Organisatie | Metropoolregio Rotterdam Den Haag |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Verordening Bestuurscommissie Economisch Vestigingsklimaat MRDH 2015 |
Citeertitel | Verordening Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH 2015 |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-01-2015 | nieuwe regeling | 19-12-2014 gemeentebladen deelnemende gemeenten | 1731 |
Het algemeen bestuur van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag,
artikel 2:7 van de Gemeenschappelijke regeling Metropoolregio Rotterdam Den Haag, artikel 25 van de Wet gemeenschappelijke regelingen en afdeling 10.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht;
gezien het voorstel van het dagelijks bestuur d.d. 19 december 2014;
Voor een efficiënte uitvoering van de taken op het gebied van de economische ontwikkeling binnen de Metropoolregio, het wenselijk is om deze taken gezamenlijk met de portefeuillehouders economisch vestigingsklimaat van de deelnemende gemeenten uit te voeren;
Het dagelijks bestuur van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, overeenkomstig artikel 25, vierde lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen heeft voorgesteld zijn, in deze verordening genoemde, bevoegdheden over te dragen aan de bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat Metropoolregio Rotterdam Den Haag;
De gemeenteraden van de gemeenten Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Brielle, Capelle aan den IJssel, Delft, Den Haag, Hellevoetsluis, Krimpen aan den IJssel, Lansingerland, Leidschendam-Voorburg, Maassluis, Midden-Delfland, Pijnacker-Nootdorp, Ridderkerk, Rotterdam, Rijswijk, Schiedam, Spijkenisse, Vlaardingen, Wassenaar, Westland, Westvoorne en Zoetermeer overeenkomstig artikel 25, tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen toestemming hebben verleend voor de instelling van de bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat Metropoolregio Rotterdam Den Haag;
VERORDENING BESTUURSCOMMISSIE ECONOMISCH VESTIGINGSKLIMAAT MRDH 2015
In dit besluit wordt verstaan onder:
portefeuillehouder economisch vestigingsklimaat: het lid van het college van burgemeester en wethouders dat krachtens artikel 168 Gemeentewet door het betreffende college belast is met de taken op het gebied van economie of economische ontwikkeling, alsmede het lid van het college van gedeputeerde staten dat krachtens artikel 166 Provinciewet door het desbetreffende college belast is met de taken op het gebied van economie of economische ontwikkeling;
Indien op besluiten van de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH de zienswijzenprocedure van toepassing is, dan stuurt deze bestuurscommissie de betreffende besluiten binnen de in de regeling opgenomen termijnen via het algemeen bestuur aan de vertegenwoordigende organen. Het algemeen bestuur kan, binnen de in de regeling genoemde termijnen, de door de vertegenwoordigende organen ingebrachte zienswijzen van eigen zienswijzen voorzien en legt deze ter besluitvorming voor aan de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH.
De Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH doet het dagelijks bestuur een voorstel voor het onderdeel economisch vestigingsklimaat binnen de begroting van de Metropoolregio. De Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH stuurt zijn voorstel uiterlijk 1 maart van het jaar voorafgaande aan het jaar waarvoor de begroting geldt aan het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur zendt het voorstel van de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH separaat aan het algemeen bestuur.
De Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH doet het dagelijks bestuur een voorstel voor het onderdeel economisch vestigingsklimaat voor de jaarrekening van de Metropoolregio, De Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH stuurt zijn voorstel uiterlijk 1 maart aan het dagelijks bestuur. Het dagelijks bestuur zendt het voorstel van de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH separaat aan het algemeen bestuur.
Artikel 5 Samenstelling en stemverhouding
De Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH bestaat uit 25 leden, te weten de portefeuillehouders economisch vestigingsklimaat binnen de colleges en de portefeuillehouder economisch vestigingsklimaat van gedeputeerde staten. Bij afwezigheid kan een portefeuillehouder zich laten vervangen door een ander lid van het betreffende college.
Artikel 7 Algemeen directeur economisch vestigingsklimaat
De algemeen directeur van de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH wordt benoemd en ontslagen door de secretaris gehoord de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat.
Er is een ambtelijke coördinatiecommissie, bestaande uit één afgevaardigde ambtenaar per gemeente, waarin voorafgaand aan de vergadering van de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH de bespreekonderwerpen worden voorbereid.
De voorzitter, plaatsvervangend voorzitter leggen over al hetgeen zij namens de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH doen verantwoording af aan de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH. Zij geven de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH alle inlichtingen die de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH nodig heeft voor de uitoefening van zijn taken en die inlichtingen die door een of meer leden van de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH worden gevraagd.
De Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH is verantwoording schuldig aan het algemeen bestuur over al hetgeen aan de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH is opgedragen. Zij geeft het algemeen bestuur alle inlichtingen die het algemeen bestuur nodig heeft voor de uitoefening van zijn taken en die inlichtingen die door een of meer leden van het algemeen bestuur worden gevraagd.
Indien het algemeen bestuur, overeenkomstig het tweede lid, mondelinge verantwoording vraagt aan de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH, dan wordt deze verantwoording afgelegd door de voorzitter of de plaatsvervangend voorzitter van de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH, onverminderd het bepaalde in artikel 3:1, vijfde lid, van de regeling.
De leden van de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH leggen aan de gemeenteraden en provinciale staten, alsmede aan het college van hun eigen provincie onderscheidenlijk gemeente verantwoording af over het door hen in de Bestuurscommissie economisch vestigingsklimaat MRDH gevoerde bestuur. Zij geven het vertegenwoordigend orgaan onderscheidenlijk het college daartoe alle inlichtingen die een of meerdere leden van het betreffende orgaan verlangen. Het betreffende orgaan bepaalt op welke wijze verantwoording wordt afgelegd.