Artikel 1 - Begripsbepalingen
In dit besluit wordt verstaan onder:
- 1.
Participatie Wmo: de gestructureerde wijze waarop de gemeente de
zelforganisaties en/of vertegenwoordigende organisaties van
belanghebbenden betrekt in de beleidsvorming, uitvoering en
evaluatie van de Wmo.
- 2.
Wmo Raad: de door burgemeester en wethouders als zodanig aangewezen
en in deze gemeente actief zijnde vertegenwoordigers van
zelforganisaties van belanghebbenden en/of belanghebbende
vertegenwoordigende organisaties op het gebied van de Wmo.
Artikel 2 - Doelstellingen
De Participatie Wmo heeft de volgende doelstellingen:
- 1.
het bewerkstelligen dat belanghebbenden bij de Wmo vanuit
onafhankelijke positie optimaal betrokken zijn bij de voorbereiding,
vaststelling, uitvoering en evaluatie van het Wmo-beleid;
- 2.
het bijdragen aan de totstandkoming en verbetering van het
Wmo-beleid vanuit een diversiteit van betrokkene
belanghebbenden
- 3.
De wijze waarop dit wordt uitgevoerd staat in de uitwerking ´Positie
participatiegroepen in de Wmo´, welke is vastgesteld door B&W op
16 december 2008.
Artikel 3 - Beleidsterreinen
- 1.
Het gemeentelijk beleid met betrekking tot de Wmo bestaande uit;
beleidsvoorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het
gemeentelijk beleid. Bovendien de bijbehorende procedures en regelingen
met betrekking tot de Wmo.
- 2.
Advisering met betrekking tot gemeentelijk personeels- en
organisatiebeleid in het kader van de Wmo en over klachten,
bezwaarschriften en andere zaken die betrekking hebben op individuele
cliënten, behoren niet tot het werkterrein van de Wmo Raad.
Artikel 4 - Werkwijze
- 1.
In het kader van de Participatie Wmo vragen burgemeester en wethouders
de Wmo Raad om advies.
- 2.
De Wmo Raad is ook gerechtigd uit eigen beweging advies uit te brengen
aan burgemeester en wethouders.
- 3.
Burgemeester en wethouders vragen de Wmo Raad in ieder geval om advies
bij de onderwerpen als bedoeld in artikel 3.1.
- 4.
Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van
wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.
- 5.
Het advies van de Wmo Raad wordt (indien het een raadsvoorstel betreft)
tijdig aan de gemeenteraad gestuurd. In het geval burgemeester en
wethouders in een voorstel aan de gemeenteraad afwijken van het advies
van de Wmo Raad, wordt in het betreffende voorstel aangegeven op welke
gronden van het advies van de Wmo Raad is afgeweken.
- 6.
Burgemeester en wethouders voorzien de Wmo Raad van begrijpelijke
informatie ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van de
Wmo Raad. Het betreft hier alle informatie die noodzakelijk is om beleid
en uitvoering te begrijpen en om te kunnen reageren op plannen voor
ontwikkelingen en wijzigingen.
- 7.
Tussen de portefeuillehouder en de voorzitter van de Wmo Raad vindt
minimaal 1 keer per jaar een overleg plaats, waarvoor beide partijen
punten kunnen agenderen.
- 8.
Van overleg en afspraken met de Wmo Raad doen burgemeester en wethouders
binnen redelijke termijn schriftelijke rapportage aan de Wmo Raad.
Daarbij wordt in ieder geval aangegeven wat er met de door de Wmo Raad
gegeven adviezen is of wordt gedaan.
- 9.
De gemeente wijst een contactambtenaar aan als aanspreekpunt voor de Wmo
Raad.
- 10.
De samenwerking tussen de gemeente en de Wmo Raad wordt jaarlijks
geëvalueer
- 11.
Indien er geen Wmo Raad binnen de gemeente functioneert, zullen
burgemeester en wethouders de totstandkoming van een Wmo Raad actief
bevorderen
- 12.
De Wmo Raad bewerkstelligt dat de doelgroepen die zij vertegenwoordigen
regelmatig worden geraadpleegd en bij hun werkzaamheden worden
betrokken.
Artikel 5 - Samenstelling en benoeming
- 1.
De Wmo Raad bestaat uit maximaal 9 leden en een onafhankelijk
voorzitter.
- 2.
De leden van de Wmo Raad mogen zich bij verhindering laten vervangen
door een vaste vervanger
- 3.
De leden van de Wmo Raad en de voorzitter worden benoemd door een lid
van het college.
- 4.
De Wmo Raad en de daarin vertegenwoordigde organisaties kunnen een
voordracht doen voor door het college te benoemen leden van de Wmo
raad
- 5.
Bij de samenstelling van de Wmo Raad wordt gestreefd naar een
vertegenwoordiging van alle in de Wet maatschappelijke ondersteuning
genoemde prestatievelde
Artikel - 6 Zittingsduur
- 1.
De leden van de Wmo Raad en de onafhankelijk voorzitter worden telkens
benoemd voor de duur van maximaal twee jaar
- 2.
De leden van de Wmo raad en de onafhankelijk voorzitter en kunnen voor
herbenoeming worden voorgedragen met een maximum van 3 X de periode van
2 jaar, wat volgens een rooster van aftreden wordt vast gelegd in een
huishoudelijk reglement.
Artikel - 7 Ambtelijke ondersteuning
- 1.
De Wmo Raad krijgt ambtelijke ondersteuning door een beleidsambtenaar.
In overleg met de Raad worden er 6 tot maximaal 10 vergaderingen per
jaar geagendeerd door de (beleids) medewerker en hiervan worden notulen
gemaakt.
- 2.
De gemeente heeft een algemeen participatiebudget en de Wmo Raad kan
hierop een beroep doen en een aanvraag indienen
Artikel 8 Financiële vergoeding
De leden van de raad en de voorzitter ontvangen voor hun aanwezigheid per
vergadering een basis onkostenvergoeding (Verordening geldelijke vergoeding
raads- en commissieleden) met een maximum van 10 vergaderingen per jaar.
Artikel 9 Slotbepalingen
- 1.
In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet met betrekking
tot de Wmo beslist het gemeentebestuur in overleg met de Wmo Raad.
- 2.
Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening Participatie Wmo
2009 en volgend
- 3.
Deze verordening treedt in werking met ingang van het raadsbesluit