Organisatie | Barendrecht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Barendrecht 2015 |
Citeertitel | Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Barendrecht 2015 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Wmo |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-10-2015 | 08-05-2021 | art. 30 | 01-06-2015 Gemeentejournaal, 29-10-2015 | Onbekend. | |
18-06-2015 | 01-01-2015 | 30-10-2015 | Nieuwe regeling | 01-06-2015 Gemeentejournaal, 18-06-2015 | Onbekend. |
HOOFDSTUK 1. Begripsbepalingen, procedureregels aanvraag maatschappelijke ondersteuning en algemene bepalingen omtrent het persoonsgebonden budget (pgb)
Artikel 2 Procedureregels aanvraag maatschappelijke ondersteuning
Het college onderzoekt in een gesprek tussen deskundigen en de degene door of namens wie de melding is gedaan, dan wel diens vertegenwoordiger en waar mogelijk met de mantelzorger of mantelzorgers en desgewenst familie, zo spoedig mogelijk en voor zover nodig:
de mogelijkheden om met gebruikmaking van een algemene voorziening, zoals opgenomen in het beleidsplan, bedoeld in artikel 2.1.2 van de wet, of door het verrichten van maatschappelijk nuttige activiteiten te komen tot verbetering van zijn zelfredzaamheid of zijn participatie, of de mogelijkheden om met gebruikmaking van een algemene voorziening te voorzien in zijn behoefte aan beschermd wonen of opvang;
de mogelijkheden om door middel van samenwerking met zorgverzekeraars en zorgaanbieders als bedoeld in de Zorgverzekeringswet en partijen op het gebied van publieke gezondheid, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen, te komen tot een zo goed mogelijk afgestemde dienstverlening met het oog op de behoefte aan verbetering van zijn zelfredzaamheid of zijn participatie of aan beschermd wonen of opvang;
Artikel 3 Wijze verstrekken Wmo voorzieningen
algemene voorzieningen: aanbod van diensten of activiteiten dat, zonder voorafgaand onderzoek naar de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van de gebruikers, toegankelijk is en dat is gericht op maatschappelijke ondersteuning; Deze diensten en/of producten zijn voor iedereen toegankelijk en/of verkrijgbaar, zonder toets of beschikking
maatwerkvoorziening: op de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van een persoon afgestemd geheel van diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie en beschermd wonen en opvang. De maatwerkvoorziening kan worden verstrekt in:
Artikel 4 Aanvragen van een pgb
Verstrekking van een toegekende individuele voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt plaats op verzoek van de aanvrager of diens vertegenwoordiger.
Artikel 5 Criteria om in aanmerking te komen voor een pgb.
De wettelijke eisen om aan een pgb te voldoen zijn:
Indien de ondersteuning wordt geboden door een niet professioneel persoon uit de sociale omgeving, niet zijnde een aanbieder die woningaanpassingen en hulpmiddelen levert, dient bij het te overleggen ondersteuningsplan een Verklaring omtrent gedrag (Vog) die niet ouder is dan drie maanden van deze persoon gevoegd te zijn.
Nadere regels voor specifieke diensten, woningaanpassingen en hulpmiddelen zijn opgenomen in de Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 2015 artikel 5 gemeente Barendrecht
Artikel 6 Afwijzingsgrond voor een pgb
Verstrekking van een persoonsgebonden budget vindt niet plaats indien:
de gemeente, op advies van een instelling voor maatschappelijk werk of de Raad voor de kinderbescherming, van oordeel is dat een ten behoeve van een minderjarige aangevraagd budget in zodanige mate niet voor de inkoop van maatwerkvoorzieningen ten behoeve van het kind zal worden gebruikt, dat dit mishandeling, verwaarlozing of ernstige schade voor de opvoeding of ontwikkeling van de minderjarige tot gevolg zal hebben;
De verstrekking van een persoonsgebonden budget vindt plaats met toepassing van Artikel 5
Nadere regels voor de verplichtingen die verbonden zijn aan het verstrekken van een pgb zijn vastgelegd in de Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 2015 gemeente Barendrecht.
Dit is nader uitgewerkt in de Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning 2015
een zaak wordt bepaald op ten hoogste de kostprijs van de zaak die de aanvrager op dat moment zou hebben ontvangen als de zaak in natura zou zijn verstrekt. Als de naturaverstrekking een tweedehands voorziening betreft, wordt de kostprijs daarop gebaseerd, met een looptijd gelijk aan de verkorte termijn waarop de zaak technisch is afgeschreven, rekening houdend met onderhoud en verzekering. Als de naturaverstrekking een nieuwe voorziening betreft, wordt de kostprijs daarop gebaseerd, rekening houdend met een eventueel door de gemeente te ontvangen korting en rekening houdend met onderhoud en verzekering.
individuele begeleiding door een niet daartoe opgeleid persoon die mantelzorger is of afkomstig is uit het sociale netwerk van de cliënt, wordt bepaald per uur op basis van minimaal 60% van het tarief op basis van het laagste tarief voor begeleiding in natura door een daartoe opgeleide beroepskracht werkzaam bij een door de gemeente gecontracteerde instelling.
begeleiding groep of dagbesteding met laag intensieve ondersteuning uitgevoerd door vrijwilligers met ondersteuning van een beroepskracht wordt per dagdeel bepaald op basis van minimaal 60% van het laagste tarief per dagdeel voor dergelijke begeleiding in natura door een daartoe opgeleide beroepskracht werkzaam bij een door de gemeente gecontracteerde instelling;
gespecialiseerde dagbesteding met hoog intensieve ondersteuning uitgevoerd door daartoe opgeleide personen wordt per dagdeel bepaald op basis van 90% van het laagste tarief per dagdeel voor dergelijke begeleiding in natura door daartoe opgeleide beroepskrachten werkzaam bij een door de gemeente gecontracteerde instelling.
kortdurend verblijf- en respijtzorg:
met laag intensieve ondersteuning uitgevoerd door vrijwilligers met ondersteuning van een beroepskracht, wordt per etmaal voor kortdurend verblijf- en respijtzorg bepaald op basis van minimaal 60% van het laagste tarief per etmaal voor kortdurend verblijf- en respijtzorg in natura door een daartoe opgeleide beroepskracht(en) werkzaam bij een door de gemeente gecontracteerde instelling;
met hoog intensieve ondersteuning uitgevoerd door daartoe opgeleide personen;
wordt per etmaal voor kortdurend verblijf- en respijtzorg bepaald op basis van 90% van het laagste tarief per etmaal voor kortdurend verblijf- en respijtzorg in natura door een daartoe opgeleide beroepskracht(en) werkzaam bij een door de gemeente gecontracteerde instelling.
individuele taxikosten wordt bepaald op basis van het tarief van belastingvrije voet voor kilometervergoeding en bedraagt € 0,19 per kilometer, uitgaande van maximaal 2000 kilometer per jaar zoals bepaald voor het collectief vraagafhankelijk vervoer, tenzij 2000 km op medische gronden niet toereikend is.
rolstoeltaxikosten wordt bepaald op basis van het tarief dat door zorgverzekeraars vergoed wordt voor rolstoeltaxivervoer op grond van de zorgverzekeringswet en bedraagt € 0,31 per kilometer, uitgaande van maximaal 2000 kilometer per jaar zoals bepaald voor het collectief vraagafhankelijk vervoer, tenzij 2000 km op medische gronden niet toereikend is.
De gemeente hanteert de maximale bedragen van artikel 3.1, eerste lid, van het landelijk Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.
De bedragen per vier weken, de inkomensbedragen en de percentages die gelden voor de berekening van de eigen bijdrage zijn gelijk aan die genoemd in artikel 3.1, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015.
Voor maatwerkvoorzieningen wordt een eigen bijdrage gevraagd zolang de voorziening in gebruik is en de kostprijs niet wordt overschreden. Voorzieningen waarvoor wettelijk geen eigen bijdrage geheven mogen worden zijn omschreven in de Beleidsregels Artikel 6.2.
De duur van de eigen bijdrage voor maatwerkvoorzieningen in eigendom die met een pgb verstrekt worden geldt een afschrijvingstermijn die is bepaald op:
Definiëring: “Niet kunnen betalen”
Het mag niet zo zijn dat een laag inkomen betekent dat de algemene voorziening niet toegankelijk is, omdat men deze voorziening niet kan betalen. Inwoners die als gevolg van een beperking adequaat geholpen zijn met de algemene voorziening maar aannemelijk kunnen maken dat zij de kosten van deze ondersteuning financieel niet kunnen dragen, komen in aanmerking voor financieel maatwerk. Zij krijgen via de minimaregelingen een persoonsvolgend budget. Daarbij betalen zij wel een bijdrage in de kosten.
De bijdrage in de kosten van huishoudelijke hulp middels schoonmaakvoorziening bedraagt de volledige kostprijs per uur, gekoppeld aan het te bereiken resultaat bij een inkomen boven 130% van de bijstandsnorm. Deze bijdrage wordt geïnd door het onafhankelijke platform BAR-dichtbij. Door het Rijk zijn gelden beschikbaar gesteld die het voor deze cliënten mogelijk maken de algemene voorziening hulp bij het huishouden met korting af te nemen tot 1 januari 2017.
Cliënten met een inkomen tot en met 130% van de bijstandsnorm betalen geen bijdrage voor de verhuisservice via het onafhankelijke platform BAR-dichtbij. Zij komen via de Bijzondere bijstand in aanmerking voor een persoonsvolgend budget (pvb), dat rechtstreeks wordt uitbetaald aan BAR-dichtbij. Dit pvb bestaat uit een financiële vergoeding voor het opknappen van de woning, de werkelijke kosten van de verhuizing en een lening ten behoeve van de stoffering conform Nibud tabellen.
Cliënten met een geldende indicatie voor een maatwerkvoorziening HH kunnen naar wens aanvullende uren hulp bij het huishouden van de algemene voorziening voor het huishouden inkopen. Zij kunnen gebruik maken van een gereduceerd tarief van € 6,50 per uur, met een maximum van 52 uur per dienstverlening per jaar.Dit gereduceerde tarief van € 6,50 heeft een geldigheid tot 1 januari 2016.
Overgangsrecht voor bestaande cliënten met een geldige indicatie voor hulp bij het huishouden middels Persoonlijke dienstverlening, die is afgegeven vóór 1 januari 2015 en waarvan de geldigheid afloopt in 2015 behouden hun huidige budget zoals vastgesteld per 1 juli 2014 tot de einddatum van de geldigheid van hun indicatie in 2015. De hoogte van het pgb Persoonlijke dienstverlening geleverd via een zorgaanbieder bedraagt € 17,25 per uur. Bij afgifte van een nieuwe indicatie in 2015 geldt het beleid per 1 januari 2015 en het tarief zoals voor nieuwe cliënten als onder lid 2.
Overgangsrecht voor bestaande cliënten met een geldige indicatie voor hulp bij het huishouden middels Persoonlijke dienstverlening, die is afgegeven vóór 1 januari 2015 en die ook na 2015 doorloopt, houden tot aan datum einde geldigheid van de indicatie hun huidige budget zoals vastgesteld per 1 juli 2014. De hoogte van het pgb Persoonlijke dienstverlening geleverd via een zorgaanbieder bedraagt € 17,25 per uur. Bij afgifte van een nieuwe indicatie in 2015 geldt het beleid per 1 januari 2015 en het tarief zoals voor nieuwe cliënten als onder lid 2.
Overgangsrecht voor bestaande cliënten met een geldige indicatie voor hulp bij het huishouden middels Schoonmaakdienst, die is afgegeven vóór 1 januari 2015 houden tot aan datum einde geldigheid van de indicatie hun huidige budget zoals vastgesteld per 1 juli 2014. De hoogte van het pgb voor schoonmaakvoorziening bedraagt € 15,00 per uur. Bij afgifte van een nieuwe indicatie in 2015 of daarna geldt het beleid per 1 januari 2015 en valt de schoonmaakdienst onder de algemene voorzieningen.
Er is overgangsrecht voor cliënten die op 31 december 2014 een geldige AWBZ indicatie voor Begeleiding hebben en waarvan de geldigheid doorloopt in 2015. Het overgangsrecht is van toepassing tot de einddatum van de indicatie in 2015 of tot uiterlijk 31 december 2015. Uitzondering hierop is de situatie dat de gemeente deze cliënten in de loop van 2015 een passend arrangement binnen de Wmo kan bieden.
Het pgb is gebaseerd op het overgangsrecht en de in de AWBZ geldende tarieven
a.Reguliere Individuele begeleiding.
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van de indiceerde uren.
De hoogte van het pgb voor reguliere individuele begeleiding bedraagt € 45,00 per uur;
b.Begeleiding en/of instructie bij persoonlijke verzorging
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van de indiceerde uren.
De hoogte van het pgb voor ondersteuning bij persoonlijke verzorging bedraagt € 45,00 per uur;
c.Gespecialiseerde Individuele begeleiding
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van de indiceerde uren.
De hoogte van het pgb voor gespecialiseerde individuele begeleiding bedraagt € 75,00 per uur;
d.Reguliere Dagbesteding Groep
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van het aantal geïndiceerde dagdelen.
De hoogte van het pgb voor dagbesteding groep bedraagt € 32,50 per dagdeel;
e.Gespecialiseerde Dagbesteding Groep
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van het aantal geïndiceerde dagdelen.
De hoogte van het pgb voor dagbesteding groep bedraagt € 50,00 per dagdeel;
f.Vervoer van en naar de dagbesteding groep
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van het vervoer van en naar de dagbesteding per dag
De hoogte van het pgb voor vervoer per dag van en naar de dagbesteding bedraagt:
2. Nieuwe cliënten en cliënten die na 1 januari 2015 een nieuwe indicatie voor Begeleiding krijgen
a. Reguliere Individuele begeleiding.
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van de indiceerde uren.
De hoogte van het pgb voor reguliere individuele begeleiding bedraagt:
b.Begeleiding en/of instructie bij persoonlijke verzorging
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van de indiceerde uren.
De hoogte van het pgb voor ondersteuning bij persoonlijke verzorging bedraagt:
c.Gespecialiseerde Individuele begeleiding
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van de indiceerde uren.
De hoogte van het pgb voor gespecialiseerde individuele begeleiding bedraagt:
d.Reguliere Dagbesteding Groep
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van het aantal geïndiceerde dagdelen.
De hoogte van het pgb voor dagbesteding groep bedraagt:
e.Gespecialiseerde Dagbesteding Groep
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van het aantal geïndiceerde dagdelen.
De hoogte van het pgb voor dagbesteding groep bedraagt:
f.Vervoer van en naar de dagbesteding groep
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van het vervoer van en naar de dagbesteding per dag
De hoogte van het pgb voor vervoer per dag van en naar de dagbesteding bedraagt:
De uitvoering van de maatwerkvoorziening Kortdurend Verblijf in Maatschappelijke Opvang, Vrouwen Opvang alsmede Beschermd Wonen wordt door Centrumgemeente Rotterdam uitgevoerd. De Centrumgemeente ontvangt van het Rijk hiervoor de middelen.
Er is overgangsrecht voor cliënten die op 31 december 2014 een geldige AWBZ indicatie voor Kortdurend verblijf ter ontlasting van mantelzorgers hebben en waarvan de geldigheid doorloopt in 2015. Het overgangsrecht is van toepassing tot de einddatum van de indicatie in 2015 of tot uiterlijk 31 december 2015. Uitzondering hierop is de situatie dat de gemeente deze cliënten in de loop van 2015 een passend arrangement binnen de Wmo kan bieden.
a.Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van het aantal geïndiceerde etmalen.
De hoogte van het pgb voor kortdurend verblijf ter ontlasting van mantelzorgers geleverd door een zorginstelling bedraagt € 165,91 per etmaal.
b.Vervoer van en naar de locatie waar het kortdurend verblijf ter ontlasting van mantelzorgers wordt geboden.
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van het vervoer van en naar de locatie waar het kortdurend verblijf wordt geboden, met dien verstande dat bij een kortdurend verblijf van meerdere etmalen aaneengesloten slechts eenmaal het bedrag van de heen en terugreis samen wordt uitgekeerd.
De hoogte van het pgb voor vervoer per dag van en naar de dagbesteding bedraagt:
2. Nieuwe cliënten en cliënten die na 1 januari 2015 een nieuwe indicatie voor Verblijf Kortdurend krijgen
a.Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van de indiceerde etmalen.
De hoogte van het pgb voor kortdurend verblijf ter ontlasting van mantelzorgers bedraagt:
b.Vervoer van en naar de locatie waar het kortdurend verblijf ter ontlasting van mantelzorgers wordt geboden.
Uitbetaling van het pgb vindt plaats op basis van het vervoer van en naar de locatie waar het kortdurend verblijf wordt geboden, met dien verstande dat bij een kortdurend verblijf van meerdere etmalen aaneengesloten slechts eenmaal het bedrag van de heen en terugreis samen wordt uitbetaald. .
De hoogte van het pgb voor vervoer per dag van en naar de dagbesteding bedraagt:
De hoogte van het pgb voor het verwerven van grond voor het treffen van woonvoorzieningen kan het maximale aantal vierkante meters per vertrek en voor de buitenruimte worden verstrekt, die is opgenomen in Bijlage 1 van dit besluit. Hierop kan slechts een uitzondering gemaakt worden voor zover het aantal vierkante meters niet adequaat is voor de cliënt op grond van zijn beperkingen, persoonskenmerken en behoeften.
In alle gevallen minus de door de eigenaar van de woonruimte betaalde eigen bijdrage in de kosten van de getroffen voorziening.
Voor personen met een indicatie voor CVV, die daarnaast beschikken over een maatwerkvervoersvoorziening voor de verplaatsingen in de directe woon- en leefomgeving, wordt het aantal kilometers dat deze persoon gebruik kan maken van het CVV gemaximeerd op 1000 kilometer per jaar. Tenzij voor deze persoon op grond van persoonlijke omstandigheden heel veel medische ritten noodzakelijk zijn buiten de directe woonomgeving.
Het tarief voor individueel vervoer voor cliënten die op medische gronden geen gebruik kunnen maken van het collectief vraagafhankelijk vervoer is bepaald op basis van het tarief van belastingvrije voet voor kilometervergoeding en bedraagt € 0,19 per kilometer voor maximaal 2000 kilometer per jaar, zoals bepaald voor het collectief vraagafhankelijk vervoer. Tenzij aantoonbare extra medische ritten gemaakt moeten worden, is het maximale bedrag € 380,00 per jaar
Voor personen, zoals bedoeld in lid 5, die daarnaast beschikken over een maatwerkvervoersvoorziening voor de verplaatsingen in de directe woon- en leefomgeving, wordt het aantal kilometers dat deze persoon een kilometervergoeding in de vorm van een pgb ontvangt, gemaximeerd op 1000 kilometer per jaar. Tenzij voor deze persoon op grond van persoonlijke omstandigheden heel veel medische ritten noodzakelijk zijn buiten de directe woonomgeving, is het maximale bedrag € 190,00 per jaar.
Het tarief voor individuele rolstoeltaxikosten wordt bepaald op basis van het tarief dat door zorgverzekeraars vergoed wordt voor rolstoeltaxivervoer op grond van de zorgverzekeringswet en bedraagt € 0,31 per kilometer voor maximaal 2000 kilometer per jaar zoals bepaald voor het collectief vraagafhankelijk vervoer. Tenzij aantoonbaar extra medische ritten gemaakt moeten worden, is het maximale bedrag € 620,00 per jaar.
Voor personen, zoals bedoeld in lid 7, die daarnaast beschikken over een maatwerkvervoersvoorziening voor de verplaatsingen in de directe woon- en leefomgeving, wordt het aantal kilometers dat deze persoon een kilometervergoeding in de vorm van een pgb ontvangt, gemaximeerd op 1000 kilometer per jaar. Tenzij voor deze persoon op grond van persoonlijke omstandigheden heel veel medische ritten noodzakelijk zijn buiten de directe woonomgeving, is het maximale bedrag € 310,00 per jaar.
De gemeente waardeert de inzet van mantelzorgers in de vorm van de mantelzorgwaardering. Bij de beoordeling van de aanvraag van de mantelzorgwaardering wordt getoetst of er in het voorgaande jaar voldaan is aan de volgende criteria op basis van de definitie mantelzorg:
Dat kan gaan om een voorzienbare vraag of om een niet-voorzienbare vraag om respijtzorg.
Deze begrippen en de criteria hiervoor zijn nader uitgewerkt in de Beleidsregels 2015
De tijdelijke respijtzorg voor hulp bij het huishouden kan voor maximaal 4 weken afgegeven worden in de vorm van een persoonsvolgend budget. De cliënt en mantelzorger kunnen naar eigen keuze gedurende vier weken gebruik maken van diensten in en om het huis ten behoeve van de cliënt en te betrekken via BAR-Dichtbij. Het persoonsvolgend budget:
Het college dient op grond van artikel 2.1.3 derde lid, van de verordening nadere regels te stellen met betrekking tot de medezeggenschap van ingezetenen.
Indien prijsontwikkelingen van maatwerkvoorzieningen daartoe aanleiding geven, kunnen de bedragen genoemd in dit Besluit worden aangepast. Aanpassing zal ten hoogste 1 maal per jaar plaatsvinden en vooraf worden gepubliceerd. De gemeente indexeert de bedragen conform indexering die het Rijk toepast op de financiële middelen die het verstrekt aan de gemeente.
Deze bijlage verwijst naar artikel 18 lid 6 van het besluit.
Het aantal m2 extra grond waarvoor een gehandicapte een pgb kan ontvangen als gevolg van de Wmo
verordening is per vertrek gemaximaliseerd en als volgt bepaald:
Tabel A is van toepassing in geval van een aanbouw van een vertrek.
Tabel B is van toepassing in geval van uitbreiding van een al aanwezig vertrek.
Het aantal m² verhard pad tussen de openbare weg en de hoofdingang tot een woonruimte, dan wel tussen een tweede ingang en een berging en/of tuinpoort dat bij het nieuw aanleggen van paden, dan wel het aanpassen van bestaande paden ten hoogste voor een pgb in aanmerking komt, bedraagt