Organisatie | Korendijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de raadscommissies |
Citeertitel | verordening op de raadscommissies |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | bestuur en recht |
verordening vervangt verordening 2003
Gemeentewet, artikel 82
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-01-2008 | 19-12-2007 | 19-02-2011 | nieuwe regeling | 18-12-2007 huis-aan-huisblad 3 januari 2008 | Onbekend |
Datum: 03 december 2007 Verzonden: 7 december 2007
Verordening op de raadscommissies 2007
Als gevolg van de Wet dualisering lokaal bestuur is op 1 juli 2003 een nieuwe verordening op de commissies vastgesteld. Bijgaand treft u een voorstel aan voor een nieuwe commissieverordening aangezien een aantal artikelen dient te worden aangepast als gevolg van de nieuwe commissieopzet waartoe uw raad op 18 december beslist. Dit voorstel is gebaseerd op de laatste modelverordening van de VNG (17 februari 2006). De daarbij behorende toelichting ligt voor u ter inzage. Gelet op de huidige commissieverordening van Korendijk uit 2003 en de modelverordening van de VNG zijn er de volgende beslispunten/aandachtspunten te noemen:
In de modelverordening van de VNG wordt de mogelijkheid gecreëerd om buitengewone leden aan te wijzen voor commissies. Het gaat hier om burgers die niet op de kandidatenlijst hebben gestaan en die op basis van hun deskundigheid worden benoemd. De raad van Korendijk heeft eerder besloten geen gebruik te maken van deze mogelijkheid. De modelverordening van de VNG is dan ook niet overgenomen op dit punt.
Uit het model van de VNG blijkt dat de commissievoorzitter (dit moet een raadslid zijn) een technisch voorzitter is: hij is geen lid van de commissie. In de modelverordening wordt voorgesteld om niet alleen de commissievoorzitter maar ook zijn plaatsvervanger door de raad (uit zijn midden) te laten aanwijzen.
Dit laatste wordt niet overgenomen. Iedere fractie heeft één commissievoorzitter voorgedragen. Kan deze commissievoorzitter de vergadering niet voorzitten dan wordt de vergadering voorgezeten door een commissievoorzitter van een andere partij. Dit volgens een vooraf vastgesteld schema (zie ter inzage gelegde vergaderschema).
De huidige verordening van Korendijk geeft burgers alleen spreekrecht over geagendeerde onderwerpen. Ook de modelverordening gaat hiervan uit. De raad heeft eerder besloten op dit punt af te wijken en het spreekrecht ook toe te kennen over niet-geagendeerde onderwerpen. Ook is de mogelijkheid voor commissieleden opgenomen om vragen ter verduidelijking te stellen (artikel 17).
Na invoering van de Wet Dualisering gemeentebestuur heeft uw raad besloten tot het instellen van een agendacommissie: het presidium. Formeel stelt het presidium de agenda voor de raadsvergadering op. Aangezien de commissievergadering dient als voorbereiding op de raadsvergadering en de uitkomst daarvan bepalend is voor de inhoud van de raadsagenda en gezien het feit dat niet het college maar de raadscommissie bepaalt of een voorstel aan de raadscommissie wordt voorgelegd verdient het aanbeveling het presidium een rol te laten spelen bij de opstelling van de commissieagenda’s. Op diverse plaatsen in de verordening is die rol voor het presidium ook opgenomen (artikel 10)
Wij stellen u voor bijgevoegde verordening op de raadscommissies 2007 vast te stellen.
De voorzitter van de gemeenteraad,
Verordening op de raadscommissies
De raad van de gemeente Korendijk;
Gezien het voorstel van de voorzitter van de raad d.d. 2 december 2007 inzake de vaststelling van de verordening op de raadscommissies 2007;
gelet op artikel 82 van de Gemeentewet;
vast te stellen de volgende verordening:
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
a lid: lid van een raadscommissie;
b voorzitter: voorzitter van een raadscommissie of diens vervanger;
c commissiegriffier: secretaris van een raadscommissie of diens vervanger;
Hoofdstuk 2 Instelling, taken en samenstelling
Artikel 2 Instelling raadscommissies
1 De raad stelt één voorbereidende raadscommissie in.
Een raadscommissie heeft de volgende taken:
Aan de in artikel 2 lid 1 genoemde commissie wordt mandaat verleend voor het horen van degenen, die ter voorbereiding van de beslissing op een bij de raad ingediend bezwaarschrift (vrijstelling ex art.19, lid 1 WRO, die niet onder het delegatiebesluit valt), als bedoeld in artikel 1:5, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht, door de raad gehoord moeten worden.
van de Algemene wet bestuursrecht, worden voor wat betreft de bij de raad ingediende bezwaarschriften uitgeoefend door de voorzitter van de commissie
De raadscommissie bestaat uit tenminste één en maximaal vier leden per fractie naar evenredigheid van het aantal zetels in de raad.
De (roulerend) voorzitters worden door de raad uit zijn midden benoemd. De plaatsvervanging van de voorzitter vindt als regel plaats bij wijze van onderlinge vervanging volgens een door de raad vastgestelde regeling (zie vergaderschema). Indien vervanging volgens het vastgestelde rooster niet mogelijk is, wijst de commissie op ad-hoc-basis een voorzitter uit hun midden aan.
Artikel 6 Zittingsduur en vacatures
De raad kan een lid van het lidmaatschap van de commissie ontheffen indien het lidmaatschap naar het oordeel van de raad of de fractie die door het lid in de commissie wordt vertegenwoordigd, niet behoorlijk wordt uitgeoefend. Indien de raad besluit een lid van het lidmaatschap van de commissie te ontheffen dan gaat hij daartoe niet over dan nadat in een raadsvergadering, tenminste 14 dagen tevoren gehouden, besloten is te verklaren dat het betrokken lid het lidmaatschap niet behoorlijk uitoefent.
Artikel 7 Griffier en commissiegriffier
Hoofdstuk 3 Aanwezigheid college, burgemeester en secretaris
Paragraaf 1 Tijdstip van vergaderen en voorbereidingen
Artikel 10 Agendacommissie (presidium)
Artikel 13 Ter inzage leggen van stukken
Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de schriftelijke oproep voor een ieder in het gemeentehuis ter inzage gelegd. De voorzitter maakt van de terinzagelegging melding in de openbare kennisgeving, bedoeld in artikel 14. Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden en zo mogelijk in een openbare kennisgeving.
Artikel 14 Openbare kennisgeving
Paragraaf 2 Orde der vergadering
Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekent ieder lid onmiddellijk de presentielijst. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter en de commissiegriffier door ondertekening vastgesteld.
Artikel 16 Opening vergadering; quorum
Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal leden aanwezig is, bepaalt de voorzitter onder verwijzing naar dit artikel, na voorlezing van de namen der afwezige leden, dag en uur van de volgende vergadering, op een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de schriftelijke oproep is gelegen.
Artikel 17 Spreekrecht burgers
De leden, de voorzitter, de burgemeester en de wethouders, hebben het recht, een voorstel tot wijziging van het conceptverslag aan de raadscommissie te doen, indien het conceptverslag onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft hetgeen gezegd of besloten is. Een voorstel tot verandering dient voor de vaststelling van het conceptverslag bij de commissiegriffier te worden ingediend.
Artikel 21 Aantal spreektermijnen
Een lid kan een voorstel doen over de spreektijd van de leden.
Artikel 23 Voorstellen van orde
Artikel 24 Handhaving orde; schorsing
Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
Artikel 26 Deelname aan de beraadslaging door anderen
1 De raadscommissie kan bepalen dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.
2 Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of een lid genomen alvorens met de beraadslaging ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt een aanvang wordt genomen.
Hoofdstuk 5 Besloten vergadering
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing voorzover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de raadscommissie overeenkomstig artikel 86, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De raadscommissie kan besluiten de geheimhouding op te heffen.
Artikel 31 Opheffing geheimhouding
Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt daarover, indien de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.
Hoofdstuk 6 Toehoorders en pers
Artikel 32 Toehoorders en pers
Artikel 33 Geluid- en beeldregistraties
Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen. Deze aanwijzingen kunnen niet zover gaan dat zij de vrijheid van pers aantasten.
Artikel 34 Verbod gebruik mobiele telefoons
In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het gebruik, alsmede het stand-by houden van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen, die inbreuk kunnen maken op de orde van de vergadering zonder toestemming van de voorzitter niet toegestaan.