Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Edam-Volendam

Verordening Cliëntenparticatie Wmo 2009 ev. Edam-Volendam

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEdam-Volendam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Cliëntenparticatie Wmo 2009 ev. Edam-Volendam
CiteertitelVerordening Particatie Wmo 2009 en volgend
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet maatschappelijke ondersteuning, art. 9, 11, 12

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

27-03-200926-03-200921-10-2016nieuwe regeling

26-03-2009

Onbekend

21-2009

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Cliëntenparticatie WMO 2009 ev. Edam-Volendam

 

 

Artikel 1 - Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • 1.

    Participatie Wmo: de gestructureerde wijze waarop de gemeente de zelforganisaties en/of vertegenwoordigende organisaties van belanghebbenden betrekt in de beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van de Wmo.

  • 2.

    Wmo Raad: de door burgemeester en wethouders als zodanig aangewezen en in deze gemeente actief zijnde vertegenwoordigers van zelforganisaties van belanghebbenden en/of belanghebbende vertegenwoordigende organisaties op het gebied van de Wmo.

 

Artikel 2 - Doelstellingen

De Participatie Wmo heeft de volgende doelstellingen:

  • 1.

    het bewerkstelligen dat belanghebbenden bij de Wmo vanuit onafhankelijke positie optimaal betrokken zijn bij de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het Wmo-beleid;

  • 2.

    het bijdragen aan de totstandkoming en verbetering van het Wmo-beleid vanuit een diversiteit van betrokkene belanghebbenden

  • 3.

    De wijze waarop dit wordt uitgevoerd staat in de uitwerking ´Positie participatiegroepen in de Wmo´, welke is vastgesteld door B&W op 16 december 2008.

 

Artikel 3 - Beleidsterreinen
  • 1.

    Het gemeentelijk beleid met betrekking tot de Wmo bestaande uit; beleidsvoorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijk beleid. Bovendien de bijbehorende procedures en regelingen met betrekking tot de Wmo.

  • 2.

    Advisering met betrekking tot gemeentelijk personeels- en organisatiebeleid in het kader van de Wmo en over klachten, bezwaarschriften en andere zaken die betrekking hebben op individuele cliënten, behoren niet tot het werkterrein van de Wmo Raad.

Artikel 4 - Werkwijze
  • 1.

    In het kader van de Participatie Wmo vragen burgemeester en wethouders de Wmo Raad om advies.

  • 2.

    De Wmo Raad is ook gerechtigd uit eigen beweging advies uit te brengen aan burgemeester en wethouders.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders vragen de Wmo Raad in ieder geval om advies bij de onderwerpen als bedoeld in artikel 3.1.

  • 4.

    Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.

  • 5.

    Het advies van de Wmo Raad wordt (indien het een raadsvoorstel betreft) tijdig aan de gemeenteraad gestuurd. In het geval burgemeester en wethouders in een voorstel aan de gemeenteraad afwijken van het advies van de Wmo Raad, wordt in het betreffende voorstel aangegeven op welke gronden van het advies van de Wmo Raad is afgeweken.

     

  • 6.

    Burgemeester en wethouders voorzien de Wmo Raad van begrijpelijke informatie ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van de Wmo Raad. Het betreft hier alle informatie die noodzakelijk is om beleid en uitvoering te begrijpen en om te kunnen reageren op plannen voor ontwikkelingen en wijzigingen.

  • 7.

    Tussen de portefeuillehouder en de voorzitter van de Wmo Raad vindt minimaal 1 keer per jaar een overleg plaats, waarvoor beide partijen punten kunnen agenderen.

     

  • 8.

    Van overleg en afspraken met de Wmo Raad doen burgemeester en wethouders binnen redelijke termijn schriftelijke rapportage aan de Wmo Raad. Daarbij wordt in ieder geval aangegeven wat er met de door de Wmo Raad gegeven adviezen is of wordt gedaan.

     

  • 9.

    De gemeente wijst een contactambtenaar aan als aanspreekpunt voor de Wmo Raad.

  • 10.

    De samenwerking tussen de gemeente en de Wmo Raad wordt jaarlijks geëvalueer

  • 11.

    Indien er geen Wmo Raad binnen de gemeente functioneert, zullen burgemeester en wethouders de totstandkoming van een Wmo Raad actief bevorderen

  • 12.

    De Wmo Raad bewerkstelligt dat de doelgroepen die zij vertegenwoordigen regelmatig worden geraadpleegd en bij hun werkzaamheden worden betrokken.

Artikel 5 - Samenstelling en benoeming
  • 1.

    De Wmo Raad bestaat uit maximaal 9 leden en een onafhankelijk voorzitter.

  • 2.

    De leden van de Wmo Raad mogen zich bij verhindering laten vervangen door een vaste vervanger

  • 3.

    De leden van de Wmo Raad en de voorzitter worden benoemd door een lid van het college.

  • 4.

    De Wmo Raad en de daarin vertegenwoordigde organisaties kunnen een voordracht doen voor door het college te benoemen leden van de Wmo raad

  • 5.

    Bij de samenstelling van de Wmo Raad wordt gestreefd naar een vertegenwoordiging van alle in de Wet maatschappelijke ondersteuning genoemde prestatievelde

Artikel - 6 Zittingsduur
  • 1.

    De leden van de Wmo Raad en de onafhankelijk voorzitter worden telkens benoemd voor de duur van maximaal twee jaar

  • 2.

    De leden van de Wmo raad en de onafhankelijk voorzitter en kunnen voor herbenoeming worden voorgedragen met een maximum van 3 X de periode van 2 jaar, wat volgens een rooster van aftreden wordt vast gelegd in een huishoudelijk reglement.

Artikel - 7 Ambtelijke ondersteuning
  • 1.

    De Wmo Raad krijgt ambtelijke ondersteuning door een beleidsambtenaar. In overleg met de Raad worden er 6 tot maximaal 10 vergaderingen per jaar geagendeerd door de (beleids) medewerker en hiervan worden notulen gemaakt.

  • 2.

    De gemeente heeft een algemeen participatiebudget en de Wmo Raad kan hierop een beroep doen en een aanvraag indienen

Artikel 8 Financiële vergoeding

De leden van de raad en de voorzitter ontvangen voor hun aanwezigheid per vergadering een basis onkostenvergoeding (Verordening geldelijke vergoeding raads- en commissieleden) met een maximum van 10 vergaderingen per jaar.

 

Artikel 9 Slotbepalingen
  • 1.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet met betrekking tot de Wmo beslist het gemeentebestuur in overleg met de Wmo Raad.

  • 2.

    Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Participatie Wmo 2009 en volgend

  • 3.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van het raadsbesluit

Aldus besloten door de gemeenteraad van Edam-Volendam in zijn openbare vergadering d.d. 26 maart 2009.

De griffier, de voorzitter,