in artikel 9b:67, leidt niet tot stopzetting van het gedeeltelijk betaald volledig verlof.
Paragraaf 8 De ambtenaar die voor 1 januari 2013 gebruik is gaan maken van het FLO-overgangsrecht en inactief is op 29 oktober 2016
Deze paragraaf is van toepassing op de ambtenaar of de gewezen ambtenaar die vóór 1 januari 2013 gebruik is gaan maken van het bepaalde
a. in artikel 9b:4 lid 1 of artikel 9b:26, of
b. in artikel 9b:11 lid 2 of 9b:35 lid 2
en op 29 oktober 2016 met volledig buitengewoon verlof of onbetaald volledig verlof als bedoeld in dit hoofdstuk was.
De compensatie AOW is gelijk aan de netto AOW-uitkering waarbij geen loonheffingskorting wordt toegepast, die voor de ambtenaar in de betreffende maand zou hebben bestaan, inclusief de inkomensondersteuning AOW en het vakantiegeld. Een korting op grond van artikel 13 AOW wordt hierbij buiten beschouwing gelaten.
De compensatie bedoeld in artikel 9b:77 wordt verlaagd met
a. de door de ambtenaar ontvangen overbruggingsuitkering van de Sociale Verzekeringsbank.
b. de hoogte van het bedrag dat de ambtenaar heeft ontvangen op grond van door de werkgever vanaf 2013 beschikbaar gestelde regelingen met als aantoonbaar doel de gevolgen van de verhoging van de AOW-leeftijd voor de ambtenaar te compenseren.
Paragraaf 9 De ambtenaar die vanaf 1 januari 2013 gebruik is gaan maken van het FLO-overgangsrecht en inactief is op 29 oktober 2016
Deze paragraaf is van toepassing op de ambtenaar of de gewezen ambtenaar die vanaf 1 januari 2013 gebruik is gaan maken van het bepaalde
a. in artikel 9b:4 lid 1 of artikel 9b:26, of
b. In artikel 9b:11 lid 2 of artikel 9b:35 lid 2
en op 29 oktober 2016 met volledig buitengewoon verlof of onbetaald volledig verlof als bedoeld in dit hoofdstuk was.
Het verzoek bedoeld in lid 1 kan de ambtenaar indienen als hij meent dat:
a. medische ongeschiktheid de reden was om geen verzoek te doen om langer door te werken, of
b. zijn verzoek om langer door te werken zou worden geweigerd op grond van disfunctioneren en hij om deze reden heeft afgezien van een verzoek om langer door te werken.
Hoofdstuk 9e DE LEVENSLOOPREGELING FLO-OVERGANGSRECHT
Dit hoofdstuk is van toepassing op de ambtenaar op wie paragraaf 2 of 3 van hoofdstuk 9b of hoofdstuk 9f van toepassing is.
Artikel 9e:2 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
a. gemeentelijke levensloopregeling FLO-overgangsrecht: een regeling als bedoeld in artikel 39d van de Wet op de loonbelasting 1964;
b. instelling: een door de ambtenaar gekozen kredietinstelling of verzekeraar als bedoeld in artikel 1:1 Wet financieel toezicht;
c. levenslooprekening: een bij de instelling door de ambtenaar geopende geblokkeerde rekening, waarop de inleg van de ambtenaar wordt gestort;
d. levensloopverzekering: een bij de instelling door de ambtenaar afgesloten verzekering, waarop de inleg van de ambtenaar wordt gestort;
e. levenslooptegoed: het tegoed op een levenslooprekening onderscheidenlijk het verzekerd kapitaal;
f. netto spaarverzekering: de bij Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance afgesloten verzekering met als productnaam “Aanvullingsplan Netto", waarop de inleg van de ambtenaar wordt gestort;
g. netto spaarverzekeringstegoed: het tegoed op de netto spaarverzekering;
h. Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance: het product van Loyalis, speciaal ontwikkeld voor het FLO-overgangsrecht, dat bestaat uit een levensloopverzekering en een netto spaarverzekering;
i. spaarrekening: de rekening geopend ter vervanging van de levensloopverzekering en de netto spaarverzekering van Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance, waarop de inleg van de ambtenaar wordt gestort;
j. spaarrekeningtegoed; het tegoed op de spaarrekening;
k. tranche: de extra salarisproductie aan het eind van het fiscale jaar;
l. versneld sparen: de extra werkgeversbijdrage levensloop;
m. werkgeversbijdrage netto FLO-spaartegoed: de maandelijkse bijdrage van de werkgever ingaande 1 januari 2022;
n. nettoresultaat van de berekeningsgrondslag: nettoresultaat van een berekening uitgaande van het vigerende fiscaal regime en een pensioengevend inkomen gelijk aan de berekeningsgrondslag zoals bedoeld in artikel 9f:2;
o. doeltegoed: het virtueel berekende netto spaarrekeningtegoed op de leeftijd 55 jaar van 225% van twaalf maal het nettoresultaat van de berekeningsgrondslag zoals bedoeld in artikel 9f:2.
Met inachtneming van het bepaalde in de volgende leden houdt het LOGA-pad in dat de ambtenaar:
a. moet deelnemen aan Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance en,
b. de volledige levensloopbijdrage beschikbaar moet stellen om in te leggen in Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance op het moment dat de werkgever deze levensloopbijdrage verstrekt en,
c. niet tussentijds (vóór het bereiken van de 59- of 60-jarige leeftijd) tegoed opneemt uit Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance tenzij,
I. het tegoed wordt opgenomen voor de periode als bedoeld in artikel 9b:11 eerste lid onder b respectievelijk 9b:35 eerste lid onder b, of
II. het tegoed wordt opgenomen voor de periode als bedoeld in artikel 9f:3a,
d. uiterlijk voor 1 januari 2022 zijn netto spaarverzekeringstegoed overbrengt naar de netto spaarrekening, en
e. de werkgever een afschrift van zijn polisblad van zijn netto spaarverzekering doet toekomen waaruit het saldo van zijn tegoed op 1 januari 2020 blijkt.
Het aanwezige bedrag aan levenslooptegoed wordt, als de ingangsdatum van het volledig buitengewoon verlof bedoeld in artikel 9f:3 ligt op of na 1 september 2021, in 3 tranches overgebracht naar de spaarrekening te weten
a. een tranche fiscaal jaar 2019 en betreft 1/3e deel van het levenslooptegoed,
b. een tranche fiscaal jaar 2020 en betreft 1/2e deel van het levenslooptegoed, en
c. de laatste tranche fiscaal jaar 2021 en betreft het resterende bedrag levenslooptegoed.
Ligt de ingangsdatum van het volledig buitengewoon verlof bedoeld in artikel 9f:3 in de periode 1 september 2020 en 1 september 2021 dan wordt het aanwezige bedrag aan levensloop in 2 tranches overgebracht naar de spaarrekening te weten
a. een tranche fiscaal jaar 2019 en betreft 1/3e deel van het levenslooptegoed; en
b. de laatste tranche fiscaal jaar 2021 en betreft het resterende bedrag levenslooptegoed.
De bepalingen van dit hoofdstuk hebben ten doel het treffen van een voorziening in geld uitsluitend ten behoeve van de financiering van een periode van (gedeeltelijk) onbetaald verlof door de ambtenaar. De gespaarde voorziening blijft qua omvang binnen de grenzen van artikel 39d van de Wet op de loonbelasting 1964.
De jaarlijkse inleg van de ambtenaar in het kader van de gemeentelijke levensloopregeling FLO-overgangsrecht bestaat uit een of meer van de volgende bronnen:
b. de IKB-onderdelen, bedoeld in artikel 28 lid 2 en 3 van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016;
c. de levensloopbijdrage als genoemd in artikel 9e:8 en 9e:9a;
d. de geldelijke vergoeding voor de verkoop van vakantie-uren als bedoeld in artikel 36 van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016;
e. het opgebouwde verloftegoed bedoeld in artikel 40a lid 3 van het Ambtenarenreglement.
Artikel 9e:8 Levensloopbijdrage voor de ambtenaar bedoeld in paragraaf 2 en 3 van hoofdstuk 9b
De hoogte van de levensloopbijdrage is voor de ambtenaar zodanig dat de ambtenaar bij het bereiken van de datum van ingang van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:11, eerste lid of artikel 9b:35, eerste lid, en uitgaande van het bereikt kunnen hebben van 20 dienstjaren op de leeftijd van 59 jaar, een tegoed heeft overeenkomend met 210% van zijn berekeningsgrondslag als bedoeld in artikel 9b:2. Hierbij is het tegoed de som van het levenslooptegoed en het netto spaarverzekeringstegoed. De controle hierop vindt plaats binnen een half jaar na het bereiken van de datum van ingang van het onbetaald volledig verlof.
De hoogte van de levensloopbijdrage is voor de ambtenaar voor wiens functie een leeftijdsgrens was vastgesteld van 60 jaar zodanig, dat hij bij het bereiken van de datum van ingang van het onbetaald volledig verlof, bedoeld in artikel 9b:11, tweede lid, een tegoed heeft overeenkomend met 140% van zijn berekeningsgrondslag als bedoeld in artikel 9b:2. Hierbij is het tegoed de som van het levenslooptegoed en het netto spaarverzekeringstegoed. De controle hierop vindt plaats binnen een half jaar na het bereiken van de datum van ingang van het onbetaald volledig verlof.
Artikel 9e:9 Levensloopbijdrage voor de ambtenaar met minder dan 20 dienstjaren op 1 januari 2006
Artikel 9e:9a Levensloopbijdrage voor de ambtenaar bedoeld in hoofdstuk 9f
De hoogte van levenslooptegoed bedraagt op het moment als bedoeld in het eerste lid 210% van zijn berekeningsgrondslag als bedoeld in artikel 9f:2. Hierbij is het tegoed de som van het levenslooptegoed en het netto spaarverzekeringstegoed. De controle hierop vindt plaats binnen een half jaar na het bereiken van de datum van ingang van het volledig buitengewoon verlof.
Artikel 9e:11 Afkoop levensloopbijdrage
De ambtenaar bedoeld in artikel 9e:8, derde lid, wiens deelname aan de levensloopregeling FLO-overgangsrecht eindigt op grond van artikel 9e:10, tweede lid, onder b, voordat hij het moment van ingang van onbetaald volledig verlof bereikt, bedoeld in artikel 9b:11, tweede lid, of 9b:35, tweede lid, heeft recht op een afkoopbedrag.
De hoogte van het afkoopbedrag is voor de ambtenaar, bedoeld in het tweede lid, zodanig, dat hij, uitgaande van de in het LOGA overeengekomen uitgangspunten, op de leeftijd van 60 jaar een tegoed heeft overeenkomend met 140% van de berekeningsgrondslag op het moment van ontslag. Hierbij is het tegoed de som van het levenslooptegoed en het netto spaarverzekeringstegoed.
De hoogte van het afkoopbedrag wordt door Loyalis bepaald, waarbij:
a. het afkoopbedrag wordt gebaseerd op de berekeningsgrondslag op de dag voorafgaand aan het moment van ontslag;
b. er een verwacht netto rendement voor de contante waardeberekening wordt gehanteerd;
c. het afkoopbedrag wordt gebaseerd op dienstjaren, afgerond op hele maanden naar beneden, bij de oud-werkgever.
Artikel 9e:12 Afkoop bij voortzetting overgangsrecht
Wanneer sprake is van een overstap van de ene bezwarende oud FLO-functie naar een andere bezwarende oud FLO-functie, als bedoeld in artikel 9b:1, tweede lid, waarbij het overgangsrecht voortgezet wordt, is de voorwaarde voor de garanties bedoeld in artikel 9e:8 en 9e:9 dat de ambtenaar het afkoopbedrag, als bedoeld in artikel 9e:11 beschikbaar stelt voor inleg in Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance.
Artikel 9e:13 Opname levenslooptegoed
Met inachtneming van het derde lid, wordt het levenslooptegoed niet afgekocht, vervreemd, prijsgegeven dan wel formeel of feitelijk als voorwerp van zekerheid gesteld anders dan ten behoeve van de in artikel 5.11 Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 (oud) bedoelde verpanding ten behoeve van de belastingdienst bij buitenlandse aanbieders.
Artikel 9e:16 Uitbetaling levenslooptegoeden afwijkende FLO-leeftijden
Het bruto levenslooptegoed van de ambtenaar bedoeld in 9f:4, lid 3 en lid 5 wordt in twee tranches aan het eind van het fiscaal jaar 2020 en aan het eind van het fiscaal jaar 2021 overgebracht naar de salarisrekening van de ambtenaar.
Artikel 9e:17 Afkoop levensloopbijdrage afwijkende FLO-leeftijden
De hoogte van de afkoopsom van de levensloopaanspraken van de ambtenaar bedoeld in artikel 9f:4, lid 3 en lid 5 wordt berekend door 24 maal 70% van het nettoresultaat van de berekeningsgrondslag zoals deze geldt in december 2021 te verminderen met de som van het nettoresultaat van de uitbetalingen bedoeld in artikel 9e:16, lid 1 en het netto spaarverzekeringstegoed. Dit bedrag wordt als levensloopuitkering door een extra werkgeversbijdrage levensloop uitbetaald.
De hoogte van de afkoopsom van de levensloopaanspraken van de ambtenaar bedoeld in artikel 9f:4, lid 6, betreft alleen de maanden van de periode van 24 maanden onbetaald verlof, gelegen vanaf 1 januari 2022. De afkoop wordt berekend door dit aantal maanden maal 70% van het nettoresultaat van de berekeningsgrondslag zoals deze geldt in december 2021 te verminderen met de som van het nettoresultaat van de uitbetalingen bedoeld in lid 1 en het netto spaarverzekeringstegoed. Dit bedrag wordt als levensloopuitkering door een extra werkgeversbijdrage levensloop uitbetaald.
Hoofdstuk 9f Nieuw overgangsrecht Functioneel leeftijdsontslag per 1 januari 2018
Paragraaf 1 Algemene bepalingen
Artikel 9f:2 Berekeningsgrondslag
Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan onder berekeningsgrondslag de optelsom van:
a. het salaris en de toegekende salaristoelage(n), bedoeld in artikel 1, eerste lid onder e en g van het Ambtenarenreglement van de gemeente Rotterdam;
b. de IKB-onderdelen, bedoeld in artikel 28 lid 2 onder a en b van het Besluit salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016;
c. de TOR, bedoeld in artikel 14 van de Uitvoeringsregeling salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016;
d. de in het Besluit salaris, vergoedingen, toelagen en uitkeringen 2016 of de Uitvoeringsregeling salaris, toelagen, vergoedingen en uitkeringen 2016 genoemde andere toelagen en emolumenten, voor zover die aan de ambtenaar zijn toegekend, berekend over een periode van 12 maanden onmiddellijk voorafgaande aan het begin van de tweede loopbaan,
met uitzondering van de levensloopbijdrage, bedoeld in de artikelen 9e:8 en 9e:9a, berekend over de maand onmiddellijk voorafgaande aan de ingangsdatum van de geheel of gedeeltelijke periode van buitengewoon verlof.
De ambtenaar wordt vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij de leeftijd, bedoeld in lid 2, bereikt volledig buitengewoon verlof verleend tegen doorbetaling van 75% netto van de voor de ambtenaar geldende berekeningsgrondslag volgens de fiscale regels zoals die gelden op de datum van uitbetaling als ware hij in actieve dienst met toepassing van de arbeidskorting.
De uittredeleeftijd is afhankelijk van het aantal dienstjaren in een bezwarende functie bedoeld in artikel 9b:2 onder c op 1 januari 2006 en bedraagt bij:
a. 20 dienstjaren of meer : 56 jaar;
b. 15 tot 20 dienstjaren : 57 jaar;
c. 10 tot 15 dienstjaren : 58 jaar;
d. 5 tot 10 dienstjaren : 59 jaar;
e. 0 tot 5 dienstjaren : 59 jaar,
tenzij de ambtenaar gebruik maakt van de mogelijkheid bedoeld in artikel 9f:5 of artikel 9f:6.
De ambtenaar, bedoeld in lid 2 onder d, gaat met ingang van de eerste dag volgend op de maand waarin hij de leeftijd van 58 jaar bereikt 50% van de voor hem geldende formele arbeidsduur werken. Hij heeft dan aanspraak op doorbetaling van 90% bruto van de voor hem geldende berekeningsgrondslag tot de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin hij de leeftijd van 59 jaar bereikt.
Het levenslooptegoed en netto spaartegoed van de levensloopregeling Loyalis Levensloop Brandweer & Ambulance van de ambtenaar die op of na 1 januari 2019 volledig buitengewoon verlof geniet of gaat genieten als bedoeld in dit hoofdstuk, worden ingezet ter financiering van zijn aanspraken bedoeld in 9f:3.
Op verzoek van de ambtenaar die niet het LOGA-pad volgt, wordt de periode van volledig buitengewoon verlof waarvoor virtueel levenslooptegoed wordt ingezet zodanig verschoven dat deze periode ligt direct voorafgaand aan de afloop van de voor hem geldende periode van non-activiteit bedoeld in 9f:3. Vaststelling van de duur van deze periode vindt plaats op basis van inzet van het virtuele tegoed per 1 januari 2019 of de latere datum van ingang van het volledig buitengewoon verlof.
Artikel 9f:4 Afwijkende FLO-leeftijden
De ambtenaar bedoeld in het vijfde lid die zijn levenslooptegoed uiterlijk vanaf de eerste van de maand volgend op het moment dat hij de leeftijd van 62 jaar heeft bereikt, heeft ingezet ter financiering van het onbetaald verlof bedoeld in artikel 9b:11, lid 2, juncto 9b:35, lid 2 heeft recht op een afkoop zoals bepaald in artikel 9e:17, lid 2.
Vindt vanaf 1 januari 2022 vrijwillige voortzetting van de pensioenopbouw plaats door middel van voortzetting deelnemerschap op grond van het ABP-pensioenreglement en wordt gedurende deze periode het afgekochte tegoed als genoemd in lid 3 ingezet om te voorzien in het inkomen, dan betaalt de werkgever de vigerende werkgeverspremie. De in dit lid genoemde periode van voortzetting deelnemerschap bedraagt maximaal twee jaar.
Artikel 9f:8 Arbeidsongeschiktheid
Artikel 9f:9 Overgangsvergoeding
De ambtenaar die van een regeling uit dit hoofdstuk, gebruik gaat maken, heeft recht op een overgangsvergoeding van:
a. € 3.500,00 bruto als het om een ambtenaar gaat met 10 tot 20 dienstjaren op 1 januari 2006 als bedoeld in artikel 9f:3 lid 2, mits en voor zover de inkomensafhankelijke ziektekostenpremie volgens de lokale uitvoering van het FLO-overgangsrecht 2006 in de levensloopperiode werd doorbetaald door de werkgever onder toepassing van de groene loonheffingstabel;
b. € 1.500,00 bruto als niet voldaan wordt aan de voorwaarden onder a gesteld.