Organisatie | De Ronde Venen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Handhavingsverordening PW-IOAW-IOAZ De Ronde Venen 2015 |
Citeertitel | Handhavingsverordening PW-IOAW-IOAZ De Ronde Venen 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Toelichting op de Handhavingsverordening |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-08-2015 | 01-07-2015 | nieuwe regeling | 11-06-2015 Gemeenteblad, nr. 72602, 6 augustus 2015 | 0028/15 |
De raad van de gemeente De Ronde Venen gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders
gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel a en e, van de Participatiewet, artikel 35 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en artikel 35 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;
Vast te stellen de Handhavingsverordening PW-IOAW-IOAZDe Ronde Venen 2015.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Alle begrippen en begrippen die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet (PW), Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemer (IOAW), Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze gewezen zelfstandige (IOAZ), Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet;
Artikel 6. Het afstemmen van de bijstand of uitkering dan wel het opleggen van een bestuurlijke boete
Als de belanghebbende de verplichtingen voortvloeiend uit de PW, de IOAW of de IOAZ niet of onvoldoende nakomt, dan wel onvoldoende besef van verantwoordelijkheid toont, stemt het college de bijstand of uitkering af conform de Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ De Ronde Venen 2015.
Het college kan, indien de toepassing van bepalingen in deze verordening in de individuele situatie tot onbillijkheden van overwegende aard leidt voor zover het de bevoegdheid betreft die voortvloeit uit deze verordening, afwijken van deze verordening.