Organisatie | Giessenlanden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Huisvestingsverordening Alblasserwaard-Vijfheerenlanden gemeente Giessenlanden 2015 |
Citeertitel | Huisvestingsverordening Alblasserwaard-Vijfheerenlanden gemeente Giessenlanden 2015 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Gehele regeling heeft terugwerkende kracht tot 1 juli 2015.
Huisvestingswet 2014, artikel 4 lid 1.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-07-2015 | 01-07-2015 | Vervanging van de Huisvestingsverordening Alblasserwaard-Vijfheerenlanden gemeente Giessenlanden 2011, die op 1 juli 2015 van rechtswege is vervallen. | 09-07-2015 GVOP, 22 juli 2015 | Zaaknr 14-16003 |
De raad van de gemeente Giessenlanden;
Gelezen het raadsvoorstel van 9 juni 2015;
Overwegende, dat op grond van de op 1 januari 2015 inwerking getreden Huisvestingswet 2014, de geldende huisvestingsverordening op uiterlijk 1 juli 2015 vervalt en het wenselijk wordt geacht om nog wel een regeling te hebben voor het verlenen van urgenties, is het noodzakelijk om een nieuwe huisvestingsverordening vast te stellen waarin deze is vastgelegd;
Gelet op artikel 149 van de gemeentewet;
1.in te trekken per 1 juli 2015:
Huisvestingsverordening Alblasserwaard-Vijfheerenlanden gemeente Giessenlanden 2011;
'Huisvestingsverordening Alblasserwaard-Vijfheerenlanden, gemeente Giessenlanden 201 5'
HOOFDSTUK 2. De huisvestingsvergunning
Artikel 2 Aanwijzing vergunningplichtige woonruimte
In een geval voor een betreffende vrijkomende woonruimte een of meerdere urgent woningzoekenden met een geldende urgentieverklaring in aanmerking wensen te komen, mogen woonruimten met een huurprijs beneden de huurtoeslaggrens enkel voor bewoning in gebruik worden genomen of gegeven als daarvoor een huisvestingsvergunning is verleend.
Artikel 9 Indeling in urgentiecategorieën: indicatiegronden
Burgemeester en wethouders kunnen een urgentie verlenen met inachtneming van de navolgende bepalingen en indicatiegronden.
Alleen onder de navolgende genoemde omstandigheden wordt een sociale indicatie verleend:
a.Dreigende dakloosheid buiten eigen schuld of toedoen
Degenen die buiten eigen schuld of toedoen hun woonruimte, gelegen binnen de regio, moeten verlaten kunnen uitsluitend in de volgende gevallen in aanmerking komen voor urgentie:
Het verzoek om sociale indicatie voor urgentie moet uiterlijk binnen een maand na het ontstaan van de dakloosheid buiten eigen schuld of toedoen worden gedaan.
In geval van relatie beëindiging, waaronder begrepen: echtscheiding, verbreking geregistreerd partnerschap, verbreking samenlevingscontract en beëindiging samenwoning zonder overeenkomst wordt slechts urgentie verleend, wanneer:
Er wordt niet aan laatstgenoemde voorwaarde voldaan, wanneer:
Wordt aan deze voorwaarden voldaan dan wordt één urgentie toegekend en wel aan de partner die voor meer dan de helft de zorg voor het/de minderjarig(e) kind(eren) draagt. Wordt de zorg gelijk verdeeld dan wordt de urgentie toegekend aan de partner met het laagste inkomen, tenzij de partners in overeenstemming met elkaar voor toekenning aan de andere partner kiezen.
Een urgentieaanvraag op grond van relatieverbreking kan worden ingediend:
Ingezetenen, die de zorg voor minderjarige kinderen hebben en bij wie de kinderen geregistreerd staan, die buiten eigen schuld financieel in zodanige problemen zitten dat zij de woonlasten niet meer op kunnen brengen, kunnen uitsluitend in aanmerking komen voor urgentie indien de betrokkene daadwerkelijk in aanmerking komt voor een uitkering uit een gemeentelijk woonlastenfonds, dan wel een woonkostentoeslag van de sociale dienst, met daaraan verbonden de voorwaarde om te zien naar goedkopere woonruimte. De financiële problemen mogen niet direct het gevolg zijn van relatiebeëindiging.
Woningzoekende is een ex-gedetineerde waarbij tijdens en na vrijlating uit detentie een verzoek tot huisvesting wordt ingediend bij de gemeentelijk coördinator nazorg ex-gedetineerden, waarbij de volgende voorwaarden worden opgelegd:
de ex-gedetineerden komt alleen dan in aanmerking indien hij/zij medewerking geeft aan het behandelplan/trajectplan van de Centrale Toegang GGD ZHZ/de reclassering en er sprake is van een Nazorg noodzaak voor huisvesting ter ondersteuning van het behandelplan/trajectplan van de Centrale Toegang GGD ZHZ/de reclassering. In dat geval kan hij/zij in aanmerking komen voor een urgentie op sociaal-maatschappelijke gronden. Bij de toewijzing van een woning kunnen voorwaarden opgelegd worden door burgemeester en wethouders.
Indien in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) verhuizing wordt aanbevolen in verband met ergonomische beperkingen door ernstige fysieke belemmeringen, kan aan ingezetenen urgentie worden verleend, mits verhuizen naar oordeel van burgemeester en wethouders spoedeisend is en de goedkoopste adequate voorziening is.
Burgemeester en wethouders kunnen een urgentie verlenen aan mantelzorgverleners of mantelzorgontvangers indien naar het oordeel van burgemeester en wethouders er dringend behoefte is aan woonruimte binnen de regio omdat hij of een lid van zijn huishouden mantelzorg ontvangt van of verleent aan een inwoner van de regio.
D. Volkshuisvestelijke indicatie
Huurders en eigenaar-bewoners van woningen in de gemeente, waarvan die woningen in het belang van de volkshuisvesting of ter uitvoering van openbare werken in het algemeen belang, gesloopt of ingrijpend verbeterd moeten worden, kunnen in aanmerking komen voor urgentie.
Burgemeester en wethouders kunnen bij afgifte van de urgentie als hierboven bedoeld bepalen dat betrokken bewoners na voltooiing van de werken eenmalig een vooraf te bepalen passend aanbod krijgen tot terugkeer in het ingrijpend verbeterde of nieuwgebouwde complex.
Woningzoekenden die dringend woonruimte nodig hebben omdat zij verblijven in een van gemeentewege erkend opvangtehuis of uit een van gemeentewege erkende hulp- en dienstverleningsinstellingen, over wie met betrekking tot de doorstroming naar zelfstandige woonruimte in regionaal of die beschikken over zelfstandige woonruimte in de regio en/of ingezetenen zijn van een gemeente binnen de regio en lokaal verband afspraken zijn gemaakt, kunnen in aanmerking komen voor een urgentie. Het gaat hier om woningzoekenden die niet vallen onder de groep van personen die vanwege huiselijk geweld tijdelijk zijn opgenomen in een “Blijf van mijn lijf” of vergelijkbaar huis. De woningzoekenden moeten beschikken over zelfstandige woonruimte in de regio of, indien de woningzoekende niet beschikt over deze zelfstandige woonruimte, laatstelijk volgens de Basisregistratie Personen woonachtig zijn geweest in een zelfstandige woonruimte in de regio.
Personen die vanwege huiselijk geweld tijdelijk zijn opgenomen in een “Blijf van mijn lijf” of vergelijkbaar huis. Voor personen die vanwege huiselijk geweld tijdelijk zijn opgenomen geldt niet de eis van het moeten beschikken over zelfstandige woonruimte in de regio en/of het zijn van ingezetene van een gemeente binnen de regio.
Op grond van de landelijke taakstelling van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties huisvest de gemeente statushouders (vluchtelingen uit het buitenland die status hebben verkregen om in Nederland te wonen). Toewijzing vindt plaats door middel van bemiddeling.
Artikel 10 Aanvraag en besluitvorming tot urgentie
Artikel 11 Vaststellen zoekprofiel
Bij urgentieverlening stellen burgemeester en wethouders een zoekprofiel vast.
Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een vergunning is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist, wordt daarop de overeenkomstige bepaling van de Huisvestingsverordening Alblasserwaard-Vijfheerenlanden gemeente Giessenlanden 2011 toegepast.
De intrekking van de Huisvestingsverordening Alblasserwaard-Vijfheerenlanden gemeente Giessenlanden 2011 heeft geen gevolgen voor de geldigheid van op basis van die verordening gegeven waarschuwingen en gedane aanschrijvingen met betrekking tot de toepassing van bestuursdwang, het opleggen van een dwangsom of het opleggen van een boete, indien en voor zover het gebod of verbod waarop de waarschuwingen, aanschrijvingen of boetes betrekking hebben ook vervat zijn in deze verordening en voor zover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.