Organisatie | Raalte |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsrichtlijn compensatie alleenstaande ouderkop 2015 |
Citeertitel | Uitvoeringsrichtlijn compensatie alleenstaande ouderkop 2015 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-07-2015 | nieuwe regeling | 12-05-2015 | 8903 |
De alleenstaande ouderkop wordt als onderdeel van het kindgebonden budget van de Belastingdienst aangemerkt als voorliggende voorziening. Alleenstaande ouders die niet de alleenstaande ouderkop van de Belastingdienst krijgen, omdat ze in fiscale zin een toeslagpartner hebben, ontvangen van de gemeente een compensatie. De compensatie is altijd ter hoogte van de alleenstaande ouderkop, tenzij de alleenstaande ouder meer verdient dan de van toepassing zijnde bijstandsnorm (de alleenstaandennorm inclusief doorrekening van de kostendelersnorm). In dat geval wordt het verschil tussen de werkelijke inkomsten en de toepasselijke norm, in mindering gebracht op de compensatie.
Vanaf 1 januari 2015 is de uitkering voor een alleenstaande ouder gelijk aan die voor een alleenstaande. Maar een alleenstaande ouder kan in aanmerking komen voor een hoger kindgebonden budget van de Belastingdienst. De alleenstaande ouder krijgt bij het budget een zogenoemde alleenstaande ouderkop. De Belastingdienst gebruikt een andere definitie van het begrip “partner” dan de gemeente. Het is daarom mogelijk dat iemand voor de gemeente alleenstaande ouder is, maar voor de Belastingdienst niet. Dat kan het geval zijn als de partner in een verpleeginrichting woont, in het buitenland verblijft of in detentie is. Ook kan sprake zijn van een niet-rechthebbende partner. De aanvrager komt in deze gevallen niet in aanmerking voor de alleenstaande ouderkop. Dit geldt ook voor de alleenstaande ouder die naast een minderjarig inwonend kind ook nog een kind heeft inwonen dat ouder is dan 27 jaar. De Belastingdienst beschouwt dat kind als “toeslagpartner” voor o.a. het kindgebonden budget. Ook die krijgt de alleenstaande ouderkop niet. Voor alleenstaande ouders die op 31 december 2014 een bijstandsuitkering hebben is er een overgangsregeling. Degene die daarvoor in aanmerking komt heeft tot 1 januari 2016 recht op een aanvulling van 20% op de bijstandsuitkering. Daarna vervalt de aanvulling.
Bijstand kan uitkomst bieden in geval ouders uit bedoelde groep door bijzondere individuele omstandigheden worden geconfronteerd met noodzakelijke bestaanskosten waarin de algemene bijstand niet voorziet en die de aanwezige draagkracht te boven gaat.